Subsidieregeling Ontmoetingsplekken in de wijk, Arnhem 2026-2027

a. Aanvraagformulier: het aanvraagformulier van de gemeente Arnhem speciaal bestemd voor het aanvragen van subsidie voor de Subsidieregeling Ontmoetingsplekken in de wijk;

b. Activiteitenprogramma: de activiteiten die in een ontmoetingsplek plaatsvinden met een bepaalde regelmaat ((twee)wekelijks of maandelijks); voorbeelden hiervan zijn samen eten, bewegen, leesclub, spelletjes, spreekuur van een organisatie, lotgenotengroepen, ed.;

c. ASV: Algemene Subsidie Verordening van de gemeente Arnhem;

d. Begrotingssubsidie: een begrotingssubsidie is een subsidie die expliciet in de gemeentebegroting is opgenomen. Dat wil zeggen dat in de begroting van de gemeente staat welke organisaties een subsidie ontvangen en hoeveel ze maximaal kunnen krijgen;

e. Buurt- en bewonersinitiatieven: buurt- of bewonersinitiatieven zijn initiatieven die door bewoners zelf worden opgestart om een bepaald doel in de buurt te realiseren. Dit kunnen projecten, activiteiten of groepen zijn, gericht op bijvoorbeeld leefbaarheid verbeteren, buren verbinden of een maatschappelijk doel bereiken;

f. Gebieden: Arnhem is verdeeld in acht gebieden: Noord West, Noord Oost, Centrum/ Spijkerkwartier/Arnhemse Broek, Presikhaaf, Malburgen, Rijkerswoerd/Kronenburg/Vredenburg, De Laar/Elden, Schuytgraaf/Elderveld.

g. Inloopvoorziening: de tijdstippen van een open, laagdrempelige inloop, waarop iedereen (in een bepaalde ruimte) in de ontmoetingsplek kan binnen lopen om elkaar te ontmoeten en een kopje koffie te drinken;

h. Nationaal Programma Arnhem Oost: Het Nationaal Programma Arnhem-Oost (NPAO) is een langjarige, gebiedsgerichte aanpak van de gemeente Arnhem, gericht op het verbeteren van de leefbaarheid en het aanpakken van achterstanden in vijf wijken: Presikhaaf, Malburgen, Geitenkamp, Klarendal en Arnhemse Broek;

i. Ontmoetingsplek: een ontmoetingsplek in een wijk is een fysieke plek waar bewoners elkaar kunnen ontmoeten, en waar ze elkaar ook voor hulp kunnen benaderen; op sommige ontmoetingsplekken zijn ook professionals aanwezig;

j. Positieve gezondheid: een bredere kijk op gezondheid, uitgewerkt in zes dimensies: meedoen, dagelijks functioneren, lichaamsfuncties, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven. Met die bredere benadering draag je bij aan het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven om te gaan. Én om zo veel mogelijk eigen regie te voeren. (Voor meer informatie zie website Institute for Positive Health Wat is Positieve Gezondheid? - Institute for Positive Health);

k. Rechtspersoon zonder winstoogmerk: een rechtspersoon zonder winstoogmerk is een organisatie die geen winst wil maken, maar een maatschappelijk, sociaal, of wetenschappelijk doel nastreeft. Deze organisaties, zoals stichtingen en verenigingen, gebruiken hun middelen om dit doel te realiseren en keren geen winst uit aan leden of bestuurders;

l. Samenredzaamheid: Samenredzaamheid betekent dat mensen elkaar ondersteunen bij het oplossen van problemen of het bereiken van doelen, waarbij het niet alleen gaat om individuele zelfredzaamheid, maar om de collectieve kracht van een gemeenschap, met vrienden, buren, familie of vrijwilligers;

m. Sociale basis: De sociale basis is het continu samenspel tussen inwoners, vrijwilligers en professionele krachten in de directe leefomgeving van mensen;

n. Subsidieplafond: Een subsidieplafond is een maximaal bedrag dat beschikbaar is voor een subsidieregeling gedurende een bepaalde periode. Het is een budgettaire beperking die voorkomt dat er meer subsidies verleend worden dan er budget voor is;

o. Transformatie sociaal domein (Arnhem): Transformatie Sociaal Domein is een proces van verandering en vernieuwing binnen het sociaal domein, die erop is gericht de groeiende instroom in zorg te beheersen. Voorop staat dat Arnhemmers die dit het hardst nodig hebben, gebruik kunnen blijven maken van goede en betaalbare voorzieningen. Preventie van zorg en aandacht voor positieve gezondheid zijn van belang voor een sterke sociale basis;

p. Veerkracht: Veerkracht is het proces waarin iemand zich op een positieve manier aanpast aan stress of tegenslag die hem of haar potentieel uit evenwicht brengt, en waardoor het functioneren en het mentale welbevinden behouden of herwonnen wordt. Dit proces komt tot stand door op een effectieve manier persoonlijke hulpbronnen en hulpbronnen uit de omgeving te mobiliseren;

q. Vrijwilliger: Een vrijwilliger is iemand die, eventueel tegen een vrijwilligersvergoeding en, uit vrije wil werkzaamheden verricht voor een maatschappelijke organisatie of voor de samenleving in het algemeen. Deze werkzaamheden worden vaak gedaan om mensen te helpen, een bepaalde passie na te volgen of ervaring op te doen;

r. Zorgzame buurt: In een zorgzame buurt staat levenskwaliteit centraal, en speelt samenredzaamheid een belangrijke rol. Buren/buurtgenoten kennen elkaar en bieden elkaar gezelschap en indien nodig enige ondersteuning.

1. De volgende eisen worden gesteld aan de aanvraag:

• a.

  Subsidie aanvragen kunnen worden ingediend in de periode van 1 tot en met 30 september 2025. De aanvraag kan uitsluitend digitaal worden gedaan door middel van het aanvraagformulier op de gemeentelijke website;

• b.

  De aanvraag betreft een subsidie voor twee jaar, 2026 en 2027;

• c.

  Aan het aanvraagformulier worden de volgende bijlagen toegevoegd: de statuten en een uittreksel van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel inclusief een overzicht van de huidige bestuurssamenstelling. Tevens worden toegevoegd het jaarverslag en de jaarrekening van het voorgaande jaar tenzij deze al bij gemeente Arnhem zijn aangeleverd bij de verantwoording van een andere subsidie.

2. Onvolledige aanvragen kunnen door het college buiten behandeling worden gelaten. Het college kan naar aanleiding van de aanvraag verduidelijkende vragen stellen. De aanvrager zal dan verzocht worden om de vragen schriftelijk te beantwoorden binnen een termijn van 5 werkdagen (of langer indien aangegeven).

1. De subsidie van de gemeente Arnhem bedraagt:

• a.

  € 20.000 per jaar voor categorie A;

• b.

  € 34.000 per jaar voor categorie B;

• c.

  € 41.000 per jaar voor categorie C;

2. Voor ontmoetingsplekken gelegen in wijken zoals bepaald in het Nationaal Programma Arnhem Oost worden de bedragen genoemd in lid 1 verhoogd met factor 1,3.

3. Voor categorie A en B kan de subsidie verder worden opgehoogd met € 5.000,- indien ruimte (om niet of tegen onkosten) beschikbaar is voor buurt- of bewonersinitiatieven.

1. Het college stelt bij afzonderlijk besluit het subsidieplafond vast.

2. Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld of goedgekeurd, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de gemeentelijke begroting beschikbaar zullen worden gesteld. Bij de verleningsbeschikking wordt daarop gewezen.

1. Het college beoordeelt de tijdig en volledig ingediende aanvragen aan de hand van onderstaande kwalitatieve criteria:

• a.

  Bijdrage aan beleidsdoelstelling zoals geformuleerd in artikel 2;

• b.

  Vrijwilligers;

• c.

  Mate van samenwerking in de wijk.

2. Het criterium a. onder lid 1 is onderverdeeld in enkele subcriteria. Per (sub)criterium is aangegeven hoeveel punten daarop te behalen zijn.

3. Het criterium ‘Bijdrage aan beleidsdoelstelling zoals geformuleerd in artikel 2’ is onderverdeeld in de volgende subcriteria:

• a.

  Toegevoegde waarde van het activiteitenprogramma in de wijk: in de aanvraag wordt de betekenis van het activiteitenprogramma voor de wijk onderbouwd. Maak hierbij gebruik van het spinnenweb van Positieve Gezondheid (Lichaamsfuncties, Mentaal Welbevinden, Zingeving, Dagelijks Functioneren, Kwaliteit van Leven, Meedoen); (30 punten)

• b.

  Mate waarin de activiteiten bijdragen aan een zorgzame buurt, vermindering van eenzaamheid en meer samenredzaamheid; (10 punten)

• c.

  Mate waarin de activiteiten de inwoners stimuleren om mee te doen aan de maatschappij en hun sociale netwerk te vergroten. Hierbij kan gedacht worden aan activiteiten voor werk, inkomen, schulden, integratie, (taal) ontwikkeling, vaardigheden. (10 punten)

4. Het criterium ‘Vrijwilligers’: uit de aanvraag blijkt op welke manier inwoners uit de wijk bijdragen aan de activiteiten als vrijwilliger en wat de omvang is van het vrijwilligersbestand. (20 punten)

5. Het criterium ‘Mate van samenwerking in de wijk’: uit de aanvraag blijkt met welke andere partijen in de wijk u samenwerkt en op welke manier buurtinitiatieven worden aangemoedigd om gebruik te maken van de ontmoetingsplek. (30 punten)

6. Vanuit het oogpunt van een redelijk voorzieningenniveau voor de gehele stad wordt minimaal één ontmoetingsplek in ieder van de gebieden gehonoreerd, onder de voorwaarde dat de aanvraag minimaal 55 punten heeft gescoord. Wanneer de score lager is, dan wordt de aanvrager gevraagd naar een verbeterplan om voor honorering in aanmerking te komen.

7. Wanneer twee of meerdere ontmoetingsplekken in één gebied zich binnen een straal van 300 m bevinden kunnen zij alleen beide gehonoreerd worden wanneer zij aantoonbare aanvullende waarde hebben voor de omgeving, zoals het bedienen van een specifieke doelgroep.

8. De verstrekking van subsidie vindt plaats in de volgorde van de door het college aangebrachte rangschikking, onder de voorwaarde dat een aanvraag minimaal 55 punten heeft gescoord, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

1. Het college legt in aanvulling op art 12 ASV en op grond van artikel 13 ASV aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen op.

Voor alle ontmoetingsplekken gelden de volgende verplichtingen;

• a.

  Alle inwoners van de wijk zijn welkom, ongeacht doelgroep, religie, afkomst;

• b.

  De ontmoetingsplek is een veilige, vrij toegankelijke, herkenbare plek in de wijk;

• c.

  De ontmoetingsplek is bereikbaar voor inwoners in een kwetsbare situatie;

• d.

  Er zijn duidelijke huisregels aanwezig in de ontmoetingsplek;

• e.

  Tijdens de inloop zijn koffie en thee goedkoop/tegen kostprijs.

2. Voor ontmoetingsplekken in categorie A is de subsidieontvanger verplicht om:

• a.

  de ontvangen subsidie daadwerkelijk te zetten voor de uitvoering van de inloopvoorziening en het activiteitenprogramma;

• b.

  zorg te dragen voor het vermelden van het activiteitenprogramma van de ontmoetingsplek op een nog aan te wijzen website en dit actueel te houden;

• c.

  als gebruik maakt wordt van de optie onder artikel 7 lid 3, het beschikbaar stellen van ruimte voor buurt- of bewonersinitiatieven, geldt ook de verplichting dat er gebruikersovereenkomsten zijn voor huurders/gebruikers.

3. Voor ontmoetingsplekken in categorie B geldt daarnaast dat de subsidieontvanger verplicht is om:

• a.

  beleid te hebben voor vrijwilligers.

4. Voor ontmoetingsplekken in categorie C geldt naast het genoemde onder lid 1, lid 2a, 2b en lid 3 dat de subsidieontvanger verplicht is om:

• a.

  ruimte te bieden voor buurt- en bewonersinitiatieven en gebruikersovereenkomsten te hebben voor huurders/gebruikers;

• b.

  actief deel te nemen aan de Transformatie van het Sociaal Domein in Arnhem; dit betreft het deelnemen aan bijeenkomsten voor ca. 4-6 dagdelen per jaar.

1. Conform de artikelen 14, 15 en 16 van de ASV wordt de subsidie verantwoord en vastgesteld.

2. Bij een eventueel positief resultaat op de jaarrekening die voor de subsidieverantwoording op grond van het eerste lid dient te worden overgelegd, zal het college de subsidie vaststellen ter hoogte van de subsidie die is verleend.

3. Als minder activiteiten zijn verricht dan waarvoor subsidie is verleend kan het college de subsidie lager vaststellen en terugvorderen.

1. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

2. Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2028.

3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Ontmoetingsplekken in de wijk, Arnhem 2026-2027.