Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742961
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742961/1
Vaststelling Verordening raadscommissies 2025
Geldend van 10-07-2025 t/m heden
Intitulé
Vaststelling Verordening raadscommissies 2025De raad van de gemeente Den Haag
Gelet op de artikelen 82 en 149 van de Gemeentewet,
Besluit: vast te stellen de Verordening raadscommissies 2025
Artikel 1 Commissies
-
1. Er zijn de volgende raadscommissies:
- 1.
de Commissie Bestuur;
- 2.
de Commissie Samenleving;
- 3.
de Commissie Ruimte;
- 4.
de Commissie Leefomgeving.
- 1.
-
1a. Er zijn de volgende raadscommissies:
- 1.
de Commissie Bestuur;
- 2.
de Commissie Samenleving;
- 3.
de Commissie Ruimtelijke ordening;
- 4.
de Commissie Integrale gebiedsontwikkelingen;
- 5.
de Commissie Leefomgeving.
- 1.
-
2. De Rekeningencommissie is een raadscommissie, waarvoor de raad een afzonderlijke verordening vaststelt.
-
3. Er is een Algemene Raadscommissie met als taak het uitbrengen van advies aan de raad over onderwerpen, die zich aandienen in de periode tussen de installatie van de nieuwe leden van de raad en het instellen van raadscommissies na de vorming van een coalitie.
In bijzondere gevallen kan het presidium, gelet op de integraliteit van een bepaald onderwerp, besluiten om ook nadat de raadscommissies zijn ingesteld een dergelijk onderwerp ter behandeling aan de Algemene Raadscommissie toe te wijzen.
-
4. De Algemene Raadscommissie bestaat uit alle leden – niet zijnde tevens wethouder – van de raad. Het voorzitterschap wordt vervuld door een raadslid dat in de raadsperiode voor de installatie al raadslid is geweest.
Als de Algemene Raadscommissie beraadslaagt over een voorstel van het presidium, dan neemt namens het presidium de voorzitter van het presidium deel aan de beraadslaging over dit voorstel.
Artikel 2 Commissieleden
-
1. Alle raadsleden en fractievertegenwoordigers hebben na benoeming in hun functie zitting in alle commissies van de raad, met uitzondering van de Rekeningencommissie. De zittingsduur is gelijk aan die van de zittende raad. Wie ter vervulling van een tussentijdse vacature tot lid van de raad wordt benoemd of tijdens de raadsperiode als fractievertegenwoordiger wordt benoemd heeft zitting voor de resterende zittingsduur van de gemeenteraad.
-
2. Iedere fractie in de raad bestaande uit vijf leden of meer vaardigt per commissie maximaal vijf leden. Iedere fractie bestaande uit minder dan vijf leden vaardigt per commissie maximaal vier leden af.
-
3. Degene die ophoudt lid van de gemeenteraad te zijn houdt tevens op commissielid te zijn.
Artikel 3 De commissievoorzitter
-
1. De voorzitter is een raadslid en geen lid van de commissie. De voorzitter wordt door de gemeenteraad uit zijn midden benoemd.
-
2. Een voorzitter wordt bij afwezigheid vervangen door de vaste plaatsvervangend voorzitter, die ook door de gemeenteraad uit zijn midden benoemd is.
Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als de vaste plaatsvervangend voorzitter wordt in vervanging voorzien door een commissielid die tevens raadslid is.
-
3. De voorzitter is verantwoordelijk voor:
- a.
het leiden van de vergadering;
- b.
het handhaven van de orde;
- c.
het geven van het woord aan de leden over het onderwerp dat aan de orde is;
- d.
het formuleren van toezeggingen, gedaan door het college;
- e.
het inventariseren en formuleren van het door de vergadering gegeven advies ten aanzien van agendering in een vergadering van de gemeenteraad;
- f.
het melden van de uitslag van eventuele stemmingen;
- g.
wat de wet of dit reglement de voorzitter verder opdraagt.
- a.
Artikel 4 De fractievertegenwoordiger
-
1. Een fractie kan een voordracht indienen tot benoeming van ten hoogste drie niet-raadsleden (fractievertegenwoordigers) tot plaatsvervangend lid van een raadscommissie. De benoeming van een fractievertegenwoordiger geschiedt door de raad.
Een groep zoals bedoeld in het Reglement van orde kan geen fractievertegenwoordiger voordragen.
-
2. Om voor benoeming als fractievertegenwoordiger in aanmerking te komen moet betrokkene voorkomen op de geldig verklaarde lijst van kandidaten voor de laatst gehouden gemeenteraadsverkiezingen van de betreffende partij. De eisen gesteld in de artikelen 10, 12 en 13 van de Gemeentewet zijn op de fractievertegenwoordiger van overeenkomstige toepassing. Het onderzoek naar de bescheiden, waaruit moet blijken of een kandidaat-fractievertegenwoordiger aan de benoemingseisen voldoet, geschiedt met overeenkomstige toepassing van het bepaalde in artikel 4 van het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad. Ten behoeve van dit onderzoek legt de kandidaat de benodigde bescheiden voor aan de gemeenteraad. Voordat zij hun functie kunnen uitoefenen leggen zij in een vergadering van de gemeenteraad de eed dan wel de verklaring en belofte af conform de tekst van artikel 14 van de Gemeentewet.
-
3. Zodra blijkt dat niet langer voldaan wordt aan de vereisten voor het lidmaatschap, houdt hij of zij op lid van de raadscommissies te zijn.
-
4. Een fractievertegenwoordiger kan te allen tijde ontslag nemen door melding te doen aan de griffie. Ook een fractie kan aangeven dat een fractievertegenwoordiger niet langer fractievertegenwoordiger is.
Artikel 5 Commissiesecretaris
-
1. Elke commissie wordt ondersteund door één of meer commissiesecretarissen. Deze ambtenaren zijn werkzaam bij de griffie.
-
2. De commissiesecretaris is (met als nodig ambtelijke ondersteuning) in iedere vergadering aanwezig.
-
3. Bij afwezigheid wordt de commissiesecretaris vervangen door een daartoe door de griffier aangewezen medewerker van de griffie.
-
4. De griffier kan als daar aanleiding toe bestaat ook aanwezig zijn in een commissievergadering.
Artikel 6 Vergaderfrequentie
Een commissie vergadert zo vaak als de commissie heeft besloten of als de voorzitter het noodzakelijk vindt. Vergaderingen zijn zichtbaar in het vergaderschema op het raadsinformatiesysteem. De commissie vergadert verder als ten minste een vijfde deel van het aantal leden in de raad daar gemotiveerd schriftelijk om vraagt. Dag en uur van de vergadering wordt door de voorzitter bepaald. Bij een extra vergadering die plaatsvindt binnen 10 werkdagen wordt de commissie hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.
Artikel 7 Wijze van vergaderen
-
1. De vergaderingen van de commissies worden in het openbaar gehouden.
-
2. Een commissievergadering kan zijn:
- a.
een reguliere vergadering die besluitvorming voorbereidt;
- b.
een werkbespreking of technische toelichting;
- c.
een geheel of gedeeltelijk besloten vergadering.
- a.
-
3. De deuren van een openbare vergadering worden gesloten, wanneer één der aanwezigen dit verlangt of de voorzitter dit nodig acht. De commissie besluit vervolgens dat met gesloten deuren (verder) zal worden vergaderd.
-
4. Als de commissie in deze besloten vergadering oordeelt dat de aard van een of meer van deze aangelegenheden geen besloten vergadering vraagt, plaatst de voorzitter deze aangelegenheid respectievelijk aangelegenheden op de agenda van de eerstvolgende openbare vergadering, tenzij de behandeling naar zijn oordeel geen uitstel gedoogt.
-
5. Van een besloten vergadering wordt een woordelijk geheim verslag opgesteld door de secretaris.
De raad kan een verslag van een besloten vergadering geheel of gedeeltelijk openbaar maken.
-
6. Een besluit als bedoeld in het derde lid van dit artikel wordt genomen bij meerderheid van stemmen. Bij het staken van de stemmen in een voltallige vergadering wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Bij het staken van de stemmen in een niet-voltallige vergadering heeft de voorzitter een doorslaggevende stem.
Artikel 8 Agenda
-
1. De schriftelijke oproeping tot een vergadering geschiedt door of namens de voorzitter, ten minste tien dagen voor de vergaderdatum, met opgave van de te behandelen onderwerpen en, voor zover mogelijk, toezending van daarop betrekking hebbende stukken.
-
2. Het secretariaat stelt in samenspraak met de voorzitter de agenda van de commissievergadering op. Daarbij wordt onder meer gekeken naar de termijngebondenheid van stukken.
-
3. Dag, plaats, aanvangstijdstip en agenda van een vergadering worden ten minste zeven dagen voor de vergaderdatum openbaar gepubliceerd.
-
4. In naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen kan van de in voorgaande leden genoemde termijnen worden afgeweken.
-
5. De agenda van een vergadering en voor zover mogelijk de daarop betrekking hebbende stukken worden digitaal beschikbaar gesteld. Bij uitzondering kunnen stukken ook op papier beschikbaar worden gesteld.
-
6. Bij het begin van de vergadering stelt de commissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.
-
7. Wanneer de commissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan zij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. De commissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
-
8. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de commissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.
Artikel 9 Quorum
-
1. Een vergadering wordt slechts gehouden, indien ten minste drie fracties uit de gemeenteraad – die gezamenlijk een meerderheid in de gemeenteraad vertegenwoordigen – vertegenwoordigd zijn.
-
2. Wanneer het vereiste aantal leden niet aanwezig is gaat de vergadering niet door. De leden worden op de in het derde lid van artikel 8 bedoelde wijze voor een nieuwe vergadering opgeroepen. Tussen de oproeping en het vergadermoment hoeven slechts 24 uur te verlopen. Deze vergadering kan worden gehouden, ongeacht het aantal opgekomen leden.
Artikel 10 De procedurevergadering
-
1. De commissie houdt procedurevergaderingen waarin afspraken worden gemaakt over de wijze waarop onderwerpen worden behandeld en wanneer zij zullen worden geagendeerd.
De voorzitter in samenspraak met het secretariaat doet een behandelvoorstel over een onderwerp dat op de lijst ingekomen stukken dan wel de termijnplanning staat. Het behandelvoorstel wordt door de commissie overgenomen, tenzij het onderwerp in de procedurevergadering aan de orde wordt gesteld.
Agendering van een onderwerp, niet zijnde een raadsvoorstel, op voorstel van een commissielid geschiedt bij meerderheid, uitgezonderd een spoeddebat of een tweeminutendebat.
Een geagendeerd onderwerp kan worden voorafgegaan door een technische bespreking of schriftelijke informatieronde.
De procedurevergaderingen zijn in de regel openbaar.
-
2. Ten aanzien van de procedurevergaderingen is artikel 7, derde lid van deze verordening van overeenkomstige toepassing.
Artikel 11 Spreektijd
-
1. Elke fractie heeft een basisspreektijd van acht minuten, vermeerderd met een minuut per fractielid.
Een groep krijgt de helft van het aantal minuten spreektijd voor een fractie van dezelfde grootte.
Het college beschikt over een spreektijd die gelijk is aan een derde van de totale spreektijd van de fracties.
-
2. De spreektijd is alomvattend, met dien verstande dat de spreektijdenregeling niet van toepassing is op:
- a.
de vaststelling van de agenda;
- b.
procedurevergaderingen;
- c.
een punt van orde;
- d.
bespreking van het vaste agendapunt MRDH;
- e.
besloten vergaderingen;
- f.
werkbesprekingen;
- g.
de eerste 30 seconden van de beantwoording van een interruptie;
- h.
niet beantwoorde vragen;
- i.
discussie over vaststelling toezeggingen.
- a.
-
3. De commissie kan, op voorstel van de voorzitter, in bijzondere omstandigheden besluiten af te wijken van de spreektijden als bedoeld in het eerste lid.
-
4. Commissieleden doen hun bijdrage via het gesproken woord. Een bijdrage wordt niet vergezeld van audiovisuele middelen of andere uitingen van welke aard dan ook.
Artikel 12 Deelname collegeleden aan beraadslagingen
-
1. De voorzitter, of een commissielid via de voorzitter kan een collegelid (of meerdere collegeleden) uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.
Het uitgangspunt is dat de betrokken portefeuillehouder in ieder geval wordt uitgenodigd. Uitnodigingen vinden zo vroeg mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voorafgaand aan de vergadering, plaats, uitgezonderd spoeddebatten en tweeminutendebatten.
-
2. Indien een collegelid op eigen initiatief bij een vergadering aanwezig wil zijn en wil deelnemen aan de beraadslagingen, doet hij daartoe een verzoek aan de voorzitter.
-
3. De voorzitter neemt zo spoedig mogelijk een voorlopige beslissing op het verzoek.
-
4. De commissie kan bij het begin van de vergadering besluiten dat de burgemeester en één of meer wethouders niet in de vergadering aanwezig mogen zijn of aan de beraadslagingen mogen deelnemen.
Artikel 13 Deelname ambtenaren aan beraadslagingen
-
1. De commissie kan het college verzoeken de gemeentesecretaris aanwezig te laten zijn in een vergadering en deel te laten nemen aan de beraadslagingen als bedoeld in deze verordening.
-
2. Wanneer de commissie inlichtingen nodig heeft van gemeenteambtenaren over onderwerpen die aan de orde zijn in de vergadering, kan zij de betrokken portefeuillehouder verzoeken de betreffende gemeenteambtenaren toestemming te verlenen tijdens de vergadering de inlichtingen te verschaffen.
-
3. De commissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslagingen.
-
4. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen voordat met de beraadslagingen ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt wordt begonnen.
Artikel 14 Inspraak in de raadscommissie
-
1. De voorzitter stelt niet-leden in de gelegenheid te spreken over geagendeerde onderwerpen, met inbegrip van de op de advieslijst vermelde punten (inspreekrecht). Uitgezonderd zijn:
- -
de procedurevergadering;
- -
het spoeddebat;
- -
voorstellen tot het doen van benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;
- -
rechtsgedingen waarin de gemeente partij is.
- -
-
2. Wie van het inspreekrecht gebruik wil maken moet dit uiterlijk vier uren vóór aanvang van de vergadering of – indien de vergadering in de ochtend begint – uiterlijk de werkdag daarvoor vóór 16.00 uur melden aan de secretaris van de desbetreffende commissie, onder opgave van naam, emailadres en telefoonnummer en van het onderwerp of onderwerpen waarover het woord gevoerd gaat worden. De inspreker geeft ook aan of namens een organisatie of op eigen naam wordt ingesproken.
-
3. Wie inspreekt voert het woord direct voorafgaand aan de behandeling door de commissie van het desbetreffende onderwerp. De voertaal is Nederlands. De spreektijd bedraagt per inspreker maximaal vijf minuten. Is het aantal insprekers groter dan zes, dan wordt de spreektijd voor alle insprekers teruggebracht naar drie minuten.
De spreektijd bedraagt bij het tweeminutendebat twee minuten per inspreker.
De inspraak vindt plaats via het gesproken woord.
-
4. Indien de beraadslagingen door de commissie in twee termijnen plaatsvindt, stelt de voorzitter degenen die van het inspreekrecht in eerste termijn gebruik hebben gemaakt direct voorafgaand aan de tweede termijn van de beraadslagingen in de gelegenheid voor de duur van maximaal vijf of drie minuten, te reageren op de betogen van de leden in eerste termijn.
-
5. Commissieleden kunnen insprekers na toestemming van de voorzitter kort een feitelijke vraag stellen over hun zojuist uitgesproken inspreektekst. De spreektijdenregeling is van toepassing.
Artikel 15 Spoeddebat
-
1. De voorzitter geeft de commissieleden bij het agendapunt spoeddebat de gelegenheid informatie te vragen aan het college.
-
2. Het commissielid dat een spoeddebat wenst aan te vragen meldt dit, onder aanduiding van het onderwerp. De aanvrager beargumenteert de spoedeisendheid van het onderwerp. Deze punten, gecombineerd met de aspecten waarop het onderwerp betrekking zal hebben, worden schriftelijk aangeleverd bij de voorzitter tot uiterlijk vier uur vóór aanvang van de vergadering of – indien de vergadering in de ochtend aanvangt – uiterlijk de werkdag daarvoor vóór 16.00 uur. Het aldus aangemelde onderwerp wordt zo spoedig mogelijk gelijktijdig ter kennis gebracht van de commissie en het college.
-
3. Een commissielid kan slechts een spoeddebat aanvragen over niet op de agenda vermelde onderwerpen. Het kan niet gaan over stukken die aan de commissie of de raad zijn gezonden, noch over ingediende of beantwoorde schriftelijke vragen of moties, tenzij de spoedeisendheid ervan door de aanvrager kan worden bewezen.
-
4. De voorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens het spoeddebat aan de orde te stellen, indien de spoedeisendheid niet is beargumenteerd, de voorzitter het onderwerp niet voldoende nauwkeurig omschreven acht dan wel strijdig acht met het algemeen belang. De voorzitter staat het spoeddebat niet toe als sprake is van een situatie als bedoeld in het derde lid.
-
5. De voorzitter bepaalt de volgorde waarin de onderwerpen van een spoeddebat aan de orde worden gesteld.
-
6. Per vergadering worden ten hoogste drie spoeddebatten toegekend.
-
7. De vragensteller wordt voor ten hoogste twee minuten het woord verleend om het woord te voeren. Het lid of de leden van het college die de vragen beantwoordt krijgen ten hoogste drie minuten het woord om eventuele vragen te beantwoorden. De voorzitter kan interrupties toestaan.
-
8. Na de beantwoording krijgt de vragensteller desgevraagd één minuut het woord om aanvullend het woord te voeren.
-
9. Hierna kan namens elke fractie, behoudens die van het commissielid dat de vragen heeft gesteld, één lid aanvullend het woord voeren. Indien van deze gelegenheid gebruik wordt gemaakt, geldt hiervoor eveneens een spreektijd van ten hoogste één minuut. Het college of de burgemeester krijgen hierna gelegenheid tot reactie voor maximaal 2 minuten.
-
10. Na een spoeddebat in de commissievergadering kan het raadslid over hetzelfde onderwerp een afronding debat uit de commissie in de raadsvergadering aanvragen.
-
11. Het spoeddebat is als eerste onderwerp na de procedurevergadering aan de orde.
Artikel 16 Tweeminutendebat
-
1. Een commissielid kan een verzoek indienen tot het houden van een tweeminutendebat. Het verzoek moet worden ondersteund door ten minste twee andere fracties.
Het verzoek wordt uiterlijk vier uur vóór aanvang van de vergadering – of, indien de vergadering in de ochtend aanvangt, uiterlijk de werkdag daarvoor vóór 16.00 uur per e-mail bij de griffie ingediend. Dit is alleen mogelijk als op de agenda van de betreffende commissie ruimte bestaat voor agendering.
Het onderwerp moet betrekking hebben op de lijst ingekomen stukken van de betreffende vergadering. Het verzoek kan ook worden gedaan tijdens een procedurevergadering. Het tweeminutendebat vindt dan plaats in een daarop volgende commissievergadering.
-
2. Andere commissieleden kunnen zich aansluiten bij de aanvraag om een tweeminutendebat. Zij hebben het recht om na de aanvrager vragen te stellen.
-
3. Een tweeminutendebat wordt niet toegestaan als over het onderwerp al schriftelijke vragen zijn ingediend, die nog niet zijn beantwoord.
-
4. De indiener heeft twee minuten spreektijd. Vervolgens heeft elke fractie die zich heeft aangesloten bij het verzoek tot het tweeminutendebat recht op één minuut spreektijd voor het stellen van aanvullende vragen. De voorzitter kan interrupties toestaan. Er is geen tweede termijn.
-
5. Het college beantwoordt de gestelde vragen zo kort en bondig mogelijk en heeft maximaal vijf minuten spreektijd.
-
6. De spreektijden worden ten laste gebracht van de totale spreektijden, met uitzondering van de beantwoording van interrupties.
-
7. Na een tweeminutendebat in de commissievergadering kan het raadslid over hetzelfde onderwerp een afronding debat uit de commissie in de raadsvergadering aanvragen.
Artikel 17 Hoorzitting
Een raadscommissie houdt een bij of krachtens de wet voorgeschreven hoorzitting. Degene die schriftelijk zijn zienswijze ter zake kenbaar heeft gemaakt krijgt de gelegenheid in één termijn door de commissie te worden gehoord en de zienswijze nader toe te lichten.
De hoorzitting is een apart onderdeel van de commissievergadering en vindt plaats in een eerdere commissievergadering dan die waar het stuk waar de zienswijze betrekking op heeft.
Artikel 18 Vergaderorde
-
1. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering. Over het oordeel van de voorzitter wordt niet beraadslaagd noch besloten.
-
2. De voorzitter mag een spreker in zijn betoog storen, indien hij dat nodig acht in het belang van een behoorlijk en regelmatig verloop van de vergadering.
-
3. De voorzitter kan interrupties in beperkte mate toestaan.
-
4. Indien een spreker in het betoog van het onderwerp in beraadslaging afwijkt en zich daarmede buiten de orde begeeft, brengt de voorzitter hem dit onder de aandacht en roept hem terug tot de behandeling van het onderwerp.
-
5. Wanneer een commissielid zich, naar het oordeel van de voorzitter, uitdrukkingen veroorlooft die niet in overeenstemming met de goede toon zijn, stelt de voorzitter het commissielid in de gelegenheid bepaalde woorden terug te nemen. Ingeval het commissielid weigert, kan de voorzitter hem voor het aan de orde zijnde onderwerp het woord ontnemen.
-
6. Wanneer een commissielid door zijn gedragingen de normale gang van zaken van de vergadering belemmert, kan de voorzitter de commissie voorstellen hem het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Nadat het voorstel is aangenomen, verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de voorzitter hem uit de vergadering verwijderen. Bij herhaling kan hem door de raad voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergaderingen van de betreffende commissie worden ontzegd.
-
7. Wanneer de orde op enige wijze door een of meer toehoorders wordt verstoord, kan de voorzitter deze uit de vergaderruimte laten verwijderen. Een toehoorder die bij herhaling de vergadering verstoort kan voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergaderingen van de betreffende commissie worden ontzegd.
-
8. De voorzitter kan in het belang van de orde de vergadering voor een bepaalde tijd schorsen dan wel sluiten.
Artikel 19 Besluitenlijst, audiovisueel verslag, toezeggingenregister
-
1. Van de commissievergadering wordt door de secretaris een besluitenlijst gemaakt. Deze besluitenlijst wordt gepubliceerd op het raadsinformatiesysteem van de gemeente Den Haag.
-
2. Van de commissievergadering is een audiovisueel verslag beschikbaar dat is in te zien via de website van de gemeente Den Haag.
-
3. Toezeggingen, gedaan in een commissievergadering, worden opgenomen in het toezeggingenregister. Onder een toezegging wordt verstaan een concreet product, voorzien van een termijn. Aan het einde van het debat formuleert de voorzitter de gedane toezeggingen ter opname in het toezeggingenregister. Dit register wordt gepubliceerd op het raadsinformatiesysteem van de gemeente Den Haag.
Artikel 20 Advieslijst
-
1. Te behandelen onderwerpen kunnen via een advieslijst aan de commissie worden voorgelegd.
-
2. Over de op de advieslijst vermelde onderwerpen vindt geen beraadslaging plaats.
-
3. Als een lid over een op de advieslijst vermeld onderwerp het woord wenst te voeren, wordt dit toegevoegd aan de agenda van een daarop volgende vergadering. In spoedeisende gevallen wordt het onderwerp toegevoegd aan de agenda van dezelfde vergadering.
-
4. In gevallen ter beoordeling van de voorzitter kan de commissie over stukken met een spoedeisend karakter schriftelijk worden gehoord.
-
5. Indien schriftelijke afdoening bij één of meer leden op bezwaar stuit wordt het onderwerp in een vergadering aan de orde gesteld.
Artikel 21 Gecombineerde vergadering
Als een onderwerp door het presidium ter behandeling wordt overgedragen aan twee of meer commissies, vergaderen deze commissies daarover gezamenlijk. Deze vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de commissie waar het onderwerp in de aard als eerste aan de orde zou komen.
Een gecombineerde vergadering met de Rekeningencommissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de Rekeningencommissie.
Artikel 22 Commissieadvies
-
1. De commissie brengt een advies uit over een stuk dat ter beoordeling aan de commissie is voorgelegd en waarover besluitvorming in de raad aan de orde is.
Na de beraadslaging inventariseert de voorzitter hoe het oordeel van leden van de commissie is over een stuk. Dit oordeel is beperkt tot ‘voor’, ‘tegen’ of ‘voorbehoud’ of ‘onvoldoende behandeld’.
-
2. Indien de leden telefonisch of schriftelijk zijn geraadpleegd, wordt – onverkort het in het vorige lid bepaalde – hiervan melding gemaakt.
-
3. Indien een meerderheid van de commissie besluit dat het stuk dat ter beoordeling aan de commissie is voorgelegd ‘onvoldoende behandeld’ is wordt in een volgende procedurevergadering besloten hoe verder te gaan met het stuk.
Artikel 23 Besluitvorming
-
1. Eén lid van de commissie brengt bij stemming tijdens de procedurevergadering één stem uit. Een fractie, gelijk aan of groter dan vijf leden, kan maximaal vijf tot die fractie behorende commissieleden stemmen uit laten brengen. Een fractie, kleiner dan vijf leden, kan maximaal het aantal stemmen laten uitbrengen als er raadsleden zijn.
-
2. Het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad is voor wat betreft voorstellen van orde zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing op raadscommissies.
-
3. Indien bij stemming over een voorstel van orde de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
Artikel 24 Moties en amendementen
Tijdens commissievergaderingen wordt leden gevraagd eventuele moties en amendementen aan te kondigen.
Artikel 25 Taken commissies
Elk van de in artikel 1, lid 1 bedoelde commissies heeft de volgende taken:
- -
het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op de in artikel 26 genoemde onderwerpen;
- -
het uitbrengen van advies aan de raad uit eigen beweging;
- -
het voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de in artikel 26 genoemde onderwerpen.
Artikel 26 Werkkringen
-
a. de werkkring van de Commissie Bestuur:
- -
bestuur, waaronder deconcentratie
- -
stadsdeelplannen
- -
Haaglanden/Metropool
- -
veiligheid
- -
burgerzaken
- -
personeel
- -
financiën
- -
economie
- -
citymarketing
- -
internationale zaken
- -
-
b. de werkkring van de Commissie Samenleving:
- -
welzijn
- -
volksgezondheid
- -
emancipatie
- -
onderwijs
- -
jeugd(-zorg)
- -
sport
- -
burgerschap
- -
media
- -
cultuur
- -
sociale zaken
- -
werkgelegenheid
- -
wijkaanpak en integratie
- -
-
c. De werkkring van de Commissie Ruimte:
- -
ruimtelijke ordening
- -
volkshuisvesting
- -
monumentenzorg
- -
gebiedsontwikkeling
- -
grondbedrijf
- -
vastgoed
- -
-
d. de werkkring van de Commissie Ruimtelijke ordening:
- -
ruimtelijke ordening
- -
volkshuisvesting
- -
onderwijshuisvesting
- -
huisvesting zorgdoelgroepen, asielzoekers, arbeidsmigranten en statushouders
- -
vastgoed (inclusief gemeentelijk vastgoed)
- -
monumentenzorg
- -
grondbedrijf
- -
-
e. de werkkring van de Commissie Integrale gebiedsontwikkelingen:
- -
gebiedsontwikkelingen (zoals ontwikkelingen CID, Binckhorst (incl. MIRT), Nationaal Programma Zuidwest, Toekomstvisie Scheveningen Bad (inclusief programma De Kust Gezond), Internationale Zone, etc.)
- -
-
f. de werkkring van de Commissie Leefomgeving:
- -
afval
- -
buitenruimte, waaronder handhaving
- -
dierenwelzijn
- -
energie en duurzaamheid
- -
klimaat
- -
milieu
- -
natuur
- -
openbaar vervoer
- -
stadsboerderijen
- -
strand
- -
verkeer
- -
Artikel 27 Slotbepaling
Deze verordening treedt in werking onmiddellijk na haar vaststelling, met uitzondering van artikel 1 lid 1 a en artikel 26 onder d en e, die op een nader te bepalen moment in werking treden.
Ondertekening
Aldus besloten in de raadsvergadering van 10 juli 2025.
De griffier, Lilianne Blankwaard-Rombouts en de voorzitter, Jan van Zanen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl