BESLUIT – vaarverbod op Leidsche Rijn door instellen KWA

Het college van dijkgraaf en hoogheemraden van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden,

Overwegende dat:

• -

  door langdurige droogte problemen zijn ontstaan in de waterhuishouding in een groot deel van het land, met name in westelijk Nederland;

• -

  volgens de prognose van begin juli 2025 de situatie verder verslechtert en het neerslagtekort nog verder zal oplopen;

• -

  het westen van Nederland op grond van het Waterakkoord Klimaatbestendige wateraanvoervoorzieningen (KWA) en Doorvoer Krimpenerwaard (DKW) extra zoet water geleverd krijgt om verzilting te voorkomen;

• -

  Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden als op grond van voormeld Waterakkoord verplicht is actieve medewerking te verlenen aan het in werking stellen en houden van de KWA;

• -

  door het inwerking stellen en houden van de KWA vanaf gemaal De Aanvoerder tot aan gemaal op zowel de Leidsche Rijn als de Oude Rijn hogere waterpeilen zijn door de extra aanvoer van water;

• -

  het wenselijk is om het vaarverkeer voor zowel de pleziervaart als de beroepsvaart te stremmen vanwege stroming en hogere waterstanden met als gevolg lagere doorvaarthoogten;

• -

  in geval van waterschaarste of een dreiging daarvan, op grond van artikel 1.19 van de Waterschapsverordening Stichtse Rijnlanden 2024 kan worden besloten tot het instellen van een vaarverbod.

gelet op:

• -

  artikel 19.0 Omgevingswet;

• -

  artikel 1.19 Waterschapsverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2024.