Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727703
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727703/2
Geldend van 23-12-2024 t/m heden
Voorwoord
Een groene leefomgeving is belangrijk en verbetert de leefbaarheid van de stad. Het vermindert stress, verbetert het concentratievermogen en stimuleert beweging en sociale interactie. Bomen bieden verkoeling in de zomer en vangen regenwater op. Ook kunnen bomen cultuurhistorisch waardevol zijn, omdat ze bijdragen aan de levende geschiedenis van een plek. Daarnaast vormen ze een thuis voor flora en fauna en dragen daarmee bij aan een rijke biodiversiteit in de stad. De stedelijke omgeving is voor sommige dieren zelfs van levensbelang. In de binnenstad zitten gierzwaluwen onder de dakpannen. Huismussen en vleermuizen zijn met de stad verbonden en er zitten muurplanten aan de historische kademuren. Daardoor zit er veel leven in de stad en is het belangrijk om aandacht te hebben voor biodiversiteit.
Gouda ligt midden in het Groene Hart, is omringd met water en biedt daarom veel mogelijkheid om van de natuur te genieten. Voor bewoners van de stad willen we dit groene gevoel vasthouden en moet er ook plek zijn voor wonen en verkeer. Er komen meer mensen bij maar de openbare ruimte groeit niet mee. Daarom moeten we slim omgaan met de invulling van groen in de openbare ruimte naast de andere opgaven in Gouda.
In het bestuursakkoord ‘Geef Gouda door’ staat dat we onze inspanningen op het gebied van groen verdubbelen. We zetten in op de verbetering van de biodiversiteit door de kwaliteit van het bestaande groen, waaronder parken te verhogen, behouden en beheren. We breiden de groenstructuur uit, bijvoorbeeld om ecologische verbindingen te kunnen realiseren. We spannen ons maximaal in om Gouda duurzaam door te geven aan de volgende generaties. Mooie ambities waar we met dit Programma Groen Gouda invulling aan geven.
Via de gemeente kunnen bewoners subsidies krijgen voor groene daken, ‘groen-moet-je-doen’ projecten en vergroenen we waar mogelijk plekken die inwoners graag groener zien via ‘grijs-wordt-groen’ initiatieven, waar al talloze Gouwenaars enthousiast gebruik van maken. Ook zijn er vanuit bewoners zelf vele initiatieven die bijdragen aan onze ambities voor een groene stad. Geweldig om te zien hoe Gouwenaars zich hier graag voor inzetten.
Mede door dit programma kijk ik uit naar weer een volgende stap richting een groener Gouda!
Michel Klijmij-van der Laan
Wethouder
1 Waarom een Programma Groen Gouda?
1.1 Inleiding
Woningen, wegen en trottoirs, (publieke) voorzieningen en groen moeten allen hun plek vinden binnen de beschikbare fysieke leefomgeving. Om goed overwogen keuzes te kunnen maken is het van belang dat het beleid rondom gemeentelijk groen en ambities rondom privaat groen gebaseerd zijn op de volle breedte van de mogelijkheden van groen. Groen heeft positieve effecten op de belangrijke actuele maatschappelijke thema’s biodiversiteit, klimaat, gezondheid en ruimtelijke kwaliteit en daarbij indirect op onze economie. Voldoende en gevarieerd groen draagt sterk bij aan een gezonde en prettige leefomgeving voor Gouwenaars maar ook voor dieren en planten. Dit Programma Groen Gouda is gebaseerd op de bijdrage van groen aan deze maatschappelijke thema’s door:
Het wettelijke en beleidsmatige kader te schetsen (1 Waarom een Programma Groen Gouda?).
Uitleg te geven over de positieve effecten van groen op de actuele maatschappelijke thema’s biodiversiteit, klimaat, gezondheid en ruimtelijke kwaliteit (2 De positieve effecten van groen)
Het Goudse groene toekomstbeeld te schetsen als uitwerking van de Goudse Omgevingsvisie (3 De Goudse groenvisie).
Het bestaande Goudse groen in groenstructuren vast te leggen (4 Wat hebben we nu?).
De verschillende Goudse wijken te scoren op kwetsbaarheid voor verslechtering op de maatschappelijke thema’s (5 Welke Goudse wijken zijn kwetsbaar?).
Per maatschappelijk thema groene doelen en maatregelen vast te leggen, gericht op het weerbaarder maken van de Goudse wijken (6 Wat gaan we doen en hoe?).
Te beschrijven hoe gemeente Gouda de gestelde doelen gaat halen, borgen en monitoren (7 Hoe behalen we de gestelde doelen?).
Dit programma is gebaseerd op de actuele thema's klimaat, biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid. Daarom is op deze pagina een toelichting te lezen op de betekenis van deze thema's en hun relatie met dit programma.
Klimaat(adaptatie): De aarde warmt op en het klimaat verandert. Extremer weer is het gevolg. Nederland neemt maatregelen om de omvang en snelheid van opwarming van de aarde te beperken. Dit heet klimaatmitigatie. Daarnaast moeten we ons voorbereiden op de risico's van het veranderende klimaat en onze omgeving aanpassen om deze risico's te beperken. Dit noemen we klimaatadaptatie[a]
Ruimtelijke kwaliteit: Ruimtelijke kwaliteit zegt iets over het feit of (openbare) ruimte goed te gebruiken is, of het er prettig verblijven is en of dat zo blijft. Een passende ruimtelijke kwaliteit voorkomt een negatieve spiraal van verloedering, leegstand en criminaliteit en heeft dus (op termijn) ook veel invloed op de leefbaarheid van wijken en steden. Historische herkenbaarheid, kwalitatieve inrichting en sociale samenhang dragen bij aan ruimtelijke kwaliteit.[b]
Biodiversiteit: Het aantal verschillende planten, dieren en micro-organismen (bacteriën, gisten en schimmels) in een bepaald gebied, ofwel de soortenrijkdom in dat gebied. Al dit leven is afhankelijk van elkaar. Wanneer een soort uitsterft ontstaat de kans op onbalans. Het gevolg hiervan is een toename van ziekten en plagen, zoals bijvoorbeeld de eikenprocessierups. Hoe meer soorten uitsterven, hoe kwetsbaarder onze leefomgeving wordt.[c]
Gezondheid: Groen draagt bij aan een betere mentale gezondheid. Omdat een groene omgeving uitnodigt om te bewegen en ontspannen, speelt groen een rol bij de vermindering van overgewicht, diabetes type 2, hart- en vaatziekten. Ook zien de onderzoekers een gunstig effect tussen groen en hoe lang mensen leven, hoe zwaar baby’s bij hun geboorte zijn en de werking van het immuunsysteem. Groen lijkt te zorgen voor een verbeterde nachtrust. Concentratie, geheugen en leerprestaties verbeteren bij contact met groen, met name bij kinderen.[d]
Hiermee heeft de gemeente een programma in handen om groen optimaal in te zetten als middel om bij te dragen aan meerdere belangrijke maatschappelijke doelen en zo een prettig leefklimaat te creëren voor mens, plant en dier.
[a] https://iplo.nl/thema/klimaatverandering
[b] https://www.mkba-informatie.nl
[c] https://www.clo.nl/indicatoren/nl108304-wat-is-biodiversiteit
1.2 Aanleiding voor een nieuw Programma Groen Gouda
In dit Programma Groen Gouda staan de vernieuwde beleidsuitgangspunten voor het groen in de gemeente Gouda. Het vervangt en actualiseert de eerdere beleidsstukken Groen, groener, Gouda 2017 en het Groenstructuurplan Gouda blijft groen 2007 – 2015. In 2023 startte gemeente Gouda de actualisering van deze beleidsstukken, omdat:
Per 1 januari 2024 de nieuwe Omgevingswet is ingevoerd.
Actuele maatschappelijke thema’s die samenhangen met groen aandacht nodig hebben en op steeds meer manieren nationaal en internationaal aandacht krijgen. Te denken valt aan de achteruitgang van biodiversiteit, de negatieve gevolgen van klimaatverandering en de focus op het verbeteren van lichamelijke en mentale gezondheid.
De gemeente in de notitie Ambities en scenario’s op het gebied van biodiversiteit de ambitie uitspreekt om ‘koploper’ te zijn op het gebied van biodiversiteit. Dit houdt in dat Gouda maximaal wil inzetten op communicatie met inwoners, monitoring van de aanwezige potentiële natuurwaarde, biodiversiteitsonderzoek in de gemeente, (ecologische) verbindingen door de gehele stad en ecologisch beheer.
Gouda ‘te midden van het groen’ is een van de vijf Goudse Waarden in de Omgevingsvisie Gouda. De stad staat voor grote opgaven, nu en in de toekomst. Het ‘creëren van een prettig woon- en leefklimaat’ is dan ook een van de Goudse opgaven voor de komende jaren. Daarbij ligt de focus op een aantrekkelijkere en groenere openbare ruimte. Met gevarieerd groen, een toekomstbestendig bomenbestand met bomen die zijn aangepast aan een veranderend klimaat, een sterke biodiversiteit en het stimuleren van onze gezondheid draagt de gemeente bij aan een groene, aantrekkelijke openbare ruimte. Om invulling te geven aan de Goudse opgaven, maakt Gouda keuzes voor de leefomgeving (zie afbeelding 1.1). Een ‘gezonde groene stad’ is er hier een van. Dit programma geeft hier invulling aan.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_927c23de-9441-40c8-bfd1-5feb10ca7eb5.jpg)
Afbeelding 1.1: Keuzes voor de leefomgeving (Omgevingsvisie Gouda, 2022)
1.3 De functie van het Programma Groen Gouda (Hoe dit programma te gebruiken?)
Dit Programma Groen Gouda is op meerdere manieren in te zetten:
Als toetsingskader voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Als richtingwijzer voor het kunnen maken van afwegingen bij keuzes in de leefomgeving. Het programma maakt duidelijk waar en hoe groene maatregelen het meeste positieve impact maken.
Als handvat voor de gemeente om samen met andere grondeigenaren gezamenlijke ambities te bereiken. Als tactisch/ operationele schakel tussen de strategische Omgevingsvisie en de meer praktisch, operationeel gerichte Goudse programma’s voor bomen (duurzaam behouden en ontwikkelen van een gezond en toekomstbestendig bomenbestand) en biodiversiteit (behouden en versterken van de stedelijke biodiversiteit door verrijking van leefgebieden voor de doelsoorten).
Als basis voor het Omgevingsplan.
Dit Programma Groen gaat over gemeentelijk en privaat groen binnen en buiten de bebouwde kom van de gemeente. Met daarbij de kanttekening dat de gemeente directe invloed heeft op haar eigen areaal en indirect op gebieden van andere eigenaren. Daarom zijn analyses (4 Wat hebben we nu?) berekend vanuit het gemeentelijke areaal. Dit Goudse groene programma is een vrijwillig programma van de gemeente Gouda binnen de Omgevingswet. Dit wil zeggen dat het programma uit eigen behoefte van het bestuur zijn voortgekomen
1.4 Wettelijke en beleidsmatige kaders
1.4.1 Inleiding
Dit Programma Groen Gouda is gebonden aan landelijk, provinciaal en gemeentelijk beleid en wetgeving. In deze paragraaf staan ze per bestuurslaag gerangschikt met een korte toelichting.
Wereldwijd beleid
1.4.2 Sustainable Development Goals (SDGs)
De Verenigde Naties hebben in 2015 de Sustainable Development Goals (SDG’s)[1] vastgesteld. Het streefjaar om deze doelen te bereiken is 2030. Gouda heeft zich gecommitteerd aan deze SDG's en Programma Groen Gouda draagt bij aan de volgende doelen:
SDG 3: Zorg voor een goede gezondheid en promoot het welzijn voor iedereen.
SDG 11: Maak steden en menselijke nederzettingen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.
SDG 13: Neem dringend actie om klimaatverandering en haar invloed te bestrijden.
SDG 15: Bescherm, herstel en promoot het duurzaam gebruik van ecosystemen. Beheer bossen duurzaam, bestrijd verwoestijning en landdegradatie en maak een einde aan het verlies van biodiversiteit.
Landelijke wetten en beleidskaders
1.4.3 Burgerlijk Wetboek
Het burgerlijk wetboek regelt het privaatrecht in Nederland. In het wetboek staan regels die gelden voor en tussen Nederlandse burgers onder elkaar en tussen burgers en goederen. Dit loopt van familierecht tot onder andere regelgeving rondom groen. Voor groen staat in het wetboek beschreven dat een gemeente zorgplicht heeft voor haar bomen. Dit betekent dat de gemeente haar bomen moet inspecteren en onderhouden voor een veilige leefomgeving. Bij schade (door bijvoorbeeld het omwaaien van een boom of takbreuk) moet de gemeente aantonen dat zij al het mogelijke heeft gedaan om de schade te voorkomen.
1.4.4 Omgevingswet
Begin 2024 is de Omgevingswet ingevoerd. De Omgevingswet gaat over activiteiten die gevolgen hebben voor de fysieke leefomgeving. Alle wetten en regelingen over ruimtelijke ontwikkelingen zijn gebundeld in één wet, de Omgevingswet. Het zijn wetten en regelingen over onder andere ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. De Omgevingswet heeft als doel een goede balans tussen het gebruik en de bescherming van onze leefomgeving te krijgen en behouden.
Voor de gemeente Gouda en alle andere Nederlandse gemeenten verandert het volgende met inwerkingtreding van de Omgevingswet:
Voor de fysieke leefomgeving gelden nu minder nationale regels dan voorheen.
Gemeenten krijgen meer ruimte om eigen ambities in de leefomgeving te realiseren.
Leefbaarheid en gezondheid zijn dé speerpunten voor beleidsplannen (waaronder programma’s) op het gebied van de fysieke leefomgeving.
Integraal werken binnen de gemeentelijke organisatie, andere overheden en regionale uitvoeringsdiensten staat hoog in het vaandel.[2]
1.4.5 Soortenbescherming
De bescherming van soorten maakt deel uit van de Omgevingswet. Vóór 2024 stond de Soortenbescherming bekend als de Wet Natuurbescherming. In de omgevingswet is een algemene zorgplicht geformuleerd. Deze zorgplicht houdt in dat overheden, bedrijven en burgers verantwoordelijk zijn voor een veilige en gezonde leefomgeving. De Omgevingswet gaat uit van het kernbegrip fysieke leefomgeving, waar ook natuur onder valt. Daarnaast worden soorten beschermd binnen specifieke beschermingsregimes. In dit geval door middel van de specifieke zorgplicht flora en fauna. De specifieke zorgplicht houdt in dat bij flora- en fauna-activiteiten extra maatregelen moeten worden genomen als er aanwijzingen zijn voor het voorkomen van bepaalde planten diersoorten. Dat wil zeggen dat het doden, verjagen of verstoren van alle planten en dieren verboden is. De specifieke zorgplicht geldt bij alle dier- en plantensoorten, dus bij (inter)nationaal beschermde soorten én bij andere soorten. Hiervoor worden de regels uit de Bal (artikel 11.27) gevolgd. Het Rijk, maar ook de provincies en de gemeentes, moeten daarnaast ook in een omgevingsvisie uiteenzetten hoe zij de fysieke leefomgeving voor zich zien. De strategische visie voor de lange termijn voor het onderwerp flora en fauna komt daarom terug in de Goudse Omgevingsvisie en in programma’s.[3]
1.4.6 Nationale Omgevingsvisie
De Nationale Omgevingsvisie is een landelijk beleidsplan over de fysieke leefomgeving. Het hoofddoel van de Nationale Omgevingsvisie is om de fysieke leefomgeving goed te verdelen én de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren. Er moet dus ruimte zijn voor wegen en andere infrastructuur, riolering, water en groen. Daarnaast moet het welzijn van mens, dier en plant verbeteren. Om dit te bereiken heeft de overheid vier prioriteiten vastgesteld:
Provinciaal beleid
1.4.7 Omgevingsvisie Zuid-Holland
De Zuid-Hollandse Omgevingsvisie is een provinciale uitwerking van de Nationale Omgevingsvisie. De visie geeft aan waar de provincie voor staat en hoe zij de toekomst voor zich ziet. Om het toekomstbeeld te bereiken heeft de provincie zeven vernieuwingsambities geformuleerd. Onderstaande vernieuwingsambities hebben een link met het Programma Groen Gouda:
- a.
Samen werken aan Zuid-Holland: beter bestuur en een sterke samenleving.
- b.
Een concurrerend Zuid‐Holland: innovatief richting duurzaamheid en digitale, creëren van een rijk vestigingsklimaat en erfgoed, cultuur en toerisme.
- c.
Versterken natuur in Zuid-Holland: gezonde natuur, toekomstbestendige landbouw en leven met water. Hieronder valt het versterken en behouden van het Natuurnetwerk Nederland en het benoemen van Zuid-Hollandse icoonsoorten.
- d.
Sterke steden en dorpen in Zuid-Holland: voldoende juiste woningen op de juiste plek, vitaliteit en kwaliteit in de leefomgeving en afspraken met regio’s.
- e.
Gezond en veilig Zuid-Holland: bevorderen verbetering milieukwaliteit en gezondheid, gezonde en bewegingsvriendelijke leefomgeving, klimaatbestendig Zuid-Holland; opgewassen tegen de effecten van klimaatverandering en bodemdaling[5].
[5] https://ruimtelijkeplannenzuidholland.nl/omgevingsbeleid/
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_4ef59a3c-5e1b-40b7-88ce-e69ed3f0485a.jpg)
Afbeelding 1.2: het huis van de Omgevingswet laat op schematische wijze zien hoe verschillende gemeentelijke plannen vallen onder de Omgevingswet. Ook is te zien welke plaats het Programma Groen Gouda in dit schema heeft.
Gemeentelijke regels en beleidskaders
1.4.8 Inleiding
In de omgevingswet is een duidelijke beleidslijn vanuit de Omgevingsvisie naar doelen en maatregelen op tactisch en operationeel niveau van belang. Hiermee is sterk en onderbouwd beleid geborgd. In de afbeelding op de vorige pagina is de groene beleidslijn voor Gouda in beeld gebracht.
1.4.9 Omgevingsvisie Gouda
De Omgevingsvisie Gouda bevat het integraal gemeentelijk beleid over de leefomgeving. Binnen deze Omgevingsvisie is ‘Gouda te midden van groen’ een van de vijf Goudse Waarden (zie afbeelding 1.3) waarmee de gemeente trots naar buiten treedt. De stad staat voor grote opgaven, nu en in de toekomst om deze waarde te behouden of versterken. Het ‘creëren van een prettig woon- en leefklimaat’ is dan ook een van de Goudse Opgaven (zie afbeelding 1.4) voor de komende jaren. Daarbij ligt de focus op een aantrekkelijker en groenere openbare ruimte met:
gevarieerd groen;
een toekomstbestendig bomenbestand met bomen die zijn aangepast aan een veranderend klimaat, bodemdaling, meerwaarde hebben voor biodiversiteit en zich kunnen ontwikkelen tot volwassen bomen;
veel biodiversiteit;
en het stimuleren van onze gezondheid
Gouda kiest er nadrukkelijk voor een ‘gezonde groene stad’ (zie afbeelding 1.5) te willen zijn. Een groene en aantrekkelijk leefomgeving zorgt er onder andere voor dat hittestress, wateroverlast afkomstig van piekbuien, droogte en overstromingsrisico zo gering mogelijk worden. Bovendien zorgt een gezonde groene stad ervoor dat er meer ruimte is voor de natuur en biodiversiteit. Ook bewegen mensen meer in een groene omgeving dan in een versteende omgeving.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7b4294b0-61db-4938-a1ae-d3c02d8afa64.jpg)
Afbeelding 1.3: Goudse Waarden (Omgevingsvisie Gouda, 2022).
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_e617cb26-f98c-4fd8-88e8-19a99ac5ff41.jpg)
Afbeelding 1.4: Goudse Opgaven (Omgevingsvisie Gouda 2022).
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_1d44c0f7-7f01-413a-a164-7b2b26553e22.jpg)
Afbeelding 1.5: Keuzes voor de leefomgeving (Omgevingsvisie Gouda, 2022).
1.4.10 Omgevingsplan
Vóór de ingang van de Omgevingswet maakten gemeenten gebruik van meerdere bestemmingsplannen. Met ingang van de Omgevingswet zijn deze bestemmingsplannen vervangen door één Omgevingsplan voor het hele grondgebied van de gemeente Gouda. Het omgevingsplan bestaat uit regels over de gehele fysieke leefomgeving. Dit omvat regels voor bouwactiviteiten, sloopactiviteiten, vellen van houtopstand en herplanten. Als activiteiten mogelijk negatieve gevolgen (kunnen) hebben voor de fysieke leefomgeving dan moeten zij voldoen aan de regels uit het Omgevingsplan.[7]
Naast bestemmingsplannen maken regels van het Rijk (de zogeheten Bruidsschat) en verordeningen onderdeel uit van het Omgevingsplan. De Verordening fysieke leefomgeving Gouda (VFLO) is de meest bekende gemeentelijke verordening van de gemeente Gouda. In de VFLO zijn de regels vastgelegd op het gebied van de openbare orde en veiligheid in de breedste zin van het woord. Hierbij valt te denken aan: verkeerszaken, horeca-aangelegenheden en bescherming van het milieu. In een VFLO staat ook omschreven wat de gemeentelijke regelingen zijn rondom kappen, behoud, bescherming, handhaving en compensatie van bomen.[8] Waar de doelen van Programma Groen Gouda en de programma’s Bomen en Biodiversiteit vragen om regelgeving om de doelen te halen, zullen deze landen in het Omgevingsplan.
[7] https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR696342/1
[8] https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR649263
1.4.11 Structuurvisie Groen (SVG) 2019
Dit plan bevatte de beleidsregels over behoud, aanleg en compensatie van (openbaar) groen. Dit zijn de randvoorwaarden bij planontwikkelingen die worden meegegeven voor het te realiseren groen. Met als doel om de leefbaarheid te vergroten door de toename van openbaar groen.
Het Programma Groen Gouda vervangt de huidige Structuurvisie Groen (SVG) 2019. De beleidsregels uit de SVG zijn in dit programma opgenomen (zie Bijlage II Beleidsregels vanuit de Structuurvisie Groen (SVG) 2019) en wel nog steeds geldig bij planontwikkelingen.
1.4.11 Kwaliteitsplan Openbare Ruimte Gouda (KOR)
Dit document is de leidraad voor de toekomstige herinrichting van de openbare ruimte in de gemeente, met als doel het integraal versterken van de omgevingskwaliteit in de stad. Het kwaliteitsplan geeft kaders aan herinrichtingsprojecten in de openbare ruimte. Ook biedt het document handvatten om te komen tot de juiste definitie van de opgave met de bijbehorende basale uitgangspunten voor de herinrichting. Het plan neemt waar nodig ook stelling en draagt bij aan een helder ontwerpproces voor alle betrokken partijen.
Dit Programma Groen Gouda houdt rekening met het kwaliteitsplan en zet zich in om Gouda toekomstbestendig in te richten[9]. Naast dit algemene plan heeft de gemeente voor de Binnenstad een specifiek plan opgesteld genaamd: Kwaliteitsplan Openbare Ruimte Binnenstad Gouda.[10]
[9] https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR713785/1#hoofdstuk_1.
[10] https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR713785/1
1.4.12 Water- en Rioleringsprogramma (WRP) Gouda 2024 t/m 2028
Het Water- en Rioleringsprogramma 2024-2028 beschrijft hoe de gemeente invulling geeft aan de drie wettelijke gemeentelijke zorgplichten:
Doelmatige inzameling en transport van stedelijk afvalwater;
Doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater;
Voorkomen of beperken van structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand.
Het beschrijft de ambities, strategie en maatregelen waarmee de gemeente invulling geeft aan haar zorgplichten. Dit water- en rioleringsprogramma vervangt het Gemeentelijk Rioleringsplan 2018- 2023. De doelen uit het programma zijn:
1.4.13 Verkeerscirculatieplan
Het verkeerscirculatieplan (VCP) heeft als doel om het verkeer in Gouda beter te regelen. Daarbij is gekeken naar een goede verdeling van ruimte voor het autoverkeer en het wandel- en fietsverkeer, tussen bereikbaarheid en leefbaarheid en naar verkeersveiligheid. Belangrijke uitgangspunten zijn Belangrijke punten zijn méér ruimte voor voetgangers en fietsers en betere bereikbaarheid, leefbaarheid, duurzaamheid en doorstroming van het verkeer. De komende jaren zullen vele projecten worden uitgevoerd, waarbij het belangrijk is dat afstemming in een vroeg stadium plaatsvindt.
1.4.14 Historische lintenvisie
Deze visie bevat een plan voor de belangrijkste oude wegen van Gouda en heeft drie doelen:
- a.
Vastleggen welke historische wegen en waterwegen van grote betekenis voor de stad van nu zijn;
- b.
Benoemen welke kernkwaliteiten deze linten voor de stad hebben;
- c.
De afspraak vastleggen dat deze kwaliteiten betrokken zullen worden bij het maken van het Omgevingsplan.[11]
[11] https://www.gouda.nl/samenvatting-historische-lintenvisie/
1.5 Evaluatie vorige groenbeleids- en groenstructuurplannen
Het nieuwe Programma Groen Gouda vervangt het "Groenstructuurplan Gouda blijft groen 2007-2015" en "Groen, groener, Gouda 2017". In deze paragraaf staat kort beschreven welke beleidsuitgangspunten zijn gerealiseerd en welke (nog) niet en een korte samenvatting van de evaluatie van de Groene Hart Rekenkamer.
Gerealiseerd uit Groenstructuurplan Gouda blijft groen 2007-2015:
Het aantal gemeentelijke bomen in het jaar 2006 is gehandhaafd en neemt nog toe.
Bomen krijgen de kans om oud te worden en worden minder snel gekapt. In het plan zijn randvoorwaarden voor de groeiplaatsen echter niet meegenomen, deze zijn wel verwerkt in het Programma Groen Gouda.
Intensief beheer is beperkt tot locaties waar het groen een representatieve functie heeft.
Natuurvriendelijke oevers zijn toegenomen. Het is nu zo dat de gemeente altijd natuurvriendelijke oevers aanlegt tenzij het niet anders kan.
Er zijn veel Groen-moet-je-doen initiatieven bijgekomen, waarbij bewoners het onderhoud uitvoeren.
Gerealiseerd uit Groen, groener, Gouda 2017:
Groen is veel nadrukkelijker in beeld gekomen (in de politiek, gemeentelijke organisatie en in de maatschappij in het algemeen). Groen is onderdeel van veel maatschappelijke opgaves: klimaatadaptatie, biodiversiteit, gezondheid, aantrekkelijke leefomgeving enzovoorts.
Het openbaar groen is niet afgenomen. Soms zijn er schommelingen doordat het beheer van groen wordt overgeheveld van de ene beheerder naar de andere. Bijvoorbeeld van gemeente naar provincie of andersom.
Snippergroen wordt in de basis niet meer verkocht. In uitzonderlijke gevallen is dit nog mogelijk.
Bij herinrichtingen en projecten in de openbare ruimte is het uitgangspunt dat het openbaar groen gelijk blijft of toeneemt.
De Structuurvisie Groen is opgesteld.
Instelling van het Groenfonds.
Niet gerealiseerd uit Groenstructuurplan Gouda blijft groen 2007- 2015:
In het Groenstructuurplan was het doel om het totale groenoppervlak te handhaven. In de evaluatie van het plan bleek dit niet gelukt te zijn. In Groen, groener Gouda 2017 zijn om die reden verschillende doelen/maatregelen opgenomen om het tij te keren.
In de evaluatie werd geopperd om te kijken naar een methode die de kwaliteit van de boombalans weergeeft. Dat is tot op heden niet gebeurd. Maar in het nieuwe Programma Groen: Bomen staan wel methodes hiervoor (boomkroonvolume/ boomkroonbedekking).
Niet gerealiseerd uit Groen, groener, Gouda 2017:
Er wordt gesproken over verschillende groennormen. Deze zijn er niet gekomen. Dit programma brengt hier verandering in.
Evaluatie Groene Hart Rekenkamer:
Het rapport van de Rekenkamer Groene Hart uit 2020 stelde voor om heldere kaders op te stellen voor het behoud en versterken van biodiversiteit. Biodiversiteit (gevarieerdheid, stabiele ecosystemen, inheemse soorten, verbinding met omliggende natuurgebieden, etc.) kan versterkt worden door hier specifieke doelstellingen voor te formuleren en de juiste omstandigheden te bevorderen. Hier geeft dit Programma Groen Gouda en het Programma Groen: Biodiversiteit, naast de huidige inzet, verdere invulling aan.
1.6 Proces
Bij het opstellen van dit plan bundelde de gemeente lokale kennis met actuele landelijke ontwikkelingen.
Het opstellen van het Programma Groen Gouda doorliep zes fases. De eerste fase bestond uit inventarisaties van bestaand en voorgaand beleid, de buitenruimte van Gouda en kennis en ervaringen van zowel inwoners als de gemeente. Daaruit volgde een analyse waaruit de eerste concept beleidspunten rolden. In de tweede en derde fase werden analyse en beleidspunten in visualisaties zoals kwetsbaarheidskaarten en structuurkaarten omgezet. De vierde fase bestond uit het verder uitwerken van de beleidspunten en maatregelen. Het resultaat van de laatste twee fases staan in dit Programma Groen Gouda. Het resultaat van de inventarisatie en ophalen van informatie zowel intern als extern is opgenomen in de bijlage.
Het participatietraject
Het Programma Groen Gouda is opgesteld met behulp en inbreng van verschillende partijen. De belangrijkste speerpunten die naar voren kwamen bij de belangengroepen waren:
Ecologisch beheer heeft geleid tot waardevolle Goudse ecologische structuren. Deze worden echter onvoldoende beschermd en dreigen door ontwikkelingen te worden aangetast.
Het grondwaterniveau is een punt van zorg. Bij een te hoge grondwaterstand is er snel sprake van (water)overlast, bij een laag niveau is er sprake van inklinking van de bodem en verzakkingen van infrastructuur. Bomen onttrekken water aan de bodem. Het is noodzakelijk dat bij (nieuwe) aanplant altijd onderzocht wordt hoe de betreffende bodem eruit ziet.
De Binnenstad kent een heel eigen karakter en moet op basis van andere uitgangspunten een groene inrichting krijgen. De doelen voor de Binnenstad zijn wel hetzelfde als voor de rest van Gouda. Zie het Kwaliteitsplan Openbare Ruimte Binnenstad (KOR) voor de uitgangspunten die van toepassing zijn in de Binnenstad.
De Korte Akkeren heeft de meeste voordelen van een groene impuls.
Op dit moment zijn veel inwoners van Gouda actief bezig met groene initiatieven. De gemeente zet toch in op promotie om verschillende doelgroepen ervan bewust te maken en samenwerking tussen de groene initiatieven en de gemeente voort te zetten.
Bij de start van het proces - van 12 juni tot en met 10 juli 2023 - hebben 479 Gouwenaars aan de hand van een vragenlijst aangegeven wat zij belangrijk vinden voor het nieuwe Programma Groen Gouda. De deelnemers lieten weten dat ze groen belangrijk vinden voor een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving. Uit de antwoorden bleek dat men het groen nog niet divers genoeg vindt in verschillende wijken en dan met name als het gaat om het aantal groene sport- en speelmogelijkheden en groene ontmoetingsplekken. Een beknopt verslag van de antwoorden die inwoners gaven is te vinden in bijlage C.
Verder is de gemeentelijke organisatie en de politiek meegenomen in het proces. Met hen zijn de doelen integraal afgestemd (zie 6 Wat gaan we doen en hoe?). De verantwoordelijke wethouder en de raad werden tussentijds steeds geïnformeerd over de voortgang en inhoud van het Programma Groen Gouda. Hun input is meegenomen in de aanvulling en aanscherping ervan.
Tot slot is een groot aantal belangenorganisaties uitgenodigd voor het scherper stellen van de beleidsdoelen en bijbehorende maatregelen. Deze groep bestond uit wijkteams van verschillende Goudse wijken, groene clubs, de vereniging voor bedrijventerreinen enzovoorts. Tijdens een intensieve werksessie hebben zij hun advies gegeven over de diverse punten en aanvullingen gegeven voor de verdere uitwerking.
2 De positieve effecten van groen
2.1 Inleiding
Groen is gezond! Diverse wetenschappelijke onderzoeken[12] tonen aan dat groen positieve effecten heeft op de leefomgeving en de lichamelijke én mentale gezondheid. Enkele voorbeelden:
Uitzicht op groen maakt gelukkiger en vermindert stress.
Groen draagt bij aan het verlagen van CO2 in de lucht.
Een groene omgeving nodigt uit om naar buiten te gaan en te bewegen.
Kinderen leren beter in een groene omgeving én worden socialer.
Groene buitenruimtes zorgen voor meer sociale samenhang.
Groen werkt verkoelend en vangt regenwater op.
Groen vermindert criminaliteit in wijken.[13]
Groen verhoogt de waarde van vastgoed.
Maar niet alleen mensen hebben voordeel van groen en zijn er afhankelijk van. Ook dieren zijn afhankelijk van bomen, struiken en andere beplanting. Groen biedt hen voedsel, verplaatsingsmogelijkheden, voortplanting en veiligheid. Deze vier elementen staan ook wel bekend als de V’s voor fauna, zie het Programma Groen: Biodiversiteit voor de toelichting hiervan.
[12] https://www.wur.nl/nl/show-longread/groen-goed-voor-de-gezondheid.htm
[13] https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0169204612002502
2.2 Groen en actuele maatschappelijke themas
Groen heeft een sterke samenhang met maatschappelijke opgaven en de lokale Goudse opgaven van dit moment (afbeelding 2.1). Gouda wil de negatieve lokale effecten van de klimaatverandering bestrijden, de biodiversiteit behouden en versterken, de ruimtelijke kwaliteit van de stad waarborgen en/of te verbeteren en zorgen voor een gezonde leefomgeving. Daarnaast staat het bouwen van nieuwe woningen hoog op de agenda.
Kortom, geen geringe opgaven die elkaar ook nog eens direct of indirect beïnvloeden. Groen heeft een positieve werking op deze actuele thema’s. Met maatregelen voor voldoende groen in de Goudse leefomgeving en met de juiste keuzes om dit groen duurzaam te behouden, maken we echt verschil en zorgen we voor een gezonde groene, toekomstbestendige stad. Ook voor nieuwe woonwijken is bouwen met respect voor natuurlijke systemen (bodem, water, natuur) de toekomstbestendige keuze. Voldoende groen is daarbij de basis.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_624c8c10-2c4a-4038-ac24-34523699257c.jpg)
Afbeelding 2.1: Goudse opgaven (Omgevingsvisie Gouda 2022).
Bodemdaling en groen in Gouda
Een thema dat naast klimaat, biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid een grote rol speelt in Gouda is bodemdaling. Het thema bodemdaling zorgt ervoor dat de kwaliteit en het behoud van groen onder druk komt te staan.
Door het gewicht van de bebouwing en opgebrachte grond in Gouda in combinatie met de slappe ondergrond van veen zakt de bodem drie millimeter per jaar, en op sommige plekken nog meer. Deze bodemdaling levert problemen op in de openbare ruimte; bodemdaling in Gouda zorgt vaak voor een slechte kwaliteit van het groen. Vooral bomen hebben hier last van; boomwortels komen steeds meer in het grondwater (het grondwaterpeil kan tussen de 10 en 20 centimeter fluctueren). Daardoor worden bomen in Gouda vaak niet oud. Daarom worden nieuwe bomen, waar mogelijk, op een terp geplant. Zo is een boom beter beschermd tegen bodemdaling en eventuele latere grondophoging, en daarmee beter toekomstbestendig.
Maar ook ander groen kan negatief beïnvloed worden door bodemdaling. De daarbij horende hoge grondwaterstanden leiden vaak tot drassige, zuurstofloze en dichtgeslagen groengebieden met slechte kwaliteit aan beplanting en slechte biodiversiteit. Om de doelstellingen rondom de thema's klimaat, biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid op een duurzame manier te borgen, moeten op een duurzame manier de groeiomstandigheden van het groen op een bodemdalingsgevoelige ondergrond geborgd worden. Het is daarom belangrijk om bij de soortkeuzes van bomen en planten soorten te kiezen die beter bestand zijn tegen de gevolgen van bodemdaling. Wanneer er gekozen moet worden voor bomen die slecht bestand zijn tegen de negatieve effecten moeten (technische) maatregelen genomen worden, zoals de genoemde terpen, om de kwaliteit van het groen te borgen. Op de volgende afbeelding is te zien op welke manier bodemdaling een negatieve impact heeft op de kwaliteit en het behoud van groen en biodiversiteit, en hoe kwaliteitsbehoud daarbij mogelijk is. Dit schema is vooral belangrijk in de ontwerpfase, waar keuzes gemaakt moeten worden hoe er in de toekomst met groen om gegaan zal worden.
In dit programma zijn de gevolgen van bodemdaling op groen en biodiversiteit meegenomen voor de uitwerking van de thema’s, doelen en maatregelen.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_5ecaeb25-a71e-4d48-83e8-3b53229ee0f7.jpg)
Afbeelding 2.3: De negatieve effecten van bodemdaling op groen en biodiversiteit.
2.3 Samenhang positieve effecten van groen
2.3.1 Inleiding
In afbeelding 2.4 is terug te vinden op welke manier groen positieve impact heeft op de thema’s klimaat, biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid. Ook staan in het schema de Goudse opgaven en Goudse keuzes, afkomstig uit de Omgevingsvisie, geplaatst bij de thema’s waar ze bij aansluiten. Dit toont de samenhang tussen actuele maatschappelijke thema’s, lokale Goudse opgaven en keuzes en hoe groen daaraan kan bijdragen. Op welke manier groen kan bijdragen aan deze vier thema's wordt op de volgende bladzijden in meer detail beschreven.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_6844766a-8290-4ff7-a81a-fd9fa34bc25a.jpg)
Afbeelding 2.4: Samenhang groene impactgebieden Gouda.
2.3.2 Groen heeft positieve impact op het stedelijke klimaat[14]
1) Door in een stedelijke omgeving met veel verharding zoals beton, woningen en asfalt voldoende grote bomen te planten koelt de omgeving af door schaduwwerking en vochtregulatie. Dit zorgt ervoor dat het hitte-eilandeffect vermindert en de bebouwde omgeving afkoelt.
Specifiek voor de Goudse situatie geldt dat bomen zeker bijdragen aan verkoeling maar plaatselijk ook zorgen voor verlaging van de grondwaterstand. Dit kan plaatselijk een risico zijn aangezien de houten paalfundering dan droogvalt en kan gaan rotten waardoor de fundering verzwakt. Waar dit geldt, is een extra afweging tussen deze aspecten nodig
2) Door voldoende mogelijkheden te creëren om wateroverlast door piekbuien op te vangen via wadi’s, open watergangen en vijvers, en grote plantvakken wordt het riool minder belast.
Infiltratie is voor de Goudse situatie in stedelijk gebied niet altijd de beste oplossing gezien de al hoge grondwaterstand in de herfst en winter. Daar waar de grondwaterstanden hoog kunnen zijn moet een extra afweging gemaakt worden tussen deze aspecten
3) Door verhard oppervlak te vervangen door groen, infiltreert meer regenwater in de bodem in periodes van droogte (vooral tijdens de lente en zomer). Dit ondersteunt de natuurlijke waterkringloop met als gevolg minder droogte.
Zoals hiervoor ook vermeld: infiltratie is voor de Goudse situatie in stedelijk gebied niet altijd de beste oplossing gezien de al hoge grondwaterstand in de herfst en winter. Bij het vervangen van verhard oppervlak door groen is daarom maatwerk per locatie nodig om onnodige verhoging van de grondwaterstand te voorkomen.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_a28bba69-25b8-4980-a71e-6417b3ee40cd.jpg)
Afbeelding 2.5: Klimaat
[14] https://edepot.wur.nl/22402
2.3.3 Kader 2.1: Bomen versus zonnepanelen
Bomen versus zonnepanelen
Bomen en zonnepanelen zijn beide belangrijke middelen om de wereld duurzamer te maken. Daarom probeert de gemeente zoveel mogelijk met beide rekening te houden. Toch is er een belangrijk verschil tussen de twee: de effecten van een boom zijn vooral merkbaar rondom de boom zelf (plaatsgebonden), en het effect van een zonnepaneel kan ook op afstand benut worden (niet plaatsgebonden). Daarnaast kunnen bomen ervoor zorgen dat omwonenden juist minder energie verbruiken (bijvoorbeeld omdat de airco minder nodig is tijdens warme dagen) en verbeteren bomen de leefomstandigheden aantoonbaar. Bomen en duurzame energieopwekking (zonnepanelen) zijn allebei belangrijk voor een duurzame leefomgeving, maar omdat bomen plaatsgebonden zijn, zullen zij in de openbare ruimte voorrang krijgen op zonnepanelen. Alleen als er zwaarder wegende maatschappelijke belangen zijn kan een uitzondering gemaakt worden.
2.3.4 Groen heeft positieve impact op biodiversiteit[15]
1) Door beplanting aan te leggen met verschillende planten en bomen, die om de beurt bloeien en hun vruchten afwerpen, kunnen dieren in ieder seizoen voldoende voedsel vinden om te overleven. Daarmee blijft de biodiversiteit behouden en wordt het versterkt.
2) Door meer groene verbindingen aan te leggen kunnen dieren en planten zich gemakkelijker verplaatsen en voortplanten. Dit zorgt voor gezonde populaties.
3) Een grotere variatie aan soorten zorgt voor meer natuurlijke vijanden voor plagen en ziektes. Daarmee blijft het groen gezonder, en dat is ook gunstig voor mensen.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_628c7df5-06e2-42c0-83b9-d1ed3df6a900.jpg)
Afbeelding 2.6: De effecten van groen op het thema biodiversiteit.
[15] https://edepot.wur.nl/22402
2.3.5 Groen heeft positieve impact op ruimtelijke kwaliteit[16]
1) Door voort te borduren op cultuurhistorische (groene) elementen blijft het landschap en de leefomgeving herkenbaar. Dit draagt bij aan de regionale herkenning van een plek.
2) Door bij planvorming gebruik te maken van lokale kennis van inwoners en die in te passen bij de uitvoering van het project ontstaat er verbinding en voelt de leefomgeving meer als thuis.
3) Kwalitatief hoogwaardig groen zorgt voor een prettige leefomgeving voor ontmoeten en verblijven. Daarmee creëert groen kansen voor een sterke sociale samenhang.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_15cbb20f-1e51-4760-bbb8-7aebd41198fb.jpg)
Afbeelding 2.7: De effecten van groen op het thema ruimtelijke kwaliteit.
[16] https://edepot.wur.nl/22402
2.3.6 Groen heeft positieve impact op gezondheid[17]
1) Hoe groter het kroonvolume van een boom, hoe meer schaduw de boom geeft. Hoe meer schaduw er is, hoe koeler de omgeving wordt, met als gevolg minder hittestress.
2) Robuust groen filtert de hoge dynamiek van de stad en dempt daarmee de prikkels die mensen binnen krijgen zoals geluid, beweging en visuele prikkels.
3) Hoe gevarieerder het groen is, hoe meer mensen naar buiten gaan om te bewegen en elkaar te ontmoeten. En dat is goed voor de lichamelijke en mentale gezondheid. [18]
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_54e988ae-4bce-41c7-931e-436548ed845c.jpg)
Afbeelding 2.8: De effecten van groen op het thema gezondheid.
[17] https://www.wur.nl/nl/show-longread/groen-goed-voor-de-gezondheid.htm
[18] https://edepot.wur.nl/22402
2.4 Goudse groene voorbeelden
2.4.1 Inleiding
De focus in dit programma ligt op een aantrekkelijkere en groenere openbare ruimte. Dit doen we met de inzet van gevarieerd groen, een toekomstbestendig bomenbestand met bomen die zijn aangepast aan een veranderend klimaat, een sterke biodiversiteit en het stimuleren van onze gezondheid.
Dit zijn echter geen nieuwe ontwikkelingen binnen de gemeente Gouda. Veel doelen en maatregelen die aan bod komen in 6 Wat gaan we doen en hoe? borduren voort op bestaande ontwikkelingen. Daarbij gaan heel veel ontwikkelingen al goed.
2.4.2 Klimaat
Diverse parken zoals het Van Bergen IJzendoornpark en het Houtmansplantsoen zijn voorbeelden van ruime, groene verblijfsplekken waar inwoners en bezoekers verkoeling kunnen opzoeken tijdens warme, zomerse dagen. Plekken zoals deze, maar ook plekken op kleinere schaal zorgen ervoor dat men hittestress kan vermijden en koelte kan opzoeken. Zo bieden diverse bomenlanen langs fietsroutes verkoeling tijdens fietstochten.
2.4.3 Biodiversiteit
Sinds de zomer van 2022 is Gouda bezig met een biodiversiteitmeting om het aantal soorten in de stad in beeld te krijgen. De metingen worden uitgevoerd binnen 90 hokken van 500 meter bij 500 meter. Verder werd Gouda in 2023 uitgeroepen tot meest bij-vriendelijke gemeente van Nederland. Ook staat Gouda bekend om haar kleurrijke orchideeën en is een bever te vinden binnen de stadsgrenzen. Ecologisch beheer, biodiverse initiatieven van Gouwenaars en het omvormen van traditioneel groen naar ecologisch groen hebben hier onder andere aan bijgedragen.
Gouda Zoemt is een van deze biodiverse initiatieven. Deze regeling maakt het mogelijk voor inwoners om loze grasvelden aan te melden als potentieel bijenveld. Deze regeling is net opgestart en komt langzaamaan op gang.
2.4.4 Ruimtelijke kwaliteit
Groene burgerinitiatieven/regelingen dragen bij aan sociale samenhang binnen de wijk. Gouda kent veel groene burgerinitiatieven/regelingen. Er zijn drie regelingen gericht op inwoners en openbaar groen die actief worden gepromoot vanuit de gemeente. Dit zijn: Groen-moet-je-doen, Grijs-wordt-groen en Gouda Zoemt. Voor de toelichting van het groene burgerinitiatief Gouda Zoemt zie 2.4.3 Biodiversiteit.
Binnen de gemeente zijn veel enthousiaste inwoners te vinden die deel uitmaken van deze initiatieven en daarmee Gouda groener, gezonder en aantrekkelijker maken. De openbare buurttuin gelegen aan het Tulpenpad, de Tulpentuin, in de wijk Bloemendaal is hier een voorbeeld van. Deze plek is een oase voor mens en dier! De diverse plantsoorten zorgen voor huisvestiging, voedsel en voortplantingsmogelijkheden voor dieren. Voor de buurtbewoners is het een plek om samen in de tuin te werken en kennis uit te wisselen op het gebied van natuur. De Barbaratuin is een ander voorbeeld van een succesvol groen initiatief. Deze tuin bevat een moestuin van en voor kinderen die in 2020 is aangelegd. Voor de aanleg van de tuin was het een speelplek. Nu is het een plek waar kinderen (en ouders) samen kunnen leren, ontmoeten en samen koken.
2.4.5 Kader 2.2: Groene burgerinitiatieven in Gouda
Groen-moet-je-doen:
De gemeente geeft de mogelijkheid aan inwoners om zelf het openbaar groen te onderhouden. Hierdoor ontstaan onder andere buurttuinen. Het is niet toegestaan om een Groen-moet-je-doen in een Goudse ecologische structuur te starten (zie 4 Wat hebben we nu?).
Inwoners moeten aantonen dat er draagvlak is voor hun idee, de direct omwonenden worden zo betrokken bij de plannen.
De gemeente sluit een Groen-moet-je-doen overeenkomst voor onbepaalde tijd af met inwoners.
De gemeente keert eenmalig een vast bedrag per m2 uit, met een vastgesteld maximumbedrag om (bij voorkeur biologische) inheemse beplanting te kopen die de biodiversiteit bevordert.
Grijs-wordt-Groen:
Met deze regeling zijn inwoners zelf actief met het vergroenen van hun versteende leefomgeving.
Inwoners melden versteende gebieden aan, de gemeente gaat na of vergroening daar mogelijk is.
Inwoners maken de plannen (in overleg met gemeente) en zijn verantwoordelijk voor draagvlak en communicatie in de omgeving. De direct omwonenden worden zo betrokken bij de plannen.
De gemeente legt de groenvakken aan. Inwoners mogen zelf planten kiezen voor de plantvakken of dit aan de gemeente overlaten. Bij dat laatste gaan inwoners zelf het groen beheren en sluiten we een Groen-moet-je-doen overeenkomst af.
In 95% van de gevallen kiezen inwoners ervoor om met elkaar het groenvak te onderhouden. Zo ontstaan via Grijs-wordt-Groen allerlei buurttuinen, die bijdragen aan de sociale samenhang.
Naast het groen dat wordt gerealiseerd, is Grijs-wordt-Groen vooral ook van waarde in de bewustwording rondom vergroening. Samen met onder andere de Tegeltaxi, het NK Tegelwippen en geveltuinacties is de Grijs-wordt-Groenregeling iets dat telkens weer in de belangstelling komt, vanwege nieuw opgeleverde locaties. Anders dan bij grote gemeentelijke projecten is er vaker een oplevermoment waarover kan worden gecommuniceerd, waardoor het initiatief telkens aandacht krijgt.
2.4.6 Gezondheid
Speelplekken in een groene natuurlijke omgeving dragen bij aan de gezondheid en stimuleren gezond gedrag. In 2023 werd Gouda door Jantje Beton uitgeroepen tot meest speelvriendelijke gemeente van Nederland. Deze prijs wordt uitgereikt aan de gemeente met de meest ideale mix tussen de fysieke ruimte en sociale onderdelen op speelgebied. Ook bekijkt Jantje Beton of speelplekken in samenwerking met kinderen en jongeren werden ontwikkeld. Binnen Gouda zijn traditionele speeltuinen met schommels en glijbanen, natuurspeeltuinen met een avontuurlijke twist, voetbalvelden en basketbalvelden te vinden. Op de speeltuinenkaart zijn alle locaties terug te vinden.
2.4.7 Kader 2.3: Eetbaar groen
Eetbaar groen
Veel mensen zijn gewend om hun groenten en fruit rechtstreeks vanuit de supermarkt te halen. Maar het kan anders! De natuur biedt heel veel smaakmakers, fruit en vruchten, klaar voor consumptie. Van nature zijn deze producten terug te vinden in bossen, velden en soms zelfs in particuliere achtertuinen.
Eén van vele mooie voorbeelden
Aan het Kikkerpad en de Boerensloot in de wijk Bloemendaal ligt het voedselbos De Zeven Kikkers. Buurtbewoners hebben samen dit voedselbos aangelegd. Hiermee produceren ze niet alleen zelfstandig verschillende soorten groente, fruit en smaakmakers, maar zijn ze ook sociaal en actief bezig met voedsel. Allemaal voordelen voor de mentale en lichamelijke gezondheid.
Het voedselbos De Zeven Kikkers ligt aan de rand van de wijk Bloemendaal. Deze locatie biedt daardoor genoeg ruimte voor eetbaar groen. Op andere plekken binnen de gemeentegrens is het creëren van eetbaar groen vaak moeilijker door ruimtegebrek (sterke verstedelijking, asfalt, andere maatschappelijke opgaven). Ook is het belangrijk dat initiatieven met eetbaar groen blijven leven in een buurt. Zodra fruitbomen bijvoorbeeld niet worden geplukt door buurtbewoners, ontstaat veel natuurlijk afval van afgevallen peren, appels of andere vruchten. De gemeente ondersteunt ontwikkelingen op het gebied van eetbaar groen en stimuleert dit. Hierbij bekijkt de gemeente altijd bij interesse of er mogelijkheden zijn voor eetbaar groen en op welke manier het aangepakt kan worden.
3 De Goudse groenvisie
Over tien jaar is Gouda een gemeente met een aangename leefomgeving en een meer toekomstbestendige inrichting.
We zijn ‘koploper’ op het gebied van biodiversiteit door regionale samenwerking en het breed inzetten van ecologisch beheer en omvormingen.
De gezondheid van inwoners is bevorderd door een betere luchtkwaliteit en een omgeving die uitnodigt naar buiten te gaan, te bewegen en elkaar te ontmoeten.
Het lokale klimaat is verbeterd door de toepassing van meer groen en water, vooral op plekken waar hittestress groot is.
De ruimtelijke kwaliteit is toegenomen door het koesteren en versterken van onze identiteit, de wensen van inwoners te integreren bij projecten en sociale samenhang te bevorderen.
Gemeente Gouda haalt deze doelen door slimme oplossingen, gecombineerd ruimtegebruik en samenwerking tussen de gemeente en inwoners.
4 Wat hebben we nu?
4.1 Inleiding
Alle groene onderdelen binnen de gemeente zoals parken, bomen en groenvakken vormen samen de Goudse groenstructuur. De Goudse groenstructuur verbindt onze stedelijke omgeving met het omringende veenlandschap. Op kleinere schaal verbindt het groen de Goudse wijken met elkaar. Kortom: het Goudse groen maakt van Gouda één geheel.
De Goudse groenstructuur is de ruggengraat van dit Programma Groen Gouda. Dit groen benadrukt vaak de stedenbouwkundige structuur en verwijst naar historie. Dit hoofdstuk geeft inzicht de huidige Goudse groenstructuur.
Het groen in Gouda is verdeeld over vier structuren die ieder hun eigen functie en karakter hebben. Deze hebben elk hun eigen beschermingsgraad; er mag dus niet zomaar groen verwijderd worden dat tot deze structuren behoort.
4.2 De Goudse groenstructuur
Op de groenstructuurkaart van de gemeente Gouda staan alle onderdelen van de Goudse groenstructuur in één overzicht weergeven. De groenstructuren zijn uitgesplitst in:
- a.
Goudse ecologische structuur
- b.
Hoofdgroenstructuur
- c.
Nevengroenstructuur
- d.
Overig groen (niet in de groenstructuurkaart opgenomen, omdat dit groen uit kleine delen bestaat die nauwelijks zichtbaar zijn op de kaart).
Iedere structuur heeft zijn eigen hoofdfunctie en beschermingsgraad. Deze worden in de volgende paragrafen beschreven.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_96608ced-2aa5-4586-87c0-906762f7bfb0.jpg)
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_d1db5aa4-9608-4c92-b8df-286aac86da2a.jpg)
Afbeelding 4.1:De Goudse groenstructuren.
4.3 Kader 4.1: Disclaimer Goudse Groenstructuurkaart.
Disclaimer Goudse Groenstructuurkaart
De groenstructuurkaart in dit document is de kaart zoals is bepaald op 10 april 2024. De groenstructuurkaart is echter een levend document dat wordt aangepast aan nieuwe ontwikkelingen. De gemeente Gouda houdt de groenstructuurkaart via het GIS-portaal up-to-date.
4.4. Kader 4.2: Disclaimer bomen buiten de groenstructuren van Gouda.
Disclaimer bomen buiten de groenstructuren
Bomen vormen een belangrijke groene basis binnen de groenstructuren. Bomen die niet onder de ecologische, hoofd- of nevenstructuur vallen zijn opgenomen onder ‘overig groen’. Hoe deze bomen beschermd worden, staat in het Programma Groen: Bomen.
4.5 De Goudse ecologische structuur
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7e8d219c-b2ef-4031-af9c-fa27d5abd0b4.jpg)
Afbeelding 4.2 : de Goudse ecologische structuur.
Plekken met een hoge waarde voor de biodiversiteit vallen onder de Goudse ecologische structuur. In deze structuur zijn gebieden opgenomen die van groot belang zijn voor de biodiversiteit, en die heel moeilijk te vervangen zijn. Deze structuur heeft een zeer hoge beschermingsgraad (zie 6.2 Groenstructuur).
Naast groengebieden aan de randen van de stad, lopen er belangrijke ecologische verbindingszones dwars door de stad heen. Deze ecologische verbindingszones bestaan onder andere uit de spoorlijn die dwars door Gouda loopt. De spoorlijn verbindt het groen dwars door de stad van oost naar west. Dier- en plantsoorten kunnen zich in het groen langs deze spoorlijn huisvesten, verplaatsen en voortplanten.
Binnen de Goudse ecologische groenstructuur vallen ook gebieden die niet in beheer zijn van de gemeente. Denk hierbij aan de spoorlijn die in beheer is van Prorail of natuurgebieden die in beheer zijn van Staatsbosbeheer en/of het waterschap. Ook recreatie- en natuurgebied de Goudse Hout valt hieronder. Om de Goudse ecologische groenstructuur te beschermen is samenwerking tussen de gemeente en de betreffende beheerders noodzakelijk.
Ecologische gebieden
Ecologische gebieden hebben hoge natuurwaarden en zijn soms afgesloten voor recreatie om de natuurwaarden te beschermen. In veel gebieden is wel gedeeltelijk ruimte gemaakt voor voorzieningen voor wandelaars, fietsers, ruiters en andere buitensporten. De recreant is ‘te gast’ in de natuur.
Kenmerken van ecologische gebieden zijn de hoge waarde voor biodiversiteit, natuurlijke processen en bijzonder landschap. Voor dieren en planten dienen deze plekken als veilige thuishavens. Ecologische gebieden zijn als het ware een ‘accu’ voor de biodiversiteit; als soorten op andere plekken verdwijnen kunnen ze zich vanuit natuurgebieden opnieuw verspreiden. Natuurlijk moeten de ecologische gebieden dan wel groot en gezond genoeg zijn om de verschillende soorten voor lange termijn te laten overleven.
Spoorlijn
Het Nederlandse spoor verbindt Gouda met alle uithoeken van Nederland. Deze verbinding heeft niet alleen betrekking op de mobiliteit van de mens, maar ook die van de natuur. De spoorbermen langs de spoorlijn zijn essentiële leefgebieden voor plant en dier. Uit onderzoek blijkt dat in de eerste tien meter van een spoorberm vanaf het spoor meer planten diersoorten voorkomen dan in de honderd meter terrein die daarop volgen.
4.6 Hoofdgroenstructuur
De hoofdgroenstructuur bestaat uit groene elementen die van waarde zijn voor de hele gemeente. Deze structuren liggen langs hoofdwegen, zijn beeldbepalend voor de groene uitstraling van de gehele gemeente, versterken de oriëntatie, hebben een aantrekkingskracht op de hele stad en vormen bij voorkeur een samenhangend netwerk. Ook deze structuur is waardevol vanuit ecologisch opzicht, maar minder dan de Goudse ecologische structuur. Daarnaast heeft de hoofdgroenstructuur een belangrijke functie wat betreft oriëntatie. De beschermingsgraad is hoog (zie 6.2 Groenstructuur).
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_63dd4038-c817-4099-8ce7-8dce3a67dcd4.jpg)
Afbeelding 4.3: de Goudse hoofdgroenstructuur.
Verkeersgeleidende groenstructuur
Het groen dat een belangrijke verkeersgeleidende functie heeft draagt bij aan herkenbare lijnen door de stad en versterkt het oriëntatiegevoel. Ook verbinden ze verschillende Goudse wijken met elkaar. De hoofdbomenstructuur en de groenvakken waarin de bomen staan of die direct daaraan grenzen behoren tot de hoofdgroenstructuur.
Historische linten
De hoofdbomenstructuur overlapt grotendeels met de historische linten. De historische linten zijn wegen, dijken, rivieren en grachten binnen de gemeente die al eeuwenlang als een lint of een draad door de stad lopen. De historische linten bestaan nooit enkel uit één lijn. Het is altijd een samenhangend geheel van bomen, een weg, bruggen, watergangen enzovoorts. De stadssingel en de Bloemendaalseweg zijn voorbeelden van historische linten.
Grote parken/groene verblijfsruimten
Deze gebieden zijn de belangrijkste groene plekken in de gemeente voor inwoners en bezoekers om in het groen te verblijven. Deze gebieden hebben een aantrekkingskracht op de hele stad, zijn erg waardevol als robuuste koele plek op hete dagen. Grote, historische parken zoals het Van Bergen IJzendoornpark (gemeentelijk monument) en het Houtmansplantsoen (rijksmonument) dragen veel bij aan de identiteit van Gouda. Daarnaast zijn parken zoals het Atlantispark een belangrijke stapsteen voor dieren en planten als verbinding tussen de structuren. Een populaire plek als het Goudse Hout valt onder de ecologische structuur vanwege het ecologische belang.
Natuurvriendelijke oevers
Gouda kent veel watergangen met natuurvriendelijke oevers. Watergangen met natuurvriendelijke oevers geven extra natuurwaarde ten opzichte van watergangen met beschoeiing. Het trekt meer diversiteit aan en brengt natuur de stad in. Daarnaast leveren natuurvriendelijke oevers een grote bijdrage aan het bergen van water in regenachtige periodes. De natuurvriendelijke oevers kunnen op de kaarten zowel in de ecologische structuur als de hoofdgroenstructuur te zien zijn. Voor het beleid van deze oevers moeten de beleidsregels van de hoofdstructuur worden gevolgd (onder andere qua beheer).
Begraafplaatsen
Grote begraafplaatsen, zoals IJsselhof Gouda en de oude begraafplaats in Korte Akkeren zijn rustige, groen ingerichte, intieme plekken voor de hele stad. Het is belangrijk dat deze plekken een kalme sfeer en aantrekkelijke beplanting hebben. Door de robuuste beplanting en rust zijn begraafplaatsen naast de plek om te herinneren ook waardevol als koele plek en voor biodiversiteit.
Grote entrees
De grote entrees van de stad Gouda zijn de plekken waar de hoofdwegen de stad binnenkomen. Deze plekken beïnvloeden de eerste indruk van bezoekers die de stad binnenrijden. Een passende overgang tussen de stad en het omringende veenlandschap of groene inrichting versterkt de eerste indruk. De hoofdfunctie op deze plekken is doorstroming van het verkeer, het is belangrijk dat de kruispunten bij deze grote entrees genoeg doorstroming kunnen bieden.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_c0d8d112-0758-4725-bc7d-59f8465d9aed.jpg)
Afbeelding 4.5: De ecologische structuur met de aangrenzende natuurvriendelijke oevers in dehoofdstructuur.
4.7 Nevengroenstructuur
De nevengroenstructuur bestaat uit groene elementen en objecten die van belang zijn voor de wijk. Meestal liggen deze structuren langs toegangswegen naar wijken of langs randwegen in de wijken zelf. De nevenstructuur is qua belang ondergeschikt aan de ecologische en hoofdstructuur, maar heeft nog steeds een goede beschermingsgraad.
Verkeersgeleidende groenstructuur
Het groen dat in de wijken een verkeersgeleidende functie heeft, draagt bij aan herkenbare lijnen door de wijk en versterkt het oriëntatiegevoel. Ook verbinden ze verschillende Goudse buurten met elkaar. De nevenbomenstructuur en de groenvakken waarin de bomen staan of die daaraan direct grenzen behoren tot de nevengroenstructuur.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_bcb62465-b9e2-44dc-876f-9f6064413b5b.jpg)
Afbeelding 4.6: de nevengroenstructuur.
4.8 Overig groen
Overig groen bestaat uit alle groene elementen die niet in de andere structuren vallen. Dit groen is van belang voor direct omwonenden en vormt de haarvaten van het groene netwerk. Het groen is gemakkelijker te verplaatsen of vervangen en heeft daarom een minder hoge beschermingsgraad dan de andere structuren. Maar ook hier mag groen niet zomaar verwijderd worden; het is wel belangrijk voor de wijk. Zie ook 6.2 Groenstructuur.
Speelplekken
Speelplekken zijn dynamische plekken waar kinderen spelen en volwassenen elkaar ontmoeten. De inrichting van speelplekken is in eerste instantie gericht op spelen. Een aangenaam klimaat creëren met groen is op deze plaatsen belangrijk. Ook kan groen uitnodigend werken om te komen spelen.
Buurttuinen
Buurttuinen zijn net als speelplekken ook dynamische plekken waarin (buurt)bewoners elkaar ontmoeten of hobbyen. De buurttuinen bestaat uit moestuinen waarin bewoners groente en fruit telen en oogsten.
Overig groen
Alle groene elementen die in de andere structuren nog niet zijn benoemd. Ook dit overig groen draagt bij aan de leefbaarheid van de wijk. Het maakt de buurt onder andere sfeervol, prettig op hete dagen en geeft een eigen identiteit aan de wijk. Voorbeelden van deze elementen zijn: plantvakken met (sier)heesters en eventueel bomen, en kleine plantsoenen.
5 Welke Goudse wijken zijn kwetsbaar?
5.1 Inleiding
In hoofdstuk 3 is het vergezicht geschetst waar Gouda naar toe werkt. Voordat er een plan gemaakt kan worden wat er moet gebeuren, is het nodig om te weten waar Gouda nu staat op weg naar dit toekomstbeeld. Dit is per wijk in kaart gebracht. Paragraaf 5.1 brengt de hoeveelheid groen per wijk in kaart; dit is een belangrijke basis voor verdere vergroening. Daarna is geanalyseerd welke wijken een kwetsbare openbare ruimte hebben op vier thema’s: klimaat, biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid. De kwetsbaarheid per thema is in kaart gebracht op basis van verschillende indicatoren. In de onderstaande paragrafen worden de indicatoren en hun bijdrage aan het thema toegelicht.
5.2 Hoeveel groen is er in Gouda?
De hoeveelheid groen in wijken heeft invloed op de kwaliteit van het leefklimaat. Niet alleen op bijvoorbeeld de mate van hittestress, maar ook op hoe een omgeving ervaren wordt. Is er voldoende groen om alle diensten die groen kan leveren op de thema’s biodiversiteit, klimaat, gezondheid en ruimtelijke kwaliteit optimaal in te zetten? Daarom is het goed om te weten hoeveel groen er al in Gouda aanwezig is per woning in elke wijk.
In de landelijke Nota Ruimte uit 2004 wordt een minimum oppervlakte van 75m2 groen en water per woning voorgesteld. Dit is onderdeel van de basiskwaliteit voor de leefomgeving; toegang tot voldoende groene en blauwe recreatiemogelijkheden[20]. Dit groen kan uit parken en plantsoenen bestaan, maar ook uit kleinere groenstroken zoals die rondom volkstuinen, sportcomplexen en begraafplaatsen. Ook hoeft niet al het groen toegankelijk te zijn voor recreatie om mee te tellen; het draagt toch bij aan de groene diensten. Water levert ook een bijdrage aan ruimtelijke kwaliteit en beleving, en heeft natuurwaarde. Daarom is dat ook meegenomen. De 75m2 groen en water richtlijn is door veel gemeenten overgenomen als richtlijn bij het bepalen waar meer groen toegevoegd zou moeten worden.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_5045ea10-12da-4897-8a20-f89071b4c311.jpg)
Afbeelding 5.1: Het aantal vierkante meters gemeentelijk groen en water per woning per wijk binnen de bebouwde kom.
Voor elke wijk in Gouda is berekend hoeveel gemeentelijk groen en water er beschikbaar is per woning binnen de bebouwde kom. Gemeentelijk groen is het groen dat in beheer is van de gemeente[21]. Het groen buiten de bebouwde kom is niet meegeteld. Het gaat namelijk om groen dat beleefbaar is in de directe woonomgeving. Ook is het binnenstedelijke water meegeteld. In afbeelding 5.1 is te zien hoeveel vierkante meters groen en water per woning dat oplevert in elke wijk. Voor de wijk Korte Akkeren zijn geplande ophogingen en bijbehorend toekomstig groen al meegenomen.
Uit de berekeningen blijkt dat de wijken Bloemendaal en Plaswijck ruim voldoen aan de richtlijn van 75m2 groen en water per woning, maar dat in de wijken Binnenstad, De Korte Akkeren en Kort Haarlem de richtlijn nog niet gehaald wordt. De wijk De Korte Akkeren wijkt het meeste af van de richtlijn en is daarmee het kwetsbaarst. Vier van de negen wijken in Gouda halen de richtlijn voor basiskwaliteit nog niet.
In tabel 5.1 is specifieker te zien welk gedeelte van die vierkante meters uit gemeentelijk groen bestaat en wat uit water. Ook dan voldoen de wijken Bloemendaal en Plaswijck aan de richtlijn van 75m2 groen per woning. Dichtbebouwde wijken als de Binnenstad en De Korte Akkeren vallen op door het lage aantal vierkante meters gemeentelijk groen per woning.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_a0a16761-2739-46f3-9918-7902aa357b71.jpg)
Tabel 5.1:Oppervlak gemeentelijk groen en water per woning in m2.
[20] https://www.omgevingsweb.nl/wp-content/uploads/po-assets/697320.pdf
5.3 Klimaat
Om de invloeden van het veranderende klimaat op Gouda te bepalen is er gekeken naar welke wijken kwetsbaar zijn voor hittestress en wateroverlast door piekbuien. Groen kan op deze factoren een positieve werking hebben, denk bijvoorbeeld aan het verminderen van hittestress door de verkoelende werking van bomen (zie ook 2.3 Samenhang positieve effecten van groen).
Hittestress komt in Gouda het meest voor op de bedrijventerreinen Goudse Poort, Kromme Gouwe, Gouwestroom, voormalig bedrijventerrein GOUDasfalt en in de Binnenstad. Bedrijventerreinen hebben een groot risico op hittestress, omdat hier weinig groenoppervlak is in verhouding tot de grote gebouwen en het verharde oppervlak. Omdat de analyse op wijkniveau is scoren de wijken waarin deze terreinen liggen hoog op hittestress, zoals bijvoorbeeld in Bloemendaal. Bedrijventerrein Goudse Poort zorgt hier voor flink wat warmte in een relatief vrij groene wijk. In de Binnenstad is er hittestress door de dicht op elkaar staande bebouwing, met daartussen veel verharding en in verhouding weinig grote, schaduwrijke bomen.
Wateroverlast door piekbuien ontstaat vooral doordat Gouda al een hoge grondwaterstand heeft en de bodem tegelijkertijd blijft dalen. Daarmee is er weinig ruimte om extra regenval te bergen. Vooral in versteende wijken zoals de Binnenstad, de Korte Akkeren en Kort Haarlem speelt dit een rol. Wateroverlast door langdurige regenval in de herfst- en winterperiode ontstaat vaak in de door bodemdaling laag liggende groengebieden/ parken die vaak een hoge grondwaterstand hebben en vaak ook een slecht waterdoorlatende bodem waarin zich veel humus bevindt.
Deelkaarten kwestbaarheid klimaat [22]
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_a605a5b2-43e4-45c1-935f-77c50a94a0de.jpg)
Afbeelding 5.2: Kwetsbaarheid voor hitte per wijk
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_b4554e7c-5eeb-41da-b374-673836450ca8.jpg)
Afbeelding 5.3: Kwetsbaarheid voor wateroverlast door piekbuien per wijk
Kwetsbaarheidskaart klimaat
Samengebracht in een overzichtskaart is te zien dat het thema klimaat in bijna alle wijken speelt: alleen Plaswijck en Westergouwe zijn op niveau. In deze ruim opgezette wijken is genoeg ruimte voor groen en water, met een positieve score tot gevolg.
De versteende Binnenstad is zeer kwetsbaar, net als Kort Haarlem. Bloemendaal is vooral kwetsbaar door de hitte-eilanden van het bedrijventerrein. Dichtbebouwde wijken zoals Goverwelle en De Korte Akkeren zijn ook kwetsbaar, maar hebben toch meer groen om de hitte te dempen en minder last van wateroverlast.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_d27736f3-472c-4bc4-992c-9d1afffc3089.jpg)
Afbeelding 5.4
5.4 Biodiversiteit
Om een indicatie te geven hoe het ervoor staat met de biodiversiteit in de wijken van Gouda is gekeken naar verschillende aspecten: het aandeel ecologische structuur per wijk, de waterkwaliteit en het soortenaantal qua flora en fauna.
Het aandeel ecologische structuur ten opzichte van het totale oppervlak van de wijk is in de wijken Noord, Stolwijkersluis en Westergouwe aanzienlijk. Kort Haarlem heeft het minste oppervlak ecologische structuur.
De waterkwaliteit in waterrijke wijken als Goverwelle en Plaswijck is redelijk. In Bloemendaal en Noord is de waterkwaliteit minder, waardoor deze wijken licht kwetsbaar zijn. Onder de spoorlijn liggen de grootste aandachtsgebieden, vooral de Binnenstad, Stolwijkersluis en Westergouwe zijn erg kwetsbaar op dit punt. Ook in Kort Haarlem en De Korte Akkeren is de waterkwaliteit nog niet op niveau.
In de zomer van 2022 is een biodiversiteitmeting gedaan om het aantal soorten per gebied in beeld te krijgen. Naar aanleiding van deze nulmeting zijn ingrepen gedaan, de resultaten worden gedurende een paar jaar gemonitord.
Deelkaarten kwetsbaarheid biodiversiteit
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_0e743d11-c537-4957-9417-a175a6e47d79.jpg)
Legenda
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_6c81ded0-2ea2-4dbc-8d50-f42bd410a28d.jpg)
Afbeelding 5.5: Aandeel ecologische structuur per wijk
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_8e342473-6332-440b-8553-ecb82e6008e6.jpg)
Afbeelding 5.6: Waterkwaliteit per wijk
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_8b3eb17a-7eaf-49f2-94e3-a0c40de980f1.jpg)
Afbeelding 5.7: Soortenaantal flora en fauna per wijk
Op deelkaart 5.7 is te zien dat Bloemendaal een soortenrijke wijk is, maar dat Plaswijck, Noord en de Binnenstad een veel kleinere soortenrijkdom kennen. Kort Haarlem en Stolwijkersluis zijn de kwetsbaarste wijken wat soortenaantal betreft.
Kwetsbaarheidskaart biodiversiteit
Samengebracht in de kwetsbaarheidskaart biodiversiteit valt op dat Kort Haarlem vooral kwetsbaar is voor verdere teruggang van de biodiversiteit in de stad. Ook de wijken Binnenstad en De Korte Akkeren zijn kwetsbaar. Bloemendaal en Goverwelle zijn voor dit thema op niveau.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7f5706a3-2f3d-4aa1-ab31-402cce6fa677.jpg)
Afbeelding 5.8: Kwetsbaarheid op thema biodiversiteit per wijk
5.5 Ruimtelijke kwaliteit
Ruimtelijke kwaliteit is een begrip dat moeilijk te meten en in een kaart te vatten is. Zoals in hoofdstuk 2 beschreven, gaat het om het zichtbaar houden van herkenbare elementen en structuren uit het verleden zodat de specifieke identiteit van het gebied bewaard blijft. Daarnaast gaat het om ruimte die functioneel kwaliteit toevoegt met fijne, verschillende verblijfplaatsen waar mensen graag komen en elkaar ontmoeten. Verder draagt de hoeveelheid initiatieven die door inwoners geïnitieerd wordt bij aan de leefbaarheid van de buitenruimte.
Om de historische groene identiteit van Gouda enigszins meetbaar op kaart te krijgen is per wijk de hoeveelheid historische linten met bomen, de hoeveelheid monumentale bomen en de waarde van de stedenbouwkundige structuur gewaardeerd (cultuurhistorische kaart Gouda). In Bloemendaal, de Korte Akkeren, Binnenstad en Kort Haarlem zijn relatief veel aanknopingspunten in de buitenruimte die herkenning geven aan historie en lokale landschappelijke kenmerken. De stedenbouwkundige opzet is daaraan ondersteunend. In de wijken Plaswijck en Westergouwe verwijzen relatief weinig groene structuren en elementen naar historische kenmerken die een gevoel van tijd en plaats geven. In Westergouwe kan zich dat in de tijd nog ontwikkelen.
De functionele kwaliteit van het groen in de wijken is in kaart gebracht door uitkomsten van de relevante vragen uit de vragenlijst onder inwoners (bijlage C) te interpreteren, in combinatie met de hoeveelheid gemeentelijk groen. Hieruit blijkt dat de respondenten uit Plaswijck het groen in hun wijk hoog waarderen als plekken voor verblijf en ontmoeting. In De Korte Akkeren is die waardering relatief laag.
De hoeveelheid initiatieven die bijdragen aan de leefbaarheid van de buitenruimte is in beeld gebracht per wijk, per inwoner. Hieruit blijkt dat er in Goverwelle en Westergouwe relatief weinig bewonersinitiatieven zijn die bijdragen aan verbinding met de wijk en haar inwoners.
Deelkaarten kwetsbaarheid ruimtelijke kwaliteit:
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_cf2f0790-c5df-4670-8114-d38ddb8807cc.jpg)
Afbeelding 5.9: Groene cultuurhistorie per wijk (linten,monumentale bomen, stedenbouwkundige opzet)
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_19493cf1-50bb-4b26-b39c-5e75656efe02.jpg)
Afbeelding 5.10: Functionele kwaliteit van het groen per wijk
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_5e9669f6-7a28-4a54-a1c6-7036bffae813.jpg)
Afbeelding 5.11: Groene initiatieven per inwoner per wijk
Kwetsbaarheidskaart ruimtelijke kwaliteit
De beoordeelde aspecten wat betreft ruimtelijke kwaliteit toont dat Kort Haarlem en de Binnenstad een voldoende niveau behalen. Westergouwe is als nieuwe wijk nog kwetsbaar op dit gebied, dit komt vooral doordat het een wijk in ontwikkeling is. In Goverwelle lijkt de kwetsbaarheid vooral te zitten op verbinding met de wijk door gebrek aan groene bewonersinitiatieven. In de rest van de wijken is het niveau van ruimtelijke kwaliteit licht kwetsbaar bevonden.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_e7d114e2-8b30-4bc6-a696-c67e6d683516.jpg)
Afbeelding 5.12: Kwetsbaarheid opruimtelijke kwaliteit
5.6 Gezondheid
In een dynamische stad zoals Gouda staat de ruimte voor een gezonde buitenruimte vaak onder druk door alle andere ruimtevragers zoals verkeer, woningen en energievoorzieningen. Voor een gezonde leefomgeving zijn robuuste, gevarieerde groene structuren van belang. Dit verleidt mensen buiten te verblijven en te bewegen. Daarnaast dempt een goede groenstructuur de dynamiek van de stad (geluid en andere prikkels) en geeft het verkoeling.
De kwetsbaarheid van de wijken voor het thema gezondheid is gewaardeerd door te kijken naar de hoeveelheid verkoelende bomen dichtbij een woning, het aantal te bereiken koele plekken dichtbij een woning, de luchtkwaliteit wat betreft stikstofniveau en het aantal warme nachten per jaar. Al deze zaken dragen bij aan een gezonde leefomgeving.
Een groene wijk als Bloemendaal scoort goed op verkoelende bomen in de buurt van woningen. Opvallend is dat Westergouwe en Stolwijkersluis allebei erg kwetsbaar zijn. In Westergouwe zijn de bomen nog erg jong; ze bieden nog weinig verkoeling. Naarmate de bomen groeien, zal de wijk beter scoren op dit aspect. In Stolwijkersluis staan weinig bomen op gemeentegrond maar over het algemeen hebben de woningen groene tuinen waardoor de kwetsbaarheid genuanceerd is. In Goverwelle is het meeste groen aan de randen van de wijk te vinden, wat verder weg van de woningen. Daardoor is ook deze wijk licht kwetsbaar.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_07ff1069-357a-480a-ae20-52e75942a33b.jpg)
Afbeelding 5.13: Genoeg verkoelende bomen in de buurt van de woning
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7c0a5fd1-6917-45b9-8a8e-c5aca21c8b93.jpg)
Afbeelding 5.14: Afstand tot koelte
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_9f498e95-fdc3-4ded-93e5-24efb5a937e8.jpg)
Afbeelding 5.15: Luchtkwaliteit (stikstof)
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_3bbd0287-9458-42cc-887c-b541cb8b319f.jpg)
Afbeelding 5.16: Warme nachten per jaar
Vooral aan de randen van de stad zijn koele plekken, maar ook de parken en groenstroken in de stad hebben een verkoelende werking. Groene wijken aan de rand zoals Bloemendaal en Plaswijck zijn daarmee op niveau wat betreft afstand vanaf de woning tot een koele plek. Dichtbebouwde wijken met weinig grote parken zoals de Korte Akkeren zijn kwetsbaar; de koele plekken liggen voor sommige inwoners ver van de woning.
De luchtkwaliteit in steden langs de A12 is in het algemeen matig tot slecht. De score die we hier hebben gegeven is ten opzichte van de wijken onderling. Qua luchtkwaliteit is de wijk Goverwelle op niveau. Noord en Kort Haarlem zijn licht kwetsbaar, net als Stolwijkersluis. De wijk Bloemendaal is, ondanks de goede scores op de andere vlakken, hier een kwetsbare wijk. Dit kan liggen aan de nabije snelweg en de bedrijventerreinen (stikstof) die binnen de wijkgrenzen vallen. De kwetsbaarheid van de wijken Plaswijck, Binnenstad, De Korte Akkeren en Westergouwe zou het gevolg kunnen zijn van neerslag uit agrarische activiteiten (ammoniak).
Warme nachten kunnen leiden tot slaapgebrek en daarmee een negatief effect hebben op de gezondheid. Vooral de Binnenstad is hier zeer kwetsbaar; in de versteende omgeving blijft de warmte lang hangen. Bloemendaal heeft een aantal grote versteende bedrijventerreinen die ook veel warmte vasthouden, waardoor de wijk als geheel de status kwetsbaar heeft. In Goverwelle is de kwetsbare status vooral te wijten aan de dichte bebouwing in de wijk (de koele groengebieden liggen aan de randen van de wijk). In de groene woongedeelten speelt de warmte een minder grote rol.
Kwetsbaarheidskaart gezondheid
Vanuit de kwetsbaarheidskaart gezondheid is te zien dat drie wijken op dit thema kwetsbaar zijn; de Binnenstad, De Korte Akkeren en Westergouwe. De andere wijken zijn licht kwetsbaar: ze hebben elk hun sterke punten die bijdragen aan de gezondheid van hun inwoners.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_12dbd034-6a89-4188-ab1d-a75f0123dddb.jpg)
Afbeelding 5.17 : Kwetsbaarheid op hetthema gezondheid
6 Wat gaan we doen en hoe?
6.1 Inleiding
In voorgaande hoofdstukken is de aanleiding van een Programma Groen beschreven, is de Goudse groenstructuur vastgelegd op verschillende niveaus, is het Goudse groene streefbeeld geschetst en hebben de kaarten in hoofdstuk 5 duidelijk gemaakt welke wijken kwetsbaar zijn op de thema’s uit de visie. In dit hoofdstuk wordt de groene beleidslijn verder doorgetrokken naar concrete doelen en maatregelen om de wijken robuuster bestand te maken tegen de actuele uitdagingen die de thema’s biodiversiteit, klimaat, gezondheid en ruimtelijke kwaliteit opwerpen.
6.2 Groenstructuur
Onze hoofddoelen
De gemeente beschermt, behoudt, verbindt en versterkt de huidige groenstructuren.Het groenareaal wordt uitgebreid met toekomstbestendig groen.Groen is een van de sturende principes bij planvorming.
Wat willen we bereiken?
Gemeente Gouda wil een stevige groenstructuur dat als groen netwerk de stad verbindt met het omliggende gebied en de regio. Binnen dat netwerk krijgen alle groene functies een plek. In een stedelijke omgeving zoals Gouda is de ruimtedruk hoog en maken veel andere functies aanspraak op ruimte. Deze doelen voor een stevige groenstructuur benadrukken de belangrijke functies die de groenstructuur heeft. Bij ontwikkelingen is maatwerk op de betreffende locatie noodzakelijk door een goede belangenafweging.
Hoe gaan we dat doen?
Gouda streeft ernaar om onderstaande doelen eerst op te pakken in de wijken met het minste oppervlakte groen plus oppervlaktewater. Dit betekent dat de prioriteit voor het thema groenstructuur ligt bij de meest kwetsbare wijk: De Korte Akkeren.
Doel 1:
De gemeente streeft ernaar de huidige hoeveelheid groen/ blauw op peil te houden. In wijken met oppervlakte onder de streefnorm van 75m2 wil de gemeente het groen uitbreiden. Voor iedere woning binnen de bebouwde kom streeft de gemeente naar 75m2 gemeentelijk groen plus oppervlaktewater (blauw), aanwezig in de wijk waar de woning staat.
We brengen in kaart hoeveel vierkante meter gemeentelijk groen plus blauw aanwezig is per wijk. Hierbij wordt al het groenareaal binnen de bebouwde kom, beheerd door de gemeente meegeteld als groen waaronder ook parken, grasvelden en bermen. Blauw bestaat uit oppervlaktewater, zoals grachten en andere bovengrondse waterafvoer. Verenigingssportvelden of kunstgrasvelden horen hier niet bij het groenoppervlak. Evenals grote groengebieden buiten de bebouwde kom zoals Goudse Hout of Steinse Groen. Het gaat om groen dat beleefbaar is in de directe woonomgeving.
In de wijk Korte Akkeren streeft de gemeente naar 50 m2 groen per woning als aangepaste realistische richtlijn.
Doel 2:
We breiden het groen in alle wijken uit, met focus op de minst groene wijken. Kader hierbij is dat het gemiddelde oppervlak groen/blauw voor geheel Gouda (zie tabel 5.1 blz. 50) niet zakt onder de 75m² per woning. Uitbreiding van groen doen we onder andere bij herinrichtingen en met middelen uit het Groenfonds (zie bijlage B).
We inventariseren per wijk en project waar groen kan worden toegevoegd en geven randvoorwaarden mee voor de herinrichting.
We motiveren inwoners om hun ideeën voor vergroening in de openbare ruimte door te geven aan de gemeente als een Grijs-wordt- Groen initiatief.
Doel 3:
We versterken de huidige groenstructuren en bieden ruimte voor biodiversiteit binnen deze structuren.
Waar de groenstructuren nog niet verbonden zijn, verbinden we ze en zorgen zo voor een robuuste groene structuur door de stad.
We voeren een structuurstelsel in waarin iedere structuur een bepaalde beschermingsgraad heeft.
Bij (her)inrichting van groenstructuren planten we groen en bomen aan met meerwaarde voor biodiversiteit en zorgen we voor variatie en kwalitatief groen.
Bij uitval van groene elementen planten we die in het eerstvolgende plantseizoen, als dat technisch mogelijk is, terug op dezelfde plek.
Bij het uitvallen/afsterven van groen wordt altijd gekeken wat de oorzaak is van de uitval. Bij herplant op dezelfde plek of op een andere plek treffen we (technische) maatregelen om hernieuwde uitval te voorkomen en richten we de groeiplaats zo in dat de het nieuwe groen aan kan slaan en gezond kan blijven ondanks de bodemdaling of eventuele ophoging.
Doel 4:
Als groen van een Goudse ecologische structuur, hoofdstructuur, nevenstructuur of overig groen niet behouden kan worden, gelden de volgende maatregelen:
Bij het wegvallen van groene delen in deze structuren, planten we het terug in het eerstvolgende plantseizoen. Dit doen we altijd, behalve als er zwaarder wegende maatschappelijke belangen zijn of de (verkeers) veiligheid in het geding komt.
Groen dat onderdeel is van de Goudse ecologische structuur moet zo worden teruggebracht dat de verbinding voor dieren en plantensoorten niet onderbroken wordt. Daarnaast mag de ecologische waarde niet verminderen.
De Goudse ecologische structuur wordt maximaal beschermd vanwege het grote belang voor de biodiversiteit en het vrijwel onvervangbare karakter.
Als de Goudse ecologische structuur moet worden aangetast vanwege zwaarder wegende maatschappelijke belangen, moet het worden teruggebracht op zo’n manier dat:
Groen dat onderdeel is van de hoofdgroenstructuur moet op dezelfde plek worden teruggebracht of er moet op een andere plek een nieuwe, gelijkwaardige hoofdstructuur worden aangelegd.
De hoofdgroenstructuur kent een hoge bescherming vanwege het belang voor de hele gemeente en het moeilijk te verplaatsen karakter
Groen dat verdwijnt door bijvoorbeeld herinrichting, dat onderdeel is van de hoofdgroenstructuur, moet op dezelfde plek worden teruggebracht of er moet op een andere plek een nieuwe hoofdstructuur worden aangelegd die samenhangt met de overige lijnen van de hoofdstructuur. Zo wordt de kwaliteit van de hoofdgroenstructuur gewaarborgd
Groen dat onderdeel is van de nevengroenstructuur wordt op dezelfde plek teruggebracht of in de directe nabijheid, met dezelfde toekomstige kwaliteit.
De nevenstructuur kent een goede bescherming, vanwege het belang op wijkniveau. De structuren met deze functie zijn gemakkelijker te verplaatsen dan de structuren van de Goudse ecologische structuur en hoofdgroenstructuur.
Groen dat verwijderd wordt binnen deze structuur, wordt bij voorkeur op dezelfde plek teruggebracht, of in de directe nabijheid van de te compenseren plek.
Bij het terugbrengen op een andere plek wordt altijd gekeken naar de gevolgen voor het microklimaat in de wijk.
Als overig groen niet behouden kan worden moet het in dezelfde wijk worden teruggebracht, het totale areaal mag niet afnemen.
Overig groen kent een lagere beschermingsgraad (voldoende bescherming) dan de eerdergenoemde structuren. Dit vanwege het ondergeschikte belang voor de gemeente en het makkelijker te verplaatsen karakter van het groen.
Als overig groen niet behouden kan worden moet het in de wijk waar het is verdwenen worden teruggebracht om de verhouding groen-verharding/bebouwing in balans te houden.
Doel 5:
In gebieden met risico op grondwateronderlast door de aanwezigheid van houten paalfunderingen, mag het planten van extra nieuwe bomen niet leiden tot een structurele afwijking van het minimale grondwaterstreefpeil. Binnen deze risicogebieden handelt de projectverantwoordelijke (gemeente of andere partij) als volgt:
Onderzoek of nabij de nieuw te planten bo(o)m(en) al dan niet woningen met een houten paalfundering aanwezig zijn;
Indien aanwezig breng dan in beeld wat het effect van de bomen in volwassen toestand zal zijn op de grondwaterstand nabij de woningen met houten paalfundering;
Toets op basis van het grondwaterbeleid (vastgelegd in het WRP) of de aanwezigheid van de bomen leidt tot een structurele afwijking van het minimale streefpeil;
Wanneer blijkt dat de bomen leiden tot een structurele afwijking van het minimale streefpeil, moet het planten van bomen op deze locatie worden heroverwogen, of worden doelmatige maatregelen getroffen om een structurele afwijking te voorkomen (bijvoorbeeld in de vorm van infiltratievoorzieningen).
6.3 Klimaat
Onze hoofddoelen
De gemeente plant meer groen aan en creëert meer ruimte voor water in de openbare ruimte en op en rond gemeentelijk vastgoed.
De gemeente stimuleert haar inwoners om hun tuinen, daken en gevels te vergroenen.
De gemeente stimuleert bedrijven om hun terrein groener in te richten, onder andere op bedrijventerreinen.
Wat willen we bereiken?
Door klimaatverandering krijgen we steeds meer te maken met extreem weer. Regenbuien worden korter maar heviger en periodes van hitte en droogte worden langer. Om de mensheid weerbaarder te maken tegen extreme omstandigheden is toekomstbestendig groen in de stedelijke omgeving onmisbaar. Daarom onderzoeken we welke beplanting het goed doet bij droogte, hitte en in natte periodes en kiezen we bij (her) inrichtingen de juiste soort op de juiste plek.
In alle wijken zorgt de gemeente voor koele plekken en groen dat water vertraagd afvoert. Daarnaast zetten we meer in op het vergroenen van private terreinen. Dit doen we door inwoners in te lichten over de mogelijkheden voor het vergroenen van de eigen tuin. Ook lichten we hen in over de voordelen van groen op privaat terrein om de gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan en de natuurwaarde te versterken. Verder blijven we samenwerken met verschillende Goudse initiatieven zoals de Tuinambassadeurs en Gouda Bruist.
Hoe gaan we dat doen?
Gouda streeft ernaar om onderstaande doelen eerst op te pakken in de wijken die het meest kwetsbaar zijn voor het betreffende thema klimaat. Dit betekent dat de prioriteit voor het thema klimaat ligt bij de meest kwetsbare wijken Bloemendaal, Binnenstad en de Korte Akkeren.
Doel 1:
Bij (her)inrichtingen en andere projecten in de openbare ruimte vervangen we onnodige verharding door groen en/of water. Onnodige verharding is verharding zonder functie die niet wordt gebruikt zoals bedoeld of verharding waarvan de functie gemakkelijk kan worden vervuld door verharding in de buurt.
Bij projecten in de openbare ruimte brengen we in kaart waar onnodige verharding zit en vervangen die door groen.
De gemeente legt de beleidsregels vanuit de Structuurvisie Groen (SVG) voor aan derden zoals woningcorporaties en projectontwikkelaars om onnodige verharding zoveel mogelijk tegen te gaan in het ontwerpproces. Ook worden prestatieafspraken gemaakt tussen de gemeente en woningcorporaties.
Doel 2:
We streven ernaar om onze leefomgeving op wijkniveau zo in te richten dat 10% ervan bedekt is door boomkronen als die bomen volwassen zijn. In sommige Goudse wijken is dit niet haalbaar. In deze wijken streven we ernaar dat de boomkroondekking met 2% stijgt ten opzichte van de huidige bedekking tot in 2034.
Wij brengen de boomkroondekking van iedere wijk in kaart.
We onderzoeken welke bomen we op de lijst waardevolle bomen kunnen plaatsen. Op die manier krijgen meer bomen een beschermde status en leveren ze een bepaald percentage aan boomkroonbedekking in de wijk.
Doel 3:
We zetten groen in om regenwater lokaal te laten infiltreren en zo het riool minder te gebruiken.
We vergroten plantvakken waar dit nodig is en kan.
We planten meer bomen of struiken (houtige gewassen) in de plantvakken, omdat deze meer water verdampen dan kruiden, vaste planten of bollen.
Waar mogelijk en doelmatig leggen we wadi’s met beplanting aan voor infiltratie van regenwater.
Doel 4:
We verbeteren de structuur van de bodem met als doel het vasthouden van water en een goed bodemleven.
We laten herfstbladeren tussen beplanting liggen waar dit kan.
We maken gebruik van gronduitwisseling bij nieuwe aanplant. Dit wil zeggen dat we de grond (gedeeltelijk) vervangen door vruchtbare, structuurrijke grond.
Doel 5:
Bij aanleg van meer of nieuw groen planten we zoveel mogelijk toekomstbestendige bomen.
Waar voldoende onder- en bovengrondse ruimte is planten we bomen.
We zoeken daarbij altijd naar de juiste boom op de juiste plaats. Dat betekent dat op die plaats een groeiplaats ingericht kan worden waarin die boom gezond volwassen kan worden.
Doel 6:
We stimuleren inwoners, ondernemers en (semi-) publieke organisaties om hun eigen terrein te vergroenen
Gemeentelijk vastgoed krijgt waar dit technisch mogelijk en wenselijk is een dak- en/of geveltuin. De mogelijkheden voor het vergroenen van het gemeentelijk vastgoed en het omliggende terrein zal per situatie worden bekeken. Dit in lijn met de verduurzamingsprogramma vastgoed.
We gaan kansrijke partijen voorlichting geven. Daarbij onderzoeken we de mogelijkheid om hen te ondersteunen bij het vergroenen en klimaatadaptief inrichten van het gebouw en terrein.
De gemeente zet zich in om bedrijventerreinen en schoolpleinen maximaal te vergroenen. Bij schoolpleinen doen we dit via de IHP inzet en de subsidieregeling groenblauwe schoolpleinen.
6.3.1 Kader 6.1: Toelichting verschillen tussen boomkroonvolume en boomkroonbedekking.
Boomkroonvolume versus boomkroonbedekking
Boomkroonvolume of kroonvolume gaat over het volume kroonomvang in m3. Daarentegen gaat boomkroonbedekking over het oppervlak bladerdak in m2. Boomkroonbedekking geeft een indicatie hoeveel schaduw een boom creëert in de straat. In het Programma Groen: Bomen gaan we hier dieper op in.
6.4 Biodiversiteit
Onze hoofddoelen
De aanpak om de biodiversiteit verder te behouden, uit te breiden, te versterken en vergroten wordt meer gestructureerd.
Goudse ecologische structuren worden beschermd en niet onderbroken.
Beheer is maatwerk en heeft als doel de biodiversiteit te verbeteren.
Het waarom, hoe en wat rondom biodiversiteit wordt uitgelegd aan bestuur en inwoners.
Wat willen we bereiken?
Gemeente Gouda wil de biodiversiteit binnen en buiten de bebouwde kom versterken om het leefgebied van alle Goudse dierlijke inwoners te vergroten en versterken. Om dit te bereiken zetten we in op meer robuuste ecologische verbindingen tussen de natuurgebieden het Goudse Hout, het Steinse Groen en het Noorderhout en het groen in de verschillende wijken. Zo ontstaan veilige, groene routes voor verschillende plant- en diersoorten. Ook blijven we het groen ecologisch beheren en onderzoeken we mogelijkheden om dit te verbeteren. Ten slotte faciliteren we voorlichting over ecologisch beheer aan inwoners.
In het Programma Groen: Biodiversiteit worden alle ambities van gemeente Gouda op het gebied van biodiversiteit in kaart gebracht. Met dit plan heeft Gouda het mooie doel om ‘koploper’ biodiversiteit te worden.
Hoe gaan we dat doen?
Gouda streeft ernaar om onderstaande doelen eerst op te pakken in de wijken die het meest kwetsbaar zijn voor het betreffende thema biodiversiteit. Dit betekent dat de prioriteit voor het thema biodiversiteit ligt bij de meest kwetsbare wijk Kort Haarlem. Daarnaast is de samenwerking met partners zoals de Groenalliantie een kans om ook gebieden die niet in beheer zijn door de gemeente te laten aansluiten op de doelen van dit Programma Groen.
Doel 1:
De (Goudse) groenstructuren van droge en natte netwerken verbinden en versterken we, met als doel betere verspreiding en gezondere populaties.
We brengen de ecologische kansen en knelpunten in kaart.
We zorgen voor goede, robuuste verbindingszones en ecologische stapstenen waar dieren kunnen verblijven en zich veilig kunnen verplaatsen.
We zorgen voor een gezonde bodem. Een gezonde bodembiodiversiteit is de basis voor een betere kwaliteit van de bodem.
Samen met het Hoogheemraadschap zet de gemeente zich in om de waterkwaliteit te verbeteren en voor een goede samenstelling van verschillende moeras- en waterplanten voor gezond water.
We zoeken naar kansen op regionale schaal om verbindingen en structuren te verbeteren, en lossen knelpunten op die verbindingen in de weg staan.
We vormen ecologisch minder waardevolle beplanting om naar beplanting met waarde voor de biodiversiteit.
We monitoren de effecten van het verbinden en versterken van de droge en natte netwerken op de biodiversiteit.
Doel 2:
We nemen maatregelen om de variatie aan planten en dieren te verhogen.
We inventariseren welke basissoorten nog missen in het Goudse landschap en welke basissoorten wel voorkomen in Gouda, maar algemener mogen worden in de toekomst.
We richten het openbare groen binnen en buiten de bebouwde kom zo in om een veilig leefgebied te realiseren voor Goudse basissoorten.
We zorgen voor gelaagdheid in beplanting om diverse habitats te creëren, zodat er voedsel, schuilplek en nestgelegenheid is voor verschillende soorten dieren.
Deze Goudse basissoorten en bijpassende maatregelen worden in het Programma Groen: Biodiversiteit beschreven. We benoemen hierin ook Goudse doelsoorten; aansprekende soorten die in Gouda voorkomen en die bij de inwoners bekend zijn. Binnen de stad verbeteren we de habitat van deze soorten en verbinden we leefgebieden.
Kader 6.2: De definitie van basissoorten vanuit de Basiskwaliteit Natuur
Basissoorten
Gemeente Gouda wil ‘koploper’ zijn op het gebied van biodiversiteit. Om dit te bereiken wil de gemeente zorgen voor een gezonde leefomgeving en een gezond landschap dat nuttig is voor mensen, dieren en planten. Om dit te bewerkstelligen zet Gouda in op het vergroten van een aantal soorten die 30 á 50 jaar geleden algemeen waren, ook wel basissoorten genoemd, door het versterken van de leefgebieden. Een ander voordeel van een gezonde populatie basissoorten in een rijke leefomgeving is dat zeldzamere soorten ook kunnen profiteren van de genomen maatregelen.
In het Programma Groen: Biodiversiteit staan de gekozen basissoorten beschreven. Ook staan hier de maatregelen die worden getroffen voor het versterken van de biodiversiteit in Gouda.
Doel 3:
Bij onderhoud van het openbaar groen wordt geen gif gebruikt.
We bestrijden onkruid mechanisch.
Ziektes en plagen bestrijden we biologisch en zonder nadelige gevolgen voor andere organismen.
Doel 4:
We kiezen planten- en bomensoorten voor de lokale biodiversiteit.
We richten het gemeentelijk groen in met gevarieerde planten- en bomensoorten.
We stellen een lijst op met gebiedseigen toekomstbestendige bomen- en plantensoorten die meerwaarde bieden voor de biodiversiteit.Bij (her)inrichtingen krijgen deze soorten de voorkeur boven andere soorten, als de omstandigheden dat toelaten.We zorgen voor de grootst mogelijk spreiding in bloei- en vruchttijden.
Doel 5:
Ecologisch beheer is de norm, het is een van de manieren om de biodiversiteit te verbeteren.
We maaien gefaseerd en op de juiste momenten, waarbij we rekening houden met verkeersveiligheid.
We laten herfstbladeren liggen waar dit kan tussen beplanting.
We creëren schuilplekken voor dieren door middel van takkenrillen, het laten liggen van dood hout of ‘rommelhoeken’.
We geven onze inwoners voorlichting over ecologisch beheer, omdat het er vaak wat anders uitziet.
We gaan verdichting en schade van de bodem tegen door zoveel mogelijk te beheren met passend materieel op basis van de lokale omstandigheden.
6.4.1 Kader 6.2: De definitie van basissoorten vanuit de Basiskwaliteit Natuur
Basissoorten
Gemeente Gouda wil ‘koploper’ zijn op het gebied van biodiversiteit. Om dit te bereiken wil de gemeente zorgen voor een gezonde leefomgeving en een gezond landschap dat nuttig is voor mensen, dieren en planten. Om dit te bewerkstelligen zet Gouda in op het vergroten van een aantal soorten die 30 á 50 jaar geleden algemeen waren, ook wel basissoorten genoemd, door het versterken van de leefgebieden. Een ander voordeel van een gezonde populatie basissoorten in een rijke leefomgeving is dat zeldzamere soorten ook kunnen profiteren van de genomen maatregelen.
In het Programma Groen: Biodiversiteit staan de gekozen basissoorten beschreven. Ook staan hier de maatregelen die worden getroffen voor het versterken van de biodiversiteit in Gouda.
6.5 Ruimtelijke kwaliteit
Onze hoofddoelen
We versterken de identiteit door het groen zo in te richten dat het past bij de cultuurhistorische, stedenbouwkundige, landschappelijke en demografische eigenschappen van iedere wijk of plek.
We bevorderen sociale samenhang door uitnodigend groen in de wijken en stimuleren burgerinitiatieven.
Wat willen we bereiken?
De algehele ruimtelijke kwaliteit van Gouda is ruimschoots onder de aandacht bij de gemeente. Maar op het gebied van groen kan het beter. De gemeente wil het openbaar groen meer laten aansluiten bij de cultuurhistorische elementen van de stad. Dit willen we bereiken door bij planvorming vooraf randvoorwaarden te geven voor aanleg en onderhoud van kwalitatief groen, zodat het past bij de lokale landschappelijke en cultuurhistorische kenmerken. Ook aandacht voor groene plekken waar ontmoeten en verblijven centraal staat draagt bij aan het thema. Daarnaast verbetert de gemeente de ruimtelijke kwaliteit door burgerinitiatieven zoals Groen-moet-je-doen en Grijs-wordt-Groen te stimuleren. De inwoners die hiervan gebruik maken zijn namelijk onze ervaringsdeskundigen van het openbaar groen in hun directe woonomgeving.
Hoe gaan we dat doen?
Gouda streeft ernaar om onderstaande doelen eerst op te pakken in de wijken die het meest kwetsbaar zijn voor het betreffende thema ruimtelijke kwaliteit. Dit betekent dat de prioriteit voor het thema ruimtelijke kwaliteit ligt bij de meest kwetsbare wijk Westergouwe.
Doel 1:
De groenstructuren sluiten aan bij de stedenbouwkundige en landschappelijke opbouw van de gemeente.
Met de hoofd- en nevengroenstructuren bieden we onze inwoners herkenbare oriëntatiepunten en structuren.
We kijken verder dan de gemeentegrenzen voor de landschappelijke opbouw en sluiten daar op aan.
Doel 2:
Het groen in iedere wijk richten we in aanhakend of gebaseerd op de lokale landschappelijke en cultuurhistorische kenmerken van de wijk. Zo versterken we de identiteit per wijk.
Bij projecten in de openbare ruimte geven we in de planvormingsfase randvoorwaarden voor het groen mee.
Doel 3:
We behouden cultuurhistorisch waardevolle bomenlanen, parken en begraafplaatsen.
We inventariseren welk groen cultuurhistorisch waardevol is en nemen dit op in de Cultuurhistorische Basiskaart Gouda.
Wanneer het nodig is om een boom te vervangen op deze plekken, planten we een soort terug die past bij de cultuurhistorie en waar mogelijk ook meerwaarde biedt voor de biodiversiteit.
Doel 4:
Bij de aanplant van nieuwe bomen creëren we groeiplaatsen waar bomen gezond volwassen kunnen worden, zodat ze in de toekomst bijdragen aan de herkenbaarheid van de omgeving. Hoe beter een plek te herkennen is hoe beter de ruimtelijke kwaliteit.
Bij het inrichten van groeiplaatsen streven we de normen na van het Norminstituut Bomen. Hierbij wordt rekening gehouden met de versie die de gemeente op het moment hanteert.
We gaan bij het aanplanten uit van het eindbeeld van een boom en richten de boven- en ondergrondse groeiplaats zo in dat de boom op die plek zonder problemen het eindbeeld kan bereiken. Dit betekent dat we geen grote bomen planten op kleine plekken en soms kiezen voor het planten van (grote) heesters in plaats van bomen op plekken waar ook kleine bomen onvoldoende groeiruimte hebben.
Bij het aanplanten van bomen houden we rekening met bodemdaling. We richten de groeiplaatsen zo in dat de bomen gezond blijven ondanks de bodemdaling of eventuele ophoging.
Doel 5:
Drukbezochte plekken zoals centrumgebieden, parken en winkelgebieden richten we in met gevarieerde beplanting die de zintuigen stimuleert door middel van kleuren, geuren en vormen.
Centrum- en winkelgebieden krijgen extra aandacht bij de inrichting.
Entrees van de (binnen)stad richten we aantrekkelijk in met accentbeplanting.
Doel 6:
In de historische binnenstad sluiten we aan bij het Kwaliteitsplan openbare ruimte binnenstad (KOR).
In de historische binnenstad verhogen we de kwaliteit van het groen (meer focus op kwaliteit in plaats van kwantiteit).
Bij vergroening biedt de cultuurhistorische waarde inspiratie voor het ontwerp voor een goede ruimtelijke inpassing in de historische context.
Gevelgroen en geveltuinen worden in ruimtelijke samenhang met de binnenstad aangelegd.
Doel 7:
Groene initiatieven zoals Groen-moet-je-doen, Grijs-wordt-groen en Gouda zoemt promoten we in samenwerking met de initiatiefnemers.
6.6 Gezondheid
Onze hoofddoelen
De openbare ruimte wordt ingericht met robuust groen dat de dynamiek en prikkels van de stad dempt.
De openbare ruimte wordt ingericht met uitnodigend, toegankelijk groen zodat meer mensen bewegen in de buitenlucht.
De gemeente streeft ernaar dat iedere inwoner uitzicht heeft op groen, voor het bevorderen van de mentale gezondheid.
Wat willen we bereiken?
De gemeente wil een leefomgeving creëren die bijdraagt aan de mentale en lichamelijke gezondheid van alle Gouwenaars. Wetenschappelijk onderzoek bewijst dat groen een positieve bijdrage hieraan levert. Bomen met een groot kroonoppervlak zorgen voor schaduw en dus voor verkoeling. Uitzicht op groen zorgt voor een beter humeur, minder stress en nodigt uit tot beweging in de buitenruimte. Deze en vele andere voordelen van groen maken de leefomgeving gezonder en daarom is een groene stad een gezonde stad. De gemeente heeft als doel om in elke wijk een groene verblijfsruimte of park te creëren. We focussen daarbij op alle leeftijdsgroepen zodat de openbare ruimte voor iedereen aantrekkelijker, prettiger en gezonder is.
Hoe gaan we dat doen?
Gouda streeft ernaar om onderstaande doelen eerst op te pakken in de wijken die het meest kwetsbaar zijn voor het betreffende thema gezondheid. Dit betekent dat de prioriteit voor het thema gezondheid ligt bij de meest kwetsbare wijken Binnenstad en De Korte Akkeren. Westergouwe moet zich als jonge wijk nog ontwikkelen waarbij gezondheid ook een aandachtspunt is.
Doel 1:
Iedere inwoner heeft op maximaal driehonderd meter afstand van de woning toegang tot een groene, koele verblijfsplek.
We brengen in kaart welke woningen in de stad te ver liggen van een groene, koele verblijfsplek.
Op strategische plekken richten we groene, koele verblijfsplekken in. Dit kan ook één grote boom of bijvoorbeeld enkele bomen met een bank zijn.
Bij aanleg van het groen zorgen we voor zoveel mogelijk koelte in de wijk door schaduwrijke bomen met veel boomkroonbedekking aan te planten met de juiste groeiplaats.
Doel 2:
We leggen per wijk een inclusieve, groene route aan van tenminste 3000 meter. Voorbeelden om de routes inclusiever te maken zijn door banken te plaatsen op schaduwrijke plekken. Of het plaatsen van borden met QR-codes op deze routes, om inwoners te informeren over in groen in het algemeen en biodiversiteit.
We brengen in kaart welke routes per wijk in aanmerking komen om een inclusieve, groene route te worden.
We richten de ontbrekende delen groen in.
Kader 6.3: Groene, koele verblijfsplek
Een schaduwrijke plek waar men even tot rust kan komen. Dit kan één grote, schaduwrijke boom zijn of bijvoorbeeld enkele bomen met een bank zijn.
Doel 3:
Iedere inwoner heeft op maximaal vijfhonderd meter van de woning toegang tot een ruime, groene verblijfsplek waar diegene kan spelen, ontspannen of bewegen.
We brengen in kaart waar nog ruime, groene verblijfsplekken moeten komen.
We zoeken naar ruimte om nieuwe groenplekken in te richten.
Groene verblijfsplekken worden aantrekkelijk ingericht en hoogwaardig onderhouden (CROW-niveau B) zodat mensen er graag komen.
Kader 6.4: Een ruime groene, koele verblijfsplek
Een ruime groene, koele verblijfsplek is groter dan een groene, koele verblijfplek. Op deze plekken moet er voldoende ruimte zijn om vrij te bewegen, ontspannen of spelen. Dit kan een (buurt)park, speeltuin of trapveld zijn.
Doel 4:
We richten meer groene sport- en beweegroutes in voor jong en oud.
We creëren schaduw langs de routes.
We richten de routes met aantrekkelijk groen in om mensen te motiveren om buiten te bewegen.
Doel 5:
Traditionele speelplekken vergroenen waar dit kan.
We brengen in kaart waar traditionele speelplekken meer groen nodig hebben.
We betrekken inwoners bij de inrichting.
We nemen mogelijkheden op om in het groen te spelen.
Doel 6:
Om de gezondheid van inwoners te bevorderen streeft de gemeente ernaar dat iedereen zicht heeft of krijgt op minimaal één boom vanuit de woning. Bij nieuwbouw is het streven dat drie bomen zichtbaar zijn vanuit de woning.
7 Hoe behalen we de gestelde doelen?
7.1 Inleiding
De groene beleidslijn is ingezet door het opstellen van de omgevingsvisie Gouda. Dit Programma Groen is onderdeel van de beleidsdoorwerking en geeft richting aan de uitvoering. Dit hoofdstuk gaat over het vierde kwadrant van de cirkel; terugkoppeling (afbeelding 7.1). Mochten de monitoring en evaluatie aanleiding geven voor het bijstellen van beleid, de aanpak of doelen dan begint de beleidslijn weer van voor af aan: de beleidscyclus in de Omgevingswet.
7.2 Budgetten
Het uitgangspunt is de maatregelen uit dit Programma Groen Gouda binnen de bestaande budgetten te organiseren. De budgetten die beschikbaar zijn voor het uitvoeren van de maatregelen zijn, zoals aangegeven in het bestuursakkoord en de begroting:
Het reguliere beheerbudget voor het jaarlijks beheer van het gemeentelijk groen;
Het Groenfonds;
Het Water- en Rioleringsprogramma;
Budget biodiversiteit.
De middelen voor het Groenfonds zijn vastgelegd tot 2026. Het is momenteel niet duidelijk of er daarna ook nog middelen zijn voor vergroening via het Groenfonds. Meer informatie over het Groenfonds staat in bijlage B.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_d2eeb110-3bcd-4267-a695-fbae0f21f3c3.jpg)
Afbeelding 7.1: de beleidscyclus van de Omgevingswet.
Uitbreiding van de Goudse Ecologische Structuur of verbindingen daartussen om leef- en verspreidingsgebied uit te breiden vragen mogelijk eenmalige investeringen die nu niet zijn voorzien. Deze maatregelen en budgetten zullen in het Programma Groen: Biodiversiteit verder worden uitgewerkt.
7.3 Borging en monitoring binnen de organisatie
De integrale ambities uit de Omgevingsvisie Gouda zijn een gezamenlijke opgave voor het bestuur, inwoners en alle sectorale disciplines in de gemeentelijke organisatie. In dit Programma Groen Gouda zijn deze ambities vertaald naar doelen en maatregelen waarmee groen kan bijdragen aan deze ambities. Deze doelen en maatregelen zijn in werksessies opgesteld in samenspraak met betrokken inwoners en de andere interne disciplines (o.a. infrastructuur, sociaal domein, wonen) zodat ze zoveel mogelijk aansluiten en helpend zijn bij de integrale ambities en zo min mogelijk botsen met doelen van andere disciplines.
De doelen en maatregelen uit dit Programma Groen geven groen een stevige stem in de afweging bij de ruimteverdeling in herinrichtings- en/ of nieuwe ontwikkelingsprojecten. De afweging hoe de ruimtepuzzel per project / locatie gemaakt wordt, kan niet al op dit programmaniveau bepaald worden. Dat is per ingreep locatie- en contextafhankelijk en dus maatwerk. Daarbij is het door de analyse in de kwetsbaarheidskaarten duidelijk waar de uitkomst van de integrale afweging aan bijdraagt of juist afbreuk aan doet.
Daarnaast wordt de inhoud van dit Programma Groen Gouda verder in de organisatie geborgd door verdere, concretere uitwerking in de separate programma’s Bomen en Biodiversiteit. In het Programma Groen: Biodiversiteit worden de doelen en maatregelen meer gebiedsgericht uitgewerkt met als doel het leefgebied voor flora en fauna meer verbonden en divers te krijgen. In het Programma Groen: Bomen worden maatregelen en regels geformuleerd om toe te werken naar een divers en toekomstbestendig bomenbestand.
7.4 Evaluatie en onderzoek
Effectiviteit van het uitgevoerde beleid wordt periodiek gemeten op kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren. Halverwege de looptijd, of indien gewenst eerder, wordt er een evaluatie van het programma gedaan. Hierin wordt gerapporteerd hoe relevante kwalitatieve doelen vorderen, of ze al gehaald zijn of hoe hieraan gewerkt wordt en wat de verwachting is voor de komende jaren.
Enkele doelen kunnen regelmatig kwantitatief gemeten worden om gevoel bij de voortgang te houden. Doelen waarvan de voortgang regelmatig kwantitatief in beeld gebracht kan worden zijn:
De streefnorm m2 groen en water per woning per wijk;
Het percentage boomkroonbedekking per wijk;
De groenbalans, m2 groen in beheer bij de gemeente;
Monitoren percentage groen met meerwaarde voor biodiversiteit;
Monitoren percentage bomen met meerwaarde voor biodiversiteit.
Wanneer bij de evaluatie van het programma blijkt dat de doelen niet het gewenste effect hebben kan bijgestuurd worden door andere maatregelen in te regelen.
De programma’s Biodiversiteit en Bomen hebben hun eigen monitorings- en evaluatiecriteria die in betreffende programma’s beschreven worden. Bij Biodiversiteit zal dat onder andere de herhaling / opvolging of aanpassing zijn van de nulmeting. De criteria voor toekomstbestendige bomen zullen meer kwalitatief zijn (voortbouwend op het percentage kroonbedekking) dan kwantitatief (het aantal bomen).
Bijlage I Overzicht Informatieobjecten
- Programma Groen Gouda
-
/join/id/regdata/gm0513/2024/5pdf7772cb38-3e64-4f4c-932d-8e49e3c63390/nld@2024‑12‑23;20
Bijlage II Beleidsregels vanuit de Structuurvisie Groen (SVG) 2019
Beleidsregels vanuit de Structuurvisie Groen (SVG) 2019
Afbeelding A.1: Compensatiemogelijkheden met hun maximale toe te rekenen aandeel in de totale opgave
Onderstaande beleidsregels zijn afkomstig uit de Structuurvisie Groen 2019. Deze beleidsregels gelden binnen het Omgevingsplan tot het moment dat er nieuwe beleidsregels voor het openbaar groen in de gemeente Gouda zijn opgesteld
Beleidsregel 1:
De oppervlakte bestaand openbaar groen en water, en het aantal bestaande bomen worden
ten minste behouden.
Deze beleidsregel vormt het uitgangspunt bij planontwikkelingen.
Deze beleidsregel geldt ook bij de aanpassing of vernieuwing van het Omgevingsplan of de buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA).
Deze beleidsregel geldt ook bij de toekomstige omgevingsplannen. Indien de keuze veel afbreuk doet aan de flexibiliteit voor toekomstige ontwikkelingen, kan de keuze worden gemaakt om voor een andere functie, bijvoorbeeld verblijfsgebied, te kiezen.
Kader A.1: Definitie van planontwikkelingen in het Programma Groen Gouda.
Planontwikkelingen
Dit zijn ontwikkelingen waarvoor een omgevingsvergunning met activiteit bouwen nodig
is, met een minimum bouwsom van €100.000,- per plan. Niet tot planontwikkelingen worden
gerekend ontwikkelingen die betrekking hebben op de (ver)bouw van één woning die door
de ontwikkelaar zelf bewoond wordt of gaat worden.
Beleidsregel 2:
Bij planontwikkelingen dient een oppervlakte ter grootte van ten minste 15% van het
totale projectgebied openbaar groen te worden.
Deze regel dient om bij planontwikkelingen voldoende groen in de stad aan te leggen.
Alle planontwikkelingen vallen onder de regel van 15% groen. Dit percentage is zowel van toepassing bij volledige nieuwbouw, als bij verbouw van een bestaand pand, mits de bouwsom ten minste €100.000 bedraagt.
Voor een ingreep aan een bestaande woning (verbouw en/of verbetering), die van ondergeschikte aard is zoals het maken van een dakkapel of aanbouwen van een serre zal dit niet aan de orde zijn.
Ook bij de bouw van één woning die de initiatiefnemer zelf gaat bewonen, is deze beleidsregel niet van toepassing.
Verder is uitgangpunt dat bij grondgebonden woningen standaard een tuin wordt aangeboden; deze wordt niet meegerekend voor de 15%.
Beleidsregel 3:
Als het niet haalbaar blijkt om binnen het projectgebied de vereiste 15% openbaar groen te ontwikkelen, dan is het mogelijk:
Binnen het projectgebied compenserende maatregelen te treffen tot maximaal 50% van de opgave voor openbaar groen. De compensatiemogelijkheden worden in afbeelding A.1 genoemd met hun maximale toe te rekenen aandeel in de totale opgave.
De opgave voor openbaar groen te realiseren op andere locaties in dezelfde wijk als waarin het projectgebied ligt. Het te realiseren openbaar groen buiten het projectgebied dient binnen een jaar na oplevering van het projectgebied te zijn aangelegd.
Omdat de oppervlakken daktuin, groendak en groene gevel particulier beheerd zullen worden, dragen deze niet bij aan verhoging van de vierkante meters openbaar groen zoals gehanteerd in de notitie Groen, groener, Gouda. Ook de oppervlakken water en waterdoorlatende verharding zullen niet terug te zien zijn in verhoging van de vierkante meters openbaar groen. In afbeelding A.2 staat een rekenvoorbeeld weergegeven.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7fcbe67b-4095-41a8-a5db-99ca45cf3088.jpg)
Afbeelding A.1: Compensatiemogelijkheden met hun maximale toe te rekenen aandeel in de totale opgave.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_7ba284bd-8117-4ae1-b3b6-70fc3a243fea.jpg)
Afbeelding A.2: Rekenvoorbeeld horend bij beleidsregel 3.
Beleidsregel 4:
Voor iedere niet gerealiseerde of gecompenseerde vierkante meter openbaar groen is
een compensatiebijdrage aan de gemeente verschuldigd van €250 per m2 (prijspeil 2019).
Het bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd volgens de Grond-, weg- en waterbouwindex uit
het Meerjarenperspectief Grondexploitaties. Dit bedrag is gebaseerd op algemene gegevens
voor verwervings-, inrichtings- en aanlegkosten van groen.
De compensatiebijdrage aan de gemeente dekt niet meer dan de kosten die de gemeente maakt om groen elders te realiseren.
Beleidsregel 5:
Het college heeft de bevoegdheid te besluiten tot ontheffing of afwijking van de beleidsregels
2, 3 en 4, indien toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Daarbij kunnen naast de doelstellingen van het Programma Groen Gouda onder andere overwegingen vanuit volkshuisvesting, verkeer, parkeren en cultuurhistorie een rol spelen.
De gemeente voorziet bij planontwikkelingen tijdig in informatie en advies over de functie en het onderhoud van groen, ook in het licht van klimaatadaptatie en biodiversiteit, en biedt ook gerichte informatie over de mogelijkheden van het verbinden van het groen op aansluitende kavels.
Bijlage III Groenfonds
Groenfonds
Indien een projectontwikkelaar onvoldoende groen aanlegt, moet dit financieel gecompenseerd worden door storting van een bijdrage in het Groenfonds. Met de financiën uit het Groenfonds kan op een andere plek alsnog openbaar groen worden aangelegd.
Financiën
In het nieuwe bestuursakkoord: Geef Gouda door! 2022-2026 wordt opnieuw ingezet op het toevoegen van extra vierkante meters biodivers groen in de stad, om onder andere hittestress en wateroverlast tegen te gaan. Groenstructuren worden uitgebreid en verbonden om op deze manier ecologische verbindingen te creëren en zo de biodiversiteit in de stad te verhogen. Een van de gekozen middelen hiervoor is het Groenfonds, waarin opnieuw €2.000.000,- beschikbaar is om grijs om te zetten in groen. Daarnaast wordt het Groenfonds gevuld met de compensatiegelden in geval van onvoldoende behoud of aanleg van groen.
Vergroeningslocaties
In het Programma Groen Gouda is onderzocht in welke wijken het minste oppervlak aan openbaar groen voorhanden is. Uitbreiding van openbaar groen door de gemeente vindt bij voorrang plaats in de volgende wijken (zie voor de begrenzing de kaart afkomstig uit de Structuurvisie Groen, afbeelding B.1 Structuurvisie Kaart):
Echter zijn er ook in de overige wijken plekken waar nieuw groen een grote bijdrage levert aan klimaatadaptatie en het versterken van de biodiversiteit. Daarom wordt er ook op in de overige wijken groen gerealiseerd vanuit het Groenfonds.
![afbeelding binnen de regeling](https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/CVDR/CVDR727703/2/xml/jpg_58433e7b-1ee8-4306-bc06-fc03695b5db8.jpg)
Afbeelding B.1: Aandachtsgebieden van de Structuurvisie Groen
Grijs-Wordt-Groen
Inwoners kunnen hun Grijs-Wordt-Groen idee doorgeven aan de gemeente. Dit zijn versteende plekken die mogelijk kunnen worden vergroend. Financiering vindt ook plaats vanuit het Groenfonds. Aan een Grijs-Wordt-Groen initiatief zijn een aantal voorwaarden verbonden:
Het idee komt uit de eigen buurt.
De locatie ligt in de openbare ruimte en maakt geen deel uit van een particuliere tuin.
Er worden op dit moment of binnen korte termijn géén werkzaamheden door de gemeente gedaan.
Denk hierbij bijvoorbeeld aan het ophogen van uw straat of het vervangen van de riolering.
Vergroening vindt alleen plaats op plekken waar dat redelijk makkelijk kan.
Dus niet als er gasleidingen, speeltoestellen of andere functies moeten worden verplaatst.
Ideeën voor plekken die snel last hebben van hittestress of wateroverlast krijgen voorrang.
De gemeente beoordeelt of het idee om de buurt of straat groener te maken haalbaar is.
Bijlage IV Digitale vragenlijst inwoners gemeente Gouda
Digitale vragenlijst inwoners gemeente Gouda
Voorafgaand aan het opstellen van dit Programma Groen Gouda is een digitale vragenlijst uitgezet onder inwoners van de gemeente Gouda. Deze vragenlijst konden Gouwenaars van 12 juni tot en met 10 juli 2023 invullen via de Gouda App. Het doel van deze vragenlijst was het verzamelen van meningen en ervaringen van inwoners. Ook konden inwoners hun ideeën doorsturen rondom het groen in hun leefomgeving. Dit Programma Groen Gouda is mede gebaseerd op de antwoorden van de inwoners. In totaal hebben 479 inwoners/bedrijven/organisaties de vragenlijst ingevuld.
Vanuit de vragenlijst kwam vanuit deelnemers naar voren dat ze groen heel belangrijk vinden. Daarbij viel wel op dat een derde van de deelnemers de hoeveelheid groen als te weinig ervaren. Ook vond een derde van de deelnemers het onderhoud van het groen (zeer) slecht.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl