Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR745243
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR745243/1
Regeling vervallen per 16-10-2025
Wijziging van de Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum ‘Zeeuws archief’
Geldend van 11-10-2025 t/m 15-10-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2024
Intitulé
Wijziging van de Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum ‘Zeeuws archief’De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Middelburg en Veere,
Gelet op de hoofdstukken VIII en I van de Wet gemeenschappelijke regelingen;
Nemen in aanmerking:
dat zij een gemeenschappelijke regeling hebben getroffen tot de instelling van een openbaar lichaam dat de archiefbescheiden en collecties beheert die berusten in de gemeentelijke archiefbewaarplaatsen van de gemeenten Middelburg en Veere en in de rijksarchiefbewaarplaats in de provincie Zeeland;
dat deze Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum ‘Zeeuws Archief’ moet worden aangepast in verband met de inwerkingtreding van de Wet van 15 december 2021 tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enige andere wetten in verband met het versterken van de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen (Stb. 2022, 18);
Besluiten:
De Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum ‘Zeeuws archief’ wordt als volgt gewijzigd:
Artikel I
A
Voor artikel 1 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK I. BEGRIPSBEPALINGEN
B
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a en d wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel f door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, dat luidt:
g. regeling: de Gemeenschappelijke regeling 'Zeeuws Archief'.
C
Na artikel 1 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK II. ZEEUWS ARCHIEF
D
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste en tweede lid wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
2. In het derde lid wordt ‘De Minister’ vervangen door ‘De minister’.
E
In artikel 2a, eerste en tweede lid, wordt 'Zeeuws archief' telkens vervangen door 'Zeeuws Archief'.
F
Na artikel 2a wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK III. DOEL EN TAKEN
G
Artikel 2b wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief' en wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
2. In onderdeel c, d en e wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
H
Na artikel 2b wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK IV. HET ALGEMEEN BESTUUR
I
In artikel 3 wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister' en wordt 'voor het Nationaal Archief' vervangen door 'voor de archiefbescheiden van het Rijk'.
J
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt '6 leden' vervangen door 'zes leden'.
2. In het tweede, vijfde en achtste lid wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
K
Na artikel 5 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK V. DE TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET ALGEMEEN BESTUUR
L
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
2. In het vierde lid wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
M
Na artikel 6 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK VI. HET DAGELIJKS BESTUUR
N
Artikel 7, 8 en 9 vervallen, onder vernummering van artikel 10, 11 en 12 tot artikel 7, 8 en 9.
O
Na artikel 9 (nieuw) wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK VII. DE TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET DAGELIJKS BESTUUR
P
Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:
1. Artikel 13 wordt vernummerd tot artikel 10.
2. In onderdeel a, c, e, f, h en i wordt 'Zeeuws archief' telkens vervangen door 'Zeeuws Archief'.
Q
Na artikel 10 (nieuw) wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK VIII. DE VOORZITTER
R
Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:
1. Artikel 14 wordt vernummerd tot artikel 11.
2. In het eerste lid wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
3. In het tweede lid wordt 'artikel 10, eerste lid' vervangen door 'artikel 7, eerste lid'.
4. In het vijfde lid wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
S
Na artikel 11 (nieuw) wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK IX. INFORMATIE- EN VERANTWOORDINGSPLICHT
Artikel 12
1. Het bestuur geeft de minister en de raden van de gemeenten schriftelijk alle inlichtingen die de minister en raden nodig hebben voor de uitoefening van hun taken.
2. Het bestuur geeft de minister en de raden van de gemeenten op verzoek van de minister of de raden of één of meer leden daarvan zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen 45 dagen, schriftelijk de door hen gevraagde inlichtingen.
3. Een lid van het algemeen bestuur verschaft de minister of het college dat hem heeft aangewezen schriftelijk alle inlichtingen die door de minister of het college of een of meer leden daarvan worden verlangd.
4. De minister en ieder college is bevoegd een door hem aangewezen lid in het algemeen bestuur ontslag te verlenen, indien dit lid het vertrouwen van de minister of de raad niet meer bezit. In dit geval zijn de artikelen 49 en 50 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
Artikel 13
De minister, de colleges en de raden van de gemeenten kunnen een lid van het algemeen bestuur, nadat de inlichtingen in een vergadering of schriftelijk zijn verstrekt of dienden te zijn verstrekt, ter verantwoording roepen voor het door hem in het algemeen bestuur gevoerde beleid.
Artikel 14
Ingezetenen van de gemeenten en belanghebbenden kunnen via de reguliere procedures bij de minister, de colleges en de raden van de deelnemers betrokken worden bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleid.
T
Na artikel 14 (nieuw) wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK X. TEGEMOETKOMING EN VERGOEDING
U
In artikel 15, eerste lid, wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
V
Na artikel 15 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XI. FINANCIËLE BEPALINGEN
W
Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste, tweede, derde, vierde, vijfde en achtste lid wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
2. In het derde lid wordt '€ 2.851.000,-, € 347.505 en € 92.277' vervangen door '€ 3.243.403,-, € 599.144,- en € 186.035,-' en wordt '2004' vervangen door '2022'.
3. In het vijfde lid wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief' en wordt 'tweede lid' vervangen door 'vierde lid'.
4. In het zesde lid wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
X
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt 'vierjarig'.
2. Het derde lid komt te luiden:
3. Het dagelijks bestuur zendt het ontwerpbeleidsplan en de ontwerpmeerjarenbegroting aan het algemeen bestuur, de minister en de raden. De minister en de raden worden vervolgens twaalf weken in de gelegenheid gesteld om schriftelijk op het concept hun zienswijze ter kennis van het algemeen bestuur te brengen. Het algemeen bestuur stelt het beleidsplan en de meerjarenbegroting vervolgens vast. Dertien maanden voorafgaand aan de periode waarop het beleidsplan en de meerjarenbegroting betrekking hebben, worden deze toegezonden aan de minister en de raden van de gemeenten.
3. In het vierde lid wordt 'De Minister' vervangen door 'De minister' en wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
Y
Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt '15 april' vervangen door '30 april' en wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
2. In het tweede lid wordt 'acht weken' vervangen door 'twaalf weken', wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister' en wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
3. In het vierde lid wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
4. Het vijfde lid vervalt, onder vernummering van het zesde lid tot vijfde lid.
5. In het vijfde lid (nieuw) wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
6. Er wordt een lid toegevoegd, dat luidt:
6. Het dagelijks bestuur stelt de minister en de raden van de gemeenten voorafgaande aan het vaststellen van de begroting schriftelijk en gemotiveerd in kennis van zijn oordeel over de zienswijze, bedoeld in het vijfde lid, alsmede van de eventuele conclusies die het daaraan verbindt.
Z
Artikel 18a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
2. In het derde lid wordt '1 augustus van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient,' vervangen door 'de in artikel 34, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen genoemde datum'.
AA
In artikel 20, eerste en tweede lid, wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
AB
Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede en vierde lid wordt '15 april' telkens vervangen door '30 april'.
2. In het tweede, derde, vierde en vijfde lid wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
3. In het vijfde lid wordt '15 juli van het jaar volgende op het jaar waarop de jaarrekening betrekking heeft' vervangen door 'de in artikel 34, vierde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen genoemde datum'.
AC
In artikel 22, eerste en tweede lid, wordt 'de Minister' telkens vervangen door 'de minister'.
AD
In artikel 23 wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
AE
In artikel 24, eerste lid, wordt 'Zeeuws archief' telkens vervangen door 'Zeeuws Archief'.
AF
In artikel 25 wordt 'De Minister' vervangen door 'De minister'.
AG
Na artikel 25 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XII. HET ARCHIEF
AH
In artikel 26, eerste en tweede lid, wordt 'Zeeuws archief' telkens vervangen door 'Zeeuws Archief'.
AI
Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘de Minister’ vervangen door ‘de minister’, wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief' en wordt ‘De Minister’ vervangen door ‘De minister’.
2. In het tweede lid wordt ‘Zeeuws archief’ vervangen door ‘Zeeuws Archief’ en wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
AJ
Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister' en wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
2. In het tweede lid wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
AK
Na artikel 28 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XIII. DE DIRECTEUR EN HET OVERIGE PERSONEEL
AL
In artikel 29 wordt 'Zeeuws archief' vervangen door 'Zeeuws Archief'.
AM
In artikel 31, tweede lid, wordt 'artikel 14, vierde lid' vervangen door 'artikel 11, vierde lid'.
AN
Artikel 33 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. Op het personeel is de cao SGO van toepassing. Het dagelijks bestuur stelt het personeelshandboek vast.
2. In het tweede lid wordt 'de regelingen' vervangen door 'het personeelshandboek' en wordt 'de rechtspositieregeling' vervangen door 'het personeelshandboek'.
AO
Na artikel 33 wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XIV. TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
AP
Artikel 34 komt te luiden:
Artikel 34
Toetreding tot de regeling geschiedt door een daartoe strekkend besluit van het bestuursorgaan dat wenst toe te treden, welk besluit de goedkeuring behoeft van de colleges en de minister met inachtneming van het bepaalde in artikel 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
AQ
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt 'kan geschieden' vervangen door 'geschiedt', wordt 'een daartoe strekkend besluit' vervangen door 'het daartoe strekkend besluit' en wordt 'de Minister en de colleges' vervangen door 'de uittredende gemeente of de minister'.
2. Het tweede en derde lid komen te luiden:
2. De minister of een college zendt het besluit tot uittreding aangetekend aan het algemeen bestuur. Daarbij wordt een opzegtermijn van één jaar, ingaande op 1 januari van het eerstvolgende kalenderjaar, in acht genomen, tenzij de colleges en de minister unaniem een andere opzegtermijn overeenkomen.
3. Het dagelijks bestuur inventariseert de gevolgen van de uittreding, de wijze waarop met deze gevolgen kan of moet worden omgegaan en de voorwaarden voor uittreding, die nadien worden vastgelegd in een door het algemeen bestuur vast te stellen uittredingsplan.
3. Er worden twee leden toegevoegd, die luiden:
4. Uiterlijk zes maanden na het moment van uittreding stelt het algemeen bestuur het uittredingsplan vast. De daarin voor de uittredende gemeente of voor de minister omschreven financiële verplichtingen zijn bindend.
5. Nadat het uittredingsplan is vastgesteld, is de uittredende gemeente of de minister gehouden om binnen zes maanden de daarin voor de uittredende gemeente omschreven financiële verplichtingen aan de regeling te voldoen.
AR
Artikel 40 vervalt.
AS
Onder vernummering van artikel 36 tot en met 39 tot artikel 37 tot en met 40 wordt na artikel 35 een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 36
1. Het in artikel 35, derde lid, bedoelde uittredingsplan bevat de financiële, juridische, personele en organisatorische consequenties die gedurende een periode van vijf jaar het directe gevolg zijn van de uittreding. Tevens bevat het uittredingsplan de uittreedsom die betaald moet worden door de uittredende gemeente of de minister.
2. De uittreedsom wordt als volgt bepaald: de uittredende gemeente of de minister betaalt over het eerste kalenderjaar na de uittreding 100% van de jaarlijkse bijdrage, over het tweede jaar 80%, over het derde jaar 60%, over het vierde jaar 40% en over het vijfde jaar 20% van de jaarlijkse bijdrage.
3. Voor wat betreft de juridische, personele en organisatorische consequenties geldt dat het algemeen bestuur met de uittredende gemeente of de minister de mogelijkheid tot overname van personeel, activa en contracten onderzoekt. Het voorgaande behoefte echter niet te leiden tot wijziging van overeenkomsten met en verplichtingen jegens derden die zijn aangegaan respectievelijk bepaald voorafgaand aan het tijdstip van ontvangst door het algemeen bestuur van het besluit tot uittreding van de gemeente of de minister.
4. Als uittreding door de minister plaatsvindt onder gelijktijdige voortzetting van de financiering van het beheer van het rijksarchief op basis van een specifieke uitkering, is het tweede lid niet van toepassing op de uittreding door de minister.
AS
In artikel 37 (nieuw), eerste lid, wordt 'de Minister' vervangen door 'de minister'.
AT
Artikel 38 (nieuw) komt te luiden:
Artikel 38
1. Deze regeling kan worden opgeheven bij gezamenlijk besluit van de minister en van de colleges minus één. Het besluit tot opheffing wordt niet genomen voordat de raden van de gemeenten gedurende twaalf weken in de gelegenheid zijn gesteld om schriftelijk op de voorgestelde opheffing hun zienswijze ter kennis van het college te brengen.
2. Het algemeen bestuur stelt een liquidatieplan op dat voorziet in de verplichting van de minister en van de gemeenten om alle rechten en plichten van het openbaar lichaam over de minister en de gemeenten te verdelen op een in het plan te bepalen wijze.
AU
Na artikel 38 (nieuw) wordt een hoofdstukaanduiding ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XV. SLOTBEPALINGEN
AV
Onder vernummering van artikel 39 (nieuw) en 40 (nieuw) tot artikel 40 en 41 wordt na artikel 38 (nieuw) een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 39
1. De werking van de regeling zal geëvalueerd worden indien het algemeen bestuur daartoe besluit. Het dagelijks bestuur zal dan een onderzoeksvoorstel aan de deelnemers voorleggen.
2. Het college van de gemeente Middelburg maakt een volledig ondertekend exemplaar van deze regeling alsmede van besluiten tot wijziging, tot uittreding van, van toetreding tot en tot opheffing van deze regeling tijdig in alle gemeenten bekend in het door Middelburg uitgegeven Gemeenteblad.
3. Het Zeeuws Archief is belast met de registratie van de regeling overeenkomstig artikel 26 tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
AW
Artikel 41 (nieuw) komt te luiden:
Artikel 41
Deze regeling kan worden aangehaald als: Gemeenschappelijke regeling 'Zeeuws Archief'.
AX
Artikel 41 vervalt.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 juli 2024.
Ondertekening
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Middelburg en Veere hebben ingestemd met de wijziging van de Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum ‘Zeeuws archief’.
Toelichting
Algemeen
Op 1 juli 2022 is een wetswijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen (verder: Wgr) in werking getreden. Uit deze wijziging volgen voor alle samenwerkingsverbanden op basis van de Wgr verplichte wijzigingen, waarvoor elk samenwerkingsverband twee jaar de tijd heeft om haar regelingen daarop aan te passen. Op 1 juli 2024 dienen alle RHC's zodoende hun gemeenschappelijke regelingen te hebben aangepast. De wijzigingen die volgen uit de aangepaste Wgr hebben als doel de vertegenwoordigende organen (i.c. de gemeenteraden) beter in positie te brengen. Het betreft onder meer de facultatieve zienswijzeprocedure voor besluiten, participatie van ingezetenen en belanghebbenden, actieve informatieplicht, wijziging van de termijnen voor toezenden ontwerpbegroting aan raden, verplichte reactie dagelijks bestuur op ingediende zienswijzen, evaluatiebepaling en aanscherping uittredingsregeling.
Artikelsgewijs
Artikel 1
Het begrip ‘Regeling’ is toegevoegd omdat dit begrip in een aantal artikelen wordt gebruikt.
Artikel 7 en 8
Deze artikelen hadden betrekking op het verstrekken van informatie door het algemeen bestuur aan de minister, de colleges en de raden. Deze zijn vervangen door artikel 12 tot en met 14 in verband met de actieve informatieplicht die is opgenomen in de nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen. De artikel 7 en 8 hebben nu betrekking op het dagelijks bestuur.
Artikel 12, 13 en 14
Zie toelichting bij artikel 7 en 8. De artikelen 12 tot en met 14 hadden betrekking op de werkwijze van het dagelijks bestuur en zijn nu de artikelen 9, 10 en 11.
Artikel 16
De jaarlijkse bijdragen zijn aangepast naar het prijspeil van 2022 en zijn voor de gemeente Middelburg en de gemeente Veere inclusief de bijdrage aan het Zeeuws e-Depot.
Artikel 17
Dit artikel is aangepast aan de per 1 juli 2022 ingetreden aangepaste Wgr. De termijn voor zienswijzen is opgerekt naar twaalf weken.
Artikel 18
Dit artikel is aangepast aan de per 1 juli 2022 ingetreden aangepaste Wgr. De datum voor aanlevering van de ontwerpbegroting is gewijzigd van 15 april naar 30 april. De termijn voor zienswijzen is verlengd naar twaalf weken. Schriftelijke reactie van het dagelijks bestuur voorafgaande aan het vaststellen van de begroting op zienswijze is toegevoegd.
Artikel 18a
Dit artikel is aangepast aan de per 1 juli 2022 ingetreden aangepaste Wgr ten aanzien van de aanleverdatum van de vastgestelde begroting aan gedeputeerde staten van de provincie.
Artikel 21
Dit artikel is aangepast aan de per 1 juli 2022 ingetreden aangepaste Wgr. De datum voor aanlevering jaarrekening en jaarverslag is gewijzigd van 15 april naar 30 april. Tevens is de aanleverdatum van de vastgestelde jaarrekening aan gedeputeerde staten van de provincie, de raden van de gemeenten en de minister aangepast.
Artikel 33
In dit artikel stond dat het dagelijks bestuur de rechtspositie- en arbeidsvoorwaardenregeling vaststelt. Dit artikel is komen te vervallen omdat het Zeeuws Archief de cao SGO (samenwerkende gemeentelijke organisaties) volgt. Het personeelshandboek wordt wel door het dagelijks bestuur vastgesteld, waarbij zoveel mogelijk het personeelshandboek van de gemeente Middelburg gevolgd wordt.
Artikel 34, 35, 35 37 en 38
Deze artikelen zijn aangepast aan de per 1 juli 2022 ingetreden aanpaste Wgr en betreffen toetreding, uittreding, wijziging en opheffing van de regeling.
Voor de uittreding van de minister is een uitzondering op de bepalingen over de (financiële) gevolgen van de uittreding gemaakt. Reden hiervoor is dat de minister heeft aangekondigd ook na uittreding de financiering aan het Zeeuws Archief in stand te houden op het niveau van het laatste jaar van deelname aan deze gemeenschappelijke regeling. De afspraken over de samenwerking en ondersteuning van het Zeeuws Archief zijn opgenomen in het “Bestuursconvenant duurzame samenwerking ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de regionale historische centra” d.d. 1 februari 2024. Het tweede lid van artikel 36 is om deze reden niet van toepassing op de uittreding van de minister. Wel zal de minister bij zijn uittreding met het Zeeuws Archief in gesprek gaan over kosten die mogelijk alsnog met de uittreding samenhangen.
Artikel 39
Dit artikel is nieuw en bevat naar aanleiding van de per 1 juli 2022 ingetreden aangepaste Wgr een mogelijkheid tot evaluatie van de regeling. Tevens is de registratie in het register Gemeenschappelijke regelingen opgenomen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl