Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2011

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011

Agendapunt : 2010/XV/K

  

De raad van de gemeente Rijnwoude;

 

b e s l u i t :

 vast te stellen de volgende Verordening op de heffing en de invordering van leges 2011 (“Legesverordening 2011 Rijnwoude”).

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van 1e dag in een kalendermaand tot de 1e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot de1e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten of ter zake van het gebruik van de openbare gemeentegrond, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend, of de aanvrager voor het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, dan wel de feitelijke gebruiker van deze gemeentegrond.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het (feitelijk) gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond op maximaal 5 dagen per kalenderjaar;

  • d.

    het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond voor containers of verzamelcontainers voor het inzamelen van huishoudelijk afval;

  • e.

    diensten ten behoeve van een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in onderdeel 2.3.1 tot en met 2.3.6 van Titel 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel voor een aangewezen Rijksmonument of een aangewezen gemeentelijk monument.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

Heet gevorderde bedrag aan leges wordt geheven en bekendgemaakt door middel van een mondelinge kennisgeving, dan wel door toezending of uitreiking van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering

Vermindering van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Teruggaaf en verrekening

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf dan wel verrekening van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt op verzoek verleend, dan wel ambtshalve toegepast, overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde Rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

  • 1.

    onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

  • 2.

    hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

  • 3.

    hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

  • 4.

    onderdeel 1.4.3 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

  • 5.

    hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens  );

  • 6.

    onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

  • 7.

    hoofdstuk 16 (kansspelen);

    een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 13 Overgangsbepalingen

  • 1. De artikelen en tarieventabel van de “Legesverordening 2010 Rijnwoude” van 10 december 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 1 juli 2010, vervallen met ingang 1 januari 2011, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2011 hebben voorgedaan.

  • 2. De op artikel 10 van de in het eerste lid genoemde verordening gebaseerde regels van het college worden geacht mede gebaseerd te zijn op artikel 11 van deze verordening.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag, volgende op de dag van bekendmaking ervan.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Legesverordening 2011 Rijnwoude”.

Ondertekening

Bij dit besluit heeft de raad zich gebaseerd op:

- Het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 oktober 2010;

- Behandeling in de commissie BMO d.d. 25 november 2010;

- Artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b en 156 van de Gemeentewet.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

van de raad van de gemeente Rijnwoude

d.d. 9 december 2010,

de griffier, de voorzitter,

Titel 1 Algemene dienstverlening

Titel 1, hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, omzetting of ceremonie bedraagt het tarief:

 

1.1.1.1

op maandag om 9.00 uur en 9.15 uur

kosteloos;

1.1.1.2

op maandag vanaf 9.30 uur tot 16.00 uur en op dinsdag tot en met vrijdag vanaf 9.00 uur tot 16.00 uur

€  287,50

1.1.1.3

op andere tijden dan hiervoor genoemd; op zaterdag van 10.00 uur -16.00 uur en op werkdagen waarop de gemeentesecretarie volgens openbare publicatie voor het publiek gesloten is

€  714,-

1.1.1.4

op nationale en erkende feestdagen (Algemene termijnenwet)

€  714,-

1.1.2

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, bedraagt

€ 799,-

1.1.3

Het tarief voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 799,-

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.4.1

een trouwboekje of partnerschapboekje

€  23,50

1.1.4.2

een duplicaat trouwboekje of duplicaat partnerschapboekje

€  39,50

1.1.4.3

de benoeming van een gast-ambtenaar burgerlijke stand

€ 112,-

1.1.4.4

de afgifte van een verlof tot uitstel voor begraven/cremeren

€  16,-

1.1.5

Het tarief voor het doen van nasporingen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of deel daarvan bedraagt

€ 17,75

1.1.6

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand gelden de tarieven zoals die zijn opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand:

 

1.1.6.1

Voor elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand (wettelijk tarief)

€ 11,50

1.1.6.2

Voor elk uittreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap of van overlijden (wettelijk tarief)

€ 11,50

1.1.6.3

Voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van het Burgerlijk Wetboek (wettelijk tarief)

€ 20,70

1.1.7

Voor het beschikbaar stellen van een getuige, per getuige, bedraagt het tarief

€  26,50

 

Titel 1, hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen (wettelijk  maximumtarief afgerond)

€ 52,-

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort, wettelijk maximumtarief afgerond)

€ 58,-

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort, wettelijk maximumtarief afgerond)

€ 52, -

1.2.1.4

Tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument (wettelijk maximumtarief afgerond)

€ 9, -

1.2.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingsticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

(wettelijk maximumtarief afgerond)

€ 21,50

1.2.1.6

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK, wettelijk maximumtarief)afgerond)

€ 43,50

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart tot en met 13 jaar (NIK, wettelijk maximumtarief afgerond)

€  9, -

1.2.2

De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede in 1.2.1.7 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van (wettelijk tarief)

€  45, -

1.2.3

Het tarief als genoemd in 1.2.2 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend.

 

1.2.4

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingsticker van (wettelijk tarief)

€  21, -

1.2.5

Het tarief tot het afgeven van een reisdocument indien aan de aanvrager reeds eerder een reisdocument werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden overgelegd, wordt verhoogd met

€ 20,75

 

Titel 1, hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs voor tien jaar of korter (richtprijs Ministerie)

€40,50

1.3.2

Het ter zake verschuldigde leges tarief voor het afgeven van een rijbewijs wordt, indien aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden overlegd, verhoogd met

€ 20,75

1.3.3

Het tarief tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Rijbewijzen Register of Bromfietsencertificaten Register

€  8,50

1.3.4

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met (wettelijk tarief)

€ 33,50

Titel 1, hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd dan wel gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€   10,75

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

1.4.2.2.1

vanaf 1 tot 50 verstrekkingen

€ 105,75

1.4.2.2.2

vanaf 50 tot 100 verstrekkingen

€ 191,75

1.4.2.2.3

vanaf 100 tot 200 verstrekkingen

€ 311,50

1.4.2.2.4

vanaf 200 tot 300 verstrekkingen

€ 447,25

1.4.2.2.5

vanaf 300 tot 400 verstrekkingen

€   500,-

1.4.2.2.6

vanaf 400 tot 500 verstrekkingen

€   554,-

1.4.2.2.7

vanaf 500 tot 600 verstrekkingen

€  627,50

1.4.2.2.8

vanaf 600 tot 700 verstrekkingen

€  701,25

1.4.2.2.9

vanaf 700 tot 800 verstrekkingen

€  776,25

1.4.2.2.10

vanaf 800 tot 900 verstrekkingen

€  862,25

1.4.2.2.11

vanaf 900 tot 1000 verstrekkingen

€  947,25

1.4.2.2.12

vanaf 1000 tot en met 5000 verstrekkingen

€3895,75

1.4.2.2.13

Voor elke verstrekking boven de 5000 verstrekkingen, per verstrekking

€  1,-

1.4.2.3

tot het afsluiten van een abonnement op het maandelijks verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit

de gemeente en vestigingen in de gemeente, gedurende een periode van een jaar

€1.085,25

1.4.3

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, voor zover deze niet vallen onder de rechten als bedoeld in de voorafgaande bepalingen van dit hoofdstuk, per computervel of per persoonslijst

 €       5,-

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier of deel daarvan

€    17,75

Titel 1, hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€10,75

Titel 1, hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina (wettelijk tarief)

€ 0,23

 

met een maximum per bericht van (wettelijk tarief)

€ 4,50

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s (wettelijk tarief)

€22,50

1.6.1.2

bij verstrekking per gescande pagina tot een maximum van 10, per pagina

€ 0,23

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking, per pagina € 2, -, met een maximum van (wettelijk maximum tarief):

€22,50

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 4,50

Titel 1, hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een afschrift van de beheersbegroting of meerjaren (beleids) begroting, bijlagen hierbij of beleidsdeel hiervan, per exemplaar

€ 53,-

1.7.1.2

een afschrift van de gemeenterekening, de toelichting hierop of de bijlagen hierbij, per exemplaar

€ 53,-

1.7.1.3

een afschrift van het burgerjaarverslag

€   5,-

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

 

1.7.2.1.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per vergadering

€   4,-

1.7.2.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per vergadering

€  7,50

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

1.7.2.2.1

op de verslagen van de raadsvergaderingen

€ 30,50

1.7.2.2.2

op de voorstellen behorende bij de raadsvergaderingen

€ 44,50

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.3.1

tot het verstrekken van:

 

1.7.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per vergadering

€   4,-

1.7.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per vergadering

€  7,50

1.7.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

1.7.3.2.1

op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie

€ 30,50

1.7.3.2.2

op de voorstellen behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

€ 44,50

1.7.4.1

Het tarief voor de bijlagen bij commissie- of raadsvoorstellen, bedraagt per pagina

€  0,25

1.7.4.2

Het tarief als bedoeld onder de artikelen 1.7.2.2.1 en 1.7.3.2.1 van deze tabel wordt bij maandelijkse toezending per post, dan wel thuisbezorging verhoogd met een bedrag van:

€ 32,50

1.7.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.5.1

een afschrift van een gemeentelijke verordening of een gemeentelijke beleidsregel per pagina

met een maximum van € 10, - per exemplaar

 

€  0,25

 

1.7.5.2

een gescand digitaal afschrift van een gemeentelijke verordening of een gemeentelijke beleidsregel per pagina

met een maximum van 10 gescande A4 pagina’s per document

 

€  0,25

 

Titel 1, hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmings- plan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de leg- ger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,25

1.8.1.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€  1,-

1.8.1.2

tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per lichtdruk vermeerderd met € 1,30 voor elke 1.000 cm² of gedeelte daarvan, waarmee de oppervlakte van de lichtdruk 1.250 cm² (A3) te boven gaat

€  6,-

 

 

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€10,75

1.8.2.2

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

€10,75

1.8.2.3

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€10,75

1.8.2.4

het register bedoeld in artikel 57, eerste lid, van de Woningwet

€10,75

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€10,75

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand, per adres

€10,75

1.8.3.2

kadastrale informatie, per adres

€10,75

Titel 1, hoofdstuk 9 Overige publiekzaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag (wettelijk tarief)

€30,05

1.9.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita (in leven zijn)

€10,75

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€10,75

1.9.4

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap

€10,75

1.9.5

tot het verkrijgen van een visvergunning voor het vissen in gemeentelijke wateren

€ 8,-

Titel 1, hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per A4 pagina, voor zover niet elders in deze tabel een tarief is opgenomen

€ 0,25

1.10.2.2

een gescand digitaal afschrift van een in het gemeentearchief berustend stuk, per gescande A4 pagina met een maximum van 10 gescande A4 pagina’s per document

€ 0,25

 

1.10.2.3

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per A3 pagina, voor zover niet elders in deze tabel een tarief is opgenomen

€  1,-

1.10.2.4

tot het verstrekken van een lichtdruk van een kaart, per lichtdruk vermeerderd met € 1,30 voor elke 1.000 cm² of gedeelte daarvan, waarmee de oppervlakte van de lichtdruk 1.250 cm² (A3) te boven gaat

€  6,-

 

 

1.10.2.5

Stukken of uittreksels, welke op verzoek van aanvrager moeten worden opgemaakt, uit een in het gemeentearchief berustend stuk, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

 

 

 

€ 2,-

1.10.2.6

Een DVD-box “Historisch Rijnwoude”

€ 10,-

Titel 1, hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.11.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

€ 30,50

1.11.2

Tot het afgeven van eens schriftelijke vergunning als bedoeld in artikel 60 van de Woningwet voor het in gebruik nemen van een bestaand gebouw, hoewel niet ongeschikt voor bewoning, welke laatstelijk niet als woning werd gebruikt, bedraagt

€455,50

Titel 1, hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€30,50

1.12.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

€15,25

Titel 1, hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€20,75

Titel 1, hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

1.14.1

een standplaatsvergunning als bedoeld in de Marktenverordening Rijnwoude (individuele vergunning)

€  43,-

1.14.2

inschrijving op de wachtlijst als bedoeld in de Marktenverordening Rijnwoude

€ 21,75

1.14.3

verlenging van de inschrijving als bedoeld in onderdeel 1.14.2

€ 21,75

1.14.4

overschrijving van de standplaatsvergunning op naam van een ander als bedoeld in de Marktenverordening Rijnwoude

€ 21,75

1.14.5

vergunning om zich op de standplaats te laten vervangen als bedoeld in de Marktenverordening Rijnwoude

€ 21,75

Titel 1, hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€30,50

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€15,25

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€15,25

Titel 1, hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden of minder voor één speelautomaat (wettelijk maximum tarief)

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden of minder voor twee of meer speelautomaten, het basistarief van: (wettelijk tarief)

€ 22,50

 

vermeerderd met het product van aantal speelautomaten en een bedrag voor iedere volgende speelautomaat van(wettelijk tarief)

€   34,-

1.16.1.3

voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd (wettelijk tarief)

€  226,-

1.16.1.4

voor twee of meer speelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, geldt het basistarief van (wettelijk tarief)

€  90,50

 

vermeerderd met het product van het aantal speelautomaten en een bedrag voor iedere volgende speelautomaat (wettelijk tarief)

€ 136,-

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€  30,50

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

€  30,50

Titel 1, hoofdstuk 17 Kinderopvang

1.17

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.17.1

een uittreksel uit het register bedoeld in artikel 46 van de Wet kinderopvang, per uittreksel

€ 30,50

1.17.2

inlichtingen over gegevens die zijn opgenomen in het register bedoeld in artikel 46 van de Wet kinderopvang, per verstrekking

€ 10,75

 

Titel 1, hoofdstuk 18 Telecommunicatie

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en

wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4,

eerste lid, van de Telecommunicatiewet:

tot een tracélengte van 100 meter

met een tracélengte vanaf 100 meter tot 1000 meter

met een tracélengte vanaf en boven 1000 meter

 

 

 

 

€   540,50

€   833,25

€1.125,25

1.18.1.1

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het tarief verhoogd met voor elk uur of gedeelte daarvan dat dit overleg heeft plaatsgevonden

 

 

€      90,-

 

1.18.1.2

indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, wordt het tarief verhoogd met voor elk uur of gedeelte daarvan dat die afstemming heeft plaatsgevonden

 

 

€      90,-

 

1.18.1.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, wordt het tarief verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

 

1.18.1.4

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

1.18.1.5

Indien het betreft een melding op grond van artikel 2, lid 4, van de Tele- communicatieverordening van werkzaamheden van niet ingrijpende aard, als bedoeld in artikel 1, onder m, van deze verordening bedraagt het tarief:

Nihil

Titel 1, hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.19.1

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 30,50

1.19.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigreglement

€ 31,50

1.19.3

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet;

€ 30,50

1.19.4

Tot het verkrijgen van een toestemming als bedoeld in artikel 10 van de Wegenverkeerswet (wielerwedstrijden)

€  30,-

1.19.5

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

€ 30,50

Titel 1, hoofdstuk 20 Algemene Plaatselijke Verordening (zie ook Titel 3 van deze legestabel)

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.20.1.1

 

 

 

 

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.10A van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude voor voorwerpen of stoffen

 

 

op- of aan de weg

€ 30,50

het tarief wordt verhoogd met:

€  2,75

als de aanvraag wordt voorgelegd aan de commissie Dorp, Stad en Land;

-          voor zover gebruik wordt gemaakt van openbare gemeentegrond op meer dan 5 dagen per kalenderjaar, per m² per week of gedeelte daarvan

€   1,-

-          voor een terras bij een horeca-inrichting, per m² per week of gedeelte daarvan

€   1,-

1.20.1.2

Tot het verkrijgen van een ontheffing van het sluitingsuur, als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude:

 

 

-          indien de ontheffing geldt voor een keer

€ 30,50

-          indien de ontheffing geldt voor een kalenderjaar of gedeelte daarvan

€  88,-

1.20.1.3

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:72 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude voor de verkoop van consumentenvuurwerk

€108,75

1.20.1.4

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude voor het innemen van een standplaats

€  43,-

1.20.1.6

tot het verkrijgen van een ontheffing van het stookverbod als bedoeld in artikel 5:34 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude, voor:

 

 

het verbranden van maximaal 35 m³ hout:

€ 112,-

het verbranden van meer dan 35 m³ hout:

€233,50

1.20.2.1

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 30,50

Titel 1, hoofdstuk 21 Diversen

1.21.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.21.1.

tot het verkrijgen van inlichtingen omtrent de gesteldheid van de bodem per onderzoek:

€ 224,-

1.21.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een verklaring, als bedoeld in artikel 4 van de Wet op de lijkbezorging, tot het schouwen van een lijk door de gemeentelijke lijkschouwer:

 

1.21.2.1

tussen 06.00 uur en 22.00 uur:

€272,25

1.21.2.2

tussen 22.00 uur en 06.00 uur en in de weekenden en op feestdagen:

€406,25

1.21.3.1

Voor gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 2,25

1.21.3.2

Voor afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.21.3.3

per pagina op papier van A4-formaat:

€ 0,25

1.21.3.4

per pagina op papier van A3-formaat:

€ 1,-

1.21.4.1

Voor een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 30,50

1.21.4.2

Voor stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 2,-

1.21.5

Het tarief voor het innemen van openbare gemeentegrond op meer dan 5 dagen per kalenderjaar, voor zover dit niet elders in deze tabel is opgenomen, bedraagt per m² per week of gedeelte daarvan:

 

 

 

€ 1,-

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Titel 2A, hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

Begrip aanlegkosten:

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

Begrip bouwkosten:

 

Voor bouwkosten boven de € 1.500.000,- wordt de controle uitgevoerd door een erkend bouwkosten bureau op basis van NEN 2634, niveau 2. Bij deze controle bepaalt het bouwkostenbureau de belangrijkste hoeveelheden van het object, waarna door middel van een systeem met referentieprojecten en elementprijzen de bouwkosten worden bepaald. Daarnaast worden specifieke kostenbepalende elementen van het ont- werp meegenomen (b.v.: bijzondere dakrandconstructies, vliesgevel e.d.)

Voor de controle van de opgave van de bouwkosten worden de m² en m³ prijzen per categorie gebouwen en bouwwerken gehanteerd, zoals jaarlijks wordt vastgelegd in de publicatie basisbedragen Gebouwen en Multi Consultants en bouwkosten van Reed Business.

Indien na de vergunningverlening de bouwkosten hoger blijken te zijn dan de geraamde bouwkosten bij indiening van de vergunningaanvraag vindt een navordering leges plaats over het verschil in bouwkosten volgens de toepasselijke wettelijke bepalingen.

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.4

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.1.5

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Titel 2, hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag (schetsplan)

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

Om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

1%

 

van de leges, zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning, zoals omschreven in de hieronder opgenomen onderdelen voor het project, zouden worden vastgesteld met een minimum van:

€253,-

Titel 2, hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze Titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1.1

 

 

Indien de bouwkosten vanaf € 0.00,- tot € 50.000,- bedragen, is het tarief:

2,8%;

met een minimum van € 75,- en een maximum van

€ 1.400,-

2.3.1.1.2

Indien de bouwkosten vanaf € 50.000,- tot 150.000,- bedragen, is het tarief :

 

3,1%

€ 1.400, - + over het bedrag meer dan € 50.000,- met een minimum van € 1.400,- en een maximum van

€  4.500,-

2.3.1.1.3

 

 

Indien de bouwkosten vanaf € 150.000,- tot € 250.000,- bedragen, is het tarief:

3,4%

€ 4.500, - + over het bedrag meer dan € 150.000,- met een minimum van € 4.500,- en een maximum van

€ 7.900,-

2.3.1.1.4

 

Indien de bouwkosten vanaf € 250.000,- tot € 500.000,- bedragen, is het tarief:

3,2%

€ 7.900, - + over het bedrag meer dan € 250.000,- met een maximum van:

€ 15.900,-

2.3.1.1.5

Indien de bouwkosten vanaf € 500.000,- tot € 1.000.000,- bedragen, Is het tarief :

 

3%

€ 15.900, - + over het bedrag meer dan € 500.000,- met een maximum van:

€ 30.900,-

2.3.1.1.6

 

Indien de bouwkosten vanaf € 1.000.000, - tot € 1.500.000,- bedragen, is het tarief:

2,8%

€ 30.900, - + over het bedrag meer dan € 1.000.000,- met een maximum van :

€ 44.900,-

2.3.1.1.7

 

 

Indien de bouwkosten vanaf € 1.500.000,- tot € 2.500.000,- bedragen, is het tarief:

2,4%

€ 44.900, - + over het bedrag meer dan € 1.500.000,- met een maximum van:

€ 68.900,-

2.3.1.1.8

 

 

Indien de bouwkosten vanaf € 2.500.000,- of meer bedragen, is het tarief:

2%

€ 68.900, - + over het bedrag meer dan € 2.500.000,- met een maximum van

€474.025,-

2.3.2

Verhogingen/aanvullende leges

 

 

Extra welstandstoets

 

2.3.2.1.1

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€  88,50

 

Beoordeling bodemrapport

 

2.3.2.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.2.1.3.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 269,75

2.3.2.1.3.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 269,75

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.2.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie wordt beoordeeld:

€  587,-

 

Advies externe brandweer

 

2.3.2.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, Indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag voor advies wordt voorgelegd aan een externe brandweer, dan wordt het tarief op grond van onderdeel 2.3.1 verhoogd met het voor de externe brandweer geldende tarief per uur of gedeelte daarvan, waaraan aan de advisering over de aanvraag is besteed:

€ 75, -

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.2.1.6

 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

0,5%

 van de voor de aanvraag op basis van onderdeel 2.3.1 verschuldigde leges, met een minimum van € 50,- en een maximum van

 €1.000,-

2.3.2.1.7

Publicatiekosten

 

 

Indien met toepassing van enig wettelijk voorschrift een publicatie plaatsvindt, worden de in dit hoofdstuk berekende leges verhoogd met:

 

2.3.2.1.7.1

Publicatie in de Rijnwoude Koerier

€ 46,50

2.3.3

Aanlegactiviteiten

 

2.3.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€321,75

2.3.4

Bestemmingswijzigingen, waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.3:

 

2.3.4.1

Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, of 2°, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheers- verordening is afgeweken (binnenplanse of buitenplanse kleine afwijking)

€321,75

2.3.4.2

indien met toepassing van artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo voor een bepaalde termijn van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (tijdelijke afwijking):

€321,75

2.3.4.3

Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo van het bestemmingsplan is afgeweken middels een projectbesluit, als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet ruimtelijke ordening (buitenplanse grote afwijking):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.4.4

indien de aanvraag een project van provinciaal belang of nationaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens provinciale verordening gegeven regels is afgeweken, respectievelijk met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gegeven regels is afgeweken:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.5

Bestemmingswijzigingen, waarbij geen sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.5.1

indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (binnenplanse afwijking):

€ 373,50

2.3.5.2

indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse kleine afwijking):

€ 373,50

2.3.5.3

indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse grote afwijking):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.5.4

indien met toepassing van artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo voor een bepaalde termijn van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (tijdelijke afwijking)

€ 373,50

2.3.5.5

indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van het exploitatieplan is afgeweken:

€ 373,50

2.3.5.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.1, derde of vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens provinciale verordening, onderscheidenlijk provinciale verklaring gegeven regels is afgeweken:

€ 373,50

2.3.5.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.3, derde of vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens algemene maatregel van bestuur, onderscheidenlijk ministeriële verklaring gegeven regels is afgeweken:

€ 373,50

2.3.5.8

indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo van een voorbereidingsbesluit is afgeweken:

€ 373,50

2.3.6

Tijdelijke omgevingsvergunning

 

 

Algemeen: onder bouwlaag in deze afdeling wordt verstaan: een doorlopend gedeelte van een gebouw of bouwwerk dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit, als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a, van de Wabo voor een daarin aangegeven termijn, als bedoeld in artikel 2.23, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op één bouwlaag en kleiner is dan 40m2:

 

met een minimum van € 150,-

€100,-

per jaar

 

2.3.6.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op twee bouwlagen en/of

groter is dan 40m2:  

met een minimum van € 250,-

 

€150,-

per jaar

2.3.6.3

Indien de aanvraag betrekking heeft op drie of meer bouwlagen met een minimum van € 350,-

€250,-

per jaar

 

2.3.7

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken of voor mensen toegankelijke ruimten, niet zijnde bouwwerken, in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op het in gebruik nemen van een bouwwerk, als bedoeld in artikel 2.2 van het Besluit omgevingsrecht (nachtverblijf meer dan 10 personen, dagverblijf meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar, dagverblijf meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapten personen), bedraagt het tarief voor bouwwerken met een gebruiksoppervlakte tot en met 1500 m2:

verhoogd met € 1,10 per m2 gebruiksoppervlakte

 

 

 

 

 

€516,75

 

2.3.7.2

Indien de totale gebruiksoppervlakte meer dan 1500 m2 is, maar minder dan 5000 m2, bedraagt het tarief:

verhoogd met € 0,60 per m2 gebruiksoppervlakte boven de 1500m2

€2344,25

 

2.3.7.3

Indien de totale gebruiksoppervlakte meer dan 5000 m2 is, bedraagt het tarief:

verhoogd met € 0,15 per m2 gebruiksoppervlakte boven de 5000 m2 gebruiksoppervlakte

 

€3679,50

 

 

2.3.7.4

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het in gebruik nemen van voor mensen toegankelijke ruimten, niet zijnde bouwwerken, zoals bedoeld in de in artikel 3, lid 2 van de Wet veiligheidsregio’s bedoelde Algemene Maatregel van Bestuur, bedraagt het tarief:

 

2.3.7.4.1

Indien de totale gebruiksoppervlakte niet meer is dan 150 m2:

€  85,-

2.3.7.4.2

Indien de totale gebruiksoppervlakte niet meer is dan 250 m2:

€  235,-

2.3.7.4.3

Indien de totale gebruiksoppervlakte meer is dan 250 m2:

€382,50

2.3.8

Activiteiten met betrekking tot monumenten

 

2.3.8.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.8.1.1

voor het slopen, verstoren, herstellen, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument:

€ 455,-

2.3.8.1.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens de Monumentenverordening Rijnwoude aangewezen monument, waarvoor op grond van die  gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.8.1.3

voor het slopen, verstoren, herstellen, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een gemeentelijk monument

€ 455,-

 

 

 

2.3.9

Aanleggen of veranderen weg

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor ingevolge artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 30,50

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken op de openbare gemeentegrond van de gemeente Rijnwoude of in een daarbij aangewezen gedeelte van de gemeente Rijnwoude toe te staan of te gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, waarvoor ingevolge artikel 2:10 A, vierde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude een vergunning is vereist, indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j. of onder k., van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 30,50

 

vermeerderd met:

€    1,-

 

per m² per week of gedeelte daarvan dat van de openbare gemeentegrond gebruik wordt gemaakt

 

 

 

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 321,75

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

€ 321,75

 

 

 

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 321,75

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.14.1

Behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€321,75

2.3.14.2

als het een gemeentelijke-, provinciale- of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

2.3.15.3

In afwijking van de vorige twee leden van dit artikel, bedraagt het tarief voor het in behandeling van een aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase voor activiteiten, als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a, van de Wabo: 1% van de bouwkosten, met een minimum van € 250,- en bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen voor de aanvraag voor een beschikking tweede fase voor diezelfde activiteiten, de kosten als bedoeld in artikel 2.3.1, onder verrekening van de kosten voor de aanvraag eerste fase.

 

 

 

 

2.3.16

Advies

 

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.17.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 321,75

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.1.3

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Titel 2, hoofdstuk 4 Vermindering (behoort bij artikel 9 van de Legesverordening)

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2 van deze titel, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3 van deze titel.

 

2.4.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van het totale bedrag aan leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17. De vermindering beloopt:

 

2.4.2.1

Vanaf 3 tot 5 activiteiten

1%

2.4.2.1

Vanaf 5 tot 10 activiteiten:

2%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

 

2.4.2.2

Vanaf 10 tot 15 activiteiten:

3%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

 

2.4.2.3

Vanaf 15 of meer activiteiten:

5%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

Titel 2, hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

 

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

70%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

2.5.1.2

 

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 14 weken na het in behandeling nemen ervan

60%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

2.5.1.3

 

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 14 weken en binnen 26 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 52 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

 

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

Een bedrag minder dan € 75,- wordt niet teruggegeven.

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Titel 2, hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€75,-

Titel 2, hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 

2.7.1

Indien het gaat of mede gaat om bouwactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a, van de Wabo:

 

 

Bij bouwkosten vanaf € 0,- tot € 100.000,-:

van deze bouwkosten, met een minimum van € 75,- en een maximum van:

0,25%

€750,-

Bij bouwkosten vanaf € 100.000,- tot en met 500.000,-:

van deze bouwkosten, met een maximum van:

0,5%

€2000,-

Bij bouwkosten vanaf € 500.000,- of meer:

van deze bouwkosten, met een maximum van:

1%

€4000,-

2.7.2

Indien het gaat om andere activiteiten dan bouwactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a, van de Wabo

€ 250,-

Titel 2, hoofdstuk 8 Bestemmingsplan op aanvraag

2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening bedraagt de aan aanvrager meegedeelde kosten blijkend uit een ter zake door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting.

 

 

Titel 2, hoofdstuk 9 Slopen

2.9.1

Het tarief voor het verstrekken van asbestzakken, die nodig zijn voor een sloopmelding als bedoeld in de Bouwverordening bedraagt per stuk, met dien verstande dat de eerste twee asbestzakken gratis worden verstrekt:

€ 3, -

2.9.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk, waarvoor op grond van de Bouwverordening vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, bedraagt:

€258,-

2.9.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dit in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is vereist, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt:

€455,-

Titel 2, hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 285,75

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Titel 3, hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet, bedraagt:

€303,50

3.1.1.2

 

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet bij een bestaande horeca-inrichting, die in het bezit is van een horecavergunning o.g.v. artikel 3 van de Drank en Horecawet, en waar zich alleen een wijziging van een leidinggevende voordoet binnen 12 maanden na afgifte van de vorige horecavergunning, bedraagt:

€ 50,50

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet:

€ 30,50

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet:

€ 30,50

3.1.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning op grond van artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude bedraagt:

€104,75

Titel 3, hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude (evenementenvergunning), indien het betreft:

 

3.2.1.1

een evenement met een bezoekerscapaciteit van meer dan 1000 personen:

€ 205,-

3.2.1.2

een evenement met een bezoekerscapaciteit van meer dan 100 personen, maar minder dan 1000 personen:

€   78,-

3.2.1.3

een evenement met een bezoekerscapaciteit van minder dan 100 personen:

€  30,50

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude:

 

 

€  30,50

 

Titel 3, hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

 

3.3.1.1

bedraagt voor een seksinrichting of escortbedrijf:

€1641,-

3.3.2

de wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld

in artikel 3:15, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Rijnwoude:

 

3.3.2.1

bedraagt voor een seksinrichting of escortbedrijf

€ 821,75

Titel 3, hoofdstuk 4 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€30,50