Beleidsregels ''Kleinschalig kamperen''

Geldend van 10-09-2009 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels ''Kleinschalig kamperen''

De raad van de gemeente Drechterland

Overwegende dat, er behoefte bestaat de regels voor het "kleinschalig kamperen" aan te passen  

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 juni 2009

besluit

1. De beleidsregels “Kamperen bij de boer” van 12 april 2007 in te trekken

2. De beleidsregels “Kleinschalig kamperen”, zoals opgenomen en toegelicht in de nota “Kleinschalig kamperen” als volgt vast te stellen:

  • a.

    Koppeling “kleinschalig kamperen” met “agrarisch bedrijf” laten vervallen

  • b.

    Ruimte voor kleinschalige campings in gehele gemeente

  • c.

    Minimale perceeloppervlakte 0,5 ha

  • d.

    Campings zoveel mogelijk achter bestaande bebouwing, geen “open veldsituatie”

  • e.

    Afstand tussen campings minimaal 1000 m (hemelsbreed)

  • f.

    Omvang campingterrein maximaal 100 m diep (vanaf achtergevel woning) en 50 m breed; de auto’s van de kampeerders dienen op het terrein van de camping te worden geparkeerd

  • g.

    Bij – voormalige – agrarische bedrijven moet een campingterrein binnen het agrarisch bouwblok blijven

  • h.

    Gebruik maken van bestaande in- en uitritten op het perceel

  • i.

    Aangrenzende percelen mogen niet in hun gebruiksmogelijkheden worden beperkt bij het realiseren van camping

  • j.

    Afstand van woning van derden tot campingterrein minimaal 50 m

  • k.

    Aantal standplaatsen op campings buiten de bebouwde kom (Wegenverkeerswet) maximaal 25

  • l.

    Aantal standplaatsen om campings binnen de bebouwde kom (Wegenverkeerswet) maximaal 10

  • m.

    Maximaal één “trekkershut” (met alleen slaapgelegenheid en een eenvoudig kooktoestel) op campings binnen de bebouwde kom. Op campingterreinen buiten de bebouwde kom mogen dit er twee zijn. Deze aantallen worden van het maximum aantal standplaatsen afgetrokken.

  • n.

    Mogelijkheid voor één zgn. “restinnaccommodatie” (max. 6 restinns)

  • o.

    Campingterrein landschappelijk inpassen (maatwerk afhankelijk van de locatie met beplanting/bomen of juist  “open” in verband met doorzichten etc.; indien gewenst landschappelijk inrichtingsplan eisen)

  • p.

    Geen kantine-, sport-, winkel- en horeca-activiteiten

  • q.

    Sanitaire voorzieningen zoveel mogelijk binnen bestaande bebouwing op het perceel

  • r.

    Indien p. niet mogelijk is, mag bijgebouw van maximaal 50 m2 worden gerealiseerd

  • s.

    Kampeerseizoen vaststellen van 15 maart tot 31 oktober (camping dient buiten deze periode “leeg” te zijn, met uitzondering van de zgn. “trekkershutten”)

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Drechterland van 24 augustus 2009
De raad voornoemd,
 
De griffier,                                                       De voorzitter,