Regeling vervalt per 01-01-2029

Nadere subsidieregels Groeiplan Noord- en Midden-Limburg 2025-2028

Geldend van 01-10-2025 t/m 31-12-2028

Intitulé

Nadere subsidieregels Groeiplan Noord- en Midden-Limburg 2025-2028

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 9 september 2025 het volgende hebben vastgesteld:

NADERE SUBSIDIEREGELS Groeiplan Noord- en Midden-Limburg 2025-2028

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Cultureel festival of project: een publieke en georganiseerde gebeurtenis/manifestatie/ happening/event, gericht op publieksbereik gedurende een afgebakende periode, hoofdzakelijk bestaande uit activiteiten/aanbod op het gebied van kunst en cultuur. Een cultureel festival of project bestaat uit een aantal onderdelen dat samen één geheel vormt. Een festival of project hoeft niet tijdens één dag of meerdere aaneengesloten dagen plaats te vinden; de onderdelen die samen één geheel vormen kunnen ook met tussenpozen plaatsvinden.

  • 2. Deskundigheidsbevordering: het versterken van kennis en vaardigheden van medewerkers van culturele instellingen, evenals het inhuren van tijdelijke professionals/experten. Dit ten behoeve van de (verbetering van de) bedrijfsvoering van culturele instellingen. De deskundigheidsbevordering is verbonden aan een inhoudelijk project gedurende een afgebakende periode. Voorbeelden van deskundigheidsbevordering zijn: het inkopen van scholing, workshops, masterclasses, opleidingen, trainingen en/of coaching; het deelnemen aan regionale en/of landelijke netwerkevenementen en/of symposia; het inhuren van tijdelijke professionals/experten op het gebied van collectiebeheer, projectmanagement, marketing en communicatie, bedrijfsvoering en/of fondsenwerving.

  • 3. Duurzaamheidsmaatregelen: milieumaatregelen die bijdragen aan het duurzaam gedrag van bezoekers op culturele festivals of evenementen en/of aan het duurzaam produceren/organiseren van een cultureel festival of evenement.

  • 4. Experimenteerruimte: een tijdelijk(e) plek of een proces waarbij kunstenaars, creatieve makers en andere culturele professionals zowel fysiek als financieel de ruimte van een culturele instelling krijgen om nieuwe ideeën te ontwikkelen, artistieke vormen uit te proberen, en grenzen van bestaande vormen en disciplines te verkennen. Het is een omgeving die zich kenmerkt door vrijheid van onderzoek, risico's durven nemen en het leren van falen, met als doel vernieuwing en verdieping in de culturele praktijk te stimuleren. Het bieden van experimenteerruimte door een culturele instelling kan leiden naar de realisatie van labs en/of residentieplekken.

  • 5. Hoofdactiviteit: de belangrijkste naamgevende activiteit van een project uit Bijlage 3, die het meeste publiek trekt en die in een periode van één of meerdere dagen wordt uitgevoerd.

  • 6. Gezonde bedrijfsvoering: instellingen werken vraaggericht met een focus op de markt en op professionele, inhoudelijke en maatschappelijke ontwikkelingen vanuit een eigen visie en strategie, waar mogelijk met inachtneming van de codes uit de culturele sector (Fair Practice Code, Governance Code Cultuur en Code Diversiteit & Inclusie). Instellingen werken aan het verbreden van hun financiële basis om minder afhankelijk te zijn van overheidsinkomsten.

  • 7. Kunst en cultuur: de producten en activiteiten op het brede gebied van de kunsten (waaronder architectuur, beeldende kunst en vormgeving, letteren, podiumkunsten, creatieve industrie, immaterieel erfgoed en cross-overs tussen deze disciplines). Het gaat om objecten of handelingen die door mensen zijn gemaakt of bedacht en vooral door de artistieke kwaliteiten van het werk worden gewaardeerd. Kunst en cultuur zijn dynamisch, de grenzen tussen verschillende kunstdisciplines veranderen met de tijd. Voorbeelden van objecten zijn een schilderij, land art, een interactieve installatie, of een gedicht. Voorbeelden van handelingen zijn een concert, een tentoonstelling, een toneelproductie, een musicaluitvoering, een performance of de uitvoering van een choreografie.

  • 8. Midden-Limburg: gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Nederweert, Roerdalen, Roermond, Weert.

  • 9. Noord-Limburg: gemeenten Beesel, Bergen, Gennep, Horst aan de Maas, Mook en Middelaar, Peel en Maas, Venlo, Venray.

  • 10. Professionele culturele makers en/of professionele facilitair ondersteuners: personen die studeren aan of afgestudeerd zijn aan een (inter)nationale (kunst)vakopleiding op minimaal MBO-niveau met ambitie om door te groeien in hun professionele ontwikkeling;

  • 11. Project: een in tijd afgebakend samenhangend geheel van activiteiten, met een duidelijk geformuleerd doel en eindresultaat.

  • 12. Residentieprogramma of lab: een tijdelijke werk- en/of verblijfplaats voor kunstenaars, creatieve makers en andere culturele professionals bij een culturele instelling of in een speciale voorziening. Het biedt de mogelijkheid om in een andere omgeving te werken, nieuwe ideeën op te doen, contacten te leggen en projecten te ontwikkelen.

Artikel 2 Doelstelling/doel van de regeling

Het doel van deze subsidieregeling is het versterken van de culturele infrastructuur in Noord- en Midden-Limburg door middel van het ondersteunen en stimuleren van organisaties en projecten in Noord- en Midden-Limburg, passend binnen onderstaande speerpunten:

  • 1.

    Deskundigheidsbevordering (Bijlage 1 bij deze regeling);

  • 2.

    Residenties en experimenteerruimte (Bijlage 2 bij deze regeling);

  • 3.

    Grote producties (Bijlage 3 bij deze regeling);

  • 4.

    Culturele festivals en projecten (Bijlage 4 bij deze regeling).

Artikel 3 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende algemene criteria te worden voldaan:

  • 1.

    Een subsidieaanvraag kan slechts betrekking hebben op één van de bij deze regeling behorende Bijlagen en dient te voldoen aan de daarin opgenomen specifieke criteria en voorwaarden;

  • 2.

    Subsidieaanvrager voert een gezonde bedrijfsvoering.

Artikel 4 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen indien:

  • 1.

    het project niet aansluit bij de doelstelling van deze nadere subsidieregels zoals gesteld in artikel 2;

  • 2.

    de subsidieaanvraag niet is ingediend door een aanvrager zoals gesteld in de betreffende Bijlage waarbinnen subsidie wordt aangevraagd;

  • 3.

    de subsidieaanvraag is ingediend door Stichting Provinciaal Museum Limburg (Het Bonnefanten), Stichting Limburgs Museum, Stichting Discovery Museum, Huis voor de Kunsten Limburg, Stichting Klankkleur Limburg en/of een organisatie die in het kader van de Nadere subsidieregels Culturele infrastructuur 2025-2028 een subsidie ontvangt;

  • 4.

    niet wordt voldaan aan (één van) de algemene subsidiecriteria in artikel 3 en/of de specifieke subsidiecriteria, genoemd in de betreffende Bijlage waarbinnen subsidie wordt aangevraagd;

  • 5.

    hetzelfde project al op een andere wijze door de Provincie Limburg wordt gesubsidieerd en/of gefinancierd. Indien voor het project een bijdrage wordt ontvangen van een organisatie die van de Provincie Limburg subsidie/financiering ontvangt om een bijdrage ten behoeve van projecten te verstrekken, wordt die bijdrage ook beschouwd als subsidiëring/financiering van de Provincie Limburg. Uitzondering zijn bijdragen van het Cultuurfonds Limburg;

  • 6.

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode zoals vermeld in artikel 7.

  • 7.

    Aanvrager ontvangt subsidie in het kader van de Nadere subsidieregels Culturele Infrastructuur 2025-2028 of een andere meerjarige cultuursubsidie verleend door de Provincie Limburg voor de periode 2025-2028.

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1. Gedeputeerde Staten stellen de (deel)subsidieplafonds van deze nadere subsidieregels jaarlijks vast.

  • 2. De wijze van verdeling van de subsidieplafonds kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies > subsidieplafonds.

Artikel 6 Indienen aanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard (digitaal) aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

  • 2. Het standaard (digitaal) aanvraagformulier dient volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden en te zijn voorzien van de in het aanvraagformulier genoemde bijlage(n) en dient te worden verzonden naar het op het aanvraagformulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht) dan wel digitaal middels eHerkenning te worden ingediend. Een aanvraag per e-mail is niet mogelijk.

Artikel 7 Termijn voor indienen aanvraag

  • 1. Voor aanvragen ingediend binnen Bijlagen 1 en 2 van deze regeling dient de aanvraag ten minste 8 weken voor aanvang van de activiteit en uiterlijk 31 oktober 2028 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten;

  • 2. Aanvragen binnen Bijlage 3 van deze regeling kunnen op z’n vroegst in het kalenderjaar vóór aanvang van de hoofdactiviteit worden ingediend bij Gedeputeerde Staten;

  • 3. Aanvragen binnen Bijlage 3 van deze regeling dienen daarnaast uiterlijk 12 weken vóór aanvang van de hoofdactiviteit en niet later dan 1 juni 2028 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten;

  • 4. Voor aanvragen ingediend binnen Bijlage 4 van deze regeling dient de aanvraag ten minste 8 weken voordat de eerste activiteit waarmee publiek wordt bereikt plaatsheeft, en uiterlijk 31 oktober 2028 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten;

  • 5. Voor aanvragen ingediend binnen Bijlagen 1, 2 of 4 die starten in oktober of november 2025 geldt de 8-wekentermijn zoals gesteld in het vierde lid van dit artikel niet, met dien verstande dat een aanvraag voor deze projecten uiterlijk 1 december 2025, en voor start van de projectperiode moet zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten;

  • 6. Voor de datum van ontvangst per post is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend en bij digitale aanvragen de datum van digitale ontvangst.

Artikel 8 Hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2. Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 9 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1. Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van 1 oktober 2025.

  • 2. Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2029, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3. Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere subsidieregels Groeiplan Noord- en Midden-Limburg 2025-2028”.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 9 september 2025.

Maastricht, d.d. 9 september 2025

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

E.G.M. Roemer

secretaris,

D. F. Timmer

Bijlage 1 Deskundigheidsbevordering

Aanvrager en activiteit

Binnen deze Bijlage kan aan culturele instellingen of organisaties, creatieve ondernemers ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel of personen die met goed gevolg een kunstvakopleiding hebben afgerond subsidie worden verleend voor:

  • 1.

    Het inkopen van scholing, workshops, masterclasses, opleidingen, trainingen en/of coaching

  • 2.

    Het deelnemen aan regionale en/of landelijke netwerkevenementen en/of symposia;

  • 3.

    Het inhuren van tijdelijke professionals/experten op het gebied van collectiebeheer, projectmanagement, marketing en communicatie, bedrijfsvoering en/of fondsenwerving.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

  • 1.

    Aanvrager is gevestigd in Noord- en Midden-Limburg;

  • 2.

    Het project moet uitvoering geven aan ten minste één activiteit zoals benoemd onder ‘Aanvrager en activiteit’ van deze Bijlage. Het is mogelijk om binnen een aanvraag meerdere activiteiten te combineren;

  • 3.

    Aanvrager heeft gedurende dit kalenderjaar niet eerder subsidie ontvangen in deze bijlage.

Subsidiebedrag

  • 1.

    Het maximaal te verlenen subsidiebedrag is € 10.000,00.

  • 2.

    Het subsidiebedrag bedraagt niet méér dan 90% van de totale subsidiabele kosten;

  • 3.

    In afwijking van artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. mogen kosten van activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd samenhangen met financiële of contractuele verplichtingen die zijn aangegaan voordat de subsidieaanvraag door Gedeputeerde Staten is ontvangen.

  • 4.

    Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

    • -

      drukwerk voor boeken en schriftelijke publicaties (behoudens ten behoeve van de communicatie/PR over de te organiseren activiteiten);

    • -

      reis- en verblijfkosten van voor de aanvrager werkzame personen of aan de aanvrager gelieerde personen of partijen;

    • -

      consumptieve kosten (drank, eten en dergelijke);

    • -

      onvoorziene uitgaven (post onvoorzien).

Bijlage 2 Residenties en experimenteerruimte

Aanvrager en activiteit

Binnen deze Bijlage kan aan culturele instellingen of organisaties subsidie worden verleend voor:

  • 1.

    residentieprogramma’s of labs waarbij tenminste de helft van de makers uit Limburg komt; of

  • 2.

    experimenteerruimte voor makers uit Noord- of Midden-Limburg.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

  • 1.

    Aanvrager is gevestigd in Noord- of Midden-Limburg;

  • 2.

    de activiteiten vinden plaats in Noord- en/of Midden-Limburg;

  • 3.

    deelnemers aan residentieprogramma’s of labs en makers ontvangen een eerlijke vergoeding (fair pay).

Subsidiebedrag

  • 1.

    Het maximaal te verlenen subsidiebedrag is € 20.000,00.

  • 2.

    Het subsidiebedrag bedraagt niet méér dan 50% van de totale subsidiabele kosten;

  • 3.

    In afwijking van artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. mogen kosten van activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd samenhangen met financiële of contractuele verplichtingen die zijn aangegaan voordat de subsidieaanvraag door Gedeputeerde Staten is ontvangen.

  • 4.

    Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

    • -

      drukwerk voor boeken en schriftelijke publicaties (behoudens ten behoeve van de communicatie/PR over de te organiseren activiteiten);

    • -

      consumptieve kosten (drank, eten en dergelijke);

    • -

      onvoorziene uitgaven (post onvoorzien).

Bijlage 3 Grote producties

Aanvrager

Aanvrager dient een Privaatrechtelijke rechtspersoon te zijn.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

  • 1.

    Aanvrager is gevestigd in Noord- of Midden-Limburg;

  • 2.

    Het project moet een bovenregionaal cultureel festival of evenement betreffen dat geheel plaatsvindt in Noord- en/of Midden-Limburg;

  • 3.

    De hoofdactiviteit van de productie moet starten in het jaar 2025, 2026, 2027 of 2028.

  • 4.

    Het cultureel festival of evenement heeft een bereik van ten minste 7.500 bezoekers. Hierbij wordt publiek dat digitaal en/of via media wordt bereikt niet meegerekend;

  • 5.

    Het cultureel festival of evenement moet een podium bieden aan professionele culturele makers en/of professionele facilitair ondersteuners (zoals technici of decorbouwers) inzetten, welke samenwerken met lokale vrijwilligers, autodidacten en/of verenigingen;

  • 6.

    Het cultureel festival of evenement moet op het gebied van toegankelijkheid en/of programmering aandacht besteden aan kwetsbare bezoekersdoelgroepen;

  • 7.

    Het cultureel festival of evenement moet duurzaamheidsmaatregelen hanteren.;

  • 8.

    Het cultureel festival of evenement moet financieel worden ondersteund door minimaal één gemeente.

  • 9.

    Het cultureel festival of evenement moet financieel worden ondersteund door minimaal één organisatie uit de private sector;

  • 10.

    Aanvrager past de Fair Practice Code toe (pas toe of leg uit);

  • 11.

    Aanvrager heeft gedurende de looptijd van deze regeling niet eerder subsidie ontvangen in het kader van deze bijlage;

  • 12.

    Het festival of evenement betreft géén:

    • -

      culinair festival of evenement;

    • -

      carnavalsgericht festival of evenement;

    • -

      winterfestival of –evenement (waaronder intocht Sinterklaas, kerstmarkten);

    • -

      festival of evenement dat bestemd is voor een zeer selecte groep (bijvoorbeeld alleen studenten);

    • -

      filmproductie;

    • -

      schuttersfeest;

    • -

      tentoonstelling(en), expositie(s), theater-, film- of toneelvoorstelling(en) die vallen onder de reguliere exploitatie van musea, galerieën of podia waaronder bioscopen en filmhuizen én die geen onderdeel zijn van een breder cultureel festival of evenement; en/of

    • -

      concertreis.

Subsidiebedrag

  • 1.

    Het subsidiebedrag bedraagt niet méér dan 50% van de totale subsidiabele kosten tot een maximum van € 120.000,-;

  • 2.

    In afwijking van artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v., mogen kosten van het festival of evenement samenhangen met financiële of contractuele verplichtingen die zijn aangegaan voordat de subsidieaanvraag door Gedeputeerde Staten is ontvangen, mits deze op zijn vroegst 1 jaar vóór de start van het festival of evenement zijn aangegaan.

  • 3.

    Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

    • -

      drukwerk voor boeken en schriftelijke publicaties (behoudens ten behoeve van de communicatie/PR over de te organiseren activiteiten);

    • -

      onvoorziene uitgaven (post onvoorzien);

    • -

      consumptieve kosten (drank, eten en dergelijke);

  • 4.

    Subsidies onder de € 60.000,- worden niet verstrekt.

Bijlage 4 Culturele festivals en projecten

Aanvrager

Aanvrager dient een Privaatrechtelijke rechtspersoon te zijn.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

  • 1.

    Aanvrager is gevestigd in Noord- of Midden-Limburg;

  • 2.

    Het project moet een cultureel festival of project betreffen dat geheel plaatsvindt in Noord- en/of Midden-Limburg;

  • 3.

    Het cultureel festival of project moet starten in het jaar 2025, 2026, 2027 of 2028. De start van een festival of project is wanneer de eerste activiteit waarmee deelnemers of publiek wordt bereikt, plaatsvindt;

  • 4.

    Het cultureel festival of project heeft een bereik van ten minste 500 bezoekers. Hierbij wordt publiek dat digitaal en/of via media wordt bereikt niet meegerekend;

  • 5.

    Voor een terugkerend project is binnen deze Bijlage éénmaal per kalenderjaar subsidie mogelijk;

  • 6.

    Het festival of project betreft géén:

    • -

      culinair festival of evenement;

    • -

      carnavalsgericht festival of evenement;

    • -

      winterfestival of –evenement (waaronder intocht Sinterklaas, kerstmarkten);

    • -

      festival of evenement dat bestemd is voor een zeer selecte groep (bijvoorbeeld alleen studenten);

    • -

      filmproductie;

    • -

      schuttersfeest;

    • -

      tentoonstelling(en), expositie(s), theater-, film- of toneelvoorstelling(en) die vallen onder de reguliere exploitatie van musea, galerieën of podia waaronder bioscopen en filmhuizen én die geen onderdeel zijn van een breder cultureel festival of evenement; en/of

    • -

      concertreis.

Subsidiebedrag

  • 1.

    Het subsidiebedrag bedraagt niet méér dan 75% van de totale subsidiabele kosten tot een maximum van € 20.000,00;

  • 2.

    In afwijking van artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v., mogen kosten van het festival of evenement samenhangen met financiële of contractuele verplichtingen die zijn aangegaan voordat de subsidieaanvraag door Gedeputeerde Staten is ontvangen, mits deze op zijn vroegst 1 jaar vóór de start van het festival of evenement zijn aangegaan.

  • 3.

    Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

    • -

      drukwerk voor boeken en schriftelijke publicaties (behoudens ten behoeve van de communicatie/PR over de te organiseren activiteiten);

    • -

      onvoorziene uitgaven (post onvoorzien);

    • -

      consumptieve kosten (drank, eten en dergelijke);

  • 4.

    Subsidies onder de € 3.000,- worden niet verstrekt.