DELEGATIEBESLUIT GEMEENTE MIDDELBURG 2007

Geldend van 01-11-2018 t/m heden

Intitulé

DELEGATIEBESLUIT GEMEENTE MIDDELBURG 2007

De raad van de gemeente Middelburg;

gelezen het voorstel d.d. 26 oktober 2007, van burgemeester en wethouders, volgnummer 07-210;

gelet op artikel 156 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen: het Delegatiebesluit gemeente Middelburg 2007

Artikel 1.

Het college oefent de bevoegdheid uit tot het naar voren brengen van zienswijzen en bedenkingen tegen voorgenomen besluiten van bestuursorganen indien deze gelegenheid of dit recht aan de gemeente of het gemeentebestuur toekomt uitgezonderd de zienswijzen en bedenkingen in het kader van de gemeenschappelijke regelingen.

Artikel 2.

Het college oefent de bevoegdheid uit tot het beslissen op verzoeken om informatie als bedoeld in de Wet Openbaarheid van bestuur, welke zijn gericht aan de gemeenteraad.

Artikel 3.

Het college oefent de bevoegdheid uit tot het nemen van verdagingsbesluiten in gevallen dat de beslissing op de bij de raad ingediende bezwaar- en beroepschriften, voor zover deze om advies worden of zijn voorgelegd aan een commissie belast met de voorbereiding van de beslissing daarop, krachtens de desbetreffende daarop van toepassing zijnde wettelijke bepalingen kan of moet worden verdaagd.

Artikel 4.

Het college oefent de bevoegdheden uit als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, indien deze afdeling op de voorbereiding van besluiten van de gemeenteraad van toepassing is verklaard.

Artikel 5.

Ingetrokken.

Artikel 6.

Ingetrokken.

Artikel 7.

Het college oefent de bevoegdheid uit ingevolge artikel 20a Wegenverkeerswet 1994 tot het vaststellen van de grenzen van de bebouwde kommen.

Artikel 8.

Het college oefent de bevoegdheid uit ingevolge artikel 24, tweede lid Wet vervoer gevaarlijke stoffen tot het aanwijzen van wegen of weggedeelten voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.

Artikel 8a.

  • Het college oefent de bevoegdheden uit als bedoeld in artikel 6 van de Wet Basisregistraties Adressen en Gebouwen, inhoudende:

  • 1. Het vaststellen van de openbare ruimten;

  • 2. Het toekennen van nummeraanduidingen aan de op het grondgebied van de gemeente Middelburg gelegen verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen;

  • 3. Het vaststellen van de standplaatsen en de ligplaatsen;

  • 4. Het vaststellen van de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen.

Artikel 9

  • 1. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

  • 2. Op dat tijdstip vervalt het Delegatie- en machtigingsbesluit vastgesteld op 23 januari 1995, laatstelijk gewijzigd op 17 december 2001.

  • 3. Het vervallen van het onder lid 2 genoemde besluit heeft geen gevolgen voor de geldigheid van de op basis van dat besluit genomen beslissingen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad in zijn openbare vergadering van 17 december 2007.
De griffier,  De voorzitter,              
E.T. Israël   mr J.M. Schuwenaar                              
 
 
Publicatie: 9 januari 2008.
Inwerkingtreding: 10 januari 2008.
 
Gewijzigd: 13 december 2010
Publicatie: 12 januari 2011Inwerkingtreding met terugwerkende kracht op 1 juli 2009.

Toelichting:

Algemeen.

Het Delegatie- en machtigingsbesluit dat door de raad is vastgesteld op 23 januari 1995 en laatstelijk gewijzigd is op 17 december 2001 is dermate verouderd dat vaststelling van een nieuw besluit noodzakelijk is. Door de dualisering is het overgrote deel van de in het oude besluit genoemde bevoegdheden al door de wet zelf aan het college toegekend. De Gemeentewet heeft met name in artikel 160 al een groot aantal bestuursbevoegdheden bij het college gelegd en de op 8 maart 2006 in werking getreden Wet dualisering gemeentelijke mede-bewindstaken heeft dit voor wat betreft de bijzondere wetten geregeld. Delegatie van deze bevoegdheden is dan ook niet meer nodig.

Voor delegatie blijven dan ook nog een beperkt aantal bevoegdheden over. Voor zover die niet in een aparte verordening zijn geregeld en voor zover delegatie wettelijk mogelijk is zijn die opgenomen in het bijgevoegde besluit.

Delegatie betekent dat de bevoegdheid in zijn geheel overgaat naar het andere bestuursorgaan. Het incidenteel zelf nemen van een beslissing is dan ook niet meer mogelijk. Wel kan in voorkomende gevallen via de actieve informatieplicht van het college de raad geïnformeerd worden over de wijze waarop (onderdelen van) het delegatiebesluit worden uitgevoerd.

 

Artikel 1.

In bepaalde procedures heeft de gemeente de mogelijkheid om zienswijzen of bedenkingen naar voren te brengen met betrekking tot voorgenomen besluiten. Delegatie van deze bevoegdheid is gewenst omdat het geven van zienswijzen en bedenkingen vaak binnen een bepaalde periode moet plaatsvinden. Niet altijd zal dit gehaald kunnen worden als de raad hierover een beslissing moet nemen.

 

Artikel 2.

De termijn waarbinnen het bestuursorgaan, in dit geval de raad, moet beslissen op een verzoek om informatie is, gelet op artikel 6 van de Wet openbaarheid van bestuur, vier weken, met de mogelijkheid tot verlenging van eenmaal vier weken. Reageert het bestuursorgaan niet binnen deze vier weken, dan kan de burger tegen dit uitblijven van een reactie op grond van de Algemene wet bestuursrecht een bezwaarschrift indienen.

Ook geldt dat delegatie van deze bevoegdheid aan het college grote voordelen met zich meebrengt. De gemeente kan directer en slagvaardiger optreden. De gemeenteraad wordt minder belast en voorts loopt de gemeente minder juridische risico’s, omdat termijnen in de Wet openbaarheid van bestuur erg kort zijn en veelal niet gehaald zullen worden als de raad op deze verzoeken dient te beslissen.

 

Artikel 3.

Het verdagen van een beslissing op een bezwaar- of beroepschrift wordt hier gedelegeerd aan het college. De beslissing op het bezwaar- en beroep blijft bij de raad zelf.

 

Artikel 4.

Ingevolge de inspraakverordening beslist ieder bestuursorgaan voor zijn eigen bevoegdheden over de wijze waarop belanghebbenden worden betrokken bij de voorbereidingen van nieuw beleid. Vanuit zowel dualistisch als juridisch oogpunt ligt het voor de hand de toepassing van afdeling 3.4 Awb over te laten aan het college. Hierbij wordt mede gewezen op de taak ingevolge artikel 160 lid 1 sub b van de Gemeentewet. Op grond daarvan berust de bevoegdheid tot het voorbereiden en uitvoeren van beslissingen van de raad in beginsel bij het college.

 

Artikel 5.

Ingetrokken bij raadsbesluit d.d. 8 oktober 2018.

 

Artikel 6.

Ingetrokken bij raadsbesluit d.d. 7 november 2011.

 

Artikelen 7 en 8.

In deze artikelen zijn de bestuursbevoegdheden ten aanzien van het vatstellen van de grenzen van de bebouwde kommen (art 20a Wegenverkeerswet 1994) en het aanwijzen van wegen of weggedeelten voor het vervoer van gevaarlijke stoffen (art 24, tweede lid Wet vervoer gevaarlijke stoffen) gedelegeerd aan het college. Met name praktische overwegingen vormen hiervoor aanleiding. De grenzen van de bebouwde kommen en de route gevaarlijke stoffen zijn in het verleden reeds aangewezen. In de praktijk gaat het veelal om actualisering en/of wijzigingen in verband met uitvoering van nieuwbouwplannen.

 

Artikel 9.

Inwerkingtreding nieuw besluit, intrekking oud Delegatie- en machtigingsbesluit en gevolgen voor besluiten genomen onder het oude nu in te trekken besluit.