LANDSVERORDENING van de 20ste december 2001 houdende regeling van de overgang van het personeel van de landsoverheidsdienst Belastingaccountantsbureau naar de Stichting Belastingaccountantsbureau

Geldend van 01-01-2002 t/m heden

Intitulé

LANDSVERORDENING van de 20ste december 2001 houdende regeling van de overgang van het personeel van de landsoverheidsdienst Belastingaccountantsbureau naar de Stichting Belastingaccountantsbureau

Artikel 1

In het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde wordt verstaan onder:

  • a.

    Belastingaccountantsbureau: de landsoverheidsdienst Belastingaccountantsbureau, bedoeld in het landsbesluit van 1 februari 2000, P.B. 2000, no. 19.

  • b.

    Personeelslid: degene die een functie bekleedt bij het Belastingaccountantsbureau.

  • c.

    Stichting: de Stichting Belastingaccountantsbureau.

  • d.

    Overgangsdatum: de datum waarop het Belastingaccountantsbureau wordt opgeheven en de Stichting Belastingaccountantsbureau wordt opgericht.

Artikel 2

  • 1. Ieder personeelslid heeft het recht om bij de Stichting in dienst te treden op een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. Op hem zijn de bepalingen van de Landsverordening Sociaal Statuut Verzelfstandiging Overheidsdiensten van toepassing.

  • 2. Bij het totstandkomen van een arbeidsovereenkomst als bedoeld in het eerste lid, wordt het personeelslid eervol ontslag uit landsdienst verleend.

Artikel 3

  • 1. De bepalingen van de Regeling Vergoeding Behandelings- en Verplegingskosten Overheidsdienaren zijn met ingang van de overgangsdatum van overeenkomstige toepassing op het personeelslid, dat in dienst treedt van de Stichting.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid is van toepassing tot dat de Stichting een gelijkwaardige ziektekostenregeling voor zijn werknemers heeft getroffen.

Artikel 4

Voor het personeelslid, dat op de dag onmiddellijk voorafgaand aan de overgangsdatum uit hoofde van zijn dienstverband met de landsoverheid kindertoelage genoot, wordt in verband met het vervallen van die aanspraak door de Stichting een gelijkwaardige compensatieregeling met een duur van maximaal vijf jaar getroffen.

Artikel 5

Indien op de dag onmiddellijk voorafgaand aan de overgangsdatum op een personeelslid de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren van toepassing was, blijft het bij of krachtens die landsverordening bepaalde na de overgangsdatum onverkort op hem van toepassing, indien hij in dienst treedt van de Stichting.

Artikel 6

Deze landsverordening treedt in werking op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip, aan welk landsbesluit terugwerkende kracht kan worden verleend tot en met de overgangsdatum.