Regeling vervallen per 29-03-2017

Verordening functioneringsgesprekken burgemeester

Geldend van 29-09-1998 t/m 28-03-2017

Intitulé

Verordening functioneringsgesprekken burgemeester

De raad der gemeente Stadskanaal;

overwegende dat het in het kader van de herbenoeming van een burgemeester wenselijk is om op zorgvuldige wijze de visie van de raad op het functioneren van de burgemeester te bepalen;

gelet op de artikelen 61 en 147 van de Gemeentewet;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 september 1998, nr. R 5452;

gezien het advies van de commissie abm d.d. 8 september 1998;

besluit:

vast te stellen de volgende:

"Verordening functioneringsgesprekken burgemeester"

Artikel I Algemene bepalingen

  • 1.

    Per ambtsperiode worden minimaal drie functioneringsgesprekken met de burgemeester gevoerd.

  • 2.

    In de eerste ambtsperiode van de burgemeester wordt in elk geval in het eerste jaar een functioneringsgesprek met de burgemeester gevoerd.

Artikel II Samenstelling commissie

  • 1.

    De gesprekken worden door een commissie gevoerd die is samengesteld uit:

    • 1.

      de fractievoorzitters van alle in de raad vertegenwoordigde partijen;

    • 2.

      eerste loco-burgemeester namens de wethouders.

  • 2.

    Plaatsvervangende leden worden niet benoemd.

  • 3.

    De commissie kan zich laten bijstaan door de gemeentesecretaris.

  • 4.

    Indien de commissie besluit geen gebruik te maken van de in het vorige lid genoemde ondersteuning, dan wijst zij uit haar midden een secretaris aan.

  • 5.

    De voorzitter van de commissie treedt, voor zover nodig, op als contactpersoon naar buiten.

Artikel III Voorzitterschap

  • 1.

    Het voorzitterschap wordt bekleed door de fractievoorzitter van de grootste raadsfractie.

  • 2.

    Bij diens afwezigheid wordt de plaats ingenomen door de fractievoorzitter van de één na grootste raadsfractie.

  • 3.

    De voorzitter leidt het functioneringsgesprek.

Artikel IV Voorbereiding

  • 1.

    Twee weken voor het gesprek ontvangen de leden en de burgemeester namens de voorzitter een schriftelijke uitnodiging; deze bevat in ieder geval plaats, tijdstip en de agenda van het gesprek.

  • 2.

    Betrokkenen die niet in staat zijn het gesprek bij te wonen delen dit tijdig mee.

Artikel V. Quorum

  • 1.

    Gelet op de gewenste afspiegeling van de raad, vindt het gesprek alleen dan plaats als minimaal tweederde van de leden aanwezig zal zijn; bij teveel afmeldingen stelt de secretaris alle betrokkenen hiervan tijdig in kennis.

  • 2.

    Hierop ontvangen betrokkenen zo spoedig mogelijk een nieuwe uitnodiging.

Artikel VI. Functioneringsgesprek

  • 1.

    Het gesprek vindt plaats in beslotenheid.

  • 2.

    Tijdens het gesprek hebben zowel de fractievoorzitters en de loco-burgemeester alsook de burgemeester de mogelijkheid hun mening en zienswijzen ten aanzien van de geagendeerde thema's nader toe te lichten.

  • 3.

    De volgende onderwerpen worden tijdens het gesprek besproken:

    • a.

      het functioneren van de burgemeester als voorzitter van de raad en het functioneren van de raad;

    • b.

      het functioneren van de burgemeester als voorzitter van het college en het functioneren van het college;

    • c.

      het beheer van de portefeuille van de burgemeester;

    • d.

      de informatievoorziening naar de raad;

    • e.

      het vertegenwoordigen van de gemeente in andere bestuurlijke organen;

    • f.

      representatie van de gemeente;

    • g.

      relatie met het ambtelijk apparaat;

    • h.

      verwachte en gewenste ontwikkelingen;

    • i.

      alle door de leden en de burgemeester ingebrachte thema's;

    • j.

      afspraken.

  • 4.

    De leden van de commissie, de burgemeester en de secretaris van de commissie hebben volledige geheimhoudingsplicht over hetgeen hen tijdens het gesprek ter kennis is gekomen.

Artikel VII Conclusies

  • 1.

    Door de secretaris worden de conclusies van het gesprek in concept-vorm opgesteld en, de burgemeester gehoord hebbende, door de commissie vastgesteld.

  • 2.

    Vervolgens worden de conclusies schriftelijk aan de burgemeester en de Commissaris van de Koningin bericht.

Artikel VIII Archivering

  • 1.

    De secretaris draagt zorg voor een afdoende vertrouwelijke archivering van de stukken.

  • 2.

    Na het aftreden van de burgemeester worden de stukken door de secretaris vernietigd.

Artikel IX Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie.

Artikel X Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking en de commissie treedt in functie op de eerste dag na de vaststelling van de verordening.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 september 1998.
De raad
de secretaris, de voorzitter,