MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 12de augustus 1987 ter uitvoering van artikel 58 van de Dienstplichtverordening 1961 (P.B. 1961, no. 223) houdende vaststelling van een minimum diensttijd in de onderscheiden definitief beklede rangen in verband met bevordering van dienstplichtige onderofficieren

Geldend van 19-09-1987 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 12-08-1987

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 12de augustus 1987 ter uitvoering van artikel 58 van de Dienstplichtverordening 1961 (P.B. 1961, no. 223) houdende vaststelling van een minimum diensttijd in de onderscheiden definitief beklede rangen in verband met bevordering van dienstplichtige onderofficieren

Artikel 1

Een dienstplichtige onderofficier moet, alvorens hij in aanmerking kan komen voor bevordering tot de rang van sergeant, sergeant-majoor en adjudant-onderofficier, een diensttijd van onderscheidenlijk tenminste twee, drie en twee jaren in de door hem definitief beklede rang hebben volbracht.

Artikel 2

Deze beschikking treedt in werking op de dag na die waarin zij in het Publicatieblad is opgenomen en werkt terug tot en met 1 december 1986.