Regeling vervallen per 31-10-2025

Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2025

Geldend van 06-08-2025 t/m 30-10-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2025

Intitulé

Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2025

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

gelet op artikelen 3 en 9, derde lid, aanhef en onderdeel i van de Algemene subsidieverordening gemeente Midden-Groningen 2025;

besluit de Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2025 vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: de eigenaar-bewoner die een aanvraag voor subsidie op grond van deze regeling heeft ingediend;

  • b.

    ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Midden-Groningen 2025;

  • c.

    bespaarcoach: een expert van het Regionaal Woon en Leefbaarheidsplan die in opdracht van de gemeente Midden-Groningen inwoners helpt met het maken van een verduurzamingsplan van hun woning inclusief financiering;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

  • e.

    eigenaar-bewoner: natuurlijke persoon die eigenaar en bewoner is van een als woning gebruikte en geregistreerde onroerende zaak.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3 Criteria waar woningen aan moeten voldoen

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor verduurzamende maatregelen als bedoeld in bijlage 1.

  • 2.

    De maatregelen als bedoeld in het eerste lid kunnen enkel aangewend worden voor een woning in de gemeente Midden-Groningen die in het bezit is van de bewoner(s) van deze woning.

Artikel 4 Doelgroep

  • 1.

    Voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 komen uitsluitend natuurlijke personen die eigenaar en bewoner zijn van een als woning gebruikte en geregistreerde onroerende zaak in aanmerking. De woning als bedoeld in de eerste volzin:

    • a.

      heeft een WOZ-waarde van maximaal € 180.000 in peiljaar 2021, en:

    • b.

      is gelegen in de buurten Muntendam-west (BU19521801) of Muntendam-oost (BU19521802) als gedefinieerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek, en:

    • c.

      kan naar het oordeel van de bespaarcoach met een totale investering van minimaal € 2.000 en maximaal € 20.000 toekomstbestendig gemaakt worden en klaargemaakt worden voor een aardgasvrije energiehuishouding.

  • 2.

    Met toekomstbestendig maken en klaarmaken voor een aardgasvrije energiehuishouding wordt bedoeld dat minimaal een verduurzamende maatregel als bedoeld in bijlage 1 wordt uitgevoerd.

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Uitsluitend kosten voor verduurzamende maatregelen als bedoeld in bijlage 1 komen in aanmerking voor subsidiëring.

  • 2.

    Voor subsidie komen de in redelijkheid gemaakte kosten (inclusief btw) in aanmerking die direct verbonden zijn aan de uitvoering van de activiteiten. Dit zijn kosten voor het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de verduurzamende maatregelen.

  • 3.

    De volgende kosten komen per definitie niet in aanmerking voor subsidie:

    • a.

      oprichtingskosten van stichtingen en verenigingen;

    • b.

      reis- en verblijfkosten;

    • c.

      consumptie- en cateringkosten;

    • d.

      niet-gespecificeerde kosten, waaronder de post onvoorzien, de post diversen of een vergelijkbare kostenpost.

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie:

    • a.

      bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten, en:

    • b.

      bedraagt maximaal € 8.000.

  • 2.

    Het staat de aanvrager vrij om voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3 aanvullende subsidies te verwerven. De aanvrager meldt het college in of bij de aanvraag welke subsidies hij heeft aangevraagd en/of verleend heeft gekregen.

Artikel 7 Wijze van verdeling

  • 1.

    Het subsidieplafond bedraagt € 400.000.

  • 2.

    Een subsidie wordt geweigerd voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Artikel 8 Aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag kan uitsluitend worden ingediend via een bespaarcoach voorafgaand aan het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de verduurzamende maatregelen.

  • 2.

    Een aanvraag geschiedt met een door de aanvrager en de bespaarcoach ondertekend verduurzamingsplan.

  • 3.

    In afwijking van artikel 6, tweede lid van de ASV bevat het verduurzamingsplan een besparingsplan en financieel plan met het gevraagde subsidiebedrag, die beide zijn opgesteld door een bespaarcoach.

  • 4.

    De aanvrager meldt het college welke subsidies hij heeft aangevraagd en/of verleend heeft gekregen.

Artikel 9 Administratie van subsidiestromen

Het college kan op verzoek van de aanvrager de subsidie uitkeren aan degene die de maatregelen die in het verduurzamingsplan staan genoemd gaat uitvoeren.

Artikel 10 Aanvraagtermijn

Een aanvraag kan uiterlijk 31 oktober 2025 worden ingediend voor activiteiten als bedoeld in artikel 3 die zijn of worden aangevangen op of na 1 januari 2025.

Artikel 11 Beslistermijn

  • 1.

    In afwijking van artikel 8, tweede lid van de ASV, beslist het college binnen 4 weken na ontvangst van een volledige aanvraag.

  • 2.

    Het college kan eenmalig besluiten tot verlenging van de termijn als bedoeld in het eerste lid met maximaal 4 weken.

Artikel 12 Aanvullende weigeringsgronden

Op basis van artikel 9, derde lid, aanhef en onderdeel i van de ASV kan subsidie worden geweigerd als:

  • a.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met het algemeen belang of belang van openbare orde, volksgezondheid, veiligheid en milieuhygiëne;

  • b.

    de kosten naar het oordeel van het college niet in verhouding staan met de activiteit.

Artikel 13 Verplichtingen

  • 1.

    De verduurzamende maatregelen dienen binnen 1 jaar nadat de subsidie is ontvangen te zijn uitgevoerd of binnen die termijn dient schriftelijk hiertoe opdracht te zijn gegeven.

  • 2.

    Als niet aan de verplichting als bedoeld in het eerste lid is voldaan, kan de vaststelling worden ingetrokken en de subsidie worden teruggevorderd.

Artikel 14 Verantwoording

  • 1.

    Een aanvrager toont, indien het college dit wenst, door middel van facturen aan welke kosten zijn gemaakt. Deze facturen moeten 5 jaar worden bewaard.

  • 2.

    Als de aanvrager middels facturen niet kan bewijzen welke kosten zijn gemaakt, kan de aanvrager middels foto’s van de verduurzamende maatregelen bewijzen dat deze zijn uitgevoerd.

  • 3.

    Als het college niet middels foto’s kan vaststellen of de verduurzamende maatregelen zijn uitgevoerd, kan het middels een huisbezoek vaststellen of deze maatregelen zijn uitgevoerd.

Artikel 15 Subsidievaststelling

  • 1.

    Op basis van artikel 13 van de ASV worden subsidies die door het college worden verleend direct vastgesteld.

  • 2.

    De subsidie als bedoeld in artikel 3 wordt vastgesteld op maximaal € 8.000 per woning.

Artikel 16 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een of meerdere artikelen van deze nadere regels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in het besluit.

Artikel 17 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2025.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in werking op de dag na bekendmaking, hebben terugwerkende kracht tot 1 januari 2025 en vervallen op 31 oktober 2025, met dien verstande dat ze van toepassing blijven op:

    • a.

      aanvragen die uiterlijk op 31 oktober 2025 zijn ingediend;

    • b.

      subsidies waarvoor op basis van deze nadere regels een subsidie is verstrekt.

  • 3.

    Bijlage 1 bij deze nadere regels maakt integraal onderdeel uit van deze nadere regels.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 15 juli 2025.

Burgemeester

Gemeentesecretaris

Bijlage 1 Lijst met verduurzamende maatregelen

  • 1.

    Dakisolatie (Rc ≥ 3,5 m² K/W)

  • 2.

    Vloerisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 3.

    Spouwmuurisolatie (Rc ≥ 1,1 m² K/W)

  • 4.

    Paneelisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 5.

    Isolatie massieve muur (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 6.

    Bodemisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 7.

    HR++glas (Uglas ≤ 1,2 W/ m²)

  • 8.

    Raamkozijn indien van toepassing of bij het plaatsen van triple glas

  • 9.

    Zonnepanelen

Toelichting

Isolatiewaardes dak, vloer, spouw, paneel en bodem (punt 1,2,3,4,5 en 6): In de maatregelenlijst zijn voor isolatie minimale Rc-waarden vermeld. De Rc-waarde staat voor de warmteweerstand van het materiaal. Hoe hoger de Rc-waarde hoe beter de isolatie. De hier vereiste minimale waarden betreffen de isolatiewaarden van de toegepaste isolatiematerialen.

De U-waarde HR++glas (punt 7) wordt onder andere bepaald door de dikte van de glaslagen, de dikte van de spouw tussen de glaslagen, het soort gas van de vulling en de al of niet aanwezige coating van het glas. Indien het voor de plaatsing van HR++- of triple glas wenselijk is nieuwe ramen of kozijnen te plaatsen en/of gedeeltelijke aan te passen, of aanpassing nodig is van reeds aanwezige gevelbekleding, dan vallen deze kosten ook onder deze nadere regels.