Regeling vervallen per 01-07-2014

Uitvoeringsregeling projectsubsidies ruimte

Geldend van 25-03-2010 t/m 01-08-2011

Uitvoeringsregeling van 16 maart 2010, houdende regels betreffende de subsidiëring van activiteiten op het terrein van Ruimte (Uitvoeringsregeling projectsubsidies ruim-te)

Gedeputeerde staten van Fryslân,

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2006 en de Subsidieverordening Ruimte,

besluiten als volgt:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Algemene subsidieverordening van toepassing

  • 1.

    Op subsidieverstrekking op grond van deze uitvoeringsregeling is de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2006 van toepassing.

  • 2.

    Op grond van deze uitvoeringsregeling wordt geen subsidie verstrekt:

    • a.

      voor dezelfde of in hoofdzaak dezelfde voortdurende activiteiten, als bedoeld in art. 4:51 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      voor een activiteit die naar het oordeel van gedeputeerde staten overwegend een politiek of commercieel karakter heeft.

Artikel 2 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Onverminderd het hierna bepaalde worden als projectkosten uitsluitend in aanmerking genomen de rechtstreeks aan de uitvoering van de activiteit toe te rekenen, na het indienen van de aanvraag door de subsidieontvanger gemaakte en betaalde kos-ten.

  • 2.

    Voor de vaststelling van de subsidiabele kosten wordt een post onvoorzien niet in aanmerking genomen.

  • 3.

    Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      kosten van onderzoek, ontwikkelkosten en kosten van voorbereiding sec, tenzij deze kosten onderdeel uitmaken van de activiteit;

    • b.

      kosten van personeel of projectleiders, tenzij deze kosten onderdeel uitmaken van de activiteit.

Artikel 3 Niet bestede middelen

Niet bestede middelen kunnen worden teruggevorderd.

Artikel 4 Niet doelgerichte verplichting

Gedeputeerde staten kunnen bij de subsidieverlening de verplichting opleggen dat de subsidieontvanger, op een door gedeputeerde staten te bepalen wijze te kennen geeft dat de activiteit (mede) tot stand is gekomen met subsidie van de provincie.

Artikel 5 Hardheidsclausule

Gedeputeerde staten kunnen bepalingen gesteld bij of krachtens deze uitvoeringsregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van een doelgerichte of evenwichtige subsidieverstrekking, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Hoofdstuk 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Titel 2.1 Stimulering Collectief Particulier Opdrachtgeverschap

Artikel 6 Begripsbepalingen

  • a.

    collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO): situatie waarin particulieren in groeps-verband zonder winstoogmerk een bouwkavel of één of meerdere panden aankopen en als CPO-groep optreden als opdrachtgever naar architect en aannemer;

  • b.

    CPO-project: woningbouwproject dat door middel van collectief particulier opdrachtgeverschap wordt gerealiseerd;

  • c.

    CPO-groep: groep natuurlijke personen, georganiseerd in een vereniging of stichting als bedoeld in artikel 2:27 respectievelijk 2:285 van het Burgerlijk Wetboek, die door middel van collectief particulier opdrachtgeverschap een woningbouwproject realiseert;

  • d.

    voortraject: de fase van een CPO-project die duurt vanaf de oprichting van een vereniging of stichting tot aan het verlenen van de bouwvergunning voor het CPO-project.

Artikel 7 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde staten kunnen subsidie verstrekken aan een CPO-groep voor activiteiten ter voorbereiding van een woningbouwproject.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

  • 1.

      Subsidie kan worden verstrekt voor de kosten ten behoeve van het voortraject, voor zover het betreft de inhuur van onafhankelijke externe deskundigheid voor de procesbegeleiding, centrale coördinatie en advisering bij de opstelling van een collectief bouwplan.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 2, derde lid, wordt in ieder geval geen subsidie verstrekt voor:

    • a.

      kosten die verband houden met het verwerven van grond;

    • b.

      aankoopkosten van een pand;

    • c.

      kosten betreffende de oprichting van een rechtspersoon;

    • d.

      de inzet van ambtelijke capaciteit door gemeenten.

Artikel 9 Toetsingscriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet een aanvraag voldoen aan de volgende criteria:

  • a.

    Het CPO-project bestaat uit ten minste 3 koopwoningen;

  • b.

    De gemeente waarin het CPO-project wordt gerealiseerd, verleent medewerking aan het project. Deze medewerking blijkt in elk geval uit de beschikbaarheid van bouw-grond en een schriftelijke verklaring van de gemeente, waaruit de bereidheid tot me-dewerking aan de realisatie van het CPO-project genoegzaam blijkt;

  • c.

    De CPO-groep die de subsidie aanvraagt wordt tijdens het voortraject begeleid door een professionele partij, die zelf geen direct belang heeft bij of in de realisering van het CPO-project.

Artikel 10 Hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt ten hoogste € 4.000,- per te realiseren koopwoning, met een maximum van € 40.000,- per CPO-project.

Artikel 11 Aanvraag, verdeelsystematiek en beslissing

  • 1.

    Subsidie dient te worden aangevraagd met gebruikmaking van een door gedeputeerde staten vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    Gedeputeerde staten beslissen op volgorde van binnenkomst, met dien verstande dat wanneer de aanvrager met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht in gelegenheid is gesteld de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvulling is ontvangen, met betrekking tot de verdeling, als datum van ontvangst geldt.

  • 3.

    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 12 Verplichtingen

  • 1.

    Het voortraject dient binnen 24 maanden na het besluit tot subsidieverlening te zijn afgerond

  • 2.

    De CPO-groep stelt gedeputeerde staten onverwijld schriftelijk in kennis, indien het voortraject niet of niet tijdig wordt afgerond.

Artikel 13 Subsidievaststelling

Binnen 3 maanden na afronding van het voortraject dan wel, voor zover een besluit tot subsidieverlening is genomen, na de kennisgeving als bedoeld in artikel 12, tweede lid, dient de CPO-groep een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in bij gedeputeerde staten, met gebruikmaking van een daartoe ter beschikking gesteld aanvraagformulier.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Pro-vinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling projectsubsidies ruimte.

Ondertekening

Leeuwarden, 16 maart 2010

voorzitter J.A. Jorritsma

secretaris mr. J. Wibier