VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ZEEHAVENGELD 2025

Geldend van 12-07-2025 t/m heden

Intitulé

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ZEEHAVENGELD 2025

De gemeenteraad van Zaanstad,

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de "Verordening op de heffing en invordering van Zeehavengeld 2025".

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a

Agribulk:

lading die volgens de goederengroepindeling van de Nomenclature Uniforme des Marchandises pour les Statistiques de Transport, Revisée (NSTR), is geclassificeerd onder groep 01, 03-0391, 17 en 18;

b

Ballast:

vaste en vloeibare stoffen, zonder handelswaarde, welke door een schip geheel of nagenoeg geheel worden ingenomen ter verhoging van de stabiliteit van het schip of ter verlaging van het hoogste punt van het schip boven de waterspiegel;

c

Binnenschip:

een schip, hoofdzakelijk gebruikt en bestemd voor lokaal, interlokaal dan wel internationaal bedrijfsmatig vervoer van goederen te water waarop de Binnenvaartwet van toepassing is;

d

Binnen-buitenschip

een Zeeschip dat behalve een zeemeetbrief tevens de beschikking heeft over een binnenmeetbrief;

e

Boord/boordoverslag:

rechtstreekse overslag tussen twee schepen;

f

Bruto ton:

de eenheid voor de bruto inhoud (BT) van een zeeschip zoals bedoeld in het Internationaal Verdrag betreffende de meting van Schepen, London 1969 (Trb. 1970, nrs. 122 en 194), en die uit de meetbrief volgt, ook wel: gross ton (GT);

g

Bunkeren:

Het door een zeeschip innemen van brandstof voor eigen gebruik;

h

ConRO schip

een Zeeschip dat hoofdzakelijk bestemd is of gebruikt wordt voor zowel het vervoer van Lading, die geheel of ten dele rijdend aan en van boord wordt gebracht over tot de vaste uitrusting behorende laadkleppen, als het vervoer van op het dek te plaatsen containers;

i

Containerschip:

een zeeschip dat door zijn bouw en inrichting uitsluitend is bestemd voor het vervoer van containers;

j

Cruiseschip:

een zeeschip, hoofdzakelijk bestemd of gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van passagiers die voor toeristische doeleinden, hoofdzakelijk in de zeereis zelf gelegen, deelnemen aan die reis;

k

Deepsea:

zeeschepen die varen buiten het vaargebied van de shortsea.

l

Environmental Ship Index

een door het World Port Climate Initiative ontwikkeld instrument om de prestaties van zeeschepen op het gebied van luchtemissie te meten.

m

Green Award:

een certificaat afgegeven door de Stichting Green Award te Rotterdam;

n

Haven:

Het havengebied zoals dat in beheer of onderhoud is van de gemeente Zaanstad.

o

Havengebied van Amsterdam:

het IJ, het Noordzeekanaal en alle daarop uitkomende wateren, voor zover voor de openbare dienst bestemd, telkens tot het eerste bovengrondse kunstwerk, alsmede voor de openbare dienst bestemde aanlegsteigers, meerpalen en -boeien en andere soortgelijke werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn;

p

Havenmeester:

De afdelingsmanager van de afdeling Havens en Vaarwegen van de gemeente Zaanstad.

q

Hoofdzakelijk:

ten minste voor 65%

r

Jacht:

een Zeeschip dat uitsluitend bestemd is of gebruikt wordt voor pleziervaart.

s

Lading:

alle door een zeeschip geloste en ingenomen goederen en verpakkingsmateriaal, containers, trailers en lashbakken, met uitzondering van mafi trailers, de handbagage van de opvarenden op het schip, ballast, brandstof, proviand en andere voor eigen gebruik bestemde scheepsbenodigdheden en schadelijke stoffen als bedoeld in de Wet voorkoming verontreiniging door schepen. Hoeveelheid volgens de Bill of Lading;

t

LOA:

de eenheid in meters (tot maximaal 2 decimalen achter de komma) van een zeeschip zoals bedoeld in het Internationaal Verdrag betreffende de meting van schepen, London 1969 (Trb. 1970, 122 & 194)

u

Meetbrief:

de meetbrief die voldoet aan de eisen, neergelegd in het Internationaal Verdrag, betreffende de meting van schepen, Londen 1969 (Traktatenblad 1979, nrs. 122 en 194);

v

Offshore schip:

een Zeeschip dat hoofzakelijk bestemd is voor activiteiten in de offshore-industrie (activiteiten die plaatsvinden op enige afstand van de kust, gericht op de exploratie en winning van olie en gas, windenergie en aquacultuur, dan wel vergelijkbare activiteiten);

w

Olieproduct:

product conform het aanhangsel van bijlage I van voorschrift 1 Marpol 73/78;

x

Ontsmettingsligplaats:

een binnen een haven aangewezen vaste plaats voor het uitvoeren van ontsmettingswerkzaamheden op schepen.

y

Oorlogsschip:

een zeeschip dat voor de Koninklijke Marine of de marine van een vreemde mogendheid wordt gebruikt, waarover een militair het bevel voert en dat hoofdzakelijk met militairen is bemand;

z

Roll-on/roll-offschip:

een zeeschip, hoofdzakelijk bestemd of gebruikt voor het vervoer van lading die geheel of ten dele rijdend aan en van boord wordt gebracht over tot de vaste uitrusting van het schip behorende en daarvoor uitgeruste laadkleppen;

aa

Scheepsreparatie-inrichting

een inrichting waarvan de hoofdactiviteit is gelegen in het verrichten of het gelegenheid geven tot het verrichten van herstellingen aan Zeeschepen en die beschikt over speciaal voor dat doel bestemde en in gebruik zijnde ligplaatsen.

ab

Schip:

  • 1.

    elk drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen dan wel goederen of voorwerpen, al dan niet met het drijvende lichaam, een geheel vormend;

  • 2.

    elk ander drijvend lichaam, zoals een werk- en aanlegvlot, ponton, houtvlot, elevator, duikerklok, zandzuiger, baggermolen, drijvend werktuig, booreiland en elke andere drijvende inrichting ten dienste van de exploratie dan wel exploitatie van olie- en gasvelden of het winnen van mineralen op zee;

ac

Shortsea:

Zeescheepvaart die actief is in het vaargebied van Europa, Middellandse Zeegebied, Zwarte Zeegebied, Marokko, Canarische Eilanden, Madeira en de Kaapverdische eilanden.

ad

Sleepboot:

een zeeschip, bestemd of gebruikt voor het assisteren, slepen of duwen van andere schepen;

ae

Tabel:

de bij deze verordening behorende tarieventabel

af

Termijn:

een in de tarieventabel genoemde tijdsduur waarin het gebruik van de haven plaatsvindt, met dien verstande dat, indien het schip gedurende die tijdsduur de haven verlaat en weer terugkeert, een nieuwe termijn begint;

ag

Ton:

Een massa van 1000 kilogram;

ah

Wachtend zeeschip:

een zeeschip waarvoor de bestemde ligplaats niet direct beschikbaar is en die derhalve tijdelijk een andere ligplaats krijgt toegewezen;

ai

Werkschip:

een zeeschip dat , bestemd is of gebruikt wordt als drijvende inrichting voor de exploratie of exploitatie van olie- en gasvelden op zee of de winning van mineralen op zee;

aj

Zeeschip in lijndienst:

een zeeschip dat vaart in overeenstemming met een door de schipper aan de havenmeester of aan degenen die voor hem werken overgelegde dienstregeling, waarbij:

  • de dienstregeling minimaal vier weken voor aanvang publiekelijk bekend en verkrijgbaar moet zijn;

  • de dienstregeling informatie geeft over de vaste afvaarten en aankomsten, teneinde belanghebbenden in staat te stellen om tijdig lading aan te brengen of te ontvangen;

  • eenieder lading kan aanbrengen, die geaccepteerd wordt tegen de hiervoor geldende condities;

  • de daadwerkelijke hoeveelheid geladen of geloste goederen van het zeeschip voor minimaal tien procent uit stukgoed bestaat.

  • de lijndienst ten minste zes bezoeken per jaar bedraagt.

ak

Zeeschip:

elk schip dat is bestemd is of wordt gebruikt wordt voor de vaart buitengaats, als bedoeld in art. 1, eerste lid van de Schepenwet, alsmede elk schip dat in verband met sloop of voorgenomen sloop voor de vaart buitengaats niet meer wordt gebruikt of de bestemming daartoe heeft verloren.

Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam zeehavengeld worden rechten geheven terzake van het gebruik met een zeeschip van de Haven en/of terzake van het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is degene die van de Haven gebruikmaakt of degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht, daaronder te verstaan de kapitein, de reder, de eigenaar van het schip, degene aan wie het schip in gebruik is gegeven of degene die als vertegenwoordiger van een van dezen optreedt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

Het zeehavengeld wordt geheven naar:

  • a.

    de bruto-inhoud van het schip, uitgedrukt in brutotonnen (BT);

  • b.

    de lading, uitgedrukt in tonnen;

Artikel 5 Tarieven

De rechten worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de tarieventabel, behorende bij deze verordening, met inachtneming van de daarin vermelde bijzondere bepalingen en van het bepaalde in art. 6.

Artikel 6 Tarieftoepassing

Bij de toepassing van de tarieven wordt:

  • a.

    een gedeelte van een eenheid van inhoud, massa of tijdsduur voor een volle eenheid in aanmerking genomen;

  • b.

    indien het aantal tonnen lading onvoldoende wordt aangetoond, uitgegaan van de bruto-inhoud van het schip;

  • c.

    als geen meetbrief wordt overgelegd, de inhoud van het zeeschip ambtshalve bepaald;

  • d.

    de termijn zeehavengeld geschorst gedurende de tijd dat het schip:

    • 1.

      een herstelling ondergaat of wordt gedokt bij een erkende scheepsreparatie-inrichting, mits:

      • a.

        vooraf en onmiddellijk na afloop van de werkzaamheden hiervan aan de havenmeester en/of aan de gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge artikel 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet, schriftelijk kennis is gegeven; de laatste kennisgeving dient vergezeld te gaan van een door de beheerder van de betrokken scheepsreparatie-inrichting afgegeven schriftelijke verklaring die de inhoud van de kennisgeving bevestigt;

      • b.

        de werkzaamheden de tijdsduur van twee maanden niet te boven gaan, tenzij de werkzaamheden plaatsvinden in een gedeelte van het gebied binnen de gemeente dat geen eigendom is van de gemeente, of voor het gebruik waarvan de scheepsreparatie-inrichting aan de gemeente huur of erfpachtcanon is verschuldigd;

      • c.

        tijdens de werkzaamheden geen passagiers worden ontscheept of ingescheept of lading wordt gelost of ingenomen, behoudens de goederen welke ten behoeve van het dokken of het herstellen tijdelijk van boord moeten worden gezet;

    • 2.

      de haven of het havengebied van Zaanstad uitsluitend heeft verlaten voor een periode van ten hoogste twee maanden om een proefvaart te maken en vooraf hiervan aan de havenmeester en/of aan gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge artikel 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet schriftelijk kennis is gegeven;

    • 3.

      na de Haven te hebben verlaten, zonder andere havens te hebben aangedaan, wegens ongunstige weersomstandigheden of bij de uitreis opgelopen schade rechtstreeks in de haven terugkeert;

  • e.

    ter bepaling van de duur van het gebruik van de haven het zeeschip geacht in de haven te verblijven tijdens een bezoek aan het havengebied van Zaanstad, dat daaraan onmiddellijk voorafgaat of daarop onmiddellijk volgt;

  • f.

    voor een zeeschip dat op dezelfde reis en binnen een maand zowel de haven als het havengebied van Amsterdam bezoekt, zonder tussentijds een andere haven te hebben aangelopen:

    • 1.

      voor beide bezoeken tezamen niet meer zeehavengeld geheven dan verschuldigd zou zijn geweest, indien de haven of het havengebied van Amsterdam zou zijn bezocht en aldaar dezelfde hoeveelheid lading van dezelfde soort zou zijn gelost of aan boord genomen;

    • 2.

      zeehavengeld volledig geheven, indien het schip het eerst de haven bezoekt;

    • 3.

      zo nodig, aanvullend zeehavengeld geheven, indien het schip het eerst het havengebied van Amsterdam heeft bezocht;

  • g.

    het te betalen belastingbedrag afgerond op een bedrag in euro’s, tot twee decimalen achter de komma.

Artikel 7 Vrijstellingen

  • 1.

    Zeehavengeld wordt niet geheven terzake van het gebruik van de haven met:

    • a.

      een opleidingsschip voor marine, koopvaardij of loodswezen, ongeacht de vlaggenstaat, en elk ander Zeeschip in directe dienst van het Rijk, mits daarmee geen handelingen of vervoer tegen betaling wordt verricht;

    • b.

      een Oorlogsschip, mits de behandeling van eventuele Lading uitsluitend door militairen geschiedt;

    • c.

      een Sleepboot, uitsluitend indien en voor zover deze wordt gebruikt in het kader van de normale assistentie van zeeschepen bij het in- en uitvaren van de Haven;

    • d.

      een Zeeschip dat de Haven bezoekt uitsluitend om te worden gesloopt, mits het schip de Havenmeester voorafgaand aan de sloop schriftelijk in kennis is gesteld;

    • e.

      een Zeeschip dat werkzaamheden uitvoert in opdracht van de gemeente Zaanstad of het Rijk, ten behoeve van de aanleg, verbetering en/of instandhouding van de havens.

    • f.

      een Zeeschip voor een periode van maximaal zestig dagen, indien het havenbezoek uitsluitend plaatsvindt ten behoeve van het voor de eerste maal zeeklaar maken na nieuwbouw, met dien verstande dat:

      • -

        de Havenmeester vooraf schriftelijk in kennis is gesteld;

      • -

        de Havenmeester onmiddellijk na afloop van het zeeklaar maken schriftelijk in kennis is gesteld;

      • -

        geen behandeling van lading plaatsvindt;

      • -

        het Zeeschip gedurende deze periode is toegestaan de Haven in en uit te varen voor het maken van een of meerdere proefvaarten;

    • g.

      een Zeeschip dat de Haven bezoekt uitsluitend voor het dokken en/ of het doen verrichten van herstellingen bij een door de Havenmeester goedgekeurde Scheepsreparatieinrichting, met dien verstande dat de Havenmeester vooraf schriftelijk in kennis is gesteld;

    • h.

      een Zeeschip dat de Haven bezoekt voor een periode van maximaal dertig dagen uitsluitend voor het doen verrichten van herstellingen door een door de Havenmeester goedgekeurd scheepsreparatiebedrijf buiten een Scheepsreparatieinrichting, met dien verstande dat de Havenmeester vooraf schriftelijk in kennis is gesteld en de Havenmeester onmiddellijk na afloop van de werkzaamheden een door het scheepsreparatiebedrijf afgegeven schriftelijke verklaring over de inhoud werkzaamheden heeft ontvangen;

    • i.

      een Zeeschip dat de Haven bezoekt voor een periode van maximaal dertig dagen uitsluitend voor de wisseling van bemanning en/ of het aan land zetten van zieken of doden, mits de Havenmeester vooraf schriftelijk in kennis is gesteld;

    • j.

      Een Zeeschip dat de Haven bezoekt voor de aanwezigheid bij een evenement dat door de gemeente of het Havenbedrijf Amsterdam N.V. is aangewezen als vrijgesteld evenement;

    • k.

      een Zeeschip dat de Haven doorvaart zonder te lossen, te laden, aan te leggen aan kaden, wallen of steigers of gebruik te maken van enig ten gerieve van de scheepvaart dienend werk dat bij de gemeente in beheer of onderhoud is, mits het Zeeschip niet langer in de Haven verblijft dan voor een rechtstreekse doorvaart noodzakelijk is;

    • l.

      een Zeeschip dat de Haven bezoekt voor een periode van maximaal 12 uur uitsluitend om te bunkeren, mits de Havenmeester vooraf schriftelijk in kennis is gesteld;

    • m.

      Binnen-buiten schepen die niet aanlopen via zee vallen onder de algemene voorwaarden voor binnenhavengeld en zijn geen zeehavengeld verschuldigd.

Artikel 8 Wijze van heffen

Het zeehavengeld wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte.

Artikel 9 Verschuldigdheid

De rechten zijn verschuldigd zodra het gebruik van de haven en/of het genot van diensten begint.

Artikel 10 Aangifte; betaling

  • 1.

    De aangifte van zeehavengeld wordt gelijktijdig met de betaling gedaan bij de gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge artikel 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet, op de eerste dag, volgend op de dag van aankomst van het zeeschip, doch vóór het tijdstip waarop het zeeschip uit de gemeente vertrekt.

  • 2.

    Bij voortgezet gebruik van de Haven na afloop van de termijn waarvoor aangifte van zeehavengeld is gedaan, moet opnieuw aangifte worden gedaan bij het begin van elke volgende termijn.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de aangifte worden gedaan binnen vier dagen na vertrek van het schip, behoudens de in het tweede lid vermelde aangiften, mits ten genoegen van de gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge artikel 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet, zekerheid tot betaling is gesteld.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan worden betaald binnen tien dagen na aankomst van het schip, behoudens de in het tweede lid vermelde aangiften, mits ten genoegen van de gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge artikel 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet, zekerheid tot betaling is gesteld;

  • 5.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het vijfde lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de belastingaanslag en/of het nagevorderde bedrag.

Artikel 11 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het zeehavengeld.

Artikel 12 Kwijtschelding

Er wordt van de rechten geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De Verordening Zeehavengeld 2024 vastgesteld in de raadsvergadering van 24 september 2024, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van heffing is de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Zeehavengeld 2025’.

Artikel 14 Bekendmaking

Bekendmaking van deze verordening vindt overeenkomstig artikel 3 van de Bekendmakingswet elektronisch plaats.

TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE VERORDENING ZEEHAVENGELD 2025

(Bedragen in euro’s)

A

B

Groep

Code

Omschrijving

per

BT

per

BT

per ton

lading

I

Zeeschepen, niet varende in lijndienst

Voor het gebruik van de haven voor ten hoogste één maand het in kolom A vermelde tarief, tenzij, ingeval er lading is, toepassing van het gecombineerde tarief in kolom B tot een lager bedrag leidt, in welk geval dat lagere bedrag is verschuldigd.

1.1

Algemeen tarief

1,179

0,372

0,601

1.2

Als de geloste dan wel ingenomen lading van het schip voor ten minste de helft van het gewicht bestaat uit:

1.2.1

steenkolen of cokes (niet zijnde petroleumcokes)

0,979

0,309

0,495

1.3

containerschip

0,353

0,225

0,381

1.4

roll-on/roll-offschip;

0,494

0,205

0,147

1.5

olietanker

1,286

0,418

0,651

1.6

Bijzondere bepalingen

1.6.1

Deze tarieven zijn uitsluitend van toepassing op bezoeken aan de Haven waarbij lading wordt geladen en/of gelost. Op bezoeken aan de Haven waarbij geen Lading wordt geladen en/of gelost zijn de Overige tarieven (Hoofdstuk III) van toepassing.

1.6.2

indien bij binnenkomst als gevolg van de diepgangslimiet van de toeleidende vaarweg een deel van de nuttige scheepsruimte niet kan worden benut, wordt slechts havengeld geheven over een maximaal tonnage van 50.000 BT, met uitzondering van roll-on/roll-off schepen en cruiseschepen;

1.6.3

Voor een tanker met deellading, waarvan een deel van de lading een olieproduct is

(een annex I product), geldt het olietankertarief.

1.7

Frequentiereductie Agribulk

1.7.1

Op het algemeen tarief voor zeeschepen die de haven aandoen en waarvan ten minste de helft van de lading bestaat uit agribulk, worden als volgt frequentie-reducties toegepast:

Aantal keer bezoek

Korting

van 6 tot 12 maal per jaar:

10 %

van 12 tot 26 maal per jaar:

15%

vanaf 26 maal per jaar of vaker:

20%

1.7.2

Bijzondere bepalingen:

Reducties worden niet onderling cumulatief toegepast;

Voor het schriftelijke van tevoren ingediende verzoek tot het verkrijgen van reductie moet aan de volgende twee voorwaarden worden voldaan:

de zeeschepen doen de gemeente aan onder verantwoordelijkheid van dezelfde aangever voor de belasting;

de zeeschepen varen in frequentie onder dezelfde reder, eigenaar of degene aan wie de schepen in gebruik zijn gegeven dan wel een combinatie van één van deze partijen;

(Bedragen in euro’s)

Groep

Code

Omschrijving

A

per

BT

B

per

BT

per ton

lading

II

Zeeschepen met lading, varende in lijndienst

Voor het gebruik van de haven en het genot van diensten in dat verband, voor ten hoogste één maand geldt het in kolom A vermelde tarief, tenzij, ingeval er lading is, toepassing van het gecombineerde tarief in kolom B tot een lager bedrag leidt, in welk geval dat lagere bedrag is verschuldigd

2.1.

shortsea algemeen tarief

0,487

0,238

0,417

2.2.

shortsea container tarief

0,287

0,149

0,417

2.3

shortsea roll-on/roll-off tarief

0,384

0,149

0,303

2.4

deepsea algemeen tarief

0,722

0,372

0,580

2.5

deepsea container tarief

0,346

0,220

0,381

2.6.a

deepsea roll-on/roll-off tarief

0,363

0,177

0,370

2.6.b

deepsea con/ro tarief

0,204

0,099

0,208

2.7.

bijzondere bepalingen:

2.7.1

Deze tarieven zijn uitsluitend van toepassing op bezoeken aan de Haven waarbij lading wordt geladen en/of gelost. Op bezoeken aan de Haven waarbij geen lading wordt geladen en/of gelost zijn de Overige tarieven (Hoofdstuk III) van toepassing.

2.7.2

Indien bij binnenkomst als gevolg van de diepgangslimiet van de toeleidende vaarweg een deel van de nuttige scheepsruimte niet kan worden benut, wordt slechts havengeld geheven over een maximaal tonnage van 50.000 BT, met uitzondering van roll- on/roll-off schepen.

2.7.3

Als de geloste dan wel ingenomen lading van een zeeschip, niet zijnde een containerschip, voor ten minste de helft van het gewicht bestaat uit containers, komt het, afhankelijk van de betreffende categorie, in aanmerking voor de tarieven 2.2, 2.5 of 2.6.b

2.8

Frequentiereductie

2.8.1

Op de tarieven, opgenomen in de codes 2.1 tot en met 2.6.b worden reducties voor een zeeschip dat de gemeente aandoet, als volgt toegepast:

2.8.2.

Vanaf 6 keer per jaar:

10%

2.8.3.

Vanaf 13 keer per jaar:

15%;

2.8.4.

Vanaf 26 keer per jaar:

20%

2.8.5.

Vanaf 52 keer per jaar:

25%

2.8.6.

Vanaf 104 keer per jaar:

30%

2.8.7.

Vanaf 156 keer per jaar:

35%

2.8.8

Vanaf 208 keer per jaar:

40%

2.8.9

Vanaf 260 keer per jaar:

45%

2.9

Bijzondere bepalingen:

2.9.1.

bij het bepalen van de kortingspercentages onder 2.8 wordt bij de berekening van het aantal bezoeken mede in aanmerking genomen de bezoeken door een van tevoren aan de gemeenteambtenaren, belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, ingevolge art. 231, tweede lid, onder b en c, van de Gemeentewet aangemeld vervangend schip;

2.9.2.

reducties worden onderling niet cumulatief toegepast.

2.9.3.

Voor alle zeeschepen varende in dezelfde lijndienst geldt dezelfde frequentiereductie.

(Bedragen in euro’s)

Omschrijving

A

B

Groep

Code

per

BT

per

BT

per ton

lading

III

Overige tarieven

Voor het gebruik van de haven en het genot van diensten in dat verband, gelden de volgende voorwaarden en tarieven indien Zeeschepen geen lading innemen of lossen:

3.1

Bij aaneengesloten verblijf in de haven van 60 dagen of korter.

Dit geldt niet voor offshore schepen en cruiseschepen.

0,383

3.2

Offshore schip bij aaneengesloten verblijf in de haven van een

van 60 dagen of korter

0,783

3.3

Cruiseschip

0,264

3.4

Bij aaneengesloten verblijf in de haven van langer dan 60 dagen.

Dit geldt niet voor cruiseschepen.

1,179

3.5.

Voor het gebruik van de haven en het genot van diensten die daarmee verband houden, met uitzondering van cruiseschepen, jachten en pontons, voor niet langer dan 48 uur, mits geen lading wordt gelost of ingenomen en geen sleepdienst wordt verricht, geldt het volgende tarief

0,146

IV

Milieukortingen en incentives voor Zeeschepen

4.1

Green Award korting

Op het op grond van vorenstaande bepalingen van deze groep berekende belastingbedrag wordt een reductie van 6% toegepast bij schepen die in het bezit zijn van een Green Award, als genoemd in artikel 1 van de verordening.

De reductie wordt eenmaal per aanloop toegepast, waarbij aanloop gedefinieerd wordt als het bezoek van een zeeschip aan het gehele havengebied van Zaanstad.

4.2

Environmental Ship Index regeling

Zeeschepen die zich hebben aangemeld bij Environmental Ship Index komen in aanmerking voor de ESI-stimuleringsregeling. De stimuleringsregeling is als volgt opgebouwd:

Het schip moet een ESI-score van 25 punten of meer hebben: bij een lagere score wordt géén beloning gegeven.

Als de ESI-score gelijk aan of boven de 36 punten bedraagt wordt een extra bonus toegepast.

De hoogte van de beloning is afhankelijk van de BT-maat van het schip.

- De berekening van de hoogte van de beloning geschiedt volgens de volgende formule:

- ESI-score ≥ 25 punten: score/100 vermenigvuldigd met "BT-klasse beloning";

- ESI-score > 36 punten: score/100 vermenigvuldigd met "BT-klasse beloning" plus

de bonus van 1/2 maal de  "BT-klasse beloning".

De ESI-stimuleringsregeling wordt onder de volgende voorwaarden toegepast:

De beloning wordt eenmaal per aanloop toegekend, waarbij aanloop gedefinieerd wordt als het bezoek van een zeeschip aan het gehele havengebied van Zaanstad.

Voor tankers die vallen onder de 48-uurs regeling, geldt dit eveneens als één aanloop;

Gedurende de aanloop meert het schip af op een ligplaats binnen de gemeente Zaanstad.

Het doel van het bezoek aan de gemeente Zaanstad is laden of lossen of voor een cruiseschip een cruisebezoek.

De ESI-score, benodigd om voor de beloning in aanmerking te komen, is de ESI-score zoals vermeld op de datum en het tijdstip van afmeren op de 1e ligplaats binnen de gemeente Zaanstad. De ESI-score wordt vermeld op het publieke deel van de ESI-website.

De ESI-score wordt door of namens het schip vermeld bij de opgave van het zeehavengeld. Het niet vermelden van de ESI-score betekent dat géén beloning kan worden toegekend.

Beloningen kunnen niet met terugwerkende kracht worden geclaimd.

De stimuleringsmaatregel wordt niet toegepast indien het schip gedurende het bezoek in de haven van Zaanstad wordt verwijderd van het publieke deel van de ESI-website als gevolg van een negatief resultaat van een audit.

De beloning kan niet hoger zijn dan het verschuldigde zeehavengeld.

Daar waar hierboven wordt gesproken over “beloning” of “bonus” wordt bedoeld een korting op het tarief van het zeehavengeld.

-

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 24-06-2025,

voorzitter,

raadsgriffier,