Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742034
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR742034/1
Verordening bomen en houtopstanden 2025 Voerendaal
Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 15-07-2025
Intitulé
Verordening bomen en houtopstanden 2025 VoerendaalDe verordening bevat regels over het vellen en beschermen van bomen en houtopstanden in de gemeente Voerendaal.
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
- 1.
acuut gevaar: indien in ieder geval voorzienbaar is dat als gevolg van gebreken van een houtopstand op korte termijn de levens van mensen in gevaar worden gebracht en/of goederen worden beschadigd en/of sprake is van ernstige boomziektes en/of het gevaar voor verspreiding van ernstige boomziektes;
- 2.
beschermde boom: een boom vastgelegd op de ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’;
- 3.
bebouwingscontour houtkap: bebouwingscontour als bedoeld in artikel 5.165b Besluit kwaliteit leefomgeving;
- 4.
beschermde houtopstand: een houtopstand vastgelegd op de ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’;
- 5.
bevoegd gezag: het bestuursorgaan dat een vergunningaanvraag behandelt, meldingen ontvangt en bevoegd is voor toezicht en handhaving;
- 6.
Bomen Effect Analyse (BEA): een standaard beoordeling door een boomtechnisch adviseur (European tree technician (ETT), met als doel het inzichtelijk maken van de effecten van de voorgenomen bouw- of aanlegwerkzaamheden voor een boom of houtopstand, op basis van landelijke richtlijnen van de Bomenstichting;
- 7.
bomenonderzoek: onderzoek waarin o.a. de boomsoort, standplaats, vitaliteit en levensverwachting van de boom wordt onderzocht. Het onderzoek behelst een visual tree assessment (VTA), boomveiligheidscontrole (BVC) en/of nader technisch onderzoek (NTO). Dit onderzoek dient te worden uitgevoerd door een boomdeskundige, afhankelijk van het type onderzoek.
- 8.
boom: een houtig opgaand gewas zowel levend als afgestorven met een dwarsdoorsnede van de stam van minimaal 10 centimeter op 1,30 meter hoogte boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de dwarsdoorsnede van de dikste stam;
- 9.
boomdeskundige: persoon in het bezit van een ETT (European Tree Technician) certificaat of aantoonbaar vergelijkbaar kennisniveau;
- 10.
boomwaarde: de monetaire waarde van een boom of houtopstand zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen;
- 11.
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voerendaal;
- 12.
cultuurhistorische waarde: hieronder wordt verstaan,
- •
herdenkingsboom: geplant ter gelegenheid van een belangrijke gebeurtenis;
- •
markeringsboom: geplant ter markering, zoals grensbomen in het agrarisch gebied of bakenbomen langs de rivieren;
- •
kruis/kapelboom: geplant naast een kapel of kruisbeeld om de locatie te benadrukken;
- •
bijzondere snoeivorm: bijvoorbeeld kunst snoeivorm;
- •
- 13.
dunnen: selectieve kapping van bomen en/of struiken in houtopstanden, waarbij toekomstbomen meer ruimte krijgen en geen areaal in de houtopstand verloren gaat;
- 14.
fysieke leefomgeving: de fysieke leefomgeving omvat in ieder geval natuur, bodem, water, lucht, landschappen, bouwwerken, infrastructuur, cultureel erfgoed en werelderfgoed;
- 15.
gekandelaberde bomen: bomen waarbij de boomkroon is teruggezet tot op de gesteltakken;
- 16.
haag: een dichte rij struiken, die periodiek wordt gesnoeid of geschoren;
- 17.
hakhout: een loofbos bestaande uit houtgewas dat periodiek wordt gesnoeid /gekapt tot op de stronk van de bomen;
- 18.
hakhoutbeheer: beheervorm van een bosperceel, waarbij de bomen en struiken worden gesnoeid/ gekapt tot een hoogte evenredig aan de dikte van de stam;
- 19.
‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’: de informatieve kaart/het geometrisch informatiepakket met daarop aangegeven de beschermde bomen en houtopstanden en ook de bebouwingscontour houtkap als bedoeld in artikel 5.156b Besluit kwaliteit leefomgeving, met een daarbij behorend register;
- 20.
herbeplanten: door aanplant, bezaaiing of natuurlijke verjonging of op andere wijze realiseren van een nieuwe boom of houtopstand na velling;
- 21.
herplantwaarde: de monetaire waarde om een boom of houtopstand te herplanten zoals bepaald door het college;
- 22.
houtopstand: houtopstand als bedoeld in artikel 1.1 van de Omgevingswet, te weten: zelfstandige eenheid van bomen, boomvormers, struiken, hakhout of griend;
- 23.
kandelaberen: terugzetten van de boom tot op de gesteltakken;
- 24.
kandelaren: terugzetten van de boom tot de aanzet van de gesteltakken op de stam;
- 25.
knotten: terugzetten van de stam;
- 26.
monumentale boom of houtopstand: een beschermwaardige boom of houtopstand vanwege behoud cultureel erfgoed met een bijzondere monumentale-, schoonheid- of zeldzaamheidswaarde qua leeftijd of verschijningsvorm, of een bijzondere betekenis of functie voor de omgeving, of een boom opgenomen in het Landelijk Register van Monumentale bomen van de Bomenstichting;
- 27.
noodvelling/ noodkap: kappen, vellen en snoeien van (delen van) bomen of houtopstanden vanwege aantoonbaar gevaar voor de mens en/of de omgeving;
- 28.
knotbomen: bomen waarbij de boomkroon is teruggezet tot op de stam;
- 29.
krooninname: terugzetten van de omvang van de kroon of toppen
- 30.
leibomen: bomen waarbij de gesteltakken zijn geleid in een bepaalde vorm;
- 31.
omgevingsvergunning: een officiële toestemming van een overheidsinstantie aan burgers, bedrijven en andere overheden om bepaalde activiteiten te verrichten in de fysieke leefomgeving;
- 32.
taxatie: het taxeren van (schade aan) een boom op basis van een beoordeling via de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen-methode volgens de meest recente richtlijnen;
- 33.
toekomstboom: een boom die behouden blijft, omdat deze is vrijgesteld met een vooropgesteld doel;
- 34.
ontheffing: een beschikking, waarbij in een individueel geval een uitzondering op een wettelijk verbod of gebod wordt gemaakt;
- 35.
vellen: vellen als bedoeld in artikel 1.1 van de Omgevingswet, te weten: rooien of verrichten van andere handelingen die de dood of ernstige beschadiging van een houtopstand tot gevolg kunnen hebben. Waaronder mede begrepen het vellen van een solitaire boom, het kandelaberen, kandelaren, knotten, verwijderen van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, of aantasting van het wortelgestel door externe factoren zoals vergiftiging, bodemverdichting of wijzigingen in de grondwaterstand.
Artikel 2 Aanwijzing bebouwingscontour houtkap
De geometrische begrenzing van de bebouwingscontour houtkap als bedoeld in artikel 5.165b Besluit kwaliteit leefomgeving, waarbinnen de regels over houtopstanden van afdeling 11.3 Besluit activiteiten leefomgeving niet van toepassing zijn, is opgenomen in het geometrische informatieobject ‘bebouwingscontour houtkap’.
Artikel 3 Doelen
Doelen van deze verordening met het oog op de fysieke leefomgeving, zijn gericht op:
- 1.
het beschermen van het milieu;
- 2.
het behoud van cultureel erfgoed;
- 3.
het beschermen van landschappelijke en stedenbouwkundige waarden;
- 4.
het beschermen van de natuur en de biodiversiteit;
- 5.
het bevorderen van de klimaatadaptatie;
- 6.
het bevorderen van de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de leefomgeving;
- 7.
het beschermen van de gezondheid;
- 8.
het waarborgen van de veiligheid;
- 9.
een evenwichtige toedeling van functies aan locaties.
Artikel 4 Advies van een boomdeskundige
Het college kan advies inwinnen bij een boomdeskundige over de afweging van de belangen voor behoud of vellen van de houtopstand.
Artikel 5 Normadressaat
-
1. Aan de activiteiten in de navolgende artikelen wordt voldaan door degene die de activiteit verricht dan wel laat verrichten, tenzij anders bepaald.
-
2. Diegene draagt zorg voor de naleving van de regels over de activiteit.
Artikel 6 Wijze van meten
De stamomtrek van een boom of houtopstand wordt gemeten op een hoogte van 1,30 meter vanaf het maaiveld met behulp van een meetlint. Bij meerstammigheid wordt de stamomtrek van de dikste stam gemeten.
Artikel 7 De afstand tot de erfgrens
-
1. De afstand tot de erfgrens als bedoeld in artikel 5:42, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek is vastgesteld op 2 meter voor bomen, te rekenen vanaf het midden van de (stam)voet van de boom op 0,1 meter boven het maaiveld, en op 0 meter voor heesters en hagen in privaat eigendom.
-
2. De afstand tot de erfgrens als bedoeld in artikel 5:42, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek is vastgesteld op 0 meter voor bomen, heesters en hagen in gemeentelijk eigendom.
Artikel 8 Zorgplicht
Als degene die een activiteit verricht of laat verrichten weet, of redelijkerwijs kan vermoeden, dat die activiteit nadelige gevolgen kan hebben voor de doelen, met het oog waarop de regels in deze verordening zijn gesteld, is verplicht:
- 1.
alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van diegene kunnen worden gevraagd om die gevolgen te voorkomen;
- 2.
voor zover deze niet kunnen worden voorkomen: die gevolgen zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken; of
- 3.
als die gevolgen onvoldoende kunnen worden beperkt: die activiteit achterwege te laten voor zover dat redelijkerwijs van diegene kan worden gevraagd.
Paragraaf 2 Vellen van beschermde bomen en houtopstanden
Artikel 9 Kaart beschermde bomen en houtopstanden
-
1. Het college stelt een ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’ vast. Deze kaart met het bijbehorend register bevat een samenhangend geheel van de volgende te beschermen bomen en houtopstanden gesitueerd binnen en buiten de bebouwingscontour houtkap, te weten de aangewezen:
- a.
monumentale bomen en monumentale houtopstanden;
- b.
overige waardevolle bomen en houtopstanden;
- a.
-
2. De ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’ van de gemeente bevat minimaal de volgende gegevens:
- a.
indeling naar categorieën beschermde bomen en houtopstand;
- b.
legenda met toelichting.
- a.
-
3. Het bijbehorend register van beschermde bomen en houtopstanden bevat minimaal de volgende gegevens:
- a.
nummer;
- b.
eenduidige, maatvaste inmeting van monumentale bomen;
- c.
soort boom of houtopstand;
- d.
kadastrale gegevens;
- e.
beoordelingscriteria;
- f.
foto’s/beeldmateriaal.
- a.
-
4. De ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’ en het bijbehorend register wordt door het college bijgewerkt en vastgesteld.
Artikel 10 Oogmerken
De regels in deze paragraaf zijn gesteld met het oog op:
- 1.
het beschermen van de natuur en de biodiversiteit;
- 2.
het waarborgen van de biologische en ecologische functies van bomen en houtopstanden;
- 3.
het verminderen van de effecten als gevolg van klimaatverandering;
- 4.
het beschermen van landschappelijke en stedenbouwkundige waarden;
- 5.
het beschermen van de cultuurhistorische waarde van bomen en houtopstanden inclusief waardevolle landschapselementen;
- 6.
het beschermen van de beeldbepalende waarde van bomen en houtopstanden;
- 7.
het behouden en instandhouden van beschermde bomen en beschermde houtopstanden;
- 8.
het behoud van de toegankelijke openbare buitenruimte voor personen;
- 9.
het bevorderen van een gezonde woon- en leefomgeving;
- 10.
het bevorderen van de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de woon- en leefomgeving.
Artikel 11 Melding tenietgaan bijzondere houtopstand
De eigenaar van een beschermde boom of houtopstand als bedoeld in artikel 9, lid 1, onder b. is verplicht het college onmiddellijk schriftelijk mededeling te doen van:
- 1.
het geheel of gedeeltelijk tenietgaan van een beschermde boom of beschermde houtopstand, anders dan door velling op grond van een verleende vergunning;
- 2.
de dreiging dat de beschermde boom of beschermde houtopstand geheel of gedeeltelijk teniet kan gaan.
Artikel 12 Aanwijzing vergunningplichtige activiteiten (verbod om te vellen)
Het is verboden zonder omgevingsvergunning van het college:
- 1.
een op de ‘Kaart beschermde bomen en houtopstanden’ opgenomen te beschermen boom of te beschermen houtopstand te vellen of te doen vellen;
- 2.
een boom of een houtopstand te vellen of te doen vellen die is aangelegd op grond van een overeenkomst met een publiekrechtelijk bestuursorgaan, met uitzondering van schriftelijke toestemming;
- 3.
een boom of een houtopstand te vellen of te doen vellen die is aangelegd op basis van een herplant- en instandhoudingsplicht op grond van deze verordening.
Artikel 13 Uitzondering op het verbod
Het in artikel 12 bedoelde verbod geldt niet voor:
- 1.
het periodiek vellen van hakhout en snoeien of scheren van hagen ter uitvoering van het reguliere onderhoud, waarbij de uitvoering zodanig dient te worden uitgevoerd dat de duurzame instandhouding van de houtopstand gewaarborgd blijft;
- 2.
het (vorm)snoeien als noodzakelijke beheermaatregel bij knotbomen, gekandelaberde bomen of leibomen ter uitvoering van het reguliere onderhoud, waarbij de uitvoering zodanig dient te worden uitgevoerd dat de duurzame instandhouding van de houtopstand gewaarborgd blijft;
- 3.
het dunnen van een houtopstand;
- 4.
het verwijderen van een afgestorven of afstervende boom of houtopstand in eigendom van de gemeente;
- 5.
een boom of houtopstand die moeten worden geveld vanwege een aanschrijving van het bevoegd gezag om te vellen;
- 6.
een boom of een houtopstand die moet worden geveld op grond van de Plantgezondheidswet of ter voorkoming van verspreiding van aangetoonde ernstige boomziekten of insectenplagen nadelig voor het voortbestaan van bomen;
- 7.
noodvelling/noodkap, zowel van een boom of houtopstand in particulier eigendom als in gemeentelijk eigendom, in verband met acuut gevaar of spoedeisend belang na melding, door het bevoegd gezag zonder omgevingsvergunning. Dit besluit wordt zo spoedig mogelijk bekend gemaakt aan belanghebbenden;
- 8.
bedrijfsmatig en dienstbaar bedrijfsmatig geteelde fruitbomen, notenbomen, kerstbomen en bomen uit de boomkwekerijteelt.
Artikel 14 Aanvraag omgevingsvergunning voor het vellen
-
1. De omgevingsvergunning moet schriftelijk en gemotiveerd worden aangevraagd, door of namens dan wel met toestemming van degene, die op grond van zakelijk recht of door degene die op grond van publiekrechtelijke bevoegdheid gerechtigd is over de boom of houtopstand te beschikken.
-
2. Bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor het vellen van een boom of houtopstand worden de volgende gegevens en bescheiden verstrekt:
- a.
een kaart, situatietekening en foto(’s) van de te vellen boom of houtopstand;
- b.
redenen of argumentatie waarom vellen gewenst of noodzakelijk is;
- c.
een herplant- of compensatievoorstel, met daarin minimaal aangegeven de locatie (groeiplaats), het aantal en de soorten met maatvoering.
- a.
-
3. Indien herplant of compensatie als bedoeld in lid 2 niet tot de mogelijkheden behoort kan bij voldoende onderbouwing van de noodzaak tot vellen financiële compensatie tot de mogelijkheden behoren. Bij de bepaling van de hoogte van de financiële compensatie van de te vellen boom of houtopstand wordt de herplantwaarde als uitgangspunt gehanteerd.
-
4. Bij een aanvraag voor het vellen van een monumentale boom of monumentale houtopstand moet bij de aanvraag ook worden verstrekt:
- a.
een motivatie waarom er sprake is van een (zwaarwegend) maatschappelijk belang om tot vellen over te gaan;
- b.
een onderbouwing van het ontbreken van alternatieven, waarmee het vellen van de boom of houtopstand zou kunnen worden voorkomen; en
- c.
een Bomen Effect Analyse of een bomenonderzoek, afhankelijk van de situatie en beoogde plannen.
- a.
Artikel 15 Beoordelingsregels omgevingsvergunning
-
1. Het college kan de omgevingsvergunning om te vellen weigeren dan wel aan de omgevingsvergunning voorschriften en voorwaarden verbinden.
-
2. Het college kan een omgevingsvergunning weigeren voor het vellen van een boom of houtopstand als de belangen van vellen van de boom of houtopstand niet opwegen tegen de belangen van behoud op basis van één of meer van de oogmerken als bedoeld in artikel 10.
-
3. Een omgevingsvergunning voor het vellen van een monumentale boom of monumentale houtopstand kan worden geweigerd als de belangen van het vellen van de monumentale boom of monumentale houtopstand niet opwegen tegen het belang van behoud van de monumentale boom of monumentale houtopstand en/of er geen volwaardig alternatief voorhanden is.
-
4. Een omgevingsvergunning kan in ieder geval worden geweigerd als de aanvraag is ingediend vanwege:
- a.
lichte tot matige hinder, die van eenieder gevergd kan worden, zoals blad-, zaad-, pluis- en vruchtval, honing- of roetdauw, schaduwhinder in tuin of op erf, bij tijdelijke schaduw in een hoofdverblijfruimte;
- b.
belemmering van de opbrengst van zonnepanelen, die geplaatst zijn of worden in de (toekomstige) schaduw van een aanwezige beschermde boom of houtopstand.
- a.
Artikel 16 Intrekking of wijzigen omgevingsvergunning
De verleende omgevingsvergunning kan worden ingetrokken of gewijzigd:
- 1.
indien onjuiste of onvolledige gegevens ter verkrijging van de omgevingsvergunning zijn verstrekt;
- 2.
indien van de omgevingsvergunning geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn;
- 3.
daarom door vergunninghouder wordt verzocht.
Artikel 17 Vervaltermijn omgevingsvergunning
-
1. De omgevingsvergunning tot vellen als bedoeld in deze verordening vervalt indien daarvan niet binnen maximaal één jaar na het onherroepelijk zijn van de omgevingsvergunning gebruik is gemaakt, tenzij een langere termijn noodzakelijk is vanwege de voorzienbare langere uitvoeringstermijn van een project.
-
2. In het geval het een omgevingsvergunning voor het vellen van meer dan één beschermde boom betreft, is de omgevingsvergunning voor alle beschermde bomen slechts één jaar geldig, ook als in fasen geveld wordt of één of enkele beschermde bomen al geveld zijn, met uitzondering van de in het eerste lid gestelde bevoegdheid tot het voorschrijven van een langere termijn.
Artikel 18 Vergunningsvoorschriften
-
1. Bij vergunningvoorschrift voor het vellen van een boom of houtopstand kan een:
- a.
verplantingsplicht; en/of
- b.
een herbeplantingsplicht, of
- c.
een financiële bijdrage voor herbeplanting op een nieuwe locatie worden opgelegd, als niet aan het bepaalde onder a. en/of b. kan worden voldaan.
- a.
-
2. Bij het in lid 1 bedoelde vergunningsvoorschriften over herbeplanting kunnen tevens voorwaarden worden gesteld over aantal, soort, stamdikte, locatie, de termijn en wijze van herbeplanten als ook de termijn en wijze waarop niet aangeslagen herbeplanting moet worden vervangen.
-
3. Bij het bepalen van een financiële bijdrage als bedoeld onder 1 sub c. van dit artikel wordt de herplantwaarde als uitgangspunt gehanteerd.
-
4. Het college kan bij omgevingsvergunning voor het vellen van een boom of houtopstand overige voorschriften stellen ter bescherming van de in artikel 10 genoemde oogmerken.
-
5. Aan de omgevingsvergunning voor het vellen van een boom of van een houtopstand wordt, als andere vergunningen of ruimtelijke procedures benodigd zijn, het voorschrift verbonden dat pas tot vellen van de boom of houtopstand mag worden overgegaan indien die vergunningen of ruimtelijke procedures onherroepelijk zijn geworden.
Artikel 19 Bescherming van bomen en houtopstanden
-
1. Het is verboden om een boom of houtopstand:
- a.
die valt onder het verbod tot vellen als bedoeld in artikel 12, in het voortbestaan te bedreigen of te laten bedreigen;
- b.
die in eigendom is van de gemeente, boven of onder de grond te beschadigen, te bekladden, te beplakken of te behangen met voorwerpen;
- c.
die in eigendom is van de gemeente, te snoeien, met uitzondering van door de gemeente opgedragen of toegestane boomverzorgende taken.
- a.
-
2. In situaties als bedoeld bij lid 1 kan het college aan de eigenaar of degene die het verbod heeft overtreden of laten overtreden de verplichting opleggen om overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging of verboden situatie wordt opgeheven.
-
3. Het verbod als bedoeld in het eerste lid onder b. en c. geldt niet voor voorwerpen en sfeer verhogende objecten voor zover deze worden aangebracht op grond van ontheffing en in overeenstemming met eventuele bijbehorende voorwaarden van het college.
Artikel 20 Bestrijding van boomziekten
-
1. Als zich op een terrein een boom of houtopstand bevindt, die naar het oordeel van het college gevaar opleveren van verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende, indien hij daartoe door het college is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijving vast te stellen termijn:
- a.
de boom of houtopstand te vellen;
- b.
conform richtlijnen van de gemeente de gevelde boom of gevelde houtopstand direct zodanig te behandelen dat verspreiding van de boomziekte wordt voorkomen.
- a.
-
2. Het is verboden zonder vergunning van het college een gevelde boom of gevelde houtopstand of delen daarvan voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoeren, als het een boomsoort betreft die de desbetreffende boomziekte kan verspreiden.
-
3. Het niet voldoen aan de in het eerste lid bedoelde aanschrijving biedt een basis voor de toepassing van bestuursdwang of last onder dwangsom, waarbij de noodzakelijke werkzaamheden, voor risico en voor rekening van aangeschrevene, door of namens de gemeente kunnen worden verricht.
Artikel 21 Handhaving
-
1. Als een vergunningplichtige boom of houtopstand zonder of in strijd met de vergunning is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gedaan, kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop de boom of houtopstand zich bevond, dan wel aan degene die de boom of houtopstand heeft geveld of teniet gedaan dan wel heeft laten vellen of teniet heeft laten gaan:
- a.
een verplichting tot herbeplanting inclusief zorg- en instandhoudingsplicht opleggen overeenkomstig de door het college te geven aanwijzingen binnen een daarbij te bepalen termijn;
- b.
indien niet (volledig) aan de verplichting tot herbeplanting als genoemd onder a. kan worden voldaan, een financiële bijdrage voor herbeplanting op een nieuwe locatie opleggen.
- a.
-
2. Als een boom of houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is in het voortbestaan wordt bedreigd, kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop de boom of houtopstand zich bevindt, dan wel aan degene die de boom of houtopstand in het voortbestaan bedreigt dan wel in het voorbestaan laat bedreigen, de verplichting opleggen om, overeenkomstig door het college te geven aanwijzingen en binnen een door het college te stellen termijn, voorzieningen te treffen waardoor die dreiging wordt weggenomen. Dit mag ook betekenen dat werkzaamheden (al dan niet deels) worden gestaakt.
-
3. Het college kan de verplichtingen, genoemd onder lid 1, waarbij de gemeente een taxatie moet laten uitvoeren van de boom of houtopstand, de taxatiekosten verhalen bij de zakelijk gerechtigde van de grond waarop de boom of houtopstand zich bevindt/bevond, dan wel aan degene die de boom of houtopstand heeft geveld of laten vellen, dan wel boom of houtopstand heeft gesnoeid of heeft laten snoeien.
-
4. Een taxatie wordt in opdracht van het college uitgevoerd door een geregistreerd taxateur van bomen ten behoeve van herbeplanting en/of financiële bijdrage voor herbeplanting op een nieuwe locatie.
Artikel 22 Strafbepaling
-
1. Overtreding van het bij of op grond van deze verordening bepaalde en gegeven voorschriften en beperkingen, kan door het bevoegd gezag worden gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.
-
2. Ook kan een rechterlijke beoordeling op grond van dit artikel openbaar gemaakt worden. Bij de strafmaatbepaling kan rekening worden gehouden met de boomwaarde.
Artikel 23 Toezicht
-
1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of op grond van deze verordening zijn belast: de buitengewone opsporingsambtenaren die in dienst zijn van de gemeente Voerendaal dan wel die zijn aangesteld als onbezoldigd gemeenteambtenaar van de gemeente Voerendaal en zijn beëdigd op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar.
-
2. Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of op grond van deze verordening belast: de bij besluit van het college aan te wijzen personen.
Artikel 24 Overgangs- en slotbepaling
-
1. Deze verordening treedt een dag na bekendmaking in werking.
-
2. Als vóór het tijdstip van inwerkingtreding een aanvraag om een vergunning vanwege de ‘Verordening bomen 2012 Voerendaal’ is ingediend en vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop beslist met inachtneming van het bepaalde in deze verordening.
-
3. Een vergunning verleend op grond van de ‘Verordening bomen 2012 Voerendaal’ geldt als een vergunning verleend op grond van deze verordening.
-
4. De ‘Verordening bomen 2012 Voerendaal’ wordt ingetrokken.
-
5. Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening bomen en houtopstanden 2025 Voerendaal'.
Ondertekening
Aldus besloten in de vergadering van de gemeenteraad d.d. 26 juni 2025.
DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOERENDAAL
namens dezen,
de griffier,
F. Meijerink
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl