Regeling start-, voortgangs- en beoordelingsgesprekken

Geldend van 01-01-2014 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Regeling start-, voortgangs- en beoordelingsgesprekken

Regeling start-, voortgangs- en beoordelingsgesprekken

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    Medewerker:De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onderdeel a van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR).

  • b

    Leidinggevende:Directeur, manager of team hoofd.

  • c

    Functie:Het samenstel van werkzaamheden waarmee de ambtenaar door of vanwege het bevoegde gezag gedurende het beoordelingstijdvak feitelijk was belast.

  • d

    Functieschaal:De voor de functie op grond van het functieprofiel vastgestelde salarisschaal.

  • e

    Competenties:Vaardigheden en bekwaamheden, blijkend uit houding en gedrag. Competenties zijn afhankelijk van de eisen die een functie stelt en een voorwaarde om een functie succesvol te kunnen uitoefenen. In die zin zijn competenties een nadere uitwerking van het functieprofiel onder het onderwerp persoonskenmerken. Niet alle competenties zijn voor elke functie noodzakelijk. Tussen medewerker en leidinggevende worden afspraken gemaakt over de (kern-) competenties voor een functie uit het "competentie woordenboek Moerdijk".

  • f

    Persoonlijke ontwikkeling:De ontwikkeling die een ambtenaar doormaakt met als doelstellingen: zijn huidige functie goed uit te voeren, mee te groeien met veranderingen in en om zijn functie en zich voor te bereiden op gewenste cq. noodzakelijke en haalbare functiewijzigingen.

  • g

    Functieprofiel:In het functieprofiel zijn op een uniforme en consistente manier de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden èn de competenties per organieke functie beschreven.

  • h

    Startgesprek:Jaarlijks terugkerend gesprek tussen direct leidinggevende en de medewerker over te behalen resultaten, te ontwikkelen competenties, de toekomstverwachtingen en de rol van de leidinggevende.

  • i

    Voortgangsgesprek:Periodiek terugkerend gesprek, waarin de voortgang van de in het startgesprek gemaakte afspraken worden doorgenomen en zonodig bijgesteld.

  • j

    Eindgesprek:Jaarlijks terugkerend gesprek tussen direct leidinggevende en de medewerker over het functioneren van de medewerker en de gemaakte afspraken, met als doel een evaluatie van het afgelopen jaar.

  • k

    Beoordeling:Schriftelijke vastlegging van een beargumenteerd oordeel van de leidinggevende over de functievervulling, inclusief de gemaakte afspraken in het start- en voortgangsgesprek, van de medewerker.

  • l

    1e en 2e Beoordelaar:De direct leidinggevende, alsmede de naast hogere leidinggevende.

Artikel 2 Startgesprek

Elk jaar vindt tussen iedere medewerker en zijn direct leidinggevende een startgesprek plaats. De daarin gemaakte afspraken worden vastgelegd in het formulier genoemd in artikel 4.In overleg tussen de directeur Bedrijf, de manager of het team hoofd kan een andere leidinggevende met het start- en voortgangsgesprek worden belast, tenzij betrokkene daartegen bezwaar maakt.Wanneer een medewerker wordt aangesteld in tijdelijke dienst bij wijze van proef, heeft binnen een maand na aanvang van het dienstverband een startgesprek plaats. De gesprekspartners geven minimaal één week voor het gesprek aan elkaar te kennen welke onderwerpen in het gesprek aan de orde worden gesteld, gebaseerd op het functieprofiel, competenties of loopbaanwensen.

Artikel 3 Voortgangsgesprek

De datum voor het voortgangsgesprek wordt tijdens het startgesprek vastgelegd. Leidinggevende en medewerker kunnen afspraken maken voor meerdere voortgangsgesprekken. In het voortgangsgesprek worden de in het startgesprek gemaakte afspraken doorgenomen en zonodig bijgesteld.

Artikel 4 Verslaglegging

Voor de verslaglegging gebruikt de leidinggevende de door burgemeesters en wethouders vastgestelde formulieren start-, voortgangs- en eindgesprek en het beoordelingsformulier.

Artikel 5 Eindgesprek

Lid 1

Aan het eind van elk jaar vindt tussen iedere medewerker en zijn direct leidinggevende een eindgesprek plaats.

Lid 2

In overleg met de directeur Bedrijf, de manager of het team hoofd kan een andere leidinggevende met de gesprekken worden belast, tenzij betrokkene daartegen bezwaar maakt.

Lid 3

Wanneer een medewerker wordt aangesteld in tijdelijke dienst bij wijze van proef, vindt uiterlijk een maand voor het verstrijken van dit dienstverband een eindgesprek met formele beoordeling plaats. Na dit gesprek wordt een voorstel gedaan over voortzetting of beëindiging van het dienstverband.

Lid 4

Op initiatief van de leidinggevende wordt in overleg met de medewerker een datum en tijdstip voor het eindgesprek vastgesteld.

Lid 5

De gesprekspartners geven minimaal één week voor het gesprek aan elkaar te kennen dat men, eventueel, specifieke onderwerpen in het gesprek aan de orde wenst te stellen.

Lid 6

Desgewenst en met instemming van de gesprekspartners, kan een derde aan het gesprek deelnemen.

Artikel 6 Normering beoordeling

Lid 1

Onderdeel van het in artikel 5 bedoelde gesprek, met uitzondering van het gestelde in artikel 5, lid 3, is het minimaal één keer per twee jaar opstellen van een beoordeling door de leidinggevende aan de hand van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.

Lid 2

De beoordeling vindt plaats op basis van de volgende normering:

A: Doel niet gehaald

Beoordeelde vertoont duidelijke tekortkomingen. Resultaatafspraken zijn niet gehaald, competenties niet ontwikkeld . Functioneren is beneden de eisen die de vervulling van de functie stelt. Van onvoldoende functioneren kan ook sprake zijn indien facetten van de functie nog niet vollediq worden verricht.

B: Doel gedeeltelijk gehaald

Beoordeelde vertoont enige tekortkomingen . Resultaatafspraken zijn gedeeltelijk niet gehaald, competenties gedeeltelijk niet ontwikkeld. Beoordeelde voldoet niet geheel aan de eisen die aan de vervulling van de functie worden gesteld. Van op deze wijze functioneren kan ook sprake zijn indien de gestelde eisen aan de functie in de praktijk nog niet geheel ten uitvoer zijn gebracht.

C: Doel gehaald

Beoordeelde is de resultaatafspraken en de verdere ontwikkeling van competenties nagekomen en voldoet aan de eisen die de vervulling van de functie stelt.

D: Doel ruim gehaald

Beoordeelde heeft duidelijk boven de resultaatafspraken gepresteerd en heeft extra competenties ontwikkeld. Betrokkene heeft kwaliteiten die een belangrijke meerwaarde hebben dan de eisen die de vervulling van de functie stelt.

Artikel 7 Verslaglegging beoordelingsgesprek

Lid 1

Het beoordelingsformulier wordt door de beoordeelde en beoordelaars ondertekend waarna ieder een exemplaar krijgt uitgereikt.

Lid 2

Het beoordelingsformulier met daarin opgenomen het beoordelingsresultaat wordt aan de (algemeen) directeur ter vaststelling aangeboden.

Artikel 8 Beloning

Het salaris van de werknemer wordt jaarlijks verhoogd op de wijze als in de toegekende schaal is aangegeven, tenzij de beoordeling aanleiding geeft om een periodieke verhoging niet toe te kennen. De beoordelaar maakt daarvoor, alsmede voor vormen van extra beloning, bij het ter vaststelling aanbieden van een beoordeling, een gemotiveerd voorstel op grond van de bepalingen van de Bezoldigingsregeling gemeente Moerdijk. Een beoordelingsgesprek vindt in de regel één keer per 2 jaar plaats. Wanneer leidinggevende en of medewerker aanleiding zien dan wel behoefte hebben om het beoordelingsgesprek één keer per jaar te laten plaatsvinden, voorziet de regeling hierin.Voor een persoonlijke toelage na bereiken van het maximum van de functionele schaal geldt dat er minimaal drie jaarlijks opeenvolgende beoordelingen aan ten grondslag liggen.

Artikel 9 Mogelijkheid tot bezwaar

Indien een beoordeelde het niet eens is met de beoordeling dan wel met onderdelen daarvan kan betrokkene onder toepassing van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken.

Artikel 10 Archivering

Het (vastgestelde) formulier start-, voortgangs- en eindgesprekken wordt centraal gearchiveerd als onderdeel van het personeelsdossier (pd), waarbij de personeelsadviseurs de voortgang van de gesprekkencyclus bewaken. Jaarlijks wordt het pd opgeschoond, zodanig dat steeds beoordelingen van de laatste vijf jaren als actueel worden beschouwd.

Artikel 11 Nadere regels

Burgemeester en wethouders kunnen in individuele situaties, waarin deze regeling niet of niet naar redelijkheid voorziet, nadere regels stellen.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2014 en kan worden aangehaald als "Regeling start-, voortgangs- en eindgesprekken gemeente Moerdijk 2014".