Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 26 oktober 2010, nr. 2010INT264161, houdende nadere regels op grond van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

• a.

  Asv: Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

• b.

  BiSc: Bibliotheek Servicecentrum;

• c.

  SUB: Samenwerkende Utrechtse Bibliotheken;

• d.

  vCnC: provinciale museumbeleid Van Collectie naar Connectie.

Artikel 2 Criteria

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten als bedoeld in artikel 33 van de Asv die gericht zijn op

• a.

  cultuureducatie;

• b.

  cultuurparticipatie;

• c.

  bibliotheekvernieuwing, herstructurering en inhoudelijke vernieuwing in het kader van bibliotheekbeleid;

• d.

  ontwikkeling van voorzieningen op het gebied van nieuwe media, zoals opgenomen in de beleidsnota Beeldende Kunst 2010 – 2012;

• e.

  het stimuleren van de culturele infrastructuur in het kader van het programma Vrede van Utrecht;

• f.

  het ondersteunen en stimuleren van afname, spreiding, publieksbereik en de kwaliteit van het aanbod op het gebied van podiumkunsten;

• g.

  het stimuleren van amateurkunst, met als doel dat zoveel mogelijk inwoners deelnemen aan en kennisnemen van kwalitatief verantwoorde cultuur;

• h.

  het stimuleren en sturen van vroegtijdige inbreng van cultuurhistorische waarden in ruimtelijke ontwikkelingen door middel van cultuurhistorische verkenningen;

• i.

  cultuurhistorische publicaties van bovenlokale aard;

• j.

  het geven van impulsen die het kwaliteitsniveau van zowel individuele musea als het Utrechtse museumbestel in zijn geheel ten goede komen.

Artikel 3 Subsidieontvangers / Doelgroepen

• 1.

  Subsidie als bedoeld in artikel 2, onder a, b en c, kan worden verstrekt aan:

  • a.

    Stichting Kunst Centraal te Bunnik,

  • b.

    Gemeenten in de provincie Utrecht,

  • c.

    SUB, BiScC, regiobibliotheken in de provincie Utrecht, en gemeenten in het kader van overig bibliotheekvernieuwing, herstructurering en inhoudelijke vernieuwing in het kader van bibliotheekbeleid.

• 2.

  Subsidie als bedoeld in artikel 2, onder j, kan uitsluitend worden verstrekt aan vCnC-musea: Slot Zuylen, Kasteel Amerongen, Museum Veenendaal, Museum Rhenen, Museum Wijk bij Duurstede, Museum Woerden, Museum Spakenburg, Museum De Ronde Venen,Tabaksteeltmuseum Amerongen en Museumkwartier Zeist.

Artikel 4

• a.

  Aanvragen van stichting Kunst Centraal in het kader van cultuureducatie als bedoeld in artikel 2, onder a, worden ingediend voor 1 oktober voor het daarop volgende jaar.

• b.

  Aanvragen van gemeenten in het kader van cultuurparticipatie als bedoeld in artikel 2, onder b, kunnen worden ingediend voor 1 november voor het daarop volgende jaar.

• c.

  Aanvragen voor overige activiteiten als bedoeld in artikel 2, kunnen gedurende het kalenderjaar worden ingediend.

Artikel 5 Adviescommissie

Aanvragen om subsidie kunnen voor advies worden voorgelegd aan de adviescommissie Cultuur provincie Utrecht.

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

• 1.

  Subsidies tot € 125.000,- worden verstrekt in de vorm van een vast bedrag dat wordt bepaald op basis van de aanvraag en de mate waarin wordt bijgedragen aan het bereiken van het beleidsdoel.

• 2.

  Jaarlijkse subsidies kunnen worden aangepast conform de ontwikkeling van het loon en prijspeil.

Artikel 7 Subsidieplafond

• 1.

  Het subsidieplafond voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 2

  • a.

    onder h bedraagt voor 2011 € 250.000;

  • b.

    onder i bedraagt voor 2011 € 73.500;

  • c.

    onder j bedraagt voor 2011 €123.000;

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011. Als het provinciaal blad wordt uitgegeven na 31 december 2010 treedt de verordening in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsverordening subsidie Kunsten, media en erfgoed provincie Utrecht.