Verordening Gemeenschappelijke Rekenkamercommissie voor de gemeenten Barneveld, Leusden, Nijkerk, Renswoude, Scherpenzeel, Woudenberg en Zeewolde

Geldend van 01-09-2008 t/m heden

Intitulé

Verordening Rekenkamercommissie

De raden van de gemeenten Barneveld, Leusden, Nijkerk, Renswoude, Scherpenzeel, Woudenberg en Zeewolde,

gelezen het voorstel van de griffiers van de gemeenten Barneveld, Leusden, Nijkerk, Renswoude, Scherpenzeel, Woudenberg en Zeewolde,

besluiten

vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING GEMEENSCHAPPELIJKE REKENKAMERCOMMISSIE VOOR DE GEMEENTEN BARNEVELD, LEUSDEN, NIJKERK, RENSWOUDE, SCHERPENZEEL, WOUDENBERG EN ZEEWOLDE

HOOFDSTUK 1 - ALGEMEEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Gemeenteraden: de raden van de deelnemende gemeenten;

  • b.

    Gemeenteraad: de raad van een deelnemende gemeente;

  • c.

    Gemeente: een deelnemende gemeente

  • d.

    Rekenkamercommissie: de gemeenschappelijke rekenkamercommissie die wordt ingesteld bij deze verordening en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de rechtmatigheid en doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering ervan in de gemeente;

  • e.

    Rechtmatigheid: de mate waarin rechtsregels op correcte wijze zijn geïnterpreteerd en toegepast;

  • f.

    Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken.

  • g.

    Doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken.

  • h.

    Gemeentelijk bestuursorgaan: de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester (tenzij handelend in zijn hoedanigheid van hoofd van de politie), alsmede gemeentelijke commissies waaraan bevoegdheden van de gemeenteraad of van burgemeester en wethouders zijn gedelegeerd, van een gemeente;

  • i.

    Onderdeel: een gemeentelijke afdeling, kostenplaats of fonds;

  • j.

    Gesubsidieerde instelling: organisatie met rechtspersoonlijkheid naar burgerlijk recht, die een geldelijke bijdrage in welke vorm dan ook van de gemeente ontvangt. Onder gemeente worden ook de in art. 82 Gemeentewet genoemde commissies begrepen.

  • k.

    Ambtenaar: een ieder die in dienst van een gemeente werkzaam is.

HOOFDSTUK 2 – TAAK, SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 2 Taak van de rekenkamercommissie

  • 1. Er is een rekenkamercommissie.

  • 2. Deze rekenkamercommissie doet onderzoek naar de rechtmatigheid, doelmatigheid en de doeltreffendheid van het beleid en beheer van de gemeentelijke bestuursorganen en van de gemeentelijke organisatie, alsmede van (gesubsidieerde) instellingen waarvan de activiteiten mede door de gemeente worden bekostigd.

  • 3. De rekenkamercommissie stelt elk jaar voor 1 april een verslag op van haar werkzaamheden over het voorgaande jaar.

Artikel 3 Benoeming en samenstelling rekenkamercommissie

  • 1. De rekenkamercommissie bestaat uit een voorzitter en 4 leden. De voorzitter en de leden worden door de gemeenteraden gezamenlijk benoemd voor een periode van 6 jaar. Herbenoeming is mogelijk.

  • 2. Op de voorzitter en de leden zijn de artikelen 81h en 81 e van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Periodiek, ten minste één keer per twee jaren, voert de voorzitter een gesprek met ieder lid van de rekenkamercommissie over diens functioneren;

  • 4. Periodiek, ten minste één keer per twee jaren, voert een vertegenwoordiging van de gemeenteraden een gesprek met de voorzitter van de rekenkamercommissie over diens functioneren en over het functioneren van de rekenkamercommissie;

  • 5. De rekenkamercommissie wijst uit haar leden een plaatsvervangend voorzitter aan.

  • 6. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

  • 7. Voorafgaand aan benoemingen pleegt een vertegenwoordiging van de gemeenteraden overleg met de rekenkamercommissie.

Artikel 4 Eed of verklaring en belofte

Ten aanzien van voorzitter en leden is artikel 81g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. De eed of verklaring en belofte wordt in handen van de voorzitter van de gemeenteraad van Barneveld afgelegd.

Artikel 5 Einde van het lidmaatschap

Met betrekking tot het ontslag en het stellen op non-activiteit van de voorzitter en de leden is artikel 81c, lid 6 en 7 en artikel 81d van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de bevoegdheden door de gemeenteraden gezamenlijk kunnen of worden uitgeoefend.

Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de voorzitter en leden van de rekenkamercommissie

  • 1. De voorzitter en de leden ontvangen voor hun werkzaamheden een vergoeding van € 44,50 per uur.

  • 2. De voorzitter ontvangt naast de in lid 1 bedoelde vergoeding een vergoeding van € 875 op jaarbasis.

  • 3. Noodzakelijk te maken reiskosten door de voorzitter en de leden worden vergoed overeenkomstig de in de gemeente Barneveld geldende reiskostenregeling.

  • 3. De in lid 1 en 2 bedoelde vergoeding worden geïndexeerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 8, lid 1 van deze verordening.

Artikel 7 Openbaarheid/geheimhouding

  • 1. De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid. De rekenkamercommissie kan besluiten vergaderingen of bijeenkomsten in het openbaar te houden.

  • 2. De rekenkamercommissie kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, geheimhouding opleggen omtrent de inhoud van stukken die aan haar worden overgelegd alsmede het in een besloten vergadering daaromtrent behandelde.

  • 3. De geheimhouding wordt door allen die bij de behandeling aanwezig waren en van deze stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de rekenkamercommissie haar opheft.

Artikel 8 Budget rekenkamercommissie

  • 1. Het budget van de rekenkamercommissie bedraagt € 1,-- per gemeentelijke inwoner op 1 januari van een jaar, telkenjare op 1 januari te indexeren op basis van de prijsmutatie Bruto Binnenlands Product (pBBP) volgens de mei-circulaire van het ministerie van Binnenlandse Zaken van het voorafgaande jaar, zulks voor het eerst per 1 januari 2009

  • 2. De gemeenteraad neemt dit budget in de begroting op en stelt deze middelen jaarlijks aan de rekenkamercommissie beschikbaar.

  • 3. Ten laste van dit budget worden alle kosten gebracht die nodig zijn voor de uitoefening van de taak van de rekenkamercommissie.

  • 4. De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraden.

HOOFDSTUK 3 – DE WERKWIJZE VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 9 Reglement van orde

De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming aan de gemeenteraden.

Artikel 10 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden

  • 1. De rekenkamercommissie kan anderen (zie artikel 11) in de gelegenheid stellen gemotiveerde voorstellen voor onderzoeksonderwerpen aan te dragen.

  • 2. De rekenkamercommissie stelt het werkprogramma vast en beslist welke onderwerpen worden onderzocht.

  • 3. De rekenkamercommissie beslist, waar zij dit nodig acht in overleg met gemeenteraden, of en in hoeverre spoedeisende onderzoeksvragen het vastgestelde werkprogramma doorkruisen.

  • 4. De rekenkamercommissie kan zogenaamde quick scans uitvoeren die betrekking hebben op een beperkter terrein of gepaard gaan met kleinere acties dan de onderzoeken die normaliter worden uitgevoerd.

  • 5. De rekenkamercommissie kan de gemeenteraden, mede gebaseerd op de uitkomsten van de in het vorige lid genoemde quick scans, gevraagd en ongevraagd adviseren.

  • 6. De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van een bestuursorgaan van een gemeente en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van het onderzoek. De secretaris van de rekenkamercommissie kan de rekenkamercommissie daarbij vertegenwoordigen. De leden van een bestuursorgaan van een gemeente en de ambtenaren van de gemeente verstrekken desgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamercommissie ter vervulling van haar taak nodig acht.

  • 7. De rekenkamercommissie is bevoegd bij de besturen en of directies van de hierna genoemde organisaties de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van het onderzoek. Het betreft:

    • a.

      openbare lichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld krachtens de Wet Gemeenschappelijke regelingen waaraan de gemeente deelneemt;

    • b.

      instellingen die een subsidie, lening of garantie van de gemeente ontvangen;

    • c.

      naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen waarin de gemeente aandeelhouder is;

    • d.

      rechtspersonen die een bij of krachtens de wet geregelde taak uitoefenen en daartoe geheel of gedeeltelijk worden bekostigd uit de opbrengst van bij of krachtens de wet ingestelde heffingen.

  • 8. De rekenkamercommissie kan zich laten bijstaan door deskundigen.

  • 9. Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen uitvoeren zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan de rekenkamercommissie ter beschikking worden gesteld, ook beschikbaar voor de secretaris van de rekenkamercommissie en de door de rekenkamercommissie aangewezen deskundigen.

Artikel 11 Initiatief met betrekking tot het uitvoeren van onderzoek

  • 1. Gemotiveerde verzoeken aan de rekenkamercommissie tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan door:

    • a.

      de gemeenteraad;

    • b.

      de commissies als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet;

    • c.

      het college van burgemeester en wethouders van een gemeente;

    • d.

      de in de gemeente gevestigde organisaties met rechtspersoonlijkheid;

    • e.

      één of meer inwoners van de gemeente.

  • 2. Indieners van een gemotiveerd verzoek tot het verrichten van een onderzoek krijgen van de rekenkamercommissie binnen zes weken schriftelijk en gemotiveerd bericht over wat er met het verzoek wordt gedaan.

  • 3. De rekenkamercommissie doet geen onderzoek dat krachtens lid 1 is aangemeld indien:

    • a.

      het een klacht betreft in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht over een gedraging van een bestuursorgaan;

    • b.

      het een bezwaar betreft in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van een bestuursorgaan, of

    • c.

      het een vraag betreft waarbij geen gemeentelijke bestuursbevoegdheden of –verantwoordelijkheden betrokken zijn.

Artikel 12 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1. De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet;

  • 2. De rekenkamercommissie kan de verzoeker(s) tot het verrichten van een onderzoek tussentijds informeren over de voortgang van een onderzoek;

  • 3. De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn in elk geval degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 4. Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport, de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college van burgemeester en wethouders en betrokkenen, aan de betrokken gemeenteraad aangeboden.

  • 5. De betrokken gemeenteraad spreekt zich in de openbaarheid uit over de onderzoeksresultaten, de conclusies en de aanbevelingen.

HOOFDSTUK 4 - ONDERSTEUNING VAN DE REKENKAMERCOMMISSSIE

Artikel 13 Secretariaat

  • 1. Er is een ambtelijk secretaris die de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taken terzijde staat.

  • 2. De ambtelijk secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 3. De ambtelijk secretaris verricht niet tevens werkzaamheden voor een ander orgaan van de gemeente.

  • 4. De ambtelijk secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging, de vorming van dossiers en verder voor alles wat nodig is voor een goede ondersteuning van het werk van de rekenkamercommissie.

HOOFDSTUK 6 - SLOTBEPALINGEN

Artikel 14 Voorziening

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet treedt een vertegenwoordiging van de gemeenteraden in overleg en neemt terzake een besluit.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 september 2008.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Rekenkamercommissie.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Barneveld van:
De griffier, De voorzitter,
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Leusden van:
De griffier, De voorzitter,
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Nijkerk van:
De griffier, De voorzitter,
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Renswoude van:
De griffier, De voorzitter,
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Scherpenzeel van 10 juli 2008:
E.Hoogstraten J.J.H. Colijn-de Raat
griffier voorzitter
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Woudenberg van:
De griffier, De voorzitter,
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Zeewolde van:
De griffier, De voorzitter,