Besluit verhoogd vacatiegeld voor commissieleden, niet zijnde statenleden, van enkele speciale commissies

Artikel 1

• 1. Gelet op artikel 31, vierde lid, van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden geldt, ingaande 7 februari 2003 en met terugwerkende kracht tot 1 januari 2002, ten aanzien van:

  • -

    de adviescommissies ingesteld ten behoeve van de beslissing op bezwaar- en beroepschriften;

  • -

    de commissies ingesteld voor de beslissing van bij Gedeputeerde Staten aanhangig gemaakte administratieve geschillen;

  • -

    de Klachtencommissie Intimidatie; en

  • -

    de Plaatsingsadviescommissie, genoemd in het Sociaal statuut provincie Gelderland;

    dat de leden en plaatsvervangend leden een vergoeding van 250% en de voorzitters en plaatsvervangend voorzitters een vergoeding van 300% van het in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedoelde bedrag, per bijgewoonde vergadering genieten.

• 2. Indien een vergadering als bedoeld in het eerste lid een half uur langer duurt dan vier uren, wordt in aanvulling op de vergoeding bedoeld in het eerste lid voor de aanwezige voorzitter of de plaatsvervangende voorzitter een vergoeding van € 175,- toegekend en voor ieder lid of plaatsvervangend lid dat bij de zitting aanwezig was een vergoeding verstrekt van € 125,- per zitting. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de Consumentenprijzen CPI van het Centraal Bureau voor de Statistiek waarbij geldt dat 2010=100.

Artikel 2

De voorzitters van de streekcommissies genieten een vergoeding van 300% van het in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedoelde bedrag per bijgewoonde vergadering.