Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742804
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742804/1
Uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid; preventie- en handhavingsplan 2025-2028 gemeente Twenterand
Geldend van 25-07-2025 t/m heden
Intitulé
Uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid; preventie- en handhavingsplan 2025-2028 gemeente Twenterand1. Inleiding
1.1 Waarom dit plan?
Als opvolging van het Uitvoeringsplan integraal genotsmiddelenbeleid Gemeente Twenterand 2022-2024 is het Uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid; preventie- en handhavingsplan 2025-2028 opgesteld. Dit plan ligt momenteel voor u. Dit nieuwe uitvoeringsplan kent bewust de titel preventie- en handhavingsplan alcoholbeleid 2025-2028. De verplichting tot het opstellen van een preventie en handhavingsplan alcoholbeleid komt voort uit artikel 43a van de Alcoholwet (tot 1 juli 2021 de Drank- en Horecawet, DHW). Met dit preventie- en handhavingsplan geeft de gemeenteraad invulling aan een belangrijke wettelijke taak. Het toezicht op de naleving van de Alcoholwet, eerder dus DHW, is sinds 2013 decentraal belegd en daarmee een verantwoordelijkheid van de gemeente.
Dit plan sluit aan op de Integrale beleidsnota sociaal domein 2023-2026 (hierna: IBN). Deze integrale beleidsnota bestaat uit vier themalijnen: zelfredzame twenterander, participerende twenterander, lerende twenterander en gezonde twenterander. Eén van de opgaven binnen de themalijn gezonde twenterander is het bevorderen van de gezondheid. Dit wordt gedaan mede door uitvoering te geven aan de lokale en nationale preventieprioriteiten. Een van deze prioriteiten is het terugdringen van middelengebruik. Wat voor dit thema gedaan wordt, is opgenomen in het actieplan preventie uit 2023. Dit actieplan is samen met de lokale organisaties en verenigingen opgesteld. Dit maakt tevens dat zij achter de opgestelde acties staan.
Alcohol is niet het enige middel waarvoor dit preventie- en handhavingsplan wordt opgesteld. In de gemeente Twenterand worden meerdere genotsmiddelen gebruikt. Gemeente Twenterand kiest voor een actieve houding in de aanpak van overmatig, problematisch gebruik van genotsmiddelen. Kennisvergroting over de gevolgen van het gebruik van genotsmiddelen is daarbij de lijn die in dit plan wordt gevolgd. Voor een groot deel zal het preventieve deel van dit plan overeenkomen met de acties die reeds zijn opgesteld in de Maatschappelijke Agenda, het actieplan preventie en de IBN 2023-2026. Dit plan is opgesteld voor vier jaar, zoals in artikel 43a van de Alcoholwet wordt aangegeven. Dit is een dynamisch plan, waarbij ieder jaar wordt bijgestuurd door de trends en signalen op te halen en daarop te acteren.
1.2 Doelgroep: voor wie is dit plan?
De doelgroep van dit uitvoeringsplan zijn alle inwoners van Twenterand. Hierbij ligt de focus vanuit de vereisten van de Alcoholwet met betrekking tot dit opgestelde plan vooral op jongeren van 12 tot en met 24 jaar. Het gebruik van alcohol, drugs en tabak is voor jongeren in deze leeftijd extra schadelijk. Dit belemmert namelijk de ontwikkeling van het brein. Het accent ligt op de jeugd tot en met 18 jaar. Hier liggen de meeste kansen voor gedragsverandering.
Echter, in dit plan zullen ook andere doelgroepen meegenomen worden aangezien in de verandering in gebruik van middelen ook ouders/ volwassenen en jongvolwassenen een rol hebben. Daarnaast zal in dit plan niet enkel gekeken worden naar alcohol. Dit plan wordt namelijk uitgebreider dan een regulier preventie- en handhavingsplan alcohol. Ook andere middelen zullen in dit plan besproken worden. Hiervoor is leeftijd geen bepalende factor.
Indien in dit plan wordt gesproken over genotsmiddelen, worden daarmee zowel alcohol, tabak en andere drugs bedoeld. Indien specifiek over een bepaalde soort genotsmiddel gesproken wordt, zal dit nader gespecificeerd worden.
1.3 Nationaal preventieakkoord
In dit Preventie- en handhavingsplan sluit de gemeenteraad zoveel als mogelijk aan op de doelstellingen van het Nationaal Preventieakkoord (hierna: NPA). In dit akkoord, dat in 2018 door meer dan 70 partijen is afgesloten, is preventie van problematisch1 alcoholgebruik een van de drie speerpunten, naast preventie van roken en overgewicht. Een veelheid aan organisaties en maatschappelijke partners waaronder bedrijfsleven, sportorganisaties en onderwijsinstellingen verbond zich met het Akkoord aan het terugdringen van problematisch alcoholgebruik in 2040 en het rookvrij maken van de nieuwe generatie. Voor jongeren onder de 18 jaar zijn specifieke doelstellingen opgenomen. Zo moet het aantal 12 tot 16-jarigen dat ooit gedronken heeft afnemen van 45% naar 25% in 2040 (Nationaal Preventieakkoord, 2018). Uiteindelijk is het doel om te komen tot 0% alcoholgebruik onder de 18 jaar en een naleving van de leeftijdsgrens door verstrekkers van 100%. De gemeente levert met haar maatschappelijke partners en inwoners graag haar bijdrage aan het realiseren van deze doelstellingen.
1.4 Lokaal preventieakkoord
De invulling van het nationaal preventieakkoord naar lokaal niveau heeft in 2022 plaatsgevonden. Hierbij zijn onderstaande ambities en acties vastgesteld:
|
Ambitie |
Acties |
1. |
Verminderen van het gebruik van alcohol, roken en genotsmiddelen |
Voorlichting verzorgen en interventies inzetten op scholen, sportverenigingen en buurthuizen. |
Ouders bewust maken van de voorbeeldrol die zij hebben voor hun kind(eren) |
||
2 |
Samen op weg naar een rookvrije generatie. |
Zoveel mogelijk rookvrije plekken creëren, zoals speeltuinen, buurthuizen en (sport)verenigingen. |
Meer aandacht besteden en investeren in rookvrije gebieden binnen Twenterand en dit opnemen in de APV |
||
3 |
De weerbaarheid van jongeren versterken. |
Voorlichting geven aan VO-leerlingen over hoe om te gaan met groepsdruk |
Jongeren leren hoe zij gezonde relaties kunnen opbouwen |
2. Probleemanalyse
Dit hoofdstuk beschrijft de stand van zaken met betrekking tot middelengebruik in de gemeente Twenterand. In paragraaf 2.1 wordt uitgelegd wat het effect van genotsmiddelengebruik is. In paragraaf 2.2 wordt ingegaan op het gebruik onder jongeren. In paragraaf 2.3 op de houding van ouders tegenover het middelengebruik van de jongeren, in paragraaf 2.4 wordt het gebruik van jongvolwassenen geschetst en tot slot wordt in paragraaf 2.5 het gebruik van volwassenen en ouderen uiteengezet.
2.1 Schadelijkheid genotsmiddelen
2.1.1 Alcohol
Het is niet zonder reden dat de gemeente haar inwoners wil beschermen tegen de schadelijke gevolgen van alcohol. Er is steeds meer kennis over deze schadelijkheid. Deze kennis is nog niet bij iedereen goed bekend (Monshouwer e.a., 2021). Alcoholgebruik gaat gepaard met tal van fysieke, mentale en maatschappelijke problemen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). De mate van schade is grotendeels dosis-gerelateerd: hoe meer alcohol, hoe meer schade. Er is eigenlijk geen veilige ondergrens. Licht en matig alcoholgebruik2 worden al in verband gebracht met onder meer hartritmestoornissen en diverse soorten kanker. Zwaar drinken3 is gerelateerd aan een hoger risico op acute schade door alcohol, zoals alcoholvergiftiging en verkeersongevallen, en geeft een verhoogde kans op hersenschade. Overmatig drinken4 brengt bovendien een grotere kans op verslaving en op schade aan de organen met zich mee. Naast lichamelijk gevolgen heeft alcoholgebruik invloed op het psychisch functioneren; depressie, angstklachten en suïcide zijn gerelateerd aan regelmatig dronken zijn en/of aan problematisch alcoholgebruik. Huiselijk geweld, agressie, uitgaansgeweld en vandalisme worden vaak onder invloed van alcohol gepleegd. In gezinnen waar alcoholgebruik door de ouders problematisch is, worden de problemen vaak van generatie op generatie doorgegeven.
Voor jongeren onder de 18 zijn de risico’s van alcoholgebruik groter dan voor volwassenen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). Niet alleen zijn de acute gevolgen voor hen vaak ernstiger – zij raken bijvoorbeeld eerder bewusteloos en kunnen onder invloed over hun seksuele grenzen heen gaan – maar ook heeft drinken op jonge leeftijd gevolgen voor de lange termijn. Denk aan verstoring van de hersenontwikkeling (die tot het 24e jaar doorloopt) en een grotere kans op verslavingsproblemen. Agressief, asociaal en delinquent gedrag komt bovendien vaker voor bij jongeren die drinken dan bij hun niet drinkende leeftijdgenoten (De Looze en Koning, 2017). Bij jongvolwassenen kunnen (de gevolgen van) alcoholgebruik verder leiden tot kort- en langduriger verzuim, studievertraging, afname van de studieprestaties en studie-uitval.
2.1.2 Andere middelen
De schadelijkheid van verschillende middelen is onderzocht door het RIVM. In het rapport dat hierover uit kwam worden middelen gerankt op drie verschillende indicatoren: hoe giftig is het (zowel acuut als op lange termijn), hoe verslavend is het en de maatschappelijke schade (Van Amsterdam et al., 2009)
Het problematisch gebruik van middelen kan veel negatieve invloed hebben op het dagelijks functioneren. Naast (gezondheids)schade aan de persoon zelf, kan problematisch gebruik tevens gevolgen hebben voor de maatschappij: overlast op straat, intergenerationele overdracht van problematiek (KOV-kinderen), de toenemende kosten in de zorg en teloorgang op verschillende andere leefgebieden zoals werk, financiën, sociaal leven etc. Door de snelle toename van nieuwe middelen, is nog niet alles bekend over de middelen die in omloop zijn. Aangenomen kan worden dat middelen verschillen in de ranking op de drie verschillende indicatoren. Hoe hier mee om te gaan in het beleid is een discussie die professionals onderling voeren. De lijn die gemeente Twenterand hierin volgt is beleid dat ingezet wordt op bewustmaking van de schadelijkheid van verschillende middelen, het naleven van de wetten en het inzetten op de omgeving.
2.2 Gebruik onder jongeren
De gezondheidsschade van het gebruik van alcohol en drugs is bij jongeren het grootste. Zoals in voorgaande paragraaf besproken is de hersenontwikkeling bij een persoon nog niet voltooid totdat deze de leeftijd van 24 jaar bereikt. Dit maakt dat het gebruik van alcohol en drugs door jongeren tot deze leeftijd grote risico’s met zich meebrengt dat zowel op korte als langere termijn gevolgen kan hebben.
2.2.1 Alcohol
Het genotsmiddelengebruik onder jongeren in onze gemeente wordt gemeten aan de hand van de vierjaarlijkse GGD Gezondheidsmonitor Jeugd. Voor deze monitor zijn jongeren tussen de 13 en 16 jaar bevraagd. De monitor geeft inzicht in onder meer leeftijd, schooltype, frequentie van gebruik, dronkenschap, wijze van verkrijgen van alcohol en de rol van ouders. Uit de laatste GGD-monitor jeugd 2023 (GGD Twente, 2024) bleek het volgende:
Tabel 1
Noot: Afgeleid uit Gezondheidsmonitor Jeugd Twenterand 2023. Rood betekent slechter dan gemiddeld, groen beter dan gemiddeld. Dikgedrukt betekent dat er een significant verschil is met Twente dan wel Nederland.
Zoals te zien is, scoort onze jeugd op het gebied van alcoholgebruik bij elke indicator slechter dan het gemiddelde van Twente en/of Nederland. Dit geldt ook voor alcoholgebruik van de jeugd in de vier weken voorafgaand aan de afname van de monitor.
Tabel 2
Noot: Afgeleid uit Gezondheidsmonitor Jeugd Twenterand 2023. Rood betekent slechter, groen beter. Dikgedrukt betekent dat er een significant verschil is met Twente dan wel Nederland.
Uit de monitor komt tevens naar voren dat 4e klassers (73%) significant vaker een heel glas of meer alcohol hebben gedronken dan tweede klassers (23%). 4e klassers zijn tevens significant vaker dronken of aangeschoten geweest waarbij eveneens in de laatste vier weken. Ook binge drinken5 ?ij vaker. Ook significant meer jongeren op het VMBO dan op het Havo/VWO hebben in de laatste 4 weken alcohol gedronken, binge gedronken en zijn in de laatste vier weken dronken of aangeschoten geweest.
Samengevat kan uit bovenstaande afgeleid worden dat jongeren in Twenterand ten opzichte van jongeren in Twente en Nederland significant vaker ooit alcohol hebben gedronken, dat dit ook significant vaker een heel glas of meer was en dat Jongeren uit Twenterand daaropvolgend ook significant minder vaak nog nooit alcohol hebben gedronken. Daarnaast drinken 4e klassers meer alcohol dan 2e klassers en wordt er meer gedronken door jongeren van het VMBO dan van Havo/VWO.
2.2.2 Roken/vapen
De gezondheidsmonitor Jeugd 2023 geeft weer dat ongeveer 33% van de jongeren van 13 tot 16 jaar ooit heeft gerookt. Vapen is een relatief nieuw fenomeen en is dit jaar voor het eerst gemeten. Afgezet tegen heel Twente wordt door een hoger percentage jongeren uit Twenterand nu wekelijks gerookt of gevaped (zie figuur 1).
Figuur 1
Bron: Gezondheidsmonitor Jeugd 2023 (GGD Twente, 2024). Percentage rookt en/of vapet nu wekelijks
2.3 Ouders; houding tegenover middelengebruik van kinderen.
De houding van ouders tegenover het alcoholgebruik van kinderen is weergegeven in deze paragraaf. Ouders hebben invloed op het drinkgedrag van hun opgroeiende kind, net als leeftijdsgenoten/vrienden (Engels e.a., 2013). Zij beïnvloeden hun kinderen bijvoorbeeld door hun houding ten opzichte van middelengebruik of door afspraken te maken met hun kinderen. In de gezondheidsmonitor jeugd GGD 2023 heeft de jeugd aangegeven hoe hun ouders volgens hen denken over middelengebruik.
Tabel 3
2.3.1. Alcohol
Lokaal
In Twenterand keuren niet alle ouders het alcoholgebruik van hun kinderen af. Dat ouders het alcoholgebruik van hun kinderen nog altijd niet geheel afkeuren, is af te leiden uit onderstaande tabel. Dit is de perceptie van de jongeren.
Tabel 4
Bron: gezondheidsmonitor Jeugd GGD 2023
Om meer directe data af te leiden van ouders, neemt gemeente Twenterand als controlegemeente deel aan een onderzoek van de VU Amsterdam over de effectiviteit van opgroeien in een kansrijke omgeving in Nederland. Middels dit onderzoek wordt onderzocht waar ouders tegenaan lopen bij het opvoeden van hun kind als het gaat om middelengebruik en hun welzijn. Deze uitvraag levert ook data op voor gemeente Twenterand. Hoewel de vragenlijsten in B1 taalniveau zijn omgezet en via de scholen zijn verspreid, hebben er niet genoeg ouders deelgenomen aan de enquête. Vanwege het geringe aantal ouders dat deel heeft genomen in 2024 zijn de resultaten niet representatief en worden ze niet gepresenteerd. In 2025 en 2026 zal deze enquête nogmaals uitgezet worden in Twenterand.
Het is lastig te bepalen waarom ouders niet deelnemen aan de enquête. Het kan eventueel te maken hebben met de cultuur van alcoholgebruik in gemeente Twenterand. Wellicht geeft het ook iets aan over in hoeverre alcoholgebruik van kinderen en het gesprek aangaan over het alcoholgebruik een onderwerp van gesprek is bij Twenterandse inwoners.
Uit de gezondheidsmonitor blijkt dat significant meer jeugd van de gemeente Twenterand zijn ouder/verzorger vaak aangeschoten of dronken heeft gezien (8% in Twenterand vergeleken met 4% uit Twente). Daarnaast zien we dat de plek waar jongeren alcohol nuttigen nog vaak thuis is of bij anderen thuis. Er wordt minder gedronken op openbare plekken, kantines of discotheken. Dit ligt in de lijn der verwachting gezien het aantal cafés, bars en discotheken in gemeente Twenterand.
Kijkend naar figuur 2 en 3 kan opgemerkt worden dat de houding van ouders tegenover het nuttigen van alcohol door kinderen een verband heeft met het percentage jongeren dat ooit alcohol heeft gedronken. Hoe hoger het percentage ouders dat alcohol verbiedt, hoe lager het percentage jongeren dat ooit alcohol heeft gedronken.
Figuur 2
Bron: Gezondheidsmonitor Jeugd 2023
Figuur 3
Bron: Gezondheidsmonitor Jeugd 2023
2.3.2. Roken/vapen
In tabel 5 en 6 wordt weergegeven wat de mening is van ouders over roken en vapen. Let wel: hier gaat het eveneens om hoe jeugd dit ervaart.
Tabel 5
Bron: Gezondheidsmonitor Jeugd GGD 2023
Vergeleken met de cijfers van alcohol is te op te maken dat ouders het roken meer afwijzen dan alcoholgebruik. Vapen daarentegen lijkt nog niet door veel ouders verboden te worden.
Tabel 6
Bron: Gezondheidsmonitor Jeugd GGD 2023
2.4 Gebruik onder jongvolwassenen
In januari 2025 is de gezondheidsmonitor jongvolwassenen 2024 uitgekomen. Het beeld van de 16 tot 25-jarigen rondom het thema middelengebruik was positief. Zo staat Twenterand op dit thema in deze leeftijdscategorie er beter voor dan bij andere leeftijdscategorieën. Dit is aldus een ander beeld dan je op basis van de resultaten van de Gezondheidsmonitor Jeugd zou verwachten. Daar waar de GGD monitor voor Jeugd en de cijfers over de houding van ouders tegenover middelengebruik van jongeren veelal minder goed scoren dan Twente dan wel Nederland, is dit voor het gebruik onder jongvolwassenen niet het geval.
2.4.1. Alcohol
De cijfers voor alcoholgebruik onder 16 tot 25 -jarigen uit Twenterand zijn niet negatief. Daar waar de cijfers voor jeugd veelal rood kleuren is dat voor jongvolwassenen niet het geval. In Tabel 7 is weergegeven hoe Twenteranders zich op verschillende vragen verhouden tot Twente.
Tabel 7
Bron: Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen GGD 2024
Hoewel de cijfers niet significant zijn, lijkt er een positiever beeld te ontstaan. Echter, dit is in vergelijking met Twente; een regio waar alcoholgebruik veel plaatsvindt.
2.4.2. Roken/vapen
Meer Jongvolwassenen uit Twenterand dan jongvolwassenen uit Twente en Nederland roken zowel dagelijks als minimaal wekelijks. Voor wat betreft vapen wijkt Twenterand niet af van de landelijke en Twentse trend.
Tabel 8
Bron: Gezondheidsmonitor jongvolwassenen GGD 2024
2.4.3 Overige genotsmiddelen
In de gezondheidsmonitor jongvolwassenen wordt tevens weergegeven in hoeverre andere middelen gebruikt worden door jongvolwassenen van Twenterand. Voor alle uitgevraagde middelen (cannabis, XTC, amfetamine, cocaïne, ketamine, paddo's en 3-MMC/4-MMC) geldt dat een lager percentage jongvolwassenen in Twenterand deze middelen gebruikt dan het percentage jongvolwassenen in heel Nederland. Hieruit kan afgeleid worden dat significant minder jongeren in Twenterand deze middelen gebruiken dan jongvolwassenen gemiddeld in Nederland gebruiken.
2.5 Gebruik volwassenen en ouderen
In de gezondheidsmonitor 2022 kan het rookgedrag en alcoholgebruik van volwassenen binnen de gemeente Twenterand worden weergegeven. Een kanttekening voor deze weergave is dat deze monitor in de coronapandemie is afgenomen. Dit kan de cijfers omtrent het middelengebruik hebben beïnvloed.
2.5.1 Alcohol
18% van de volwassen Twenteranders drinkt overmatig alcohol (>14 (m) of 7 (v) per week). Daarnaast is 13 % van de inwoners een zware drinker (minstens 1x/week 6 (m) of 4 (v) glazen per dag). In onderstaande tabel is weergegeven per kern welk percentage inwoners zich aan de alcoholrichtlijn houden. Het gemiddelde voor geheel gemeente Twenterand is 40%.
Tabel 9
Percentage inwoners per kern dat voldoet aan de alcoholrichtlijn (niet of max. 1 glas per dag) |
|
Den Ham |
39 |
Vroomshoop |
41 |
Westerhaar-Vriezenveensewijk |
41 |
Vriezenveen |
40 |
Bron: (zichtopwijken.nl, z.d. )
Binnen deze kernen scoren vooral de wijken Vroomshoop-west (43%), Westerhaar-Vriezenveensewijk-west (43%), Vriezenveensewijk (42%), Westerhaar-west (42%) en Vriezenveen-centrum (48%) aanzienlijk hoger dan gemiddeld. Dit betekent dat in deze wijken juist meer voldaan wordt aan de alcoholrichtlijn. Opvallend is dat een groot deel van gemeente Twenterand zich niet aan de alcoholrichtlijn houdt.
2.5.2 Roken
Roken komt vooral voor onder mannen en 18 tot 34-jarigen. O.a. gemeente Twenterand behoort tot een van de Twentse gemeenten met de meeste rokende inwoners. Dit percentage is stabiel gebleven tussen 2020 en 2022 (Twentse gezondheidsverkenning, z.d.).
3. Uitgangspunten voor beleid
3.1 Community building
In dit plan beschrijft de gemeente hoe zij o.a. de jeugd wil beschermen tegen de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik. Om resultaat te bereiken is de bijdrage van iedereen in de gemeenschap nodig: scholen, sportverenigingen, ouders, ondernemers. In gemeente Twenterand is tevens een belangrijke rol toe te bedelen aan de kerken. Gezamenlijk zetten we in op een gezonde bevolking, zonder alcoholgebruik onder de 18 jaar en met verantwoorde alcoholverstrekking aan en verantwoord middelengebruik door volwassenen.
3.2 Omgevingsbenadering
De systeemtheorie van Holder (1998) maakt duidelijk dat alcoholgebruik altijd het resultaat is van een combinatie van factoren. De persoon, zijn sociale omgeving en het overheidsbeleid vormen samen een systeem dat uiteindelijk de keuze van de gebruiker bepaalt. Holder laat daarmee zien dat alcoholpreventie nooit alleen op het individu gericht kan zijn. Het meest succesvol zijn strategieën die vooral de fysieke en sociale omgeving van de drinker beïnvloeden. In de omgeving van de jonge drinker spelen locaties waar alcohol verstrekt wordt, alcoholverstrekkers, scholen en ouders een belangrijke rol. Daarnaast is de invloed die peers en leeftijdsgenoten hebben op het gedrag ook belangrijk. Het Preventie- en handhavingsplan richt zich op deze omgevingsinvloeden.
3.3 Integrale beleidsvisie
Het preventiemodel van Reynolds (2003) borduurt voort op de systeemtheorie van Holder (zie 4.2.) Het preventiemodel kent drie beleidspijlers: educatie, regelgeving en handhaving. De pijlers staan deels op zichzelf maar overlappen elkaar ook (figuur 5). Juist in de overlap is het integrale preventiebeleid terug te zien: het model maakt duidelijk dat niet alleen educatie maar ook regelgeving en handhaving bijdragen aan het voorkómen van (problemen door) alcoholgebruik.
Dit Preventie- en handhavingsplan is gebaseerd op deze integrale beleidsvisie. Er is immers sprake van een preventie- én handhavingsplan. Dat impliceert dat meerdere teams binnen de gemeenten - en dus ook meerdere typen maatregelen - worden ingezet bij de aanpak van de alcoholproblematiek.
Figuur 4
Preventiemodel Reynolds (2003)
4. Ambities en doelstellingen
4.1 Ambitie
De gemeente streeft ernaar dat haar jonge inwoners gezond, veilig en kansrijk kunnen opgroeien. De pijler gezonde Twenterander van de IBN geeft weer op welke wijze dat zal worden bevorderd. Hierin is tevens middelengebruik opgenomen.
Voor (jong)volwassenen adviseert de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad, 2015) zowel mannen als vrouwen om geen alcohol te drinken of in ieder geval niet meer dan één standaardglas alcohol per dag6. Een sociale en fysieke omgeving die uitnodigt en stimuleert tot het gewenste gedrag is ondersteunend aan deze ambitie. Daarom zetten wij in op een adequate naleving van de Alcoholwet, het versterken van de sociale omgeving rondom jongeren en het faciliteren van een fysieke omgeving die gezond gedrag stimuleert.
Artikel 43a van de Alcoholwet schrijft voor dat een preventie- en handhavingsplan dient aan te geven wat de doelstellingen van het beleid zijn. Op basis van de Alcoholwet worden de volgende hoofddoelstellingen geformuleerd:
- •
Afname van alcoholgebruik en de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik onder de 18 jaar
- •
Afname van dronkenschap en de schadelijke gevolgen van excessief alcoholgebruik
De ambitie voor gemeente Twenterand is daarnaast dat Twenteranders gezond zijn. Hierbij is aandacht voor middelengebruik. Zoals eerder vermeld zijn bij het actieplan preventie tevens ambities opgesteld. Deze ambities gelden nog steeds:
|
Ambitie |
Acties |
1. |
Verminderen van het gebruik van alcohol, roken en genotsmiddelen |
Voorlichting verzorgen en interventies inzetten op scholen, sportverenigingen en buurthuizen. |
Ouders bewust maken van de voorbeeldrol die zij hebben voor hun kind(eren) |
||
2 |
Samen op weg naar een rookvrije generatie. |
Zoveel mogelijk rookvrije plekken creëren, zoals speeltuinen, buurthuizen en (sport)verenigingen. |
Meer aandacht besteden en investeren in rookvrije gebieden binnen Twenterand en dit opnemen in de APV |
||
3 |
De weerbaarheid van jongeren versterken. |
Voorlichting geven aan VO-leerlingen over hoe om te gaan met groepsdruk |
Jongeren leren hoe zij gezonde relaties kunnen opbouwen |
In de gemeente Twenterand maken wij inwoners graag bewust van de gevolgen en gevaren van het gebruik van alcoholgebruik. Er wordt ingezet op bewustwording en kennisvergroting bij zowel jeugd als ouders over de gevolgen van genotsmiddelengebruik.
Ambitie handhaving en toezicht
Op het gebied van handhaving en toezicht wordt ook aangesloten bij de bovenstaande ambities. Op dit gebied is het echter ook van belang om een onderscheid te maken tussen de alcoholverstrekkers en de personen die de alcohol nuttigen. Toezicht en handhaving zal zich ook richten op de alcoholverstrekkers om op deze manier het gebruik van alcohol, roken en genotsmiddelen te verminderen.
4.2 Doelstellingen
De doelstellingen worden weergegeven vanuit zowel bewustwording en educatie en toezicht en handhaving. Uiteindelijk wordt door de samenhang van de acties toegewerkt naar het bereiken van de ambitie zoals in artikel 43a van de Alcoholwet beschreven. Om dat te bereiken werken er drie velden zoals Reynolds (2003) heeft weergegeven in zijn preventiemodel: Educatie, Regelgeving en Handhaving. Allereerst wordt ingegaan op de educatie, waarna regelgeving en handhaving volgen. Doelen zoals in onderstaande paragrafen benoemd werken tevens toe naar de verbinding van educatie, regelgeving en handhaving. Deze verbinding wordt verder uitgewerkt in hoofdstuk 5.
4.2.1 Doelstelling bewustwording en educatie
In dit plan leggen we de link met onze Maatschappelijke agenda en de doelenboom gezondheid. We werken in het programma gezondheid vanuit de ambitie weergegeven in onderstaande doelenboom. Dit is een lange termijn ambitie. Of de ambitie behaald is, kan pas op lange termijn worden gemeten. Het is niet mogelijk om het effect van dit plan gedurende de looptijd van dit plan te meten. Echter, enkele in dit plan opgenomen indicatoren die later aan bod komen, zullen ook het beoogd maatschappelijk effect van de inzet binnen het programma gezondheid op lange termijn weergeven. Onderstaand wordt dit verder weergegeven:
Figuur 5
Noot. Doelenboom Programma gezondheid zoals weergegeven in de programmabegroting 2025
Dit plan richt zich voornamelijk op het doel ‘Inwoners hebben een gezonde leefstijl’. Hieronder valt het subdoel ‘inwoners hebben meer kennis over aanpassingen in hun leefstijl die zij kunnen doen om gezonder te leven’ en ‘er wordt voor verschillende doelgroepen passend aanbod neergezet om een duurzaam gezonde leefstijl te stimuleren’. Activiteiten die hieronder vallen zijn de activiteit ‘Het actieplan preventie wordt uitgevoerd’, ‘rookvrij wordt nageleefd en ontwikkelingen rondom vapen worden gevolgd’ en de deels wettelijke activiteit ‘het genotsmiddelenbeleid’,
Deze activiteiten zijn meetbaar gemaakt middels de opgestelde indicatoren:
- 1.
Het percentage jongeren dat wekelijks rookt
- 2.
Het percentage volwassenen/ouderen dat drugs gebruikt
- 3.
Het percentage volwassenen/ouderen dat rookt
- 4.
Het aantal rookvrije zones in de gemeente.
- 5.
Aantal basisscholen met voorlichting over middelengebruik.
- 6.
Het aantal sportverenigingen dat actief betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven
- 7.
Het aantal culturele organisaties dat actief betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven.
- 8.
Het aantal ervaringsdeskundigen dat betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven.
Bovenstaande indicatoren zijn allen te meten middels de GGD-monitor Jeugd, de GGD-monitor volwassen/ouderen en informatie van onze partners.
Een ambitie wordt gesteld op de langere termijn. De doelstellingen concretiseren de ambities die tevens in voorgaande paragraaf gesteld zijn. In aanvulling op de in de doelenboom genoemde doelstellingen willen we in het genotsmiddelenbeleid ook meer inzetten op ouderbetrokkenheid en voorbeeldfuncties van ouders. Om deze reden worden onderstaande indicatoren toegevoegd:
- 9.
Een afname van het aantal minderjarigen dat alcohol gebruikt.
- 10.
Toename van het percentage ouders dat alcoholgebruik onder kinderen verbiedt.
- 11.
Toename van het percentage ouders dat roken van het kind verbiedt.
- 12.
Toename van het percentage ouders dat vapen van het kind verbiedt.
Bovenstaande indicatoren zijn tevens allen te meten middels de GGD monitor Jeugd, de GGD monitor volwassenen/ouderen en informatie van onze partners.
Hoewel de hierboven genoemde indicatoren 1 t/m 9 allen meetbaar zijn, kunnen ze niet allen worden gemeten binnen de looptijd van dit plan vanwege de momenten waarop de monitoring van deze indicatoren plaatsvindt. Binnen de looptijd van het plan kan enkel gemeten worden:
- 2
Het aantal rookvrije zones in de gemeente
- 3
Het aantal basisscholen met voorlichting over middelengebruik
- 4
Het aantal sportverenigingen dat actief betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven.
- 5
Het aantal culturele organisaties dat actief betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven.
- 6
Het aantal ervaringsdeskundigen dat betrokken is bij de aanpak van sociale opgaven.
Binnen dit plan wordt als sociale opgave gezien: de vermindering van middelengebruik.
4.2.2 Doelstellingen Toezicht en handhaving
Op het gebied van toezicht en handhaving op de naleving van de Alcoholwet worden ook enkele doelstellingen onderscheiden. Deze doelen moeten behaald worden alvorens er verder gehandhaafd kan worden. Ze vallen onder stap 1 van de piramidemodel landelijke handhavingsstrategie (Figuur 3). De doelen gaan in op wat er de aankomende tijd wordt uitgevoerd om deze stap 1, voorverkenning en beperkte inspectie, te doorlopen.
Figuur6
Noot. Visuele weergave piramidemodel landelijke handhavingsstrategie. Onderlegger van de handhavingsstrategie zoals in gemeente Twenterand aangehouden.
De doelen zijn hieronder uiteengezet:
- 1.
Voor ons als gemeente ligt de eerste stap richting handhaving in het inzichtelijk maken van de Alcoholwetvergunningen. De vergunningverlener APV zal de vergunningen controleren. Hierbij wordt beoordeeld of deze voldoen aan de huidige situatie en wet- en regelgeving.
- 2.
Daar waar voorlichting en kennisvergroting een rol speelt bij de inwoner, is dit ook van belang voor de alcoholverstrekker. Gedurende de looptijd van dit plan wordt ingezet op het voorlichten en bewust maken van de alcoholverstrekkers. Hierbij wordt voornamelijk ingegaan op de geldende wet- en regelgeving waar de alcoholverstrekker aan moet voldoen. Pas nadat verstrekkers zich bewust zijn van de regelgeving, heeft waarschuwen en handhaving nut. Deze doelstelling kan tevens gekoppeld worden aan de integrale Uitvoerings- en handhavingsstrategie 2024-2028. Deze handhavingsstrategie is in vastgesteld door de gemeenteraad en in werking getreden op 1 januari 2025. Hierin staat omschreven dat eerst het gesprek wordt aangegaan, voordat overgaan wordt op waarschuwen en handhaven.
- 3.
Binnen de looptijd van dit plan zullen ook het sanctiebeleid en de sanctietabel aangepast worden. Het huidige sanctiebeleid kent de naam Beleidsregels Horeca en sanctiebeleid Gemeente Twenterand 2018. Deze beleidsregels zijn verouderd. De sanctietabel is een bijlage in het sanctiebeleid en zal tevens worden aangepast zodat het voldoet aan de huidige wet- en regelgeving van de Alcoholwet. Het aanpassen van dit beleidsstuk is essentieel voor goede handhaving zodat duidelijk is welk beleid we op dit gebied willen volgen. Hierin wordt beschreven hoe te handhaven en welke sancties kunnen worden gegeven.
Na de looptijd van dit plan zal er een nieuw sanctiebeleid liggen, zijn alle vergunningen gecontroleerd en kan goed gehandhaafd worden bij alcoholverstrekkers. Deze termijn wordt gebruikt voor het voorbereiden op goede toezicht en handhaving in gemeente Twenterand op het gebied van alcoholverstrekking.
De doelstellingen worden meetbaar gemaakt middels onderstaande indicatoren:
- 1.
Aantal alcoholverstrekkers dat gecontroleerd is op de Alcoholwetvergunning.
- 2.
Aantal alcoholverstrekkers met een juiste Alcoholwetvergunning.
- 3.
Aantal alcoholverstrekkers dat is voorgelicht over wet- en regelgeving.
- 4.
De gemeente Twenterand heeft vernieuwd sanctiebeleid in opvolging van het sanctiebeleid Horeca en sanctiebeleid Gemeente Twenterand 2028..
Bovenstaand indicatoren worden jaarlijks gemeten door het team Toezicht, Handhaving en Veiligheid van de gemeente Twenterand.
5. Verbinding preventie en handhaving
In de Integrale Uitvoerings- en handhavingsstrategie 2024-2028 staat weergegeven dat allereerst ingezet wordt op bewustwording van regelgeving alvorens gehandhaafd wordt. Bij zowel jongeren, ouders, als andere entiteiten wordt momenteel ingezet op kennisvergroting over de gevolgen en schadelijkheid van het gebruik van genotsmiddelen waarbij de alcoholverstrekkers worden gewezen op de geldende regelgeving rondom de verstrekking van alcohol. De rode lijn in dit plan is aldus het inzetten op bewustwording van zowel schadelijkheid als de regelgeving. Hierdoor is handhaven in de toekomst mogelijk en wordt normverandering ingezet. De kennisvergroting wordt zodoende steeds breder uitgedragen. Gehoopt wordt dat de kennis en normverandering zich als een olievlek verspreidt waardoor ook de omgeving van de beginnende gebruiker alsmede die van ervaren drinkers een bijdrage kan hebben in het tegengaan dan wel verminderen van het gebruik. De verbinding tussen preventie en handhaving op dit thema draagt daaraan bij.
6. Activiteiten aanpak middelengebruik
Dit hoofdstuk bevat de aanpakken en interventies die de gemeente ter beschikking staan om de doelstellingen te realiseren op het gebied van regelgeving (6.1.), toezicht en handhaving (6.2.) en educatie en bewustwording (6.3.).
6.1 Regelgeving
Op 1 juli 2021 is de Alcoholwet in werking getreden. Deze wet vervangt de Drank- en Horecawet. Het overgrote deel van de regelgeving op het gebied van alcohol is vastgelegd in de Alcoholwet. De Alcoholwet is primair een volksgezondheidswet met als doel om, met name onder jongeren, gezondheidsschade door alcoholgebruik te voorkomen. Daarnaast stelt de Alcoholwet ook als doel om alcohol gerelateerde verstoringen van de openbare orde terug te dringen. De Alcoholwet geeft invulling aan beide doelstellingen door onder andere beperkingen te stellen aan de beschikbaarheid van alcohol. Zo mag er bijvoorbeeld niet worden verstrekt aan een jongere als niet is vastgesteld dat hij of zij 18 jaar of ouder is en de aanwezigheid van dronken personen is niet toegestaan in een horecagelegenheid of slijterij. Ook zijn de regels voor de verkoop op afstand aangescherpt. Daarnaast sluit de wet ook bepaalde verkooppunten uit van het schenken en/of verstrekken van alcohol voor elders dan ter plaatse en is prijsstunten door de detailhandel aan banden gelegd. Deze bepalingen vormen samen de preventieve kern van de Alcoholwet.
Aanvullend op deze bepalingen kent de Alcoholwet een aantal verordenende bevoegdheden en heeft de burgemeester aanvullende mogelijkheden om de beschikbaarheid van alcohol te beperken. Hieronder is weergegeven op welke manier hier in Twenterand invulling aan is gegeven. Het betreft de volgende onderwerpen:
Verbod op happy hours
De Gemeente Twenterand wil het verbod op happy hours opnemen in de vernieuwde APV. Dit staat nu in de Drank- en Horecaverordening, maar wordt meegenomen in de APV zodra deze wordt gewijzigd. Zodoende kan hier ook meer toezicht en handhaving op worden ingezet.
Artikel 6 Verbod happy hours (Drank- en horecaverordening Twenterand) Het is verboden in een horecalokaliteit of op een terras bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die daar gewoonlijk wordt gevraagd. |
Beperken schenktijden paracommercie
Artikel 4 van de Alcoholwet bepaalt dat bij gemeentelijke verordening regels worden gesteld waaraan para commerciële rechtspersonen zich moeten houden bij de verstrekking van alcoholhoudende drank.
Artikel 2 Reguleren para commerciële rechtspersonen (Drank- en horecaverordening Twenterand)
|
Voorschriften alcohol bij evenementen
Op basis van artikel 35, tweede lid, van de Alcoholwet worden de volgende voorschriften aan de ontheffing verbonden. De organisatie van het evenement zal aan deze voorschriften dienen te voldoen. Onderstaande voorschriften worden gecontroleerd bij de schouw, die voorafgaand aan het evenement plaatsvindt. Binnen de gemeente Twenterand zijn we momenteel bezig om een evenementenbeleid op te stellen. Onderstaande voorschriften worden dan ook in dit beleid opgenomen.
|
6.2 Toezicht en handhaving
De Alcoholwet heeft zowel een gezondheids- als een openbare orde en veiligheidsperspectief. Het doel van de gemeente is om door middel van naleving van de wet bij te dragen aan het voorkomen van gezondheidsschade en verstoringen van de openbare orde. Sinds 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de wet en heeft daarmee een belangrijk instrument in handen. Gemeenten hebben meerdere instrumenten om te handhaven wanneer de Alcoholwet en de lokale regelgeving niet wordt nageleefd door alcoholverstrekkers of in de openbare ruimte. In het ideale geval vormen de op te leggen sancties een opbouwend geheel, waarin de maatregelen steeds iets zwaarder worden. Hiervoor zullen we als gemeente het sanctiebeleid en de bijhorende sanctietabel aanpassen, zodat deze als leidraad gebruikt kan worden bij de toezicht en handhaving van de naleving van de Alcoholwet. Dit nieuwe sanctiebeleid zal in 2025 of 2026 ter besluitvorming worden voorgelegd aan de raad.
Bestaande en toekomstige activiteiten.
In de afgelopen jaren is er ook ingezet op het zorgen dat men voldoet aan de wet- en regelgeving. Zo moet men uiteraard voldoen aan de eisen van de Alcoholwet en de vergunning, hier kan ook op gecontroleerd worden. Bij de horecacontrole die jaarlijks plaatsvindt wordt dit dan ook meegenomen. Daarnaast heeft de gemeenteraad van gemeente Twenterand een aantal andere regels opgesteld waar men aan dient te voldoen, deze zijn hierboven aan bod gekomen. Ook hier wordt op gecontroleerd, bijvoorbeeld bij de schouw van evenementen.
Twenterand heeft ervoor gekozen om per 2024 de boa capaciteit uit te breiden. Gebleken is dat deze uitbreiding noodzakelijk is om doelen, wensen en ambities te halen de komende jaren. De uitbreiding betekent dat er in totaal 4 fte boa’s beschikbaar is gesteld. Bij de uitbreiding van de boa’s is er een boa met Alcoholwet bevoegdheid in dienst gesteld. Tevens is ook de Alcoholwet cursus gevolgd door één van de boa’s. Voor de komende jaren zal er geleidelijk aan dan ook meer ruimte zijn voor het concreet inplannen van handhaving en controle activiteiten gericht op alcohol- en middelengebruik. Hiermee geven we uitvoering aan de volgende stappen van de handhavingsstrategie die gebaseerd is op de handhavingspiramide zoals weergegeven in figuur 3 Zoals hierboven bij de doelstellingen is omschreven is ons streven om de komende jaren in te zetten in het inzichtelijk maken van de vergunningen en op het creëren van bewustwording onder alcoholverstrekkers en geleidelijk over te gaan op waarschuwen en handhaving.
6.3 Educatie en bewustwording
In voorgaande jaren is reeds ingezet op educatie en bewustwording. Bewustwording kan tot stand komen door educatie of ervaring. Een deel van de activiteiten borduurt voort op het plan van aanpak van voorgaande jaren. De acties hebben betrekking op de jongeren, de ouders, de scholen en bedrijven. In onderstaande alinea wordt weergegeven welke activiteiten verder plaatsvinden of een doorontwikkeling doormaken. De kracht van het doormaken van een cultuurverandering zit hem namelijk in herhaling. Veel activiteiten zullen dus doorgang vinden in de aankomende jaren. De activiteiten worden onderverdeeld in: voorlichting scholen/andere entiteiten, samenwerking tussen partijen en specifieke aanpak doelgroepen.
6.3.1 Voorlichtingen en trainingen
- •
In 2024 heeft First Aid voorlichtingen gegeven op de basisscholen en middelbare scholen. Hiermee wordt in 2025 doorgegaan. Scholen reageerden positief en uit de enquêtes blijkt dat de lessen informatief zijn. Scholen hebben eind 2024 wederom aangegeven First Aid graag te ontvangen voor voorlichtingen in 2025. De lessen richten zich vooral op het uitleggen van verschillende genotsmiddelen en wat dat met je doet. Aan de orde kwam wat de middelen doen met de gebruiker en wat te doen als het niet goed gaat. Gedurende de looptijd van dit plan zal deze wijze van voorlichting verder worden geëvalueerd. Daar waar effectmeting pas over enkele jaren mogelijk is, is het aantal klassen dat voorlichting krijgt en het aantal scholen dat opnieuw een uitnodiging geeft wel inzichtelijk te maken.
- •
Het moet voor docenten en andere professionals makkelijker zijn om vragen te stellen over middelengebruik. Tactus zoekt naar mogelijkheden om dit goed in te richten. Bereikbaarheid is hierbij belangrijk.
- •
Stichting Lichtpunt Twenterand organiseert voorlichtingen voor jongeren en kerken binnen de gemeente Twenterand.
- •
Organisaties werkzaam in het voorliggend veld, organisaties die werkzaam zijn met vrijwilligers en sport- en cultuurorganisaties worden gevraagd of zij deel willen nemen aan en een rol willen spelen in het aanpakken van sociale vraagstukken zoals het middelengebruik. Het project sociaal samenwerken7 is hiervan een voorbeeld.
- •
Op en via scholen wordt er gewerkt aan de weerbaarheid van jongeren. Met scholen verkennen we momenteel op welke wijze we dit goed vorm kunnen geven. Dit wordt verkend via het project Do you mind.
6.3.2. Ouders/thuis
- •
Ouders zijn een belangrijke schakel in het drankgebruik van kinderen. Om hen meer handvatten te geven in hoe zij in gesprek kunnen gaan met hun kinderen en hoe zij ook daadwerkelijk afspraken met hen kunnen maken, worden er ouderavonden georganiseerd.
- •
Tactus zoekt naar mogelijkheden om bereikbaar te zijn voor ouders/naasten en het netwerk van de verslaafde met vragen over genotsmiddelen.
- •
Er worden naastenbijeenkomsten georganiseerd voor familieleden van inwoners met een verslaving. Deze zal in Twenterand plaatsvinden om de drempel te verlagen.
- •
Er wordt middels de sociale mediakanalen aandacht geschonken aan een campagne zoals Stoptober en/of Zien drinken, doet drinken. Zodoende proberen we draagvlak te vergoten voor het beleid rondom genotsmiddelen. Draagvlak kan groeien als er meer begrip is voor regels en normen.
- •
Er worden stoppen met roken avonden georganiseerd. De opkomst bij deze avonden is hoog. In 2024 hebben in totaal 100 inwoners deelgenomen aan deze interventie.
6.3.3. Samenwerking tussen partijen
- •
De samenwerking tussen verschillende organisaties wordt verder ontwikkeld. Hier is nog veel winst te behalen. Zo is het van belang dat organisaties die preventiewerk/voorlichting geven goed contact onderhouden met organisaties die veel met inwoners in contact zijn. Zo blijven preventiewerkers zichtbaar. Ook de samenwerking tussen First Aid, Tactus en Stichting Lichtpunt wordt verder op touw gezet. Deze organisaties kunnen elkaar versterken en expertise met elkaar delen. De gemeente heeft hier een regisserende rol in.
- •
Het is van belang dat ketenpartners van het GHB-overleg elkaar kennen en elkaar weten te vinden. Zodoende is de doorgeleiding beter en is onder de partners bekender wat elke organisatie kan bieden. Zo komt de inwoner op de juiste plek terecht.
6.3.4. Specifieke aanpak doelgroepen
- •
Kinderen van ouders met een verslaving zijn kwetsbaar. Tactus organiseert in samenwerking met andere partijen in de gemeente een lotgenoten activiteit.
- •
Kinderen van ouders met verslavingsproblemen kunnen individueel in contact komen met professionals van Tactus en vanuit daar de juiste begeleiding krijgen.
- •
De gemeente Twenterand neemt in 2025 deel aan de publiekscampagne KOPP/KOV door Open Minds. Hierbij wordt een link gelegd met inzet van ervaringsdeskundigen en wederkerigheid.
- •
De GHB-aanpak wordt verbreed naar de Aanpak Complexe Middelenproblematiek. (ACM-aanpak)
- •
Er wordt verder verkend of bij bedrijven in gemeente Twenterand preventief- alcohol en drugsbeleid op de werkvloer geïmplementeerd kan worden. Zij kunnen hiervoor ondersteund worden middels trainingen voor medewerkers en consultatie voor werkgevers en werknemers.
- •
Vanuit Stichting Lichtpunt worden buddy’s ingezet ter begeleiding van inwoners met een verslaving.
- •
Zoals in voorgaande jaren kan casemanagement ingezet worden. Afstemming met de procesmanager is hierin gewenst aangezien zo bij de gemeente beter in beeld blijft in hoeveel casussen casemanagement wordt ingezet, welke verwijzers er zijn en welke vragen er liggen voor casemanagement.
Naast bovenstaande activiteiten is ook een begin gemaakt met het aanwijzen van rookvrije zones. Ook in 2025 en 2026 zullen rookvrije zones worden aangemerkt en zal dit verder uitgebreid worden.
7. Financiële Paragraaf
Een groot deel van de in dit plan opgenomen acties is onderdeel van het bestaande werk. Deze vinden plaats binnen de formatie van het sociaal domein, veiligheid en handhaving. Inzet van de externe partner Tactus valt binnen de reguliere subsidie Maatschappelijke ondersteuning en Zelfredzaamheid.
Naast de inzet binnen de reguliere subsidie zijn er door het college ook budgetten beschikbaar gesteld voor verslavingspreventie en het integraal genotsmiddelenbeleid. In verband met de financiële situatie van gemeenten vanaf 2026, is er de afgelopen jaren voor gekozen om de structurele middelen in te perken. De hoogte van deze budgetten kunnen verschillen per jaar en zijn momenteel alleen bekend voor 2025.
In 2024 is een deel van de structurele middelen overgebleven aangezien de inzet van First Aid bij scholen en sportverenigingen gefinancierd is uit incidentele middelen die voor het gezond en actief leven akkoord (GALA) beschikbaar zijn gesteld. Het is onzeker of de middelen vanuit het gezond en actief leven akkoord ook beschikbaar blijven gedurende de looptijd van het plan.
Budgetten 20258
Subsidie maatschappelijke ontwikkeling en zelfredzaamheid 2025 |
€132.986,00 |
Verslavingspreventie |
€10.000 |
Integraal genotsmiddelenbeleid |
€6250 |
Reserves integraal genotsmiddelenbeleid |
€56.815,00 |
SPUK-GALA OKO |
€5.560 |
SPUK-GALA diverse budgetten; mentale gezondheid, terugdringen gezondheidsachterstanden |
Variabel |
Budget lang gezond |
€25.000 |
Reeds verdeelde budgetten
Budget |
|
Inzet uit budget |
Kosten |
Budget |
Resterend |
Subsidie maatschappelijke ontwikkeling en zelfredzaamheid 2025 |
Str. |
|
€132986,00 |
€132.986,00 |
|
Inzet preventiewerker |
|
|
|
||
Inloopspreekuren |
|
|
|
||
Inzet onderwijs |
|
|
|
||
GHB-pilot |
|
|
|
||
Casemanagement |
|
|
€0 |
||
Verslavingspreventie |
Str. |
|
€10.500 |
€10000 |
|
Inzet First Aid |
|
|
€500 |
||
Integraal genotsmiddelenbeleid |
Str. |
Inzet Lichtpunt Twenterand |
€8250 |
€6250 |
|
|
|
|
€-2000 |
||
Reserve integraal genotsmiddelenbeleid |
|
Onderzoeksopdracht |
|
€56.815,00 |
|
SPUK-GALA OKO |
Inc |
|
|
€5.560 |
|
Inzet first Aid |
|
|
€560 |
||
Budget lang gezond |
Inc |
Campagne stoptober/ zien drinken, doet drinken Stoppen met roken cursus Inzet Lichtpunt Twenterand Verspreiding voorlichting naar andere entiteiten |
€25.000 |
€25.000 |
€0 |
SPUK-GALA diverse budgetten |
Inc |
Publiekscampagne KOPP/KOV |
|
€6000 gereserveerd |
€0 |
*str= Structureel; Inc= incidenteel
De reserve van het genotsmiddelenbeleid willen we aanwenden om een onderzoeksopdracht uit te zetten waarbij er gekeken wordt naar welke factoren van invloed zijn op het middelengebruik van Twenterandse inwoners en naar hoe we hier als gemeente beter op in kunnen spelen. Zodoende kan in de toekomst, wanneer er wellicht minder financiële middelen beschikbaar zijn, het waterbedeffect tegengegaan dan wel verminderd worden. De middelen van de reserves integraal genotsmiddelenbeleid wordt ingezet voor de uitvoering van het onderzoek en de eventuele vervolgacties die daaruit voortkomen.
Doorkijk naar budgetten 2026
In 2026 is meer duidelijk over of diensten omtrent verslavingszorg in 2027 ingekocht of gesubsidieerd worden. Dit geeft mogelijkheden om de diensten die in dit kader worden uitgevoerd opnieuw in te richten.
Op dit moment wordt First Aid deels gefinancierd met incidentele middelen vanuit het gezond en actief leven akkoord. Als deze in 2026 wegvallen, zal de financiering uit structurele middelen moeten komen. Dit valt mogelijk samen met de budgetverlaging van deze structurele middelen. Deze ontwikkeling maakt dat er keuzes moeten worden gemaakt voor de verder uitvoering van dit uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid.
8 Samenwerking uitvoering
Samenwerking op dit thema is cruciaal. Om deze reden is dit ook meegenomen in de uit te voeren acties. Elke partij heeft zijn eigen expertise en contacten binnen de gemeente. In 2025 wordt van partijen verwacht dat zij ook activiteiten gezamenlijk oppakken. Zo worden dubbelingen in activiteiten voorkomen wat maakt dat er efficiënter ingezet wordt en de cultuurverandering doorgevoerd wordt. Daarnaast is doorgeleiding in vragen over genotsmiddelen belangrijk en is het inzetten van voorlichting juist in de sociale basis van belang voor de normverandering. Om inwoners ontvankelijk te maken voor deze kennisvergroting is het noodzakelijk dat partners werken vanuit een gezamenlijk plan. Dit plan ligt er nu in de vorm van het uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid; preventie- en handhavingsplan 2025-2028.
De voortgang van dit uitvoeringsplan genotsmiddelenbeleid wordt gemonitord. We sluiten hierbij zo veel als mogelijk aan bij de vaste verantwoordingsmomenten in met name de planning en control cyclus en de Maatschappelijke Agenda/ IBN. Zo worden de meetbare indicatoren die tevens opgenomen zijn in de doelenboom jaarlijks ingevuld en afgezet tegen de situatie zoals die was. De metingen van het team Toezicht, Handhaving en Veiligheid worden tevens jaarlijks opgehaald en geëvalueerd. Met input van organisaties in het voorliggende veld, waaronder speciaal Tactus, Lichtpunt en First Aid, de inzichten van het Trimbos Instituut, scholen en andere partijen uit de gemeente Twenterand wordt dit plan zo nodig bijgewerkt of wordt er van dit plan afgeweken. Hiervoor worden trends en signalen opgehaald bij partners, inwoners en andere partners die een rol hebben in dit plan. Gezien de ontwikkelingen in het landschap van genotsmiddelen moet het uitvoeringsplan genotsmiddelengebruik dynamisch zijn.
Bronvermelding
De Looze, M., & Koning, I. (2017). Alcoholgebruik bij jongeren in Nederland. Justitiële
Verkenningen, 43(1), 88–101. https://doi.org/10.5553/jv/016758502017043001006
Expertisecentrum Alcohol (2020). Dossier Alcohol en jongeren. Utrecht: Trimbos-instituut. Geraadpleegd van expertisecentrumalcohol.nl, 26 november 2020.
Gezondheidsraad (2015). Richtlijnen goede voeding 2015. ’s-Gravenhage: Gezondheidsraad 24, 1–95.
GGD Twente (2024), Gezondheidsmonitor Jeugd 2023 - Twenterand. Versie 1.0. www.twentsegezondheidsverkenning.nl
Holder, H. D. (1998). International research monographs in the addictions. Alcohol and the community: A systems approach to prevention. New York, NY, US: Cambridge University Press.
Nationaal Preventieakkoord (2018). Nationaal Preventieakkoord. Naar een gezonder Nederland. ’s-Gravenhage: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Monshouwer, K. Miltenburg, C. van, Beek, R. van, Hollander, W. den, Schouten, F. Goor, M. van, ., & Laar M.W. van (2021). Het grote uitgaansonderzoek 2020. Uitgaanspatronen, middelengebruik gezondheid en intentie tot stoppen of minderen onder uitgaande jongeren en jongvolwassenen. Utrecht: Trimbos-instituut.
Van Amsterdam, J. G. C., Opperhuizen, A., Koeter, M. W. J., Van Aerts, L. A. G. J. M., & Van den Brink, W. (2009). Ranking van drugs: Een vergelijking van de schadelijkheid van drugs (RIVM Rapport 340001001). Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/340001001.pdf
Reynolds, R.I. (2003). Building confidence in our communities. London: London Drug Policy Forum.
Trimbos-instituut. (2024, 27 november). Welke invloed heeft het drinkpatroon https://www.trimbos.nl/kennis/alcohol/alcohol-en-lichamelijke-gezondheid/welke- invloed-heeft-het-drinkpatroon/#:~:text=Bij%20matig%20drinken%20wordt%20er,mannen)%20standaarglazen%20alcohol%20per%20week.
Twentse Gezondheidsverkenning. (z.d.). Alcohol Almelo. Twentse Gezondheidsverkenning. https://www.twentsegezondheidsverkenning.nl/mosaic/doelgroepen/alcohol-2
Zicht op Wijken. (z.d.). Gezondheid - Dashboard. Zicht op Wijken.
Ondertekening
Noot
1In het NPA wordt onder problematisch alcoholgebruik verstaan: Al het alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar, drinken door zwangere vrouwen, overmatig drinken, zwaar drinken, regelmatig binge drinken, een drinkpatroon dat leidt tot lichamelijke klachten en/of psychische of sociale problemen en dat een adequate aanpak van bestaande problemen verhindert.
Noot
2Iemand drinkt matig als er meer wordt gedronken dan het advies van de gezondheidsraad (1 glas per dag) maar minder wordt gedronken drinkt dan een overmatige drinker (8 tot 13 glazen voor vrouwen, 8-20 glazen voor mannen) (Trimbos-instituut, 2024).
Noot
3Een persoon is een zware drinker als er minstens één keer per week ten minste vier glazen (vrouwen) of zes glazen (mannen) alcohol op één dag worden gedronken (Trimbos-instituut, 2024).
Noot
4Overmatig drinken is het drinken van meer dan 21 glazen per week (mannen) of meer dan 14 glazen per week (vrouwen) (Trimbos-instituut, 2024).
Noot
5Binge drinken: Minstens één keer per maand ten minste vijf glazen alcohol drinken bij één gelegenheid
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl