Legesverordening Voorst 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Legesverordening Voorst 2025

DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOORST;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2024, nummer 604562;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet.

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges Voorst 2025.

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 0.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in het kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van de aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of de persoon voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstelling

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die op grond van een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    diensten waarvoor in de tarieventabel bij het desbetreffende hoofdstuk een vrijstellingsbepaling is opgenomen;

  • d.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit en/of een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in Titel 2, artikelen 2.5 en 2.6 van de tarieventabel, voor zover het gaat om gebouwen die uitsluitend gebruikt worden voor de openbare eredienst dan wel uitsluitend gebruikt worden voor bijeenkomsten van genootschappen op geestelijke grondslag – andere dan kerkgenootschappen – die rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid zijn, voor het gezamenlijk beleven van en het zich bezinnen op de aan die genootschappen ten grondslag liggende levensovertuiging;

  • e.

    diensten verband houdende met (het vooroverleg over) de plaatsing van zonnepanelen en/of zonneboilers op rijks- of gemeentelijke monumenten of op bijgebouwen behorende bij die monumenten.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van aanslag dan wel door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van een schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekend gemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald als de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      bij wege van aanslag wordt gedaan, binnen een maand na de dagtekening die op het aanslagbiljet is vermeld;

    • b.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • c.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan binnen 14 dagen na dagtekening van de kennisgeving;

    • d.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 14 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • e.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 14 dagen na de dagtekening van kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen han Hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • 3.

      artikel 1.19 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      artikel 1.27, onder a (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      artikel 1.33 (Wet op de kansspelen);

      een en ander voor zover met deze wijzigingen niet al bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 10 Buiten behandeling stellen van aanvragen

  • 1.

    Aan aanvragen, waarbij de indieningsvereisten niet bij of krachtens de wet uitputtend zijn geregeld, kan het bevoegd gezag de voorwaarde verbinden dat deze buiten behandeling worden gesteld als de daarvoor verschuldigde leges niet binnen de in artikel 7 genoemde termijnen zijn betaald.

  • 2.

    Er vindt geen invordering plaats van leges als de aanvraag buiten behandeling is gesteld omdat niet aan de verplichting tot betaling is voldaan.

Artikel 11 Overgangsrecht

De Legesverordening Voorst 2024 en de daarbij behorende tarieventabel van 13 december 2023 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Voorst 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2024.

Ita Joosten, griffier

Paula Jorritsma-Verkade, burgemeester

Tarieventabel 2025, behorende bij de Legesverordening Voorst 2025

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

1.1

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk, partnerschapsregistratie of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het gemeentehuis H.W. Iordensweg 17 te Twello:

1.1.1

met een aanvangstijdstip op maandag van 10.30 uur tot 16.15 uur

€ 359,90

1.1.2

met een aanvangstijdstip op dinsdag t/m vrijdag van 8.30 uur tot 16.15 uur

€ 359,90

1.1.3

op andere dagen en tijden dan vermeld onder 1.1.1, 1.1.2 en 1.2.1

€ 1.183,95

1.2

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een zogenaamd 'bescheiden' huwelijk of partnerschapsregistratie of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het gemeentehuis H.W. Iordensweg 17 te Twello:

1.2.1

met een aanvangstijdstip op maandag om 9.30 uur of om 10.00 uur

€ 177,15

1.3

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk, partnerschapsregistratie of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op een andere locatie dan in het gemeentehuis te Twello:

1.3.1

met een aanvangstijdstip op maandag van 10.30 uur tot 16.15 uur

€ 359,90

1.3.2

met een aanvangstijdstip op dinsdag t/m vrijdag van 8.30 uur tot 16.15 uur

€ 359,90

1.3.3

op andere dagen en andere dan vermeld onder 1.3.1 en 1.3.2

€ 424,65

1.4

Als dagdeel, waarop huwelijken, partnerschapsregistraties en omzettingen van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, ingevolge het bepaalde in artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand, kosteloos worden voltrokken, is aangewezen de maandagochtend om 8.30 uur en om 9.00 uur.

1.5

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk, partnerschapsregistratie of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgelijk Wetboek.

€ 359,90

1.6

Het overeenkomstig paragraaf 1.1 t/m 1.5 berekende legesbedrag wordt verhoogd met:

1.6.1

voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen, per getuige.

€ 27,90

1.6.2

voor het van gemeentewege benoemen van een ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

€ 140,10

1.7

Het overeenkomstig paragraaf 1.3 en 1.5 t/m 1.6 2 berekende legesbedrag wordt verhoogd met

€ 60,30

voor het van gemeentewege aanwijzen van een zelfgekozen trouwlocatie, niet zijnde een officieel door de gemeente Voorst aangewezen trouwlocatie, zoals die zijn vermeld op de website van de gemeente (www.voorst.nl)

1.8

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.8.1

een trouwboekje/partnerschapsregistratieboekje in een normale uitvoering

€ 19,35

1.8.2

een trouwboekje/partnerschapsregistratieboekje in een linnen uitstraling

€ 31,30

1.8.3

een trouwboekje/partnerschapsregistratieboekje in een luxe leren uitvoering

€ 47,15

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten

1.2.1

De tarieven bedragen voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden genoemde documenten, de daarvoor in dat artikel vermelde maximumtarieven, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

1.2.2

Voor de versnelde uitreiking worden de tarieven genoemd in artikel 1.2.1 vermeerderd met het daarvoor in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden vermelde maximumtarief, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

1.2.3

Voor het bezorgen van een in artikel 1.9 genoemd document worden de tarieven genoemd in artikel 1.2.1 vermeerderd met het daarvoor in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden vermelde maximumtarief, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een 'eigen verklaring' of 'gezondheidsverklaring' inclusief de formulierkosten van het CBR

€ 46,50

1.3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het in de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer genoemde bedrag, vermeerderd met het in artikel 104b van het Reglement rijbewijzen genoemde bedrag, waarbij de som van deze bedragen naar beneden wordt afgerond op een veelvoud van € 0,05

1.3.3

Het tarief, genoemd in artikel 1.3.2 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met het bedrag genoemd in de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer die geldt voor het jaar van de aanvraag en verminderd met het bedrag genoemd in bijlage VI onder afdracht van gemeenten van die Regeling.

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen (BRP)

1.4.1.1

Voor de toepassing van deze paragraaf wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.1.2

Of onder één verstrekking wordt verstaan een verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.4.2.1

het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 9,00

1.4.2.2

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200)

€ 13,20

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 22,70

1.4.4

In afwijking van artikel 1.4.2 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid van het Besluit basisregistratie personen, het maximale bedrag zoals dat is opgenomen in artikel 10 van de Regeling basisregistratie personen.

1.4.5

Vervallen

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot massale verstrekking van statistische gegevens, niet zijnde gegevens als bedoeld in artikel 1.4.1, door middel van een geautomatiseerd bestand

€ 299,00

Paragraaf 1.5 Wet open overheid

1.5.1

Voor het in het kader van de Wet open overheid op verzoek van belanghebbende op papier verstrekken van een kopie van een schriftelijk stuk, gelden de tarieven zoals opgenomen in 'Bijlage bij artikel 2, eerste lid, van het Besluit tarieven open overheid (Tarieventabel)' van het Besluit maximumtarieven open overheid.

1.5.2

De tarieven op grond van de 'Bijlage bij artikel 2, eerste lid, van het Besluit tarieven open overheid (Tarieventabel)' van het 'Besluit van 1 juni 2022, houdende tarieven voor het vervaardigen van kopieën op verzoek op grond van de Wet open overheid (Besluit maximumtarieven open overheid)' zijn maximum tarieven vastgesteld voor papieren kopieën op A4- en A3-formaat. Als een vergoeding in rekening wordt gebracht voor de vervaardiging van kopieën op andere papierformaten dan A4 of A3 of kopieën van ander materiaal dat gegevens bevat, geldt de algemene regel uit artikel 8.6 van de Wet open overheid (Woo). De vergoeding hiervoor mag niet meer bedragen dan de kostprijs. Portokosten zijn geen verhaalbare kosten.

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Kadasterinformatie

1.6.1

Het tarief bedraagt:

1.6.1.1

voor het op verzoek doen van naspeuringen in, dan wel het raadplegen van de kadastrale plannen, leggers en/of registers, per kwartier of gedeelte daarvan

€ 22,70

1.6.1.2

voor het afsluiten van een abonnement met een geldigheidsduur van één jaar, voor het doen van naspeuringen in dan wel het raadplegen van de kadastrale plans, leggers en/of register, voor 25 kwartieren

€ 229,45

1.6.1.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van beperkte kadastrale informatie uit het Kadaster, verstrekt aan de gemeentelijke balie, het tarief op het moment van de aanvraag, zoals dat door de het bestuur van de Dienst voor het kadaster en de openbare registers is vastgesteld in de Regeling tarieven Kadaster.

1.6.2

Vervallen

Informatie uit overige administraties of registers

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit:

1.6.3.1

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet

€ 8,75

1.6.3.2

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 8,75

1.6.3.3

de legger, bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 8,75

Plan- of kaartinformatie

1.6.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger als bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet:

1.6.4.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 0,25

1.6.4.2

in formaat A3, per bladzijde:

€ 0,50

1.6.4.3

in formaat A2 of groter, per bladzijde:

€ 2,05

Opzoeken dan wel doen van naspeuringen door een medewerker van de gemeente

1.6.5

Het tarief bedraagt voor het op verzoek opzoeken dan wel doen van naspeuringen van de onder 1.6.3 en 1.6.4 bedoelde informatie, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,70

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.1.1

tot het legaliseren van een handtekening

€ 9,00

1.7.1.2

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn

€ 9,00

1.7.1.3

tot het verstrekken van een gewaarmerkt afschrift van gegevens van een persoon uit de basisregistratie personen

€ 9,00

1.7.1.4

tot het verstrekken van een andere verklaring, dan vermeld in voorgaande paragrafen, in het bijzonder belang van een persoon

€ 10,10

1.7.1.5

tot het verstrekken van een uittreksel, waarop de gegevens van meerdere personen die op een adres wonen of tot één gezin behoren, staan vermeld

€ 10,10

1.7.2

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.7.1 bedraagt het tarief voor het op verzoek per post of per beveiligde e-mail digitaal verstrekken van de gegevens

€ 8,75

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag: de in de Regeling vergoeding verklaring omtrent het gedrag en gedragsverklaring aanbesteden genoemde bedragen.

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken, instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 87,10

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 22,70

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.8.2.1

het verstrekken van een fotokopie op A-4 formaat, zwart-wit, van een in de archiefbewaarplaats berustend stuk, dat door de aanvrager zelf is opgezocht, per kopie

€ 0,10

1.8.2.2

het verstrekken van een fotokopie op A-4 formaat, kleur, van een in de archiefbewaarplaats berustend stuk, dat door de aanvrager zelf is opgezocht, per kopie

€ 0,50

1.8.2.3

het verstrekken van een fotokopie op A-3 formaat, zwart-wit, van een in de archiefbewaarplaats berustend stuk, dat door de aanvrager zelf is opgezocht, per kopie

€ 0,20

1.8.2.4

het verstrekken van een fotokopie op A-3 formaat, kleur, van een in de archiefbewaarplaats berustend stuk, dat door de aanvrager zelf is opgezocht, per kopie

€ 1,00

1.8.2.5

het verstrekken van een readerprinter afdruk op A-4 formaat, zwart-wit, van een in de archiefbewaarplaats berustend stuk, dat door de aanvrager zelf is opgezocht, per afdruk

€ 0,60

1.8.3

Voor het verstrekken van een kopie van één of meerdere archiefbescheiden, door een medewerker van de gemeente Voorst opgezocht is paragraaf 1.5 van overeenkomstige toepassing.

1.8.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.8.4.1

het verkrijgen van een scan of een digitale opname, per scan of opname

€ 6,80

1.8.4.2

het digitaal versturen van een of meerdere scans of digitale opnames, per 5 Mb

€ 1,20

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Algemene plaatselijke verordening (APV)

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken, verkrijgen of verlenen van:

1.9.1.1

een ontheffing als bedoeld in artikel 4.1.5 (ontheffing geluidhinder) van de APV voor:

1.9.1.1.1

bedrijfsmatige activiteiten

€ 167,35

1.9.1.1.2

andere dan bedrijfsmatige activiteiten

€ 33,85

1.9.1.2

Geen leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4.1.5 van de APV voor zover het gaat om niet commerciële instellingen verstaan wij scholen, kerken en plaatselijke verenigingen. Onder niet commerciële activiteiten wordt verstaan: activiteiten zonder winstoogmerk alleen bedoeld voor leden of voor een besloten gezelschap.

Stookontheffing

1.9.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 5.5.1 (stookontheffing) van de APV voor een periode van 3 jaar

€ 250,00

Algemene plaatselijke verordening (APV)

1.9.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in hoofdstuk 1 niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking op grond van de APV

€ 189,65

Leegstandswet

1.9.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 124,95

Regeling toezicht luchtvaart

1.9.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een verklaring van geen bezwaar als bedoeld in artikel 158, eerste lid, onderdeel c van de Regeling Toezicht Luchtvaart

€ 23,15

Kansspelen

1.9.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.9.6.1

voor een periode van twaalf maanden voor één of de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.9.6.2

voor een periode van twaalf maanden voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.9.6.3

voor één of de eerste kansspelautomaat welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.9.6.4

voor iedere volgende kansspelautomaat welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 136,00

1.9.7

Het bepaalde onder 1.9.6.1 en 1.9.6.2 is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

Paragraaf 1.10 Telecommunicatie (werkzaamheden in verband met aanleg, instandhouding of opruiming van kabels)

Algemene plaatselijke verordening

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

€ 391,20

1.10.1.1

als het betreft werkzaamheden in klinker- en sierbestrating, voor een sleuflengte tot 15 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 18,10

1.10.1.2

onverminderd het bepaalde in 1.10.1.1 bedraagt het tarief voor werkzaamheden in klinker- en sierbestrating, voor een sleuflengte van 15 meter tot 5.000 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 9,60

1.10.1.3

als het betreft werkzaamheden in tegelverharding, voor een sleuflengte tot 15 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 4,80

1.10.1.4

onverminderd het bepaalde in 1.10.1.3 bedraagt het tarief voor werkzaamheden in tegelverharding, voor een sleuflengte van 15 meter tot 5.000 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 3,75

1.10.1.5

als het betreft werkzaamheden in wegberm of gazon, voor een sleuflengte tot 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 1,85

1.10.1.6

als het betreft werkzaamheden in plantstroken, voor een sleuflengte tot 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

€ 5,10

1.10.1.7

als het betreft werkzaamheden in gesloten verharding, per m2 sleuf:

€ 275,10

1.10.1.8

onverminderd het bepaalde in 1.10.1.1. tot en met 1.10.1.7, wordt voor een sleuflengte van meer dan 5.000 m, het tarief vastgesteld in een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting. In de begroting wordt het verschuldigde tarief voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag ter kennis gebracht aan de aanvrager. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding, als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Voorst 2015, omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden van minder ingrijpende aard (tracés tot en met 25 strekkende meter) en spoedeisende werkzaamheden

€ 97,80

1.10.3

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag houden van vooroverleg, eventueel gecombineerd met de afhandeling van een verzoek tot bezichtiging, om een indicatie te krijgen van de mogelijkheden voor medegebruik van publieke infrastructuur van de gemeente voor de plaatsing van small cells als bedoeld in artikel 5c.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

20%

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke verzoek tot medegebruik overeenkomstig onderdeel 1.10.3 zouden worden vastgesteld.

1.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot medegebruik van publieke infrastructuur van de gemeente voor de plaatsing van small cells als bedoeld in artikel 5c.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

1.10.4.1

voor medegebruik van 1 tot en met 20 gemeentelijke objecten

€ 5.115,00

1.10.4.2

voor medegebruik van 21 tot en met 40 gemeentelijke objecten:

€ 9.718,50

1.10.4.3

voor medegebruik van 41 tot en met 60 gemeentelijke objecten:

€ 13.810,50

1.10.4.4

voor medegebruik van 61 tot en met 80 gemeentelijke objecten:

€ 17.391,00

1.10.4.5

voor medegebruik van 81 tot en met 100 gemeentelijke objecten:

€ 20.460,00

1.10.4.6

voor medegebruik van meer dan 101 gemeentelijke objecten:

€ 23.017,50

1.10.5

Als het verzoek bedoeld in onderdeel 1.10.3 is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in onderdeel 1.10.2, bestaat aanspraak op teruggaaf van:

80%

van de voor het vooroverleg geheven leges als het verzoek:

  • hetzelfde medegebruik betreft als waarop het vooroverleg betrekking had;

  • in overeenstemming is met de uitkomsten van het vooroverleg; en

  • is gedaan binnen 12 weken na het laatste vooroverleg.

Paragraaf 1.11 Verkeer en vervoer

Wegenverkeerswet

1.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van:

1.11.1.1

een ontheffing van het verbod tot het houden van een wedstrijd met voertuigen op de weg, als bedoeld in artikel 10 van de Wegenverkeerswet 1994

€ 50,10

1.11.1.2

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 33,10

1.11.1.3

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 33,10

Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

1.11.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.2.1

tot de afgifte van een beschikking als bedoeld in artikel 34 van het BABW (Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer), die niet wordt verleend in combinatie met een vergunning als bedoeld in artikel 2.2.2 (evenementenvergunning) Apv

€ 46,35

1.11.2.2

voor het verkrijgen van een op kenteken toegewezen gehandicaptenparkeerplaats als bedoeld in artikel 29 BABW

€ 211,45

1.11.2.3

voor het aanleggen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken als bedoeld in artikel 29 van het BABW

€ 319,80

1.11.2.4

voor het wijzigen van een kenteken op een onderbord bij bord E6 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

€ 27,10

1.11.2.5

voor het verplaatsen van een bij een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken geplaatst bord E6 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

€ 198,50

Gehandicaptenparkeerkaart (GPK)

1.11.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een GPK:

1.11.3.1

als kan worden afgezien van het vragen van een geneeskundig onderzoek als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart, voor het afgeven van een GPK

€ 31,85

1.11.3.2

als niet kan worden afgezien van een geneeskundig onderzoek als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart, voor het afgeven van een GPK

€ 102,00

1.11.3.3

als moet worden afgezien van het vragen van een geneeskundig onderzoek als bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart

€ 31,85

1.11.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vervangende GPK in verband met verlies of diefstal.

€ 31,85

Paragraaf 1.12 Diversen

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van:

1.12.1.1

een beschikking op een aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen.

€ 23,15

1.12.1.2

afschriften of uittreksels van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 4,60

1.12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het via een groot formaat kopier / plotter verstrekken van een afdruk op:

1.12.2.1

A-0 formaat per papieren afdruk

€ 10,50

1.12.2.2

A-1 formaat per papieren afdruk

€ 9,60

1.12.2.3

A-2 formaat per papieren afdruk

€ 8,05

1.12.2.4

A-3 formaat per papieren afdruk

€ 7,75

1.12.2.5

A-4 formaat per papieren afdruk

€ 6,45

1.12.2.6

A-0 formaat per transparante afdruk

€ 13,05

1.12.2.7

A-1 formaat per transparante afdruk

€ 11,70

1.12.2.8

A-2 formaat per transparante afdruk

€ 10,35

1.12.2.9

A-3 formaat per transparante afdruk

€ 8,30

1.12.2.10

A-4 formaat per transparante afdruk

€ 8,30

1.12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.12.3.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 9,00

1.12.3.2

fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.12.3.2.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 6,45

1.12.3.2.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 7,75

1.12.3.2.3

in formaat A2 of groter, per bladzijde

€ 8,05

1.12.3.2.4

in digitale vorm

€ 6,80

1.12.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het digitaal verstrekken van een afdruk of een tekening

€ 15,35

Hoofdstuk 2Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

  • 1.

    Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

  • 2.

    In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

  • 3.

    In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

    • a.

      binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

    • b.

      binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

    • c.

      buitenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit, inhoudende een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, of een andere activiteit die in strijd is met het omgevingsplan;

    • d.

      kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit als bedoeld in onderdeel c voor zover die activiteit zich beperkt tot de volgende categorieën:

      • 1.

        een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:

        • -

          niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf, en

        • -

          de oppervlakte niet meer dan 150 m²;

      • 2.

        een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

        • -

          niet hoger dan 5 m, en

        • -

          de oppervlakte niet meer dan 50 m2;

      • 3.

        een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

        • -

          niet hoger dan 10 m, en

        • -

          de oppervlakte niet meer dan 50 m2;

      • 4.

        een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ondergeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

      • 5.

        een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 m;

      • 6.

        het gebruiken van gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied.

    • e.

      projectgebied: het gebied waarbinnen de beoogde activiteit volgens de aanvraag plaatsvindt.

  • 4.

    In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

    • a.

      onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567;

    • b.

      onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

    • c.

      onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

  • a.

    omgevingsoverleg;

  • b.

    een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

  • c.

    een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

  • d.

    toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

  • e.

    een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

  • f.

    intrekking van een omgevingsvergunning;

  • g.

    wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

  • h.

    een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

Artikel 2.3 Bepalen tarief

  • 1.

    De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

  • 2.

    Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

  • 3.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

  • 4.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

  • 5.

    Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

  • 6.

    In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

  • 7.

    Indien activiteiten ingevolge de Algemene plaatselijke verordening hun grondslag hebben gekregen als omgevingsplanactiviteiten ingevolge het omgevingsplan, blijft legesheffing van overeenkomstige toepassing.

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Verkennen en begeleiden initiatieven

  • 1.

    Als het verzoek betrekking heeft op het houden van een verkennend overleg over één of meer activiteiten, met uitzondering van milieubelastende activiteiten als bedoeld in het derde lid, die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief 15% van van de leges (exclusief welstand) zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag zouden zijn verschuldigd met een minimum van € 131,85.

  • 2.

    Als voor het verzoek, bedoeld in het eerste lid, een omgevingsoverleg (intake- en/of omgevingstafel) noodzakelijk is, worden de op grond van het eerste lid verschuldigde leges voor ieder afzonderlijk omgevingsoverleg verhoogd met € 552,40.

  • 3.

    Als het verzoek betrekking heeft op het houden van een verkennend overleg over één of meer milieubelastende activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief € 534,00.

  • 4.

    Als voor het verzoek, bedoeld in het derde lid, een omgevingsoverleg (intake- en/of omgevingstafel) noodzakelijk is, worden de op grond van het derde lid verschuldigde leges voor ieder afzonderlijk omgevingsoverleg verhoogd met € 552,40.

  • 5.

    Als het verzoek, bedoeld in het eerste of derde lid, betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over één of meer activiteiten die gevolgen hebben voor de fysieke leefomgeving, waarbij externe adviseurs aanwezig moeten zijn, bedraagt het tarief per uur, per externe adviseur aanwezig bij het omgevingsoverleg € 92,05.

  • 6.

    Het op grond van het vijfde lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van het verzoek aan de verzoeker meegedeeld. Het verzoek wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de verzoeker ter kennis is gebracht, tenzij het verzoek voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 2.4A Conceptverzoek

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een conceptverzoek bedraagt het tarief € 184,15.

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    over het deel van de bouwkosten vanaf € 0 tot € 1.000.000: 0,81% van de bouwkosten, met een minimum van € 131,85;

  • b.

    over het deel van de bouwkosten vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000: 0,73% van de bouwkosten;

  • c.

    over het deel van de bouwkosten vanaf € 5.000.000 tot € 10.000.000: 0,54% van de bouwkosten;

  • d.

    over het deel van de bouwkosten vanaf € 10.000.000: 0,43% van de bouwkosten, met een maximum van € 1.000.000,-.

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijk deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

    • 1.

      over het deel van de bouwkosten vanaf € 0 tot € 1.000.000: 2,43% van de bouwkosten, met een minimum van € 131,85;

    • 2.

      over het deel van de bouwkosten vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000: 2,17% van de bouwkosten;

    • 3.

      over het deel van de bouwkosten vanaf € 5.000.000 tot € 10.000.000: 1,61% van de bouwkosten;

    • 4.

      over het deel van de bouwkosten vanaf € 10.000.000: 1,30% van de bouwkosten, met een maximum van € 1.000.000,00.

  • b.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht € 155,75;

  • c.

    Als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 155,75;

  • d.

    als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 155,75;

  • e.

    voor een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit € 522,20;

  • f.

    voor een buitenplanse omgevingsactiviteit bedraagt het tarief:

    • 1.

      voor een plan met een projectgebied tot 5.000 m2: € 6.875,00;

    • 2.

      voor een plan met een projectgebied van 5.000 m2 tot 100.000 m2: € 11.373,50;

    • 3.

      voor een plan met een projectgebied vanaf 100.000 m2: € 17.878,40.

Artikel 2.6A Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk, welstand (ruimtelijk deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • 1.

    als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor een advies (tot maximaal 3 adviezen) van de gemeentelijke adviescommissie Omgevingskwaliteit (waarin opgenomen het Gelders Genootschap of de gemeente bouwmeester) bedoeld in artikel 2.50, eerste lid, aanhef en onder b, nodig is, verhoogd met:

    • a.

      over het deel van de bouwkosten inclusief BTW vanaf € 1 tot € 500.000: 0,25% van de bouwkosten inclusief BTW, met een minimum van € 100,00;

    • b.

      over het deel van de bouwkosten inclusief BTW vanaf € 500.000 tot € 1.000.000: 0,15% van de bouwkosten inclusief BTW;

    • c.

      over het deel van de bouwkosten inclusief BTW vanaf € 1.000.000 tot € 2.500.000: 0,09% van de bouwkosten inclusief BTW;

    • d.

      over het deel van de bouwkosten inclusief BTW vanaf € 2.500.000 tot € 5.000.000: 0,06% van de bouwkosten inclusief BTW;

    • e.

      over het deel van de bouwkosten inclusief BTW vanaf € 5.000.000: 0,03% van de bouwkosten inclusief BTW;

    • f.

      voor woningbouw van hetzelfde type in een complex van 1 tot en met 5 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e;

    • g.

      voor woningbouw van complexen van 6 tot en met 10 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 5 woningen;

    • h.

      voor woningbouw van complexen van 11 tot en met 20 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 6 woningen;

    • i.

      voor woningbouw van complexen van 21 tot en met 30 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 8 woningen;

    • j.

      voor woningbouw van complexen van 31 tot en met 40 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 10 woningen;

    • k.

      voor woningbouw van complexen van 41 tot en met 50 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 12 woningen;

    • l.

      voor woningbouw van complexen van 51 tot en met 60 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 14 woningen;

    • m.

      voor woningbouw van complexen van 61 tot en met 70 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 16 woningen;

    • n.

      voor woningbouw van complexen van 71 tot en met 80 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 18 woningen;

    • o.

      voor woningbouw van complexen van 81 tot en met 90 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 20 woningen;

    • p.

      voor woningbouw van complexen van 91 tot en met 100 gelijke woningen, het tarief berekend volgens de onderdelen a tot en met e over de bouwsom van 22 woningen;

  • 2.

    Etagewoningen, galerijwoningen en dergelijke worden voor de berekening van het tarief beschouwd als één bouwblok en het tarief wordt overeenkomstig het eerste lid, onderdelen a tot en met e berekend over de totale bouwsom van het bouwblok.

  • 3.

    Als er vier of meer behandelingen nodig zijn, wordt het op grond van het eerste en tweede lid berekende tarief per behandeling verhoogd met € 102,30.

  • 4.

    Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief per uur, per persoon aanwezig bij het omgevingsoverleg € 92,05.

  • 5.

    Het op grond van het vierde lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit € 195,25, vermeerderd met 2,27% van de sloopkosten, met een maximum van € 3.249,70;

  • b.

    voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit € 195,25, vermeerderd met 2,27% van de sloopkosten, met een maximum van € 3.249,70.

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed of werelderfgoed

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voor beschermd gemeentelijk monument, voor beschermd provinciaal monument of voor beschermd rijksmonument, worden, met uitzondering van de leges op grond van de artikelen 2.5, 2.6, 2.6A en 2.50 letter d, geen leges in rekening gebracht.

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, worden, met uitzondering van de leges op grond van het bepaalde in artikel 2.5, 2.6, 2.6A en 2.50 letter d, geen leges in rekening gebracht.

Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, worden, met uitzondering van de leges op grond van het bepaalde in artikel 2.5, 2.6, 2.6A en 2.50 letter d, geen leges in rekening gebracht.

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.8, 2.9 en 2.10 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, worden, met uitzondering van de leges op grond van het bepaalde in artikel 2.5, 2.6, 2.6A en 2.50 letter d, geen leges in rekening gebracht.

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.16 Gereserveerd

Artikel 2.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor één milieubelastende activiteit € 2.070,55;

  • b.

    voor twee milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.534,50;

  • c.

    voor drie of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

Artikel 2.20 Samenloop van milieubelastende activiteiten

  • 1.

    Als bij de toepassing van de artikelen 2.12 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

  • 2.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 184,15.

Artikel 2.22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 2.070,55.

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven

  • 1.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 511,50.

  • 2.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding in openbaar gebied, als bedoeld in het omgevingsplan, niet zijnde kabels als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 511,50.

  • 3.

    Het in het tweede lid vermelde tarief wordt:

    • a.

      als het betreft werkzaamheden in klinker- en sierbestrating, voor een sleuflengte tot 15 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 18,10;

    • b.

      onverminderd het bepaalde in onderdeel a, voor werkzaamheden in klinker- en sierbestrating, voor een sleuflengte vanaf 15 m tot en met 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 9,60;

    • c.

      als het betreft werkzaamheden in tegelverharding, voor een sleuflengte tot en met 15 meter, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 4,80;

    • d.

      onverminderd het bepaalde in onderdeel c, voor werkzaamheden in tegelverharding, voor een sleuflengte vanaf 15 m tot en met 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 3,75;

    • e.

      als het betreft werkzaamheden in wegberm of gazon, voor een sleuflengte tot en met 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 1,85;

    • f.

      als het betreft werkzaamheden in plantstroken, voor een sleuflengte tot en met 5.000 m, per strekkende meter sleuf verhoogd met € 5,10;

    • g.

      als het betreft werkzaamheden in gesloten verharding, per m2 verhoogd met € 275,10;

    • h.

      onverminderd het bepaalde in de onderdelen a tot en met g, voor een sleuflengte van meer dan 5.000 m, wordt het tarief vastgesteld in een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting. In de begroting wordt het verschuldigde tarief voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag ter kennis gebracht aan de aanvrager. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

  • 4.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet bestaande uit het graven in het gebied met een archeologische verwachtingswaarde of archeologische verwachtingen, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 511,50.

  • 5.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 511,50.

  • 6.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 511,50.

  • 7.

    De in het eerste tot en met zesde lid genoemde tarieven zijn van toepassing als de aanvraag een binnenplanse omgevingsplanactiviteit betreft. Deze zijn van overeenkomstige toepassing als de aanvraag een buitenplanse omgevingsplanactiviteit betreft en worden in dat geval verhoogd met € 184,15.

Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het:

  • -

    aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting;

  • -

    indrijven van voorwerpen;

  • -

    ophogen van de grond;

  • -

    verharden van de grond, of

  • -

    andere bewerkingen van of in de grond;

bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

    • 1.

      over het deel van de kosten van de activiteit tot € 10.000: € 83,50;

    • 2.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 10.000 tot € 500.000: 1,14% van de kosten;

    • 3.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 500.000 tot € 1.000.000 : 0,91% van de kosten;

    • 4.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000 : 0,69% van de kosten;

    • 5.

      over het deel van de kosten van de activiteit van meer dan € 5.000.000: 0,46% van de kosten.

  • b.

    voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

    • 1.

      over het deel van de kosten van de activiteit tot € 10.000: € 83,50;

    • 2.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 10.000 tot € 500.000: 1,14% van de kosten;

    • 3.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 500.000 tot € 1.000.000 : 0,91% van de kosten;

    • 4.

      over het deel van de kosten van de activiteit vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000 : 0,69% van de kosten;

    • 5.

      over het deel van de kosten van de activiteit van meer dan € 5.000.000: 0,46% van de kosten.

Artikel 2.25 Omgevingsactiviteit: geluid weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 869,55.

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.1.5.2 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 368,30.

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.1.5.3 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 271,85.

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit € 184,15;

    en als moet worden beoordeeld of de in het tijdelijke deel van het omgevingsplan bedoelde aanlegactiviteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 22.278, tweede lid, van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, verhoogd met € 398,95;

  • b.

    voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht € 184,15;

  • c.

    voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit € 368,30.

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: overige geluidshinder

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het in, op of aan een onroerende zaak hebben van hinder die een voor de omgeving opvallend geluid of lichtsignaal kan produceren, bedoeld in artikel 4.1.5 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 368,30.

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 4.3.2 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 46,35.

Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in artikel 4.4.2 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame € 368,30;

  • b.

    als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame op of aan die onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd € 368,30.

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: (opslag van roerende zaken en/of objecten plaatsen op de weg)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2.1.5.1 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken € 368,30;

  • b.

    als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen € 368,30.

Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5.2.3.2 van de APV in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 184,15.

Artikel 2.34 Andere activiteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

  • a.

    betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten € 379,35;

  • b.

    betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

    • 1.

      voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit € 237,60;

    • 2.

      voor een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit € 522,20;

    • 3.

      voor een buitenplanse omgevingsactiviteit op basis van een onderbouwing, bedraagt het tarief:

      • a.

        voor een plan met een projectgebied tot 5.000 m2: € 6.875,00;

      • b.

        voor een plan met een projectgebied van 5.000 m2 tot 100.000 m2: € 11.373,50;

      • c.

        voor een plan met een projectgebied vanaf 100.000 m2: € 17.878,40;

    • 4.

      voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit € 379,35.

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift € 184,15.

Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

  • 1.

    Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

    • a.

      één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief € 2.070,55;

    • b.

      twee milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit € 1.227,60;

    • c.

      drie of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit € 1.227,60.

  • 2.

    Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit € 2.070,55.

Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift € 184,15.

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel

  • 1.

    Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

    • a.

      een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur € 92,05;

    • b.

      een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur € 92,05;

    • c.

      een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief € 1.317,60;

    • d.

      een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c bedraagt het tarief, per uur € 92,05;

  • 2.

    Het op grond van het eerste lid onder a, b of d verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit € 92,05.

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een verleende omgevingsvergunning 1,26% van de gewijzigde (verschil verleend en wijziging) bouwkosten met een minimum van € 326,55.

  • 2.

    Het bepaalde onder het eerste lid is niet van toepassing als de afwijking zodanig is dat, naar de omstandigheden beoordeeld, van een nieuwe omgevingsvergunning sprake is.

Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning € 184,15.

  • 2.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van één voorschrift van een milieubelastende activiteit van een omgevingsvergunning € 1.260,25.

    Als meerdere voorschriften milieubelastende activiteit of activiteiten moeten worden aangepast geldt hetzelfde tarief als verschuldigd op grond van hoofdstuk 2 voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning milieubelastende activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.58 van toepassing is € 94,85.

  • 2.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning milieubelastende activiteit of activiteiten, tenzij artikel 2.58 van toepassing is € 1.260,25.

Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen € 92,05.

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een verzoek tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een wijziging van het omgevingsplan, als de aanvraag betrekking heeft op:

    • a.

      voor een plan met een projectgebied met een oppervlakte tot 5.000 m2€ 6.875,00;

    • b.

      voor een plan met een projectgebied met een oppervlakte van 5.000 m2 tot 100.000 m2€ 11.373,50;

    • c.

      voor een plan met een projectgebied met een oppervlakte van meer dan 100.000 m2€ 17.878,40.

  • 2.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan als bedoeld in artikel 2.8 Omgevingswet € 6.875,00.

Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan € 368,30.

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met 10%, met een maximum van € 1.183,00.

Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

  • a.

    als sprake is van een milieubelastende activiteit € 1.317,60;

  • b.

    als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit € 460,35;

  • c.

    als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b € 460,35.

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

  • a.

    voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport € 155,75;

  • b.

    voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport € 155,75;

  • c.

    voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting € 155,75;

  • d.

    voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk € 155,75;

  • e.

    voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport € 155,75;

  • f.

    voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER), per persoon per uur € 92,05;

    Het bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgelsteld. Een aanvraag wordt in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

  • g.

    voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport € 155,75.

Artikel 2.50 Advies

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

    • a.

      voor een advies van de gemeenteraad € 368,30;

    • b.

      voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit 2023 gemeente Voorst€ 705,85;

    • c.

      voor een uit oogpunt van welstand gegeven advies vooroverleg, naar aanleiding van een commissievergadering, mandaatbehandeling of ambtelijke toets, van de gemeentebouwmeester dan wel het Gelders Genootschap, voor de eerste drie adviezen in totaal € 102,30;

    • d.

      voor een uit oogpunt van welstand gegeven advies vooroverleg, naar aanleiding van een commissievergadering, mandaatbehandeling of ambtelijke toets, van de gemeentebouwmeester dan wel het Gelders Genootschap, voor elk advies boven het aantal van drie adviezen € 102,30;

    • e.

      voor een advies in andere gevallen: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

  • 2.

    Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 2.51 Instemming

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan : het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

  • 2.

    Het bedrag, bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.52 Verminderingen

  • 1.

    Als de aanvraag om een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, dan wel een wijziging van het omgevingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.45, voorafgegaan is door een verzoek voor het verkennen en begeleiden van het initiatief, zoals beschreven in artikel 2.4, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt voor de in artikel 2.4, eerste en derde lid bedoelde leges:

    100% van de daarvoor verschuldigde leges, waarbij er geen vermindering plaatsvindt voor bedragen tot € 131,85 en waarbij tevens geen vermindering plaatsvindt van het omgevingsoverleg, zoals beschreven in artikel 2.4, tweede, vierde en vijfde lid.

  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning dan wel wijziging van het omgevingsplan gedaan:

    • a.

      voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

    • b.

      in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en

    • c.

      binnen 1 jaar na goedkeuring van het schetsplan uitgewerkt (bouw)plan als bedoeld in artikel 2.4, eerste en derde lid.

  • 3.

    Als een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een grondgebonden zonne-energiesysteem, op eigen grond, tot een maximaal vermogen van 15 kWp, worden de op grond van hoofdstuk 2, de artikelen 2.5, 2.6 dan wel 2.6A, verschuldigde leges verminderd met 75% van de daarvoor verschuldigde leges.

Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag

Niet van toepassing

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt 85% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt bij gehele intrekking na de indiening van de aanvraag 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten

  • a.

    Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

  • b.

    Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 131,85 wordt niet teruggegeven.

Hoofdstuk 3

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2.3.1.4 van de APV:

  • a.

    voor de eerste avond € 23,15;

  • b.

    voor de tweede en volgende avond, per avond € 4,60.

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

  • a.

    een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet € 412,80;

  • b.

    een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid van de Alcoholwet € 28,10;

  • c.

    een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet € 38,25;

  • d.

    een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet € 38,25;

  • e.

    een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet, die niet wordt verleend in combinatie met een vergunning als bedoeld in artikel 2.2.2 (evenementenvergunning) van de APV € 28,10.

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3.1.3 van de APV:

  • a.

    voor het exploiteren of wijzigen van een prostitutiebedrijf (niet zijnde een escortbedrijf) € 983,80;

  • b.

    voor het exploiteren of wijzigen van een escortbedrijf € 473,40.

Artikel 3.4 Gereserveerd

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

  • a.

    een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet € 28,10;

  • b.

    wijziging van een in onderdeel a bedoelde ontheffing € 28,10.

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.6 Organiseren evenement

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.2.2 van de APV (evenementenvergunning) voor een evenement in categorie:

  • a.

    A, zijnde een klein meldingsplichtig evenement, minder dan 500 personen € 0,00;

  • b.

    A+, zijnde een klein vergunningplichtig evenement, minder dan 500 personen € 72,95;

  • c.

    B, zijnde een middelgroot evenement van 500 tot 5.000 personen € 145,95;

  • d.

    B+, zijnde een groot evenement van 5.000 personen of meer zonder risico-scan C € 505,15;

  • e.

    C, zijnde een groot evenement van 10.000 personen of meer met risico-scan C € 2.245,00.

Artikel 3.7 Gereserveerd

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op de markt

Het tarief bedraagt voor het:

  • a.

    in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor een vaste standplaats als bedoeld in de Marktverordening gemeente Voorst 2008 (hierna: Marktverordening) € 138,10;

  • b.

    verstrekken van een vergunning voor een dagplaats als bedoeld in de Marktverordening€ 92,05;

  • c.

    verstrekken van een vergunning voor een standwerkersplaats als bedoeld in de Marktverordening€ 92,05.

  • f.

    verlenen van ontheffing van de verplichting om de standplaats in te nemen tot de sluitingstijd van de markt € 92,05.

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

  • a.

    overschrijving van een vergunning voor een vaste standplaats op naam van een ander als bedoeld in artikel 5 van het Marktreglement gemeente Voorst 2010 (hierna: Marktreglement) € 92,05;

  • b.

    toestemming met vervanging van de vergunninghouder als bedoeld in artikel 10 van het Marktreglement € 92,05;

  • c.

    ontheffing van de verplichting om de standplaats in te nemen tot de sluitingstijd van de markt als bedoeld in artikel 12 van het Marktreglement € 92,05.

Artikel 3.10 Losse standplaatsen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op grond van artikel 5.2.3.2 (standplaatsvergunning en weigeringsgronden) van de APV € 25,55.

Paragraaf 3.6 Gereserveerd

Artikelen 3.11 tot en met 3.18 Gereserveerd

Paragraaf 3.7 Kinderopvang

Artikel 3.19 Kinderopvang

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

  • a.

    een aanvraag tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid, Wet kinderopvang € 899,05;

  • b.

    een door de houder van een gastouderbureau ingediende aanvraag voor degene die door zijn tussenkomst voornemens is gastouderopvang te bieden, als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid, Wet kinderopvang € 520,40.

Paragraaf 3.8 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.20 Niet benoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking € 23,15.

Behorende bij het raadsbesluit van 16 december 2024.

De Griffier,