Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025

HOOFDSTUK 1 HOOGTE TARIEVEN PERSOONSGEBONDEN BUDGET

Artikel 1 Algemeen

Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorzieningen dient in beginsel toereikend en vergelijkbaar te zijn met een voorziening in natura.

HOOFDSTUK 2 BEDRAGEN PERSOONSGEBONDEN BUDGET VOOR MAATWERKVOORZIENINGEN WMO

Artikel 2 Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor huishoudelijke ondersteuning

  • 2.1. De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Huishoudelijke ondersteuning luiden per periode van een maand:

  • Omschrijving

    Pgb-tarief voor

    ondersteuning geleverd

    door persoon uit sociaal

    netwerk

    Pgb-tarief voor

    ondersteuning geleverd

    door zzp’ers

    Huishoudelijke ondersteuning

    (schoon huis)

    € per maand 1

    € 293,46 per maand

  • 2.2. Indien met de bedragen genoemd in lid 1 niet het gewenste resultaat bereikt wordt binnen de maximaal gestelde uren, kan op basis van individueel maatwerk tot een oplossing worden gekomen. Hiervoor worden de pgb-tarieven verhoogd (tot maximaal het resultaatbedrag in zorg in natura voor het betreffende product).

  • Omschrijving

    Omschrijving Tarief gecontracteerde aanbieders

    Huishoudelijke ondersteuning(schoon huis)

    € 345,25 per maand

Artikel 3 Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf, maaltijdvoorziening en kindverzorging

  • 3.1. De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf, maaltijdvoorziening en kindverzorging luiden als volgt conform de systematiek in artikel 5.5. van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025.

  • Omschrijving

    Pgb-tarief voor

    ondersteuning geleverd door persoon uit sociaal netwerk 50%2

    Pgb-tarief voor

    ondersteuning geleverd

    door zzp’ers 85%

    Tarief

    gecontracteerde

    aanbieders zorg in

    natura 100%

    Kortdurend verblijf

    € 95,05 per etmaal

    € 161,58 per etmaal

    € 190,09 per etmaal

    Calamiteitenzorg 

    € 20,99 per uur

    € 32,76 per uur

    € 38,54 per uur

    Kindzorg 

    € 20,99 per uur

    € 32,76 per uur

    € 38,54 per uur

    Maaltijdvoorziening

    € 20,99 per uur

    € 32,76 per uur

    € 38,54 per uur3

Artikel 4 Omvang van het persoonsgebonden budget bij koop en huur van hulpmiddelen

  • 4.1. Het persoonsgebonden budget bedraagt, rekening houdend met de kosten voor verzekering en onderhoud voor de gehele gebruiksjaren, ten hoogste als volgt.

  • Soort voorziening

    Aanschaf, verzekering en onderhoud hele periode

    Handbewogen rolstoel voor continu gebruik

    € 3.680

    Handbewogen rolstoel voor incidenteel/kortdurend gebruik

    € 675

    Handbewogen rolstoel voor (semi-) permanent /algemeen gebruik

    € 2.330

    Handbewogen rolstoel voor actief gebruik

    € 3.910

    Handbewogen kinderrolstoel voor (semi) permanent /actief gebruik

    € 3.210

    Handbewogen kinderrolstoel voor permanent gebruik

    € 4.430

    Elektrische rolstoel voor (semi-)permanent gebruik, primair binnen, maar ook om het huis

    € 11.010

    Elektrische rolstoel voor (semi-)permanent gebruik, primair buiten, maar ook binnenshuis

    € 13.470

    Elektrische kinderrolstoel

    € 14.710

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (minimaal 8 km/uur)

    € 3.290

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (minimaal 10 km/uur)

    € 4.170

    Scootmobiel voor langere afstanden en intensief gebruik (minimaal 15 km/uur)

    € 5.155

    Sportrolstoel

    € 3.680

    Standaard driewielfiets zonder hulpmotor

    € 4.300

    Standaard driewielfiets met hulpmotor

    € 7.020

  • 4.2. Voor hulpmiddelen geldt een aantal gebruiksjaren van 7 jaar. Voor een sportrolstoel is dit 3 jaar.

  • 4.3. Indien de inwoner het persoonsgebonden budget aanwendt voor het huren van een hulpmiddel ontvangt hij per kalenderjaar het in het eerste lid genoemde totaalbedrag, gedeeld door het aantal gebruiksjaren.

  • 4.4. De restwaarde van het hulpmiddel kan worden teruggevraagd en wordt als volgt bepaald.

  • Bij verhuizing of overlijden of niet meer

    adequaat zijn van de voorziening

    Restwaarde als percentage van het verstrekte persoonsgebonden budget

    Eerste jaar

    50%

    Tweede jaar

    40%

    Derde jaar

    30%

    Vierde jaar

    20%

    Vijfde jaar

    10%

    Zesde jaar

    0%

Artikel 5 Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor begeleidingsproducten

  • 5.1. De bedragen voor het persoonsgebonden budget van maatwerkarrangementen begeleiding zijn opgenomen in Bijlage 1.

  • 5.2. Indien met de bedragen genoemd in lid 1 niet het gewenste resultaat bereikt wordt binnen de maximaal gestelde uren, kan op basis van individueel maatwerk tot een oplossing worden gekomen. Hiervoor worden de pgb-tarieven verhoogd (tot maximaal het resultaatbedrag in Zorg in Natura voor het betreffende product).

HOOFDSTUK 3 BEDRAGEN VOOR VERVOER EN VERHUISKOSTEN

Artikel 6 Bedragen Collectief Vraagafhankelijk Vervoer

  • 6.1. De vergoeding voor het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) is gebaseerd op 1.512 kilometer per jaar.

  • 6.2. Personen die gebruik maken van het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) moeten een bijdrage betalen in de vorm van een opstaptarief (4 kilometer) en een tarief per kilometer. Dit is hetzelfde tarief als het reguliere Openbaar Vervoerstarief voor de bus.

Artikel 7 Bedragen individueel vervoer

  • 7.1. De vergoeding voor verschillende maatwerkvoorzieningen voor individueel vervoer bedragen op jaarbasis maximaal als volgt:

    • a.

      voor vervoer per taxi € 2.494,-

    • b.

      voor vervoer met de (eigen) auto € 620,-

    • c.

      voor een rolstoeltaxi € 3.735,-

  • 7.2. De hoogte van de bedragen wordt voor inwoners tot 16 jaar gesteld op een percentage van de in het eerste lid genoemde bedragen op:

    • a.

      0% voor aanvragers tot 4 jaar;

    • b.

      25% voor aanvragers van 4 tot 6 jaar;

    • c.

      50% voor aanvragers van 6 tot 12 jaar;

    • d.

      75% voor aanvragers van 12 tot 16 jaar.

  • 7.3. Voor zover echtgenoten of partners beiden in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening vervoer dan wel voor het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) en ten minste één van hen kan geen gebruik maken van het CVV, wordt aan elk van hen een percentage (25, 50% dan wel 75%, of anders afhankelijk van de gezamenlijke vervoersbehoefte) van het maximumbedrag voor het individueel vervoer toegekend.

  • Partners zijn personen die meerderjarig zijn en getrouwd of geregistreerd partner zijn of een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract met een wederzijdse zorgverplichting hebben afgesloten of allebei op hetzelfde adres staan ingeschreven in de basisregistratie persoonsgegevens van de gemeente of een vergelijkbare administratie buiten Nederland.

  • 7.4. Indien belanghebbende gebruik maakt van een andere maatwerkvoorziening zoals een scootmobiel, dan wel een eigen verplaatsingsmiddel, kunnen de kilometers en bedragen van artikel 6 van dit besluit met 50% worden verlaagd, afhankelijk van de mate waarin het andere verplaatsingsmiddel in de vervoersbehoefte voorziet.

  • 7.5. Indien om andere redenen, zoals het nog gedeeltelijk gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer, de vervoersbehoefte afwijkt, kunnen de bedragen in artikel 6 van de dit besluit met 50% worden verlaagd, afhankelijk van de mate waarin in de vervoersbehoefte reeds wordt voorzien.

Artikel 8 Bedragen voor een maatwerkvoorziening in de vorm van een tegemoetkoming

  • 8.1. De tegemoetkoming voor:

    • a.

      vervoer per eigen auto (wanneer van het CVV wordt afgezien) bedraagt: € 620 per jaar;

    • b.

      verhuis- en herinrichtingskosten bedragen € 3.093,-.

  • 8.2. Conform artikel 12.4 van de verordening bedraagt de hoogte van de financiële tegemoetkoming in de meerkosten bij de aanschaf van een hulphond als hulpmiddel om deel te kunnen nemen aan het maatschappelijk verkeer maximaal € 467 per jaar.

HOOFDSTUK 4 BIJDRAGE IN DE KOSTEN VAN EEN VOORZIENING

Artikel 9 Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen

  • 9.1. De hoogte van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening wordt vastgesteld overeenkomstig het van toepassing zijnde Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en bedraagt nooit meer dan:

    • a.

      de kostprijs van de maatwerkvoorziening in natura;

    • b.

      de hoogte van het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening.

  • 9.2. De termijn van de oplegging van bijdrage voor een maatwerkvoorziening is:

    • a.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een maatwerkvoorziening in natura;

    • b.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een periodiek persoonsgebonden budget;

    • c.

      gelijk aan de termijn tot de kostprijs van de voorziening is betaald, (tot de maximale gebruiksduur van het product).

  • 9.3. De eigen bijdrage voor een maatwerkvoorziening gaat in op de datum van indicatie die in de beschikking staat plus 2 weken. Dit geldt ook voor het pgb voor woningaanpassingen en hulpmiddelen en geldt de datum van levering als ingangsdatum van de eigen bijdrage. De eigen bijdrage stopt op datum van einde voorziening, in het geval van kortdurende, tussentijdse onderbrekingen loopt de eigen bijdrage door. De eigen bijdrage stopt in principe ook wanneer de ondersteuning langer dan drie maanden wordt onderbroken.

  • 9.4. De oplegging van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening stopt te allen tijde bij het overlijden van belanghebbende of bij beëindiging van de maatwerkvoorziening.

  • 9.5. De hoogte van de bijdrage in de kosten voor verblijf in de opvang wordt vastgesteld en geïnd door de opvanginstellingen. Het uitgangspunt is dat voor de cliënt in ieder geval de norm voor zak- en kleedgeld, zoals genoemd in artikel 23 van de Participatiewet, beschikbaar blijft.

HOOFDSTUK 5 OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 10 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in dit Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025, indien toepassing daarvan zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 11 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 11.1 Dit besluit wordt aangehaald als: 'Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025’.

  • 11.2. Het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2024 wordt ingetrokken.

  • 11.3 Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking, en werkt terug tot en met 1 januari 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 10 december 2024,

het College van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

drs. K.D. Handstede

de burgemeester,

drs. L.A. de Lange

Bijlage 1: Financieel Besluit maatschappelijke ondersteuning Wassenaar 2025

In onderstaande tabel zijn de nieuwe tarieven weergegeven, die per 1-1-2025 zullen gelden.

Producten

Eenheid

Tarief voor

ondersteuning

geleverd door

persoon uit

sociaal netwerk

50% en of minimum CAO

Tarief zzp-dienstverlening

85% van ZIN-tarief

Tarief 2025 Zorg in Natura

Kortdurende begeleiding bij acute probleemsituaties

Per uur

€ 45,49

€ 77,33

€ 90,98 per uur

Individuele begeleiding gericht op leren/ontwikkelen

Per uur

€ 39,89

€ 67,80

€ 79,77 per uur

Groepstraining 

Per dagdeel*

€ 30,33

€ 51,55

€ 60,65 per stuk (sessie)

Bereik- en beschikbaarheid

Per week

€ 7,25

€ 12,33

€ 14,50 per week

Individuele begeleiding gericht op behouden

Per uur

€ 36,26

€ 61,64

€ 72,52 per uur

Waakvlamcontact

Per uur

€ 33,95

€ 57,72

€ 67,90 per uur

Dagbesteding ontwikkelen

Per dagdeel*

€ 34,94

€ 59,40

€ 69,88 per dagdeel*

Dagbesteding behouden

Per dagdeel*

€ 28,68

€ 48,75

€ 57,35 per dagdeel*

Kortdurend verblijf

Per etmaal

€ 95,05

€ 161,58

€ 190,09 per etmaal

* 1 dagdeel betreft 4 aaneengesloten uren.

ZIN-tarieven en pgb-tarieven

Vervoer

0-5 km

(tarief 2025)

6-10 km

(tarief 2025)

11-20 km

(tarief 2025)

Vervoer regulier ZIN

€ 15,52

€ 15,52

€ 25,51

Vervoer regulier ZZP

€ 13,19

€ 13,19

€ 21,68

Vervoer regulier sociaal netwerk

€ 7,76

€ 7,76

€ 12,76

Vervoer

0-5 km

(tarief 2025)

6-10 km

(tarief 2025)

11-20 km

(tarief 2025)

Vervoer rolstoel ZIN

€ 21,55

€ 29,47

€ 40,66

Vervoer rolstoel ZZP

€ 18,32

€ 25,05

€ 34,56

Vervoer rolstoel sociaal netwerk

€ 10,78

€ 14,74

€ 20,33

All-in tarieven

Alle tarieven zijn all-in tarieven waarin alle kosten, toeslagen en belastingen - inclusief eventueel verschuldigde BTW - van de dienstverlener voor uitvoering van de Maatwerkvoorziening Begeleiding, als beschreven in de Overeenkomst Wmo individuele begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf , zijn verdisconteerd. Het is de dienstverlener niet toegestaan andere kosten in rekening te brengen of op welke wijze dan ook kosten, die op de één of andere wijze verband houden met de dienstverlening zoals beschreven in de Overeenkomst Wmo individuele begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf die met de Gemeenten zijn afgesloten, te verhalen op de cliënt.


Noot
1

Het bedrag voor informele zorg is opgehoogd en gebaseerd op het uurtarief dat op basis van uitspraken van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 16 augustus 2023 over het pgb-uurtarief voor hulp bij het huishouden. Per 1 oktober 2024 wordt het tarief € 20,99 op basis van de cao-verhoging. Verdere cao-verhogingen over 2025 zijn nog niet vastgesteld.

Noot
2

Zie voetnoot 1.

Noot
3

Het tarief voor calamiteiten, kindzorg en de maaltijdvoorziening is gelijkgesteld aan de werkzaamheden voor huishoudelijke ondersteuning (artikel 5.5. lid 4 Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015 Wassenaar).