Beleidsregels gemeentelijke opvang ontheemden Oekraïne gemeente Nijmegen 2025

Geldend van 09-10-2025 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels gemeentelijke opvang ontheemden Oekraïne gemeente Nijmegen 2025

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen,

Gelet op artikelen 2, 2a, 2b, 6, 7, 8 en 10 Regeling opvang ontheemden Oekraïne.

Vast te stellen de volgende beleidsregels: Beleidsregels gemeentelijke opvang ontheemden Oekraïne gemeente Nijmegen 2025.

Artikel 1 Begrippen

In deze beleidsregels verstaan onder:

College: het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen.

Kalenderdag: één dag van 00.00 uur tot 23.59 uur, met uitzondering van de zaterdag, zondag en erkende feestdagen.

Peildatum: elke eerste dag van de maand.

Referteperiode: de maand voorafgaand aan de peildatum.

Regeling: Regeling opvang ontheemden Oekraïne.

Verstrekkingen: verstrekkingen zoals bedoeld in artikel 6 lid 1 van de Regeling.

Wet: Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne.

Overige begrippen in deze beleidsregels hebben dezelfde betekenis zoals bepaald in de regeling.

Artikel 2 Doelgroep

Deze beleidsregels zijn van toepassing op ontheemden ingeschreven in de gemeentelijke opvang van de gemeente Nijmegen.

Artikel 3 Intrekking en terugvordering leefgeld

  • 1. Het college trekt op grond van artikel 7 lid 2 van de Regeling met ingang van de eerstvolgende maand de verstrekking als bedoeld in artikel 6 eerste lid, aanhef en onder b van de Regeling geheel in, indien de meerderjarige ontheemde of een meerderjarig gezinslid:

    • a.

      inkomsten uit arbeid in Nederland of in een ander land heeft welke gelijk dan wel hoger zijn dan 115 procent van het leefgeld;

    • b.

      een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt welke gelijk dan wel hoger is dan 115 procent van het leefgeld;

    • c.

      gedurende twee weken niet heeft voldaan aan verzoeken van het college om informatie te verstrekken over zijn inkomen en gezinssamenstelling als bedoeld in artikel 2a van de Regeling;

    • d.

      inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van het leefgeld gebruik heeft gemaakt.

  • 2. Voor zover de inkomsten uit arbeid in Nederland of een ander land dan wel de loondervingsuitkering of toeslag op grond van de Toeslagenwet van de meerderjarige ontheemde of een meerderjarig gezinslid minder dan 115 procent van het leefgeld bedragen/bedraagt, worden de inkomsten op het leefgeld in mindering gebracht. Dit geldt tot een totaalbedrag van de voorgaande inkomsten en het leefgeld van in ieder geval 115 procent van het leefgeld resteert.

  • 3. Het college vordert op grond van artikel 7 lid 6 van de Regeling het verstrekte leefgeld als bedoeld in artikel 6 lid 1 onder b van de Regeling terug, indien dit ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verstrekt.

  • 4. Indien leefgeld is verstrekt aan een gezin, dan vordert het college het aan het gezin te veel of ten onrechte verstrekte leefgeld terug van de meerderjarige ontheemde en/of diens meerderjarige gezinslid.

  • 5. De terugvordering bedraagt niet meer dan er is verstrekt.

  • 6. Controle naar eventuele inkomsten van de meerderjarige ontheemde wordt slechts dan uitgevoerd indien:

    • a.

      de ontheemde aangeeft inkomen te hebben ontvangen, of

    • b.

      gedurende twee weken na het verzoek tot het doorgeven van inkomen de ontheemde géén inkomsten opgeeft, en

    • c.

      een redelijk vermoeden bestaat dat de ontheemde inkomen ontvangt.

Artikel 4 Eigen bijdrage

  • 1. De meerderjarige ontheemde of het meerderjarig gezinslid die/dat voldoet aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

    • a.

      inkomsten uit arbeid in Nederland of een ander land heeft;

    • b.

      een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt;

    • c.

      gedurende twee weken niet heeft voldaan aan verzoeken van het college om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling, of

    • d.

      inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt.

    betaalt een eigen bijdrage aan de gemeentelijk opvang zoals bepaald in artikel 8 lid 1 van de Regeling dan wel artikel 7 lid 4 van de Regeling.

  • 2. Het college maakt gebruik van de bevoegdheid om een gedeeltelijke eigen bijdrage in de zin van artikel 8 lid 1 van de Regeling dan wel artikel 7 lid 4 van de Regeling op te leggen.

  • 3. De eigen bijdrage per meerderjarige ontheemde en diens meerderjarige gezinslid is tot een maximumbedrag per gezin in artikel 8 lid 2 van de Regeling en/of artikel 10 lid 2 onderdeel a van de Regeling vermeld.

  • 4. De eigen bijdrage wordt niet opgelegd met een peildatum eerder dan 1 november 2024.

  • 5. Een meerderjarig kind vormt een eigen gezin.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1. Iedere eerste dag van de kalendermaand geldt als peildatum. De meerderjarige ontheemde geeft voor de peildatum zijn inkomsten zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 sub a en b van deze beleidsregels gelijk aan artikel 8 lid 1 en artikel 7 lid 4 van de Regeling over de referteperiode door aan het college.

  • 2. De eigen bijdrage wordt over een kalendermaand geheven. Indien de meerderjarige ontheemde niet op de eerste dag van de kalendermaand voor het eerst ingeschreven staat in de opvang in de gemeente Nijmegen, wordt over die kalendermaand geen eigen bijdrage betaald.

  • 3. Als er sprake is van wisselende inkomsten wordt gewerkt met een gemiddeld bedrag, op basis van de afgelopen drie maanden. Als dat geen betrouwbaar beeld geeft, wordt gewerkt met een maandelijkse vaststelling.

Artikel 6 Vordering

  • 1. Ontheemden die niet voldoen aan de verplichting tot het betalen van het teruggevorderde bedrag dan wel de eigen bijdrage, krijgen hiervan een herinnering.

  • 2. Indien de ontheemde langer dan drie maanden niet voldoet aan de betalingsverplichting, wordt een civielrechtelijke incassoprocedure gestart.

  • 3. Bij het niet voldoen aan de betalingsverplichting ondanks de inzet van een civielrechtelijke incassoprocedure, kan nakoming van de verplichting worden gevorderd bij de burgerlijke rechter.

Artikel 7 Verlaten van de opvang

  • 1. Het college kan de verstrekkingen beperken of intrekken indien de ontheemde de opvang definitief verlaat of langer dan 28 kalenderdagen per kalenderjaar niet in de opvang is verschenen zonder het college hiervan vooraf op de hoogte te stellen.

  • 2. Duurt de afwezigheid van de ontheemde 14 kalenderdagen of korter, blijft zijn plek in de opvang gereserveerd en worden zijn persoonlijke bezittingen ten minste 14 kalenderdagen bewaard. Als het vertrek niet vooraf is gemeld, geldt een termijn van zeven dagen.

  • 3. Duurt de afwezigheid van de ontheemde langer dan 14 kalenderdagen (of bij niet gemeld vertrek 7 kalenderdagen), kan de opvangplek aan een ander worden gegeven. Dit kan onder andere wanneer de bezettingsgraad in de gemeentelijke opvang hoog is.

  • 4. Duurde de afwezigheid langer dan 14 kalenderdagen en is de opvangplek aan een ander gegeven, kan de ontheemde opnieuw om een opvangplek vragen. De nieuwe opvangplek kan zich op een andere locatie binnen de gemeente of in een andere gemeente bevinden.

  • 5. Duurt de afwezigheid van de ontheemde langer dan 28 kalenderdagen per jaar, wordt het leefgeld stopgezet vanaf de eerste dag van de kalendermaand volgend op de maand waarin de afwezigheid wordt geconstateerd. De ontheemde kan vanaf dit moment tevens worden uitgeschreven uit de Brp in Nijmegen en zijn recht op opvang verliezen.

  • 6. Van de bevoegdheid tot het beperken of intrekken van de verstrekkingen in lid 1 van dit artikel wordt geen gebruik gemaakt in het geval van aangemeld vertrek in verband met:

    • a.

      een aantoonbare medische noodzaak;

    • b.

      aantoonbare schrijnende familieomstandigheden in de eerste en tweede graad.

  • 7. Indien één of enkele personen van een gezin vertrekken of langer dan 28 kalenderdagen niet in de opvangvoorziening zijn verschenen, wordt de hoogte van de financiële toelage zoals bedoeld in artikel 10 van de regeling aangepast naar de situatie van het deel van het gezin dat nog wel in de opvang verblijft.

Artikel 8 Melden verlaten opvang

  • 1. De ontheemde meldt zijn vertrek uit de opvang bij de locatiemanager.

  • 2. Als vertrek en aankomst binnen een weekend (zaterdag en zondag) vallen, hoeft dit niet te worden gemeld.

Artikel 9 Verstrekkingen beperken of intrekken

  • 1. Bij overtredingen van de huisregels van de opvangvoorziening of misdragingen vindt een gesprek plaats tussen de locatiemanager en de ontheemde. Een verslag van dit gesprek wordt gedeeld met de ontheemde en opgeslagen in zijn dossier.

  • 2. Het verslag kan maatregelen bevatten die de ontheemde opgelegd worden. Maatregelen kunnen onder andere maar niet uitputtend zijn:

    • a.

      het aanvaarden van zorg of ondersteuning;

    • b.

      het verplaatsen van de ontheemde naar een andere opvanglocatie.

  • 3. Bij herhaalde overtreding dan wel ernstige misdraging of overtreding van de huisregels kan een gesprek tussen de ontheemde en een vertegenwoordiger van het college plaatsvinden. Een verslag van dit gesprek wordt gedeeld met de ontheemde en opgeslagen in zijn dossier.

  • 4. Aanvullend op het bepaalde in artikel 7 van deze beleidsregels kan het college verstrekkingen volgens artikel 7 lid 1 van de regeling beperken of intrekken indien:

    • a.

      de ontheemde ernstig inbreuk maakt op de verplichtingen genoemd in artikel 6 derde lid van de regeling;

    • b.

      de ontheemde een ernstige vorm van geweld pleegt jegens medebewoners die in dezelfde opvangvoorziening verblijven, aan personen die werkzaam zijn in de voorziening, of aan anderen.

  • 5. Beperkingen van de financiële toelage worden ingezet naar evenredigheid van de voltrokken gedraging en vinden telkens plaats vanaf € 50 per maand.

  • 6. Beperkingen van de financiële toelage blijven gelden tot het gedrag van de ontheemde is hersteld tot een aanvaardbaar niveau dit ter beoordeling van het college.

Artikel 10 Hardheidsclausule

Door of namens het college kan met toepassing van artikel 2b van de Regeling of artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht in bijzondere gevallen ten gunste van de ontheemde worden afgeweken, indien de ontheemde door toepassing van deze beleidsregels en/of de Regeling onevenredig zwaar zou zijn getroffen.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze regeling treedt in werking op de dag na publicatie onder gelijktijdige intrekking van de beleidsregels gemeentelijke opvang ontheemden Oekraïne gemeente Nijmegen

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels gemeentelijke opvang ontheemden Oekraïne gemeente Nijmegen 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van: 30 september 2025.

de gemeentesecretaris

A.P.W. van de Klift

de burgemeester

H.M.F. Bruls