Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR744970
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR744970/1
Aanvullend DAEB-aanwijzingsbesluit inhuur externe deskundigheid ten behoeve van tijdelijke sociale huurwoningen
Geldend van 07-10-2025 t/m heden
Intitulé
Aanvullend DAEB-aanwijzingsbesluit inhuur externe deskundigheid ten behoeve van tijdelijke sociale huurwoningenGelet op:
- •
De artikelen 14 en 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU);
- •
Het besluit van de Europese Commissie van 20 december 2011 (2012/21/EU), betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het VWEU op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen (Publicatieblad van de Europese Unie, L 7/3, 11 januari 2012) “DAEB-Vrijstellingsbesluit”;
- •
Artikel 158 van de Provinciewet;
- •
Artikel 1.4, eerste lid van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht 2022;
- •
De Algemene wet bestuursrecht.
Overwegende dat:
- •
Diensten van Algemeen Economisch Belang (hierna: ''DAEB'') hun bestaansrecht ontlenen aan de artikelen 14 en 106, tweede lid, van het VWEU;
- •
Om gebruik te kunnen maken van de bijzondere positie die een DAEB inneemt binnen de Europese staatssteunregelgeving, een onderneming specifiek met het beheer van een DAEB moet worden belast;
- •
De gemeente Utrecht kampt met een tekort aan sociale huurwoningen, waardoor de druk op de woningmarkt verder toeneemt;
- •
De provincie Utrecht het in het algemeen belang acht dat voldoende sociale huurwoningen beschikbaar zijn voor huishoudens met een laag inkomen;
- •
Gemeente Utrecht en provincie Utrecht met het Rijk en diverse andere gemeenten in de regio op 14 december 2022 een 'Regiodeal flexwonen Utrecht' hebben gesloten waarin afspraken zijn vastgelegd over de verschillende taken en verantwoordelijkheden van partijen om de realisatie van tijdelijke woningen te versnellen;
- •
Gemeente Utrecht in februari 2022 een eerste ambtelijke toets heeft uitgevoerd naar de geschiktheid van de locatie voor het versnellen van de woningbouw, zoals geformuleerd in de 'Taskforce versnelling woningbouw' en heeft geconcludeerd dat de locatie op bedrijventerrein Wetering Zuid in beginsel geschikt is;
- •
Stichting Cazas Wonen (hierna: Cazas Wonen) door de koepelorganisatie Stichting Utrechtse Woningcorporaties (STUW) is aangewezen om met de gemeente Utrecht voornoemde locatie op bedrijventerrein Wetering Zuid 162 tijdelijke woningen te ontwikkelen (tijdelijk wonen project). Cazas Wonen is hiervoor belast met een dienst van economisch belang op grond van artikel 47 lid 1 en 2 van de Woningwet;
- •
Cazas Wonen een piek heeft in de oplevering van verschillende sociale nieuwbouwprojecten, gedurende de periode dat verhuring voor het tijdelijk wonen project ook moet plaatsvinden;
- •
Het niet gewenst is dat de piek in de oplevering van de nieuwe (tijdelijke) woningen ten koste gaat van de voortgang van de overige verhuringen omdat er een enorme vraag is naar sociale huurwoningen;
- •
Het inhuren van externe deskundigheid essentieel is om zowel de verhuringen van de nieuwe sociale tijdelijke woningen als de oplevering van de sociale reguliere en bestaande sociale huurwoningen te kunnen voortzetten;
- •
De extra inzet van externe deskundigheid op het gebied van verhuringen (extra ondersteuning, opzetten proces van motivatiegesprekken en controle op passend toewijzen) ertoe leidt dat de woningen in het tijdelijk wonen project sneller verhuurd en bewoond worden. De externe inzet wordt niet vergoed door de gemeente Utrecht;
- •
Er sprake is van marktfalen binnen de woningbouwsector, met name in de ontwikkeling van tijdelijke sociale huurwoningen. Door de lage theoretische huuropbrengst, de beperkte marktwaarde van dergelijke woningen en onzekerheid over een vervolglocatie, wordt dit project niet opgepakt door commerciële partijen Cazas Wonen zet zich in als woningbouwcorporatie om het tijdelijk wonen project te realiseren. Aanvullende publieke financiering is noodzakelijk om het geconstateerde marktfalen binnen de woningbouwsector op het gebied van de ontwikkeling van tijdelijke sociale huurwoningen te corrigeren en te voorzien in de kernbehoefte van betaalbare woningen voor lagere inkomensgroepen;
- •
De provincie Utrecht daarom bereid is om Cazas Wonen te compenseren in overeenstemming met een aanvullend DAEB aanwijzingsbesluit;
- •
Met de aanvullende DAEB-subsidie van de provincie Utrecht kan extra inzet van externe deskundigheid op het gebied van verhuringen worden gefinancierd, waardoor de woningen in het tijdelijk wonen project sneller verhuurd en bewoond worden. Daarmee sluit die subsidie aan bij het Programma Versnelling Woningbouw en draagt het bij aan de realisatie van betaalbare woningen binnen de provinciale woningbouwdoelstellingen.
Besluiten:
I. Vast te stellen het volgende aanwijzingsbesluit DAEB:
- A.
Aan te wijzen als Dienst van Algemeen Economisch Belang (DAEB) de volgende dienst: Het inzetten van externe deskundigheid om de 162 tijdelijke sociale huurwoningen binnen het bedrijventerrein Wetering zuid, tussen de Middenwetering en de Soestwetering te Utrecht op tijd te kunnen realiseren en verhuren.
- B.
De aanwijzing eindigt uiterlijk op 31 december 2026.
- C.
Stichting Cazas Wonen, gevestigd aan de Oslolaan 2, 3446 AA Woerden en ingeschreven in het handelsregister met KvK-nummer 30039900 wordt aangewezen als de onderneming belast met de uitvoering van de onder A genoemde dienst.
De parameters op basis waarvan de compensatie voor het verrichten van de DAEB objectief en op transparante wijze wordt berekend en eventueel herzien zijn:
- •
De daadwerkelijk gerealiseerde kosten voor de inhuur van externe deskundigheid tot zover deze specifiek betrekking hebben op de uitvoering van de DAEB-activiteiten.
- •
- D.
De regeling om eventuele overcompensatie te vermijden en terug te vorderen is:
- •
De maximaal beschikbare compensatie bedraagt € 75.000,- op basis van de huidige financiële planning. Dat bedrag zal, indien toegekend, worden uitgekeerd conform de voorwaarden zoals deze zijn opgenomen in de subsidiebeschikking.
- •
De definitieve vaststelling van de compensatie geschiedt op dusdanige wijze dat overcompensatie wordt voorkomen. Indien de kosten lager zijn dan de ter beschikking gestelde compensatie, dient dit door Cazas Wonen te worden toegelicht.
- •
Cazas Wonen voert een boekhoudkundige scheiding van kosten verbonden aan de DAEB-activiteit en kosten en inkomsten verbonden aan andere activiteiten.
- •
Het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht (GS) controleert elk jaar en bij afsluiting van het project de dienstverlening en de financiële verantwoording.
- •
Indien GS bij de afsluiting van het project constateert dat de ontvangen compensatie de kosten die Cazas Wonen voor het uitvoeren van de DAEB-taken heeft gemaakt overschrijdt, zal GS Cazas Wonen verplichten alle ontvangen overcompensatie aan de provincie Utrecht terug te betalen.
- •
Cazas Wonen bewaart de bewijsmiddelen gedurende de duur van het project en tien jaar na afloop van de DAEB. Kosten waarvoor geen bewijsmiddelen kunnen worden verstrekt GSkomen niet in aanmerking voor compensatie en worden teruggevorderd.
- •
- E.
DAEB en subsidieverlening:
- •
De voorwaarden voor subsidiesubsidieverlening worden vastgelegd in een beschikking.
- •
Cazas Wonen is gehouden na afloop van de activiteiten een vaststellingsaanvraag in te dienen bij de provincie Utrecht. Onderdeel van deze verantwoording is een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig de opgelegde verplichtingen hebben plaatsgevonden.
- •
De in dit aanwijzingsbesluit genoemde maximale compensatie vormt het plafond voor de bekostiging van de uitvoering van de DAEB. GS bepalen de compensatie bij afzonderlijk besluit en kunnen een lager bedrag toekennen dan het genoemde maximum.
- •
Dit besluit wordt gepubliceerd in het Provinciaal Blad en treedt in werking op de dag na publicatie.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht van 23 september 2025
Gedeputeerde Staten van Utrecht,
Voorzitter,
mr. J.H. Oosters
Secretaris,
mr. drs. A.G. Knol- van Leeuwen
Specifieke aandachtspunten
In dit geval spelen de volgende specifieke aandachtspunten bij een provinciaal besluit om een woningbouwcorporatie te belasten met DAEB:
- 1.
Omdat het om een aanvullende DAEB gaat ten opzichte van de algemene DAEB op grond van de woningwet, verdient het aanbeveling dat in het aanwijzingsbesluit wordt onderbouwd waarom deze aanvullende DAEB noodzakelijk is. Daarbij zou bijvoorbeeld kunnen worden uitgelegd waarom het compensatiemechanisme uit de Woningwet ontoereikend is, mede gelet op het feit dat de betrokken gemeente in dit geval niet in staat blijkt te zijn om bijvoorbeeld steun te verstrekken via een verlaagde grondprijs.
Dit kan het geval zijn omdat het compensatiemechanisme uit de Woningwet het in dit specifiek geval niet mogelijk maakt om compensatie te verstrekken (conform de Woningwet). Ook kunnen er specifieke omstandigheden spelen die de aanvullende DAEB onderscheidend maken.
- 2.
Omdat DAEB’s als onderhavige normaliter door de gemeente wordt opgelegd, raden wij aan dat in het aanwijzingsbesluit (kort) wordt toegelicht waarom de provincie het in dit geval noodzakelijk heeft geacht om zelf de DAEB op te leggen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl