Financieringsregeling huisvesting

Geldend van 01-01-1998 t/m heden

Intitulé

Financieringsregeling huisvesting

Financieringsregeling huisvesting

Artikel 1 Basisvoorwaarden

Burgemeester en wethouders kunnen geldleningen onder hypothecair verband verstrekken aan ambtenaren in vaste dienst van de gemeente die:

  • a

    een huis voor eigen bewoning wensen te bouwen;

  • b

    een bestaand huis voor eigen bewoning wensen te kopen;

  • c

    een bestaand door hen zelf bewoond eigen huis wensen te verbouwen.

  • d

    voor een door henzelf bewoond eigen huis elders een geldlening hebben afgesloten en deze na beëindiging of opzegging, door een gemeentelijke lening wensen te vervangen.

Artikel 2 Maximum leningsbedrag

De geldlening bedraagt ten hoogste 100% van:

  • a

    In het geval van artikel 1 sub a: de grond- en bouwkosten inclusief de verwervingskosten bestaande uit de kosten van de notaris, kadaster en overdrachtsbelasting.

  • b

    In het geval van artikel 1 sub b: de taxatiekosten van het betreffende huis vastgesteld op grond van een taxatierapport van een beëdigd taxateur danwel de waardevaststelling in het kader van de Wet Onroerende Zaken eventueel vermeerderd met de verwervingskosten bestaande uit de kosten van de notaris, kadaster, overdrachtsbelasting en makelaarskosten.

  • c

    In het geval van artikel 1 sub c: alle werkelijke kosten van verbouwing voorzover het totaal aan geldlening de taxatiewaarde als bedoeld in artikel 2, sub b niet te boven gaat dan wel uit een afzonderlijke taxatierapport blijkt dat de waardetoename van het huis overeenkomt met de werkelijke kosten van verbouwing.

  • d

    In het geval van artikel 1 sub d: het bedrag van de restantlening van de elders afgesloten lening vermeerderd met de kosten van notaris, kadaster en eventueel verschuldigde boetes voorzover het totaal aan geldlening de taxatiewaarde als bedoeld in artikel 2 sub b niet te boven gaat.

Artikel 3 Inkomentoets

Ter beoordeling van de mate waarin de ambtenaar in staat moet worden geacht de door hem verschuldigde rente en aflossing te kunnen voldoen worden de bepalingen toegepast zoals deze jaarlijks worden vastgesteld door het Waarborgfonds Eigen Woningen zoals deze ook gelden voor verkrijgen van een Nationale Hypotheek Garantie.

Artikel 4 Aanvraag

De ambtenaar die een verzoek om toepassing van deze regeling wenst in te dienen maakt daarvan gebruik van het formulier zoals dat is opgenomen in de bijlage A van deze regeling. Dit formulier dient tevens als eigen verklaring inzake inkomen en bestaande financiële verplichtingen.

Artikel 5 Hypotheekvorm

Met inachtneming van de hierna te noemen aanvullende bepalingen zijn de volgende hypotheekvormen mogelijk:

  • -

    annuïteitenhypotheek

  • -

    lineaire hypotheek

  • -

    hypotheek met aflossing ineens op basis van spaarovereenkomst

  • -

    aflossingsvrije hypotheek

Artikel 6 Annuïteitenhypotheek

  • a

    De geldlening wordt verstrekt onder de voorwaarden dat een rente is verschuldigd, gelijk aan die, welke de gemeente zelf op de datum van indiening van het verzoek van de ambtenaar, voor haar af te sluiten geldlening met een zelfde looptijd verschuldigd zou zijn en de looptijd van de leningen niet langer is dan 30 jaar.

  • b

    De betaling van de rente en aflossing geschiedt jaarlijks ineens achteraf voor de 31ste december van dat jaar.

Artikel 7 Lineaire hypotheek

  • a

    De geldlening wordt verstrekt onder de voorwaarden dat een rente is verschuldigd, gelijk aan die, welke de gemeente zelf op de datum van indiening van het verzoek van de ambtenaar, voor haar af te sluiten geldlening met een zelfde looptijd verschuldigd zou zijn en de looptijd van de leningen niet langer is dan 30 jaar.

  • b

    De betaling van de rente en aflossing geschiedt jaarlijks ineens achteraf voor de 31ste december van dat jaar.

Artikel 8 Spaarhypotheek met aflossing ineens op basis van spaarpvereenkomsten

  • a

    De geldlening wordt verstrekt onder de voorwaarden dat een rente is verschuldigd, gelijk aan die, welke de gemeente zelf op de datum van indiening van het verzoek van de ambtenaar, voor haar af te sluiten geldlening met een zelfde looptijd verschuldigd zou zijn en de looptijd van de leningen niet langer is dan 30 jaar.

  • b

    Binnen zes maanden na passeren van de hypotheekakte sluit de ambtenaar een spaarovereenkomst uit welker opbrengst, naar genoegen van de geldgever te beoordelen, de verstrekte geldlening aan het einde van de looptijd in haar geheel kan worden afgelost.

  • c

    De opbrengst van de onder b genoemde overeenkomst wordt door de ambtenaar gecedeerd waartoe een verpandingovereenkomst wordt gesloten.

  • d

    De betaling van de rente geschiedt jaarlijks ineens achteraf voor de 31ste december van dat jaar.

Artikel 9 Aflossingsvrije hypotheek

  • a

    Burgemeester en wethouders kunnen op verzoek van de ambtenaar besluiten de geldlening aflossingsvrij te maken.

  • b

    De maximale looptijd van de lening die aflossingsvrij is gemaakt, wordt in afwijking van artikel 6 gesteld op 40 jaar. De 40 jarige looptijd gaat in op de datum van oorspronkelijke verstrekking van de betreffende geldlening.

  • c

    De aflossingsvrije periode gaat in op de eerste van het kwartaal volgende op de datum van indiening van het verzoek bij burgemeester en wethouders.

  • d

    Het restant van de schuld mag niet meer bedragen dan maximaal 60% van de getaxeerde vrije verkoopwaarde van de woning.

  • e

    Elke 10 jaar overlegt de ambtenaar een actueel taxatierapport van het onderpand, opgesteld door een beëdigd taxateur, voor het eerst op de datum waarop het verzoek tot aflossingsvrij maken wordt ingediend. Als taxatierapport kan ook de waardevaststelling in het kader van de Wet Onroerende Zaken dienen.

  • f

    Indien het restant van de geldlening meer bedraagt dan 60% van de middels taxatie vastgestelde waarde, zal het teveel in maximaal 10 jaren in gelijke delen per jaar worden afgelost.

  • g

    Aflossing van de totale geldlening vindt plaats aan het einde van de looptijd of bij de verkoop van het onderpand, tenzij een verzoek is ingediend als bedoeld in artikel 11.

  • h

    De betaling van de rente geschiedt jaarlijks ineens achteraf voor de 31ste december van dat jaar.

Artikel 10 Rente-aanpassing

  • a

    Op verzoek van de ambtenaar kan door burgemeester en wethouders het rentepercentage van de geldlening worden aangepast aan de alsdan meest gunstige marktrente geldend tussen de datum van indiening van het verzoek en de datum van daadwerkelijke toewijzing cq. besluit van burgemeester en wethouders, mits de ambtenaar over het schuldrestant van de lening een boete van 1% betaalt.

  • b

    Een hier bedoelde renteaanpassing kan slechts eenmaal per 5 kalenderjaren plaatsvinden. Als er een rentevaststelling is geweest dan kan er niet eerder dan na 5 jaar (opnieuw) een aanpassing plaatsvinden.

  • c

    Het schuldrestant van de lening kan worden verhoogd met de boeterente tot maximaal de in de hypotheekakte opgenomen hoofdsom.

  • d

    Het nieuw vastgestelde rentepercentage gaat in op de 1ste van het kwartaal volgende op de datum van indiening van het verzoek bij burgemeester en wethouders.

Artikel 11 Depot schuldrestant

  • a

    Burgemeester en wethouders kunnen op verzoek van de ambtenaar besluiten bij verkoop van het onderpand tot het in depot plaatsen van het schuldrestant bij de gemeente, ten behoeve van de financiering van een nieuw te kopen dan wel te bouwen woning.

  • b

    Over het depotbedrag vergoedt de gemeente aan de ambtenaar een rente, berekend naar het rentepercentage van de lening.

Artikel 12 Verzekeringsplicht

De woning en eventuele andere opstallen dienen tegen brand- en stormschade verzekerd te zijn en te blijven op basis van herbouwwaarde blijkende uit het taxatierapport, ten bewijze waarvan de hypotheekgever aan burgemeester en wethouders de verzekeringspolis of duplicaat daarvan dient te verstrekken.

Artikel 13 Verboden

Zonder toestemming van burgemeester en wethouders is het de hypotheekgever verboden:

  • a

    de woning en/of opstallen te vervreemden, te verhuren of zakelijke rechten erop te vestigen, wijzigingen daarin of daaraan aan te brengen, wijzigingen in de bestemming te brengen, een en ander geheel of gedeeltelijk af te breken;

  • b

    de bij de woning behorende grond te verkopen, te verpachten of zakelijke rechten daarop te vestigen.

Artikel 14 Opzegging

De lening wordt opgezegd per de datum van ontslag wanneer de ambtenaar de dienst van de gemeente verlaat anders dan met gelijktijdige invaliditeits- of ouderdoms- c.q. leeftijdspensioen, VUT in de zin van het pensioenreglement (FPU), of anders dan met een door de gemeente toegekend wachtgeld voor de duur van dit wachtgeld, waarbij de ambtenaar de gelegenheid krijgt binnen 2 jaar te rekenen vanaf 1 januari volgende op de datum van ontslag, te komen tot algehele aflossing

Artikel 15 Onjuist handelen

  • a

    Indien niet langer wordt voldaan aan de voorwaarden van deze verordening danwel bij de aanvraag onjuiste informatie wordt verstrekt cq. informatie wordt nagelaten te verstrekken of op andere wijze de intentie van deze verordening wordt getreden, zijn burgemeester en wethouders bevoegd de verstrekte geldlening op te zeggen.

  • b

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd andere voorwaarden aan deze geldlening te verbinden en beslissingen te nemen in situaties waarin deze regeling niet voorziet.

Artikel 16 Mededeling aan raad

Burgemeester en wethouders zijn verplicht van elk besluit tot het verstrekken van een geldlening mededeling te doen aan de raad.

Artikel 17 Verordeningen Zevenbergen Willemstad

  • a

    De verplichtingen aangegaan op grond van de verordeningen “Financieringsregeling huisvesting ambtenaren 1994” (Zevenbergen 22 maart 1994), "Woningfinanciering gemeentepersoneel 1991" (Willemstad 1 oktober 1991) en "Financieringsregeling huisvesting ambtenaren gemeente Zevenbergen 1997" blijven bestaan, voor zover hieronder niet van wordt afgeweken.

  • b

    Indien een ambtenaar in vaste dienst van de gemeente Moerdijk, aan wie voor 1 januari 1998 een geldlening is verstrekt, een wijziging in de verstrekte geldlening wenst overeen te komen worden alle bepalingen in onderhavige verordening van toepassing en vormen deze vervolgens onderdeel van deze gewijzigde geldlening.

  • c

    Gewezen ambtenaren die op grond van de verordeningen “Financieringsregeling huisvesting ambtenaren 1994” (Zevenbergen 22 maart 1994), en "Woningfinanciering gemeentepersoneel 1991" (Willemstad 1 oktober 1991) een geldlening onder hypothecair verband hebben afgesloten of in 1997 een wijziging in die bestaande geldlening hebben verzocht overeenkomstig de bepalingen van de "Financieringsregeling huisvesting ambtenaren gemeente Zevenbergen 1997" kunnen geen aanspraak maken op de "Financieringsregeling huisvesting ambtenaren gemeente Moerdijk 1998".

Artikel 18 Nadere regels

In voorkomende gevallen waarin deze regeling niet voorziet, kunnen burgemeester en wethouders nadere regels stellen.

Artikel 19 Ingangsdatum

Lid 1

Deze verordening kan worden aangehaald als "Financieringsregeling huisvesting ambtenaren gemeente Moerdijk 1998".

Lid 2

Zij wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 1998.

Bijlage A, Aanvraagformulier

Aanvraagformulier financieringsregeling