Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR83319
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR83319/1
Regeling vervallen per 01-01-2024
Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008
Geldend van 21-12-2008 t/m 31-12-2023
Intitulé
Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008DE RAAD VAN DE GEMEENTE MAASTRICHT,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 21-10-2008, domein SEB, Korr.no. 2008-39401;
Gelet op artikel 6.7 Wet ruimtelijke ordening en artikel 6.1.3.3 Besluit ruimtelijke ordening;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende
Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008.
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. aanvrager: degene die een aanvraag om tegemoetkoming in de schade als bedoeld in artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening indient;
b. adviseur: de door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen (rechts)persoon als bedoeld in artikel 6.1.1.1, onder c, Besluit ruimtelijke ordening;
c. belanghebbende: een belanghebbende als bedoeld in artikel 6.4a, tweede en derde lid, Wet ruimtelijke ordening;
d. besluit: Besluit ruimtelijke ordening;
e. college: het college van burgemeester en wethouders;
f. gemeente: gemeente Maastricht;
g. planschade: schade als bedoeld in artikel 6.1, eerste lid, Wet ruimtelijke ordening;
h. wet: Wet ruimtelijke ordening.
Artikel 2. Opdrachtverstrekking
-
1. Tenzij toepassing wordt gegeven aan artikel 6.1.3.1 van het besluit of aan artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht dan wel artikel 6.4, lid 2 van de wet, verstrekt het college binnen twaalf weken na het verstrijken van de termijnen als bedoeld in de genoemde artikelen, aan de adviseur opdracht om terzake van een aanvraag tot tegemoetkoming in planschade advies uit te brengen.
-
2. Het college stelt de aanvrager en de belanghebbenden alsmede eventuele andere betrokken partijen op de hoogte van de aanwijzing van de adviseur.
Artikel 3. Adviseur
-
1. Voor de advisering over de op de aanvraag te nemen beschikking wordt door het college een adviseur aangewezen die beschikt over voldoende deskundigheid inzake advisering op het gebied van planschade.
-
2. Voordat een persoon als adviseur wordt aangewezen kan het college verlangen dat deze aantoont op grond van opleiding en ervaring deskundig te zijn met betrekking tot de aspecten waarop de aanvraag beoordeeld moet worden.
-
3. Een adviseur mag geen ambt of betrekking vervullen die niet verenigbaar is met de functie als onafhankelijk deskundige.
Artikel 4. Werkwijze adviseur
-
1. Het college stelt aan de adviseur alle op de aanvraag betrekking hebbende informatie, alsmede de voor de beoordeling daarvan naar het oordeel van de adviseur noodzakelijke bescheiden ter beschikking.
-
2. Het college wijst uit de ambtelijke organisatie één of meer personen aan die de adviseur bij de uitvoering van de opdracht bijstaan.
-
3. De adviseur organiseert een of meer hoorzittingen, waar de aanvrager en de in het tweede lid bedoelde ambtelijke vertegenwoordiger(s) in de gelegenheid worden gesteld de aanvraag toe te lichten, onderscheidenlijk de voor de advisering relevante informatie te verschaffen, dan wel het standpunt van de gemeente kenbaar te maken. Eventuele andere partijen alsmede de belanghebbenden worden eveneens in de gelegenheid gesteld hun standpunt kenbaar te maken.
-
4. De adviseur bepaalt het tijdstip waarop hij/zij de situatie ter plaatse zal bezichtigen en nodigt de aanvrager voor de plaatsopneming uit.
-
5. De verslaglegging van de hoorzitting en de bezichtiging maakt deel uit van het uit te brengen advies.
-
6. Alvorens een advies uit te brengen zendt de adviseur binnen zesentwintig weken na de dagtekening van de opdracht tot advisering een concept daarvan aan het college, aan de aanvrager, aan eventuele andere betrokken partijen en aan de belanghebbenden. De adviseur kan deze termijn onder opgaaf van redenen verlengen.
-
7. De aanvrager, eventuele andere betrokken partijen alsmede de belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld om binnen vier weken na de toezending van het conceptadvies schriftelijk hierop te reageren.
-
8. In het geval tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur binnen acht weken na het verstrijken van de in het zevende lid bedoelde termijn een advies uit aan het college, waarbij de desbetreffende reacties zijn betrokken.
-
9. In het geval geen of niet tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur binnen twee weken na het verstrijken van de in het zevende lid bedoelde termijn een advies uit aan het college. Afschrift van dit advies wordt tevens aan alle betrokkenen toegezonden.
Artikel 5. Slotbepalingen
-
1. Deze verordening treedt in werking op de derde dag na publicatie in De Maaspost.
-
2. Deze verordening wordt aangehaald als “Procedureverordening planschade”.
Aldus besloten door de Raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 18 november 2008.
De Griffier,
Drs. E.H.A. Willems.
De Voorzitter,
Drs. G. Leers.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl