Beleidsregel Wet Bibob gemeente Heerde 2025

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze beleidsregel worden diverse begrippen en definities gebruikt. In deze beleidsregel zijn de definities zoals deze genoemd zijn in artikel 1.1 van de Wet Bibob van overeenkomstige toepassing.

Daarnaast worden in deze beleidsregel nog een aantal andere begrippen gebruikt.

Lid 1. In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

• a.

  Bestuursorgaan: de burgemeester onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerde;

• b.

  Eigen ambtelijke informatie: informatie die binnen de gemeentelijke organisatie aanwezig is en die de gemeente in het kader van het eigen onderzoek kan gebruiken en/ of informatie waarover de gemeente op verzoek over kan beschikken, zoals omschreven in de toelichting van deze beleidsregel;

• c.

  Bibob-vragenformulier: het formulier dat iemand in moet vullen bij de start van een Bibob-Onderzoek (zie artikel 7a, lid 5 van de Wet Bibob).

• d.

  Rechtspersoon met een overheidstaak: de gemeente Heerde;

• e.

  RIEC: het Regionaal informatie- en expertisecentrum, het regionaal samenwerkingsverband zoals bedoeld in artikel 28 lid 2 onder d van de wet;

• f.

  Wet: de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

Lid 2. Waar in deze beleidsregel “gemeente Heerde” wordt genoemd, wordt hiermee zowel het bestuursorgaan als -wanneer van toepassing- de rechtspersoon met een overheidstaak bedoeld.

Artikel 2. Start eigen onderzoek

Voor alle aanvragen en verleende publiekrechtelijk beschikkingen en privaatrechtelijke transacties geldt dat de gemeente een eigen onderzoek zal starten als:

• •

  de gemeente dit nodig vindt door eigen ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van één van de partners van het samenwerkingsverband RIEC;

• •

  de gemeente een tip heeft ontvangen van het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 van de Wet;

• •

  de gemeente een tip heeft ontvangen van de officier van justitie, een ander bestuursorgaan dat of een rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van deze wet, als bedoeld in artikel 26 van de Wet.

Artikel 3. Afwijkingsmogelijkheid

In deze beleidsregel is vastgelegd in welke gevallen de gemeente Heerde in beginsel een Bibob-onderzoek uitvoert. In uitzonderlijke situaties kan de gemeente ook in andere gevallen een Bibob-onderzoek toepassen, mits dit gebeurt binnen de kaders van de Wet Bibob en overige relevante wet- en regelgeving. In dergelijke gevallen vindt een individuele risicoafweging en motivering plaats.

In dit hoofdstuk wordt aangegeven wanneer de Wet Bibob door de gemeente wordt ingezet bij publiekrechtelijke beschikkingen, zoals vergunningen en subsidies. Het inzetten van de Wet Bibob start met het uitvoeren van het eigen onderzoek.

Artikel 4. Toepassingsbereik bij vergunningsaanvragen

Lid 1. De gemeente zal een eigen onderzoek uitvoeren als het een aanvraag voor één van de volgende vergunningen ontvangt:

• a.

  Alcoholwetvergunningen, zoals bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet voor horecabedrijven, behalve para commerciële rechtspersonen en slijterijbedrijven.

• b.

  Exploitatievergunning openbare inrichting, zoals bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heerde.

• c.

  Exploitatievergunning speelgelegenheid, zoals bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heerde.

• d.

  Exploitatievergunning uitoefening bedrijf, zoals bedoeld in 2:83 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heerde.

• e.

  Exploitatievergunning voor een seksinrichting of escortbedrijf, zoals bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heerde.

Lid 2. De gemeente zal een eigen Bibob-onderzoek uitvoeren bij een aanvraag voor een vergunning als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet, indien deze betrekking heeft op:

• I.

  een bouwactiviteit;

• II.

  een omgevingsplanactiviteit;

• III.

  een milieubelastende activiteit.

én de aanvraag betrekking heeft op een bouwsom:

• -

  van € 500.000,- of meer (excl. btw), óf

• -

  van € 200.000,- tot € 500.000,- (excl. btw), én

het project betreft één of meer aangewezen risicoactiviteiten en/of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zie bijlage 1).

Lid 3. De gemeente zal een eigen Bibob-onderzoek uitvoeren bij een aanvraag voor één van de onderstaande vergunningen en het betreft één of meerdere aangewezen risicoactiviteiten, en/of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zie bijlage 1).

• a.

  Evenementenvergunning zoals bedoeld in 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heerde;

• b.

  Omzettingsvergunning of splitsingsvergunning zoals bedoeld in artikel 21 en 22 van de Huisvestingswet.

• c.

  Een vergunning op grond van de Wet goed verhuurderschap.

Lid 4. De gemeente kan een eigen Bibob-onderzoek uitvoeren als het een aanvraag ontvangt voor één van de onderstaande vergunningen als er sprake is van een situatie in artikel 2.

• a.

  Alcoholwetvergunning voor slijterijbedrijven zoals bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet;

• b.

  Alcoholwetvergunning voor paracommerciële rechtspersonen zoals bedoeld in artikel 1 en artikel 3 van de Alcoholwet;

• c.

  Bijschrijving (dag)leidinggevende op Alcoholwetvergunning zoals bedoeld in artikel 30a en 30b van de Alcoholwet;

• d.

  Aanwezigheidsvergunning kansspelautomaat zoals bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen;

Lid 5. Uitvoering van het eigen onderzoek blijft achterwege als een aanvraag afkomstig is van overheidsinstanties, semi-overheidsinstanties of woning(bouw)corporaties (die op grond van de Woningwet zijn aangewezen als toegelaten instellingen voor de volkshuisvesting), behalve in situaties uit artikel 2.

Artikel 5. Toepassingsbereik bij verleende vergunningen

Lid 1. De gemeente kan een eigen onderzoek starten bij een verleende vergunning als:

• a.

  de leidinggevende(n) en/of zeggenschap hebbende(n) van de persoon die de vergunning heeft gekregen is/zijn veranderd (wijziging aanvrager of vergunninghouder zoals bedoeld in artikel 5.37 van de Omgevingswet)

• b.

  De vergunning heeft betrekking op één of meer aangewezen risicoactiviteiten en/of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zie bijlage 1). Of na het verlenen van de vergunning door de gemeente zijn toegevoegd aan de risicoactiviteiten of -gebieden. Bij omgevingsvergunningen kan dit alleen als aan de voorwaarden is voldaan van artikel 5.40 van de Omgevingswet (bevoegdheid tot wijziging voorschriften omgevingsvergunning en intrekking omgevingsvergunning).

Lid 2. De gemeente zal een eigen onderzoek starten bij verleende vergunningen als lid 1 a én b tegelijkertijd van toepassing zijn.

Artikel 6. Toepassingsbereik bij subsidies

De gemeente kan een eigen onderzoek starten bij een aanvraag voor een subsidie of (deels) verleende of vastgestelde subsidie zoals bedoeld in de algemene subsidieverordening als de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd valt onder één van de aangewezen risicocategorieën en / of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zie bijlage 1).

Vastgoedtransacties

De gemeente kan de wet toepassen bij vastgoedtransacties waarbij de gemeente partij is. Bij de start van onderhandelingen daartoe, zal de gemeente de wederpartij ervan in kennis stellen dat een eigen onderzoek deel kan uitmaken van de procedure.

In de overeenkomst wordt een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst.

Artikel 7. Toepassingsbereik bij vastgoedtransacties

De gemeente kan een eigen onderzoek uitvoeren als:

• a.

  het vastgoedobject gebruikt wordt of gebruikt gaat worden voor één of meerdere aangewezen risicocategorieën en/of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zie bijlage 1) en/ of

• b.

  de waarde van de vastgoedtransactie boven de €300.000,- bedraagt en/ of

• c.

  het een beeldbepalend vastgoedobject betreft en/ of

• d.

  er sprake is van een exceptioneel financieel risico voor de gemeente en/ of

• e.

  tevens sprake is van een aanvraag om een vergunning genoemd in hoofdstuk 2 van deze beleidsregel.

Overheidsopdrachten

De gemeente kan de wet toepassen bij overheidsopdrachten zoals bedoeld in de Aanbestedingswet 2012, dan wel een overeenkomst zorg vanuit de Jeugdwet en/of de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.

In (aanbestedings)documenten is opgenomen dat inschrijvende partijen er rekening mee moeten houden dat de gemeente, alvorens tot definitieve gunning wordt overgegaan, een eigen onderzoek kan starten, dan wel advies kan inwinnen als bedoeld in artikel 9 lid 2 van de Wet Bibob.

In de af te sluiten overeenkomsten staat een integriteitsclausule worden opgenomen waarin is aangegeven dat de overeenkomst kan worden ontbonden indien één van de situaties, bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet Bibob zich voordoet.

Artikel 8. Toepassingsbereik bij overheidsopdrachten

Lid 1. De gemeente kan een eigen onderzoek starten indien:

• a.

  de activiteit(en) waarop de overheidsopdracht toeziet valt onder de aangewezen risicocategorieën en/of is gelegen in een aangewezen risicogebied (zoals in bijlage 1).

• b.

  artikel 2 van toepassing is, ook op een onderaannemer.

Lid 2. Tijdens de duur van de overeenkomst kan artikel 2 aanleiding zijn om een eigen onderzoek te starten naar de contractpartij en/ of de onderaannemer.

Artikel 9. Weigering volledig invullen Bibob-vragenformulieren

Bij een weigering om de Bibob-vragenformulieren volledig ingevuld te retourneren aan de gemeente of aan het Landelijke Bureau Bibob, wordt bij:

• a.

  aanvragen om een vergunning of subsidie de daartoe gestelde regels van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) toegepast worden. Bij volharding zal de gevraagde vergunning buiten behandeling worden gesteld ingevolge artikel 4:5 van de Awb;

• b.

  verleende vergunningen of subsidies wordt een weigering op grond van artikel 4 lid 1 van de wet beschouwd als een ernstige mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob. De verstrekte vergunning of subsidie kan als gevolg daarvan worden ingetrokken.

• c.

  Bij een voorgenomen vastgoedtransactie of overheidsopdracht wordt besloten om geen verdere zaken te doen met deze partij.

Artikel 10. Invoeringsdatum

Deze beleidsregel is vastgesteld door de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders op 15 juli 2025 en treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel Bibob gemeente Heerde 2025”.