Regeling vervallen per 23-06-2005

Subsidieregeling Stimuleringsfonds milieubeschermingsgebieden

Geldend van 03-06-2004 t/m 22-06-2005

Intitulé

Subsidieregeling Stimuleringsfonds milieubeschermingsgebieden

Inhoud

BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

a.   SGB-gebieden: gebieden die als zodanig door gedeputeerde staten zijn vastgesteld;

b.   project: een samenhangend geheel van maatregelen of activiteiten, dan wel een als project te onderscheiden deel van een samenhangend geheel van maatregelen of activiteiten.

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 2

Gedeputeerde staten kunnen met inachtneming van deze regeling een incidentele subsidie verlenen ten behoeve van projecten die strekken tot daadwerkelijke verbetering of bescherming van de bijzondere omgevingskwaliteit in een of meerdere SGB-gebieden, alsmede de monitoring van en de voorlichting over deze projecten.

Artikel 3

Voor subsidieverlening komen slechts in aanmerking projecten die niet al zijn verplicht op grond van generiek beleid of regelgeving.

Artikel 4

Gedeputeerde staten stellen ten behoeve van een goede uitvoering van deze verordening nadere regels vast voor de bepaling van de maximale hoogte van de subsidie van een project.

Artikel 5

Gedeputeerde staten stellen vast welke bescheiden en gegevens bij een aanvraag om subsidie door de aanvrager moeten worden overgelegd.

Artikelen 6 tot en met 9

[Vervallen.]

Artikel 10

Bij de subsidieverlening gelden, onverminderd het bepaalde in artikel 9 van de Algemene subsidieverordening, de door gedeputeerde staten vastgestelde verplichtingen als opgenomen in de desbetreffende bijlage bij deze subsidieregeling.

Artikel 11

1 en 2.  [Vervallen.]

3.   Gedeputeerde staten stellen een model op van het bij de aanvraag om vaststelling van de subsidie te overleggen activiteitenverslag en het financieel verslag.

4.   Gedeputeerde staten kunnen bepalen dat tevens een accountantsverklaring volgens een door hen vastgesteld model moet worden overgelegd.

Artikel 12

[Vervallen.]

SLOTBEPALING

Artikel 13

1.   Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1998.

2.   Deze regeling kan worden aangehaald als Subsidieregeling Stimuleringsfonds milieubeschermingsgebieden.

TOELICHTING OP DE SUBSIDIEREGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

ALGEMEEN

Deze subsidieregeling is een vervanging van de in 1993 vastgestelde Subsidieregeling Stimuleringsfonds bodembeschermingsgebieden. Aanleiding voor deze vervanging is enerzijds de invoering van de derde tranche Algemene wet bestuursrecht en anderzijds de opname van de Bijdragenregeling gebiedsgericht milieubeleid (BGM) in het Bijdragenbesluit openbare lichamen milieubeheer (BOLM). De onderhavige subsidieregeling regelt de subsidiëring vanuit het Stimuleringsfonds milieubeschermingsgebieden. Dit stimuleringsfonds wordt voor het grootste gedeelte gevoed door rijksgelden, verstrekt op grond van de BGM. Voor een klein gedeelte (jaarlijks € 114.000,--) is sprake van provinciaal geld.

In de BGM is aangegeven op welke wijze en onder welke voorwaarden rijksgelden beschikbaar worden gesteld ter financiering van stimuleringsprojecten binnen milieubeschermingsgebieden. Een belangrijk onderdeel hierbij is het opstellen door gedeputeerde staten van een Uitvoeringsprogramma. Dit Uitvoeringsprogramma bestaat uit een groot aantal projecten waarvan gedeputeerde staten van oordeel zijn dat deze voor financiering uit het Stimuleringsfonds milieubeschermingsgebieden in aanmerking komen. Het opstellen van een Uitvoeringsprogramma is een in de BGM opgenomen voorwaarde. Zonder een dergelijk Uitvoeringsprogramma kunnen geen rijksgelden op basis van de BGM worden verstrekt.

Alvorens door gedeputeerde staten gelden aan deze projecten beschikbaar kunnen worden gesteld, dient de minister van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer (VROM) de in het Uitvoeringsprogramma gevraagde rijksgelden beschikbaar te stellen. De minister zal het Uitvoeringsprogramma beoordelen aan de hand van de BGM. Indien de minister rijksgelden beschikbaar stelt, kunnen gedeputeerde staten vervolgens de gevraagde subsidies verlenen.

De procedure om te komen tot het verlenen van een subsidie is gekoppeld aan het beschikbaar stellen van rijksgelden op grond van het Uitvoeringsprogramma. Alvorens overgegaan kan worden tot het verlenen van de aangevraagde subsidies dient eerst duidelijkheid te bestaan over de financiering door het Ministerie van VROM. Voor een tweetal gevallen is in artikel 9 van deze subsidieregeling een uitzondering opgenomen. Hiermee wordt voorkomen dat noodzakelijke projecten door de uitgebreide procedure worden gefrustreerd.

De criteria waaraan een verzoek om subsidie dient te voldoen alsmede de prioriteitstelling zijn ter wille van de rechtszekerheid voor de verzoekers om een subsidie opgenomen in deze subsidieregeling. De bij een aanvraag om subsidie te overleggen bescheiden en gegevens, alsmede de criteria voor de vaststelling van de maximale hoogte van de subsidie voor een project zijn opgenomen in een door gedeputeerde staten vastgestelde bijlage bij deze regeling.

ARTIKELSGEWIJS

Artikel 3

-     Tweede lid

Indien de rijksbijdrage als bedoeld in artikel 8 niet wordt verstrekt, is de kans aanwezig dat het Stimuleringsfonds niet voldoende gelden bevat om tot subsidiëring over te gaan. Om te voorkomen dat in dit soort gevallen toch tot uitbetaling moet worden overgegaan is deze weigeringsgrond opgenomen. Overigens is aangegeven dat gedeputeerde staten kunnen weigeren. Indien zij dit verantwoord achten kunnen zij ook besluiten de subsidie wel te verlenen.

Artikel 4

In de bij deze verordening behorende richtlijnen wordt ervan uitgegaan dat de te verstrekken subsidie een aanvullend karakter heeft en nooit kan leiden tot een 100% subsidiëring van een project. Er dient altijd een bepaald gedeelte van de projectkosten voor rekening van de verzoeker te blijven. De in deze richtlijnen opgenomen maximale percentages zijn dus altijd inclusief subsidies en bijdragen van derden die voor dit project worden verstrekt. Indien bijvoorbeeld een maximum van 75% wordt aangegeven dan betekent dit dat er minimaal 25% voor rekening van de verzoeker dient te blijven.

Artikel 11

Bij het indienen van het Uitvoeringsprogramma van het lopende jaar moeten gedeputeerde staten tevens verantwoording afleggen voor het Uitvoeringsprogramma van het voorgaande jaar. Hiertoe is het noodzakelijk dat uiterlijk 31 januari alle noodzakelijke stukken ten behoeve van de financiële verantwoording van de afzonderlijke projecten bij de provincie aanwezig zijn.

NADERE REGELS ALS BEDOELD IN ARTIKEL 4 VAN DE SUBSIDIEREGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

Bij de vaststelling van de maximale hoogte van de subsidie gelden de volgende richtlijnen.

Algemeen

1.   De in deze richtlijnen opgenomen maximale bijdragen zijn inclusief de door derden voor dit project verleende of nog te verlenen subsidies of bijdragen. Dit betekent dat de op grond van deze subsidieregeling te verstrekken bijdrage, vermeerderd met de door derden verleende of nog te verlenen subsidies of bijdragen, nooit hoger kan zijn dan de in het desbetreffende onderdeel van deze richtlijnen opgenomen maximale bijdrage.

2.   De in deze richtlijnen genoemde maximale percentages worden berekend van de op grond van deze subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komende kosten, tenzij anders is aangegeven.

Projecten Duurzame Landbouw

-     Voor investeringen door gezamenlijke boeren: een bijdrage van maximaal 75% met een maximum van ¿ 175.000,--. Indien echter sprake is van individueel bedrijfsbelang: een bijdrage van maximaal 50%. Beheer en onderhoud komen voor eigen rekening.

-     Voor investeringen op bedrijfsniveau: een bijdrage van maximaal 30%. Voor zover de investering uitstijgt boven het individuele bedrijfsbelang: een bijdrage van maximaal 50%. Voor beide bijdragen geldt een maximum van ¿ 125.000,--.

-     Voor bedrijfsadvisering en/of -begeleiding en voor bemonstering geldt een maximale bijdrage van 50%.

-     Voor studieclubs geldt een eigen bijdrage afhankelijk van het directe belang van de deelnemers en het aantal bijeenkomsten.

-     Voor demonstratie- en excursiebedrijven is de bijdrage afhankelijk van het aantal open dagen en excursies. De bijdrage bedraagt maximaal ¿ 5.000,-- per jaar.

Projecten gericht op reductie lozingen

-     Voor rioleringsprojecten geldt een maximale bijdrage per aansluiting ter hoogte van de kosten per aansluiting minus ¿ 25.000,--, echter met een maximum van 50% van de totale kosten per aansluiting.

-     Voor de sanering van riooloverstorten wordt voor wat betreft de maximale subsidie aangesloten bij de Stimuleringsregeling randvoorzieningen waterkwaliteitsspoor van het Zuiveringsschap Drenthe.

Projecten gericht op herstel en/of bescherming van archeologische, cultuurhistorische of biotische waarden of gericht op herstel van de bodem

Een bijdrage van maximaal 80%.

Projecten gericht op verdrogingsbestrijding

Voor kosten waarvoor geen bijdrage via de geïntegreerde verdrogingsbestrijdingsregeling mogelijk is geldt een maximale bijdrage van 50%.

Projecten gericht op stiltegebieden

Een bijdrage van maximaal 50%.

BESCHEIDEN EN GEGEVENS ALS BEDOELD IN ARTIKEL 5 VAN DE SUBSIDIEREGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

Bij een verzoek om subsidie dienen de volgende bescheiden en gegeven te worden overgelegd.

1.   Projectnaam

2.   Projectomschrijving

3.   Doel project

4.   Maatregelen

Aangegeven moet worden welke maatregelen binnen het kader van dit project worden genomen en welke daarvan specifiek milieumaatregelen zijn.

5.   Milieubeschermingsgebied(en)

Aangegeven moet worden op welk(e) gebied(en) het project betrekking heeft of eventueel invloed heeft (door beïnvloeding/uitstralingseffect).

6.   Bedreigingen/waarden

Aangegeven moet worden welke bedreigingen door het project worden verminderd dan wel welke waarden extra worden beschermd, zo mogelijk met kengetallen.

Voorbeeld I, aanleg riolering: met het project worden de vermesting en verspreiding ten gevolge van ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater verminderd/opgeheven. In het gebied worden nu .... vervuilingseenheden geloosd.

Voorbeeld II, verkeerswerende maatregelen: met de maatregel worden de verstoring en uitstoot van verzurende stoffen ten gevolge van gemotoriseerd verkeer verminderd. Voor 199. is het aantal voertuigbewegingen op deze route geschat op ....

Voorbeeld III, reductie mineralenoverschot melkveehouderij: met de maatregel wordt de vermesting van het gebied met fosfaat en stikstof verminderd. Op dit moment/in 199. zijn er .... melkveehouderijen met .... ha cultuurgrond in het desbetreffende gebied en een gemiddeld overschot van .... kg N en .... kg P per hectare per jaar.

7.   Milieueffecten

Aangegeven moet worden welke milieueffecten met de maatregelen worden beoogd, houdt hierbij rekening met de genoemde bedreigingen/waarden. Zo mogelijk weer met kengetallen.

Voorbeeld I, aanleg riolering: aantal op de riolering aan te sluiten percelen, aantal gesaneerde/

overblijvende percelen en vervuilingseenheden.

Voorbeeld II, verkeerswerende maatregelen: beoogde vermindering van het aantal voertuigbewegingen/kilometers in het gebied.

Voorbeeld III, reductie mineralenoverschot: beoogd wordt bij deelnemende bedrijven het mineralenoverschot terug te dringen tot gemiddeld .... kg N en .... kg P per hectare.

8.   Doelgroep

Aangegeven moet worden (indien van toepassing) welke doelgroep met het project beoogd wordt te bereiken, hoe groot die doelgroep is, of er al geïnteresseerden zijn, wat de betrokkenheid van die doelgroep is (bijvoorbeeld ad 6 en 7, voorbeeld III: aantal melkveehouders, aantal dat al een mineralenboekhouding bijhoudt, aantal te bereiken via het project).

9.   Projectorganisatie

Aangegeven moet worden hoe het project organisatorisch is geregeld: initiatiefnemer, participanten, uitvoerder en dergelijke.

10. Tijdpad

Aangegeven moet worden welke stappen in de tijd gezien moeten worden genomen en in welke fase het project zich nu bevindt.

Projecten dienen in principe in 1999 te zijn/worden afgerond, waarbij uitloop mogelijk is tot in 2000.

11. Procedure

Aangegeven moet worden met welke procedures het project in de sfeer van vergunningen/ont-heffingen eventueel te maken krijgt (denk aan Wet milieubeheer, bestemmingsplan en dergelijke).

12. Begroting kosten

Geef een gespecificeerde begroting van de kosten die met het project gemoeid zijn, zo nodig verdeeld over meerdere jaren. Geef hierbij tevens voor elk jaar aan welk deel door welke participanten wordt opgebracht en voor welk deel nog geen financiering is gevonden (zal veelal gelijk zijn aan het gevraagde subsidiebedrag). Onderscheid hierin duidelijk de kosten van de milieumaatregelen.

13. Eventuele opmerkingen

14. Situatiekaart

Voor zover mogelijk dient een situatiekaart,  schaal 1 : 10.000, en een overzichtskaart, schaal 1 : 25.000, te worden bijgevoegd.

(Voor zover dat voor een goede beoordeling van een aanvraag van belang wordt geacht, kan de provincie nadere informatie vragen.)

VERPLICHTINGEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 10 VAN DE SUBSIDIEREGELING STIMULE-RINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

1.   Projecten dienen te worden uitgevoerd binnen de looptijd van het uitvoeringsprogramma conform de bij de aanvraag om subsidie overgelegde bescheiden en gegevens tenzij gedeputeerde staten schriftelijk hebben bevestigd dat afwijking is toegestaan.

2.   Aan gedeputeerde staten (GS) dient voor aanvang van het project een planning van de activiteiten en maatregelen te worden toegezonden. Tevens dient minimaal eens per kwartaal een voortgangsrapportage aan GS te worden toegezonden. Deze voortgangsrapportage dient minimaal de volgende informatie/gegevens te bevatten:

a.   de uitgangssituatie ten aanzien van de activiteiten/maatregelen waarop het project is gericht;

b.   een overzichtskaart met de gebieden/locaties waar de activiteiten/maatregelen worden uitgevoerd of betrekking op hebben;

c.   welke activiteiten/maatregelen tot nu toe zijn uitgevoerd en wie zijn betrokken bij de uitvoering van deze activiteiten/maatregelen en op hoeveel hectare milieubeschermingsgebied/

stimuleringsgebied de activiteiten betrekking hebben;

d.   een tijdsplanning voor de nog niet-uitgevoerde maatregelen/activiteiten;

e.   het tot nu toe behaalde resultaat waarbij tevens wordt aangegeven of naar verwachting met de uitgevoerde en nog uit te voeren maatregelen/activiteiten de beoogde doelstellingen van het project worden gehaald;

f.    indien er aanleiding is de projectbeschrijving of de begroting van het project te wijzigen, dient dit te worden aangegeven.

3.   Daartoe bevoegde vertegenwoordigers van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en/of de provincie Drenthe dienen te allen tijde in de gelegenheid te worden gesteld ter plaatse alle inlichtingen in te winnen die hen noodzakelijk voorkomen. Deze steekproefsgewijze controles zijn bedoeld om na te gaan of de toegezegde activiteiten/maatrege-len ook daadwerkelijk volgens afspraak plaatsvinden.

MODEL ALS BEDOELD IN ARTIKEL 11, DERDE LID, VAN DE SUBSIDIEREGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

Naam project:

Provincie: Drenthe

Naam uitvoerende instantie:

Nummer project :

Datum subsidieverlening gedeputeerde staten:  datum brief

Voorbeeldtabel

Besteed

Begroot

Afwijking

A.

Uitgaven

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

Totale projectkosten

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

B.

Ontvangsten

Andere bijdragen van provinciewege

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

Andere bijdragen van rijkswege

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

Overige inkomsten

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

C.

Eigen bijdragen

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

(indien een vaste eigen bijdrage is afgesproken)

D.

Projectsaldo (A-B-C)

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

E.

Te ontvangen

Bijdrage gebiedsgericht milieubeleid

(Subsidiepercentage@/100*A) - B

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

Echter maximaal D en maximaal € @

(@ staan vermeld in brief subsidieverlening)

Bij: kosten accountanstverklaring

(tot maximaal ¿ 1.500,--)

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

Af: door gedeputeerde staten reeds verstrekte voorschotten

-  ¿¿¿¿..

-  ¿¿¿¿.

-  ¿¿¿¿

Eindbetaling

€ ¿¿¿¿..

€ ¿¿¿¿.

€ ¿¿¿¿

Plaats:  Datum:

Naam/handtekening hoofd financiële administratie:

TOELICHTING OP HET MODEL ALS BEDOELD IN ARTIKEL 11, DERDE LID, VAN DE SUBSIDIE-REGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN

De afrekening moet zodanig worden gespecificeerd dat een vergelijking tussen de werkelijke kosten en de begroting op kostensoortniveau (bijvoorbeeld personele kosten, materiële kosten etc.) mogelijk is. Afwijkingen van meer dan 10% moeten adequaat worden toegelicht.

Op de afrekening dienen alleen de kosten van subsidiabele maatregelen te worden vermeld.

MODELACCOUNTANTSVERKLARING ALS BEDOELD IN ARTIKEL 11, VIERDE LID, VAN DE SUBSIDIEREGELING STIMULERINGSFONDS MILIEUBESCHERMINGSGEBIEDEN TEN BEHOEVE VAN FINANCIËLE VERSLAGLEGGING (VERPLICHT INDIEN DE BIJDRAGE MEER DAN ¿ 15.000,-- BEDRAAGT)

Accountantsverklaring

Wij hebben de afrekening inzake het project (naam en projectnummer), die in het kader van het stimuleringsbeleid milieubeschermingsgebieden van de provincie Drenthe is uitgevoerd door (naam uitvoerder),  betreffende het uitvoeringsjaar (jaar van uitvoering) sluitend met een totaalprojectsaldo van ¿............... gecontroleerd.

Deze afrekening is bestemd voor het afleggen van verantwoording door (naam van diegene aan wie de subsidie is verleend) aan gedeputeerde staten van de provincie Drenthe over de uitvoering van bovengenoemd project.

Op grond van ons onderzoek, dat is verricht in overeenstemming met algemeen aanvaarde controlegrondslagen, zijn wij van oordeel dat eerdergenoemde afrekening een getrouw beeld geeft van de projectuitgaven en -ontvangsten en dat overigens is voldaan aan de bepalingen zoals gesteld in de toezeggingsbrief d.d. ................

Naam accountantskantoor: Plaats:

Naam accountant en inschrijfnummer:     Datum:

Handtekening accountant: