Gladheidbestrijdingsplan 2026-2030 gemeente Barendrecht

Geldend van 12-07-2025 t/m heden

Intitulé

Gladheidbestrijdingsplan 2026-2030 gemeente Barendrecht

gelet op

Wegenwet

Wegenverkeerswet;

BESLUIT:

  • 1.

    Het ‘Gladheidbestrijdingsplan 2026-2030 gemeente Barendrecht’ vast te stellen.

  • 2.

    De raadsinformatiebrief vast te stellen en te versturen.

  • 3.

    De financiële consequenties op te nemen in de tussenrapportage 2025 en de begroting 2026 (+€14.000 aankoop strooizout en +€20.000 inhuur personeel).

1 Samenvatting

Wettelijke kaders, zoals de Wegenwet en Wegenverkeerswet 1994, verplichten gemeenten om wegen in veilige staat te houden. Daartoe behoort ook het bestrijden van gladheid. Belangrijk is dat hierbij een inspanningsverplichting geldt en geen garantieplicht! Aansprakelijkheid voor schade door gladheid kan het gevolg zijn van nalatigheid van de wegbeheerder, maar ook weggebruikers hebben in deze een eigen verantwoordelijkheid.

Om een zorgvuldige aanpak van gladheidbestrijding te borgen, moet de gemeente Barendrecht in het bezit zijn van een up-to-date gladheidbestrijdingsplan. Daarin is het altijd zoeken naar een balans tussen verkeersveiligheid, financiële middelen en het milieu.

Gladheid ontstaat bij een combinatie van lage temperaturen en vocht op het wegdek. De gemeente Barendrecht hanteert twee methoden voor het bestrijden van de gladheid:

  • -

    preventief: ‘natzout’ strooien voorafgaand aan gladheid door bevriezing

  • -

    curatief: droog zout strooien bij sneeuw/ijzel al dan niet in combinatie met de inzet van sneeuw-schuiven

Op basis van weersvoorspellingen, metingen en adviezen beslist de Barendrechtse gladheidcoördinator om te gaan strooien. Uit oogpunt van veiligheid wordt bij twijfel altijd preventief gestrooid.

De gladheidbestrijding van de gemeente Barendrecht is gebaseerd op de uitgangspunten ‘zo mogelijk is binnen 250 meter vanaf elke woning een gestrooide route beschikbaar’ en ‘het streven dat bij preventieve gladheidbestrijding alle strooiroutes binnen 3 uur zijn gestrooid’.

Dit vraagt het stellen van prioriteiten. Daarom strooien we in beginsel de hoofdwegen, doorgaande wegen & fietspaden het stationsplein, de marktpleinen en de wegen naar scholen, zorg- en maatschappelijke instellingen, sportaccommodaties en hulpdiensten.

Van viaducten en sommige wegvakken in de gemeente is bekend dat zij sneller glad zijn of worden. Daarvoor zijn twee aparte strooiroutes in het leven geroepen.

Feit is dat de maximale capaciteit van de bestaande strooiroutes is bereikt! Bij uitbreiding van het gladheidbestrijdingsareaal na het strooiseizoen 2024-2025 betekent dat het creëren van een extra strooiroute (met mogelijk aanpassing van bestaande strooiroutes), aanschaf van een extra strooier/ sneeuwschuif/voertuig en de inzet van extra (ingehuurd) personeel.

Trottoirs en schoolpleinen strooien we niet. Daarvoor doen we een beroep op onze inwoners en de leerkrachten/ouders.

De gemeente Barendrecht organiseert haar gladheidbestrijding zorgvuldig. Er is voortdurend aandacht voor voldoende menskracht, goed materieel en genoeg strooimiddelen.

Ook communicatie richting inwoners/weggebruikers, de negatieve impact op het milieu en de financiële aspecten houden we scherp in het oog.

Kortom: de gladheidbestrijding van de gemeente Barendrecht weerspiegelt een streven naar effectiviteit en efficiëntie met oog voor veiligheid, duurzaamheid en transparantie richting de gemeenschap!

2 Inleiding

Ieder jaar weer verrast gladheid of sneeuwval in Nederland de nodige weggebruikers (met gevolgen die variëren van onschuldige blikschade tot ernstige letselschade of nog erger). Het is dan ook van essentieel belang dat de gemeente Barendrecht haar verantwoordelijkheid pakt op het gebied van gladheidbestrijding en daarbij haar plichten kent en nakomt.

2.1 Aanleiding

Gezien die verantwoordelijkheid is het belangrijk dat de gemeente beschikt over een gladheidbestrijdingsplan en deze periodiek actualiseert. Omdat de looptijd van het bestaande gladheidbestrijdingsplan eindigt in 2025 is actualisatie dan ook aan de orde. Resultaat is voorliggend gladheidbestrijdingsplan voor de periode 2026-2030.

2.2 Doel

Het gemeentelijke beleid met betrekking tot gladheidbestrijding wordt enerzijds gestuurd door wettelijke kaders en anderzijds door beschikbare financiële middelen. Daarnaast krijgen milieubelangen ook steeds meer de aandacht.

Het doel van het Barendrechtse gladheidbestrijdingsplan 2026-2030 is dan ook om met de beschikbare middelen een juiste mix te vinden tussen de verkeersveiligheid en het milieu. Dit plan geeft daarom niet alleen inzicht in de facetten die een rol spelen bij het bestrijden van gladheid, maar ook aan juridische aspecten, communicatie, financiën etc.

2.3 Afbakening

Dit plan gaat alleen over het bestrijden van gladheid op wegen die eigendom zijn van en/of in beheer bij gemeente Barendrecht. Niet-gemeentelijke wegen en particulier gebied vallen buiten de scope van dit gladheidbestrijdingsplan.

2.4 Leeswijzer

Dit gladheidbestrijdingsplan is opgebouwd rondom een aantal kernvragen. Achtereenvolgens krijgt u antwoord op de volgende vragen:

  • 1.

    Wat zijn de uitgangspunten en kaders? Hier geven we inzicht in de relevante wettelijke kaders en het gemeentelijk beleid (Hoofdstuk 3)

  • 2.

    Hoe bestrijdt de gemeente Barendrecht de gladheid? Hierbij komen aspecten als de methodiek, prioritering en strooiroutes aan de orde (Hoofdstuk 4)

  • 3.

    Hoe is de gemeentelijke gladheidbestrijding georganiseerd? (Hoofdstuk 5)

  • 4.

    Welke andere punten verdienen nog aandacht bij het bestrijden van gladheid? Denk hierbij aan communicatie, milieu en financiën (Hoofdstuk 6)

  • 5.

    Wat zijn de belangrijkste conclusies en aanbevelingen? (Hoofdstuk 7)

3 Kaders en (beleids)uitgangspunten

Naast landelijke wet- en regelgeving vormt gemeentelijk beleid het kader waarbinnen we de gladheid in Barendrecht bestrijden. In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste.

3.1 Wettelijke kaders

Op grond van artikel 16 van de Wegenwet en artikel 1 en 2 van de Wegenverkeerswet 1994 rust de zorg voor het in goede en veilige staat verkeren van wegen bij de gemeente (voorzover deze zorg niet is overgedragen aan een ander overheidsorgaan). Tot de zorg voor het ‘in goede en veilige staat verkeren van wegen’ hoort ook het bestrijden van gladheid op deze wegen.

Het gaat hierbij dan wel om een inspanningsverplichting en niet om een garantieplicht!

Als een wegbeheerder aansprakelijk wordt gesteld voor schade ten gevolge van gladheid op de weg (sneeuw, ijzel, modder, olie etc.) dan is artikel 6.162 Burgerlijk Wetboek (onrechtmatige daad) van toepassing. Van aansprakelijkheidstelling op grond van artikel 6.174 BW kan geen sprake zijn, aangezien winterse gladheid geen gebrek is aan de verharding zelf. Van een weggebruiker mag immers ook verwacht worden dat hij bij winterse omstandigheden met een grote mate van oplettendheid en voorzichtigheid aan het verkeer deelneemt.

Een wegbeheerder pleegt een onrechtmatige daad als hij tekort is geschoten in de zorgvuldigheid die hij in het maatschappelijk verkeer in acht moet nemen. Maar de wegbeheerder heeft niet de plicht om een volmaakte veiligheid te bewerkstelligen, al dient hij alle mogelijke inspanningen te verrichten om eventuele schade te beperken. Ook van belang is of de weggebruiker zijn rijgedrag heeft aangepast aan de omstandigheden (zo niet dan kan sprake zijn van eigen schuld).

Om aan te tonen dat een wegbeheerder zorgvuldig handelt qua gladheidbestrijding, kan hij gebruik maken van de volgende zorgvuldigheidsrichtlijnen:

  • in bezit zijn van een gladheidbestrijdingsplan

  • de strooiroutes geven voldoende uiting aan de prioritering

  • aantonen van tijdig en naar vermogen uitgevoerde gladheidbestrijding

  • het jaarlijks informeren van burgers

afbeelding binnen de regeling

3.2 Gemeentelijke kaders

De gemeente stelt haar eigen beleid vast. Onderstaande plannen en beleidskaders zijn van belang voor dit gladheidbestrijdingsplan.

3.2.1 Mobiliteitsvisie “Barendrecht op weg”

Bereikbaarheid, toegankelijkheid, leefbaarheid, verkeersveiligheid en duurzaamheid zijn vijf begrippen die de mobiliteitsvisie van Barendrecht kenmerken. Deze thema’s sluiten in principe naadloos aan bij het bestrijden van gladheid op de wegen die eigendom zijn van/in beheer bij de gemeente Barendrecht.

3.2.2 Beheerplan wegen 2022-2026 gemeente Barendrecht

Onze wegen vormen letterlijk de verbinding in Barendrecht. Ons wegbeheer is dan ook in essentie gericht op het onderhouden van de bestaande verharding, zodat verkeersdeelnemers deze veilig kunnen gebruiken. Het beheerplan wegen 2022-2026 geeft houvast voor een helder, gestructureerd en effectief wegbeheer binnen onze gemeente.

3.2.3 Meerjarenprogramma Barendrecht Werelddorp (2022-2026)

Het Barendrechtse college presenteerde november 2022 het meerjarenprogramma Barendrecht Werelddorp 2022-2026.

Gladheidbestrijding staat hierin niet specifiek genoemd, maar een aantal ambities zijn er wel aan te linken:

  • Verbeteren verkeersveiligheid

  • Investeren in goede bereikbaarheid

  • Vergroten van de beleving van fietsers en wandelaars

afbeelding binnen de regeling

3.2.4 Motie 2023-07 ‘Barendrecht glibbervrij’

In haar vergadering van september 2023 nam de Barendrechtse gemeenteraad motie 2023-07 ‘Barendrecht glibbervrij’ aan. In deze motie vroeg de raad om voor Barendrechters aan het begin van het strooiseizoen op een gecontroleerde wijze strooizout ter beschikking te stellen. Deze motie voeren we concreet uit door begin december een “strooizoutophaalzaterdag” te organiseren. Ba-rendrechters kunnen dan bij de zoutloods aan de Londen een zakje met 4 kg. strooizout afhalen. Dat is in principe genoeg om 500 m2 verharding te strooien.

4 Methodiek, prioritering en strooiroutes Barendrecht

Gladheid treedt op als de wegdektemperatuur onder het vriespunt komt én er vocht aanwezig is op het wegdek (bijv. bevriezing van natte weggedeelten, condensatie en/of aanvriezende mist, neerslag in de vorm van sneeuw of ijzel etc.) In dit hoofdstuk beschrijven we de verschillende manieren van gladheidbestrijding (methodiek), waar we wel of niet strooien (prioritering) en welke strooiroutes de gemeente Barendrecht rijdt.

4.1 Methoden gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding kent twee methoden, namelijk preventief en curatief. Afhankelijk van de effectiviteit/situatie buiten, kiest de gemeente welke gladheidbestrijdingsmethode wordt ingezet.

4.1.1 Preventieve gladheidbestrijding

Preventieve gladheidbestrijding houdt in dat er gestrooid wordt voordat het wegdek glad wordt. Daarbij maken we gebruik van ‘natzout’. Hierbij wordt het droge zout gemengd met een pekeloplossing voordat het via een roterende schijf op het wegdek wordt gestrooid. Voordeel van deze methode is dat het natte zout goed aan het wegoppervlak hecht en dat er bijna geen verwaaiing optreedt. Bovendien is bij ‘nat strooien’ 20% minder zout nodig dan bij het strooien met alleen droog zout.

De ‘nat strooiers’ op de Barendrechtse voertuigen zijn voorzien van geavanceerde besturingssoftware. Deze software bepaalt nauwkeurig de zoutdosering, de strooibreedte en de gelijkmatige verdeling van het zout over de weg. Deze besturingssoftware is gekoppeld aan een gps-systeem zodat de chauffeur makkelijk kan navigeren en zich beter op de weg kan concentreren (het gps-systeem is overigens ook een prettig hulpmiddel bij het inwerken van nieuwe chauffeurs of bij de inzet van een collega op een andere route). Na afloop van een strooirit, slaan we alle gegevens op waardoor we kunnen aantonen waar en wanneer is gestrooid.

afbeelding binnen de regeling

Bedieningspaneel pick-up bus

4.1.2 Curatieve gladheidbestrijding

Als er sneeuw ligt, vindt curatieve gladheidbestrijding plaats. De sneeuw wordt dan eerst aan de kant geschoven met de aan de voertuigen gemonteerde sneeuwschuiven. Aanvullend strooien we dan met droog zout. Hierbij komt namelijk direct meer strooizout op het wegdek en droog zout werkt beter in op bestaande sneeuwlagen. Bij curatieve gladheidbestrijding gebruiken we onze besturingssoftware niet qua dosering, strooibreedte etc. De gereden routes worden wel geregistreerd.

Curatieve gladheidbestrijding gaat een stuk langzamer dan een preventieve strooiactie. Bij ernstige sneeuwval komt het voor dat niet alle routes gestrooid kunnen worden (juiste prioriteiten stellen). In principe herhalen we curatieve strooiacties totdat het gewenste resultaat is behaald.

IJzel is een verraderlijke vorm van winterse neerslag die ontstaat wanneer regen op een ondergrond terechtkomt die kouder is dan 0°C. De waterdruppels bevriezen direct bij contact, waardoor een dunne, transparante ijslaag ontstaat. Dit maakt wegen en trottoirs spekglad en gevaarlijk. Vanwege het plotselinge en intens gladde karakter van ijzel, is het bestrijden van deze gladheid een grote uitdaging. Dit omdat bij ijzel het KNMI vaak een code oranje of rood uitgeeft gekoppeld aan de oproep om niet de weg op te gaan. En dat terwijl we juist rijdend verkeer nodig hebben om het zout ‘in te rijden’. Want: hoe meer verkeer hoe sneller en beter de werking van het strooizout!

afbeelding binnen de regeling

Handelingsadvies KNMI

4.1.3 Alternatieven

De gemeente Barendrecht gebruikt bij haar gladheidbestrijding steenzout (korrelgrootte < 3 mm.) Naast het strooien van zout zijn er nog twee andere strooimaterialen die ingezet kunnen worden (met voor- en nadelen).

Zand

Zand wordt voornamelijk gebruikt als stroefheidverhogend middel. Als het wordt vermengd met zout, werkt het ook vriespuntverlagend. Het gebruik van zand in plaats van zout heeft als voordeel dat het oppervlaktewater niet verzilt en bomen/beplanting niet worden beschadigd (zie par. 6.2). De nadelen van ‘strooizand’ bestaan uit:

  • -

    per vierkante meter is veel nodig om de wrijvingsweerstand enigszins te verhogen;

  • -

    bij neerslag verdwijnt het in het regenwaterriool wat verstoppingen kan veroorzaken;

  • -

    na de gladheidperiode moet het wegdek/de goten machinaal geveegd worden om het overtollige zand te verwijderen.

Ureum

In Nederland gebruikt men ureum –aanwezige afvalstof in menselijke urine– bij het bestrijden van gladheid op start- en landingsbanen van vliegvelden. Dit omdat ureum niet-corrosief is en daardoor ideaal is voor de metalen vliegtuigen. Nadelen van ureum zijn de prijs (tot 10x duurder dan wegenzout) en het feit dat bij stijgende temperaturen organismen dit omzetten in andere chemische verbindingen. Daarbij wordt veel zuurstof gebruikt en veroorzaakt uiteindelijk eutrofiëring van de bodem.

Let wel: het gebruik van deze alternatieve strooimaterialen vraagt aangepast en ander materieel waardoor ze eigenlijk voor Barendrecht niet realistisch zijn. Uiteraard houden we de ontwikkelingen/markt in de gaten qua alternatieve strooimethodes en –materialen.

4.2 Prioriteiten en strooiroutes gladheidbestrijding

Het bestrijden van gladheid op alle verharding die het eigendom is van en/of in beheer is bij de gemeente Barendrecht is geen reële optie gezien de onuitvoerbaarheid en hoge kosten. Daarom is het beleidsuitgangspunt van de gemeente Barendrecht al jaren “zo mogelijk is binnen 250 meter vanaf elke woning een gestrooide route beschikbaar”. Daarvoor zijn diverse strooiroutes uitgezet. Bij wegwerkzaamheden en/of –afsluitingen kan hiervan worden afgeweken. Nieuwbouw of wijzigingen in de openbare ruimte kunnen eveneens leiden tot aanpassing van de strooiroutes.

afbeelding binnen de regeling

4.2.1 Gladheidcoördinatoren

De gemeente Barendrecht heeft twee gladheidcoördinatoren. De dienstdoende gladheidcoördinator neemt de beslissing om te gaan strooien (zij hebben beurtelings dienst en leiden de gemeentelijke strooiacties).

De beslissing van de gladheidcoördinator is gebaseerd op:

  • -

    praktijkervaring en eigen waarneming buiten;

  • -

    gegevens uit het gladheidmeldsysteem waaraan een meetpunt in de Leedeweg is gekoppeld. Sensoren meten daar de temperatuur en de toestand van het wegdek (droog/nat en zoutgehalte). In het weerkastje wordt daarbij de luchttemperatuur en luchtvochtigheid gemeten, waarmee het dauwpunt kan worden berekend. Met behulp van al deze gegevens voorspelt het systeem de gladheid op het wegdek;

  • -

    advies van de meteoroloog die het meetpunt dag en nacht bewaakt. Bij te verwachten gladheid neemt de meteoroloog telefonisch contact op met de dienstdoende gladheidcoördinator en geeft daarbij specifieke uitleg over de te verwachten gladheid en weersomstandigheden;

  • -

    dagelijkse weersvoorspellingen van Infoplaza;

  • -

    dagelijkse weerrapporten van de lokale weerexpert Ed Aldus.

afbeelding binnen de regeling

Meetpunt Leedeweg

Wanneer er twijfel bestaat over de noodzaak van een preventieve strooiactie, kiest de gladheid-coördinator er altijd voor om te strooien. Veiligheid staat immers voorop!

Doorgaans start een strooiactie binnen 30 tot 45 minuten na de beslissing van de gladheidcoördinator (afhankelijk van de weersomstandigheden waarin de medewerkers naar de gemeentewerf moeten komen).

Alle strooiacties beginnen vanaf en eindigen op de gemeentewerf aan de Londen. Daar staat de zoutloods met een opslagcapaciteit van 600 ton en al het benodigde strooimateriaal (zie par. 5.2).

afbeelding binnen de regeling

Shovel in gemeentelijke zoutloods

4.2.2 Strooiroutes preventieve gladheidbestrijding

De strooiroutes preventieve gladheidbestrijding bevatten de Barendrechtse hoofdwegen, doorgaande wegen en doorgaande fietspaden. Ook nemen we in deze routes de wegen naar scholen, verzorgingshuizen, sportaccommodaties, het stationsplein en de marktpleinen mee. Dat geldt ook voor het terrein bij de brandweerkazerne (1e Barendrechtseweg), het politiebureau (Maasstraat), de ambulancepost (Riga) en de vrachtwagenparkeerplaats (Eurekaweg).

Figuur 1 geeft een beeld van alle Barendrechtse preventieve strooiroutes. Een uitsplitsing van de verschillende preventieve strooiroutes staat in bijlage 1.

De handstrooiploeg strooit daarnaast diverse bijzondere plekken, zoals de tramhaltes Carnisselandelijn, de trappen rondom het gemeentehuis, de trappen aan de Middenbaan (de Middenbaan zelf zit in een strooiroute), de hoofd- en zijingang van De Elf Ranken (Middeldijkerplein) en Borg-stede, seniorenwoningen aan de Windsingel, De Boeg (Spits) en de locatie van Humanitas aan de Reling.

Streven is dat bij preventieve gladheidbestrijding alle strooiroutes binnen 3 uur zijn gestrooid!

afbeelding binnen de regeling

Figuur 1. Overzicht van alle strooiroutes preventieve gladheidbestrijding gemeente Barendrecht

4.2.3 Strooiroutes viaducten en specifieke locaties

Viaducten staan erom bekend dat ze sneller glad worden dan de aanliggende wegen. Dit komt doordat ze ‘in de lucht hangen’ waardoor ze geen warmte uit de grond kunnen opnemen én sneller afkoelen doordat de wind vrij spel heeft. Daarnaast leert de praktijk dat sommige specifieke locaties sneller glad zijn (uniek microklimaat zorgt lokaal voor ophopende koude lucht en bevriezing).

Om die reden zijn er twee strooiroutes “viaducten en specifieke locaties” (zie ook bijlage 1) te weten:

Barendrecht ten oosten van de A29: tunnel Boezemweg – fietstunnel Gebroken Meeldijk – viaduct Dierensteinweg (en fietstunnel onder het viaduct) – viaduct 1e Barendrechtseweg – opritten parkeerdek Station – bochten Sweelincklaan – opritten Molenleede-Middeldijk – fietspaden Sluislee-de-Middeldijk en alle rotondes (15 stuks).

Barendrecht ten westen van de A29: viaduct Vrijenburgweg – viaduct Avenue Carnisse – tunnel Middeldijk onder A29 – rondom ambulancepost Riga – tunnel Breslau/Harmonielaan – tunnel Voordijk onder A29 – Middeldijkerplein (inclusief fietspad Middeldijk) en alle rotondes (9 stuks).

4.2.4 Strooiroutes curatieve gladheidbestrijding

Bij (zware) sneeuwval of ijzel is het onmogelijk om de gladheid in een kort tijdsbestek te bestrijden conform de preventieve strooiroutes. De rijsnelheid van de strooiwagens is bij curatieve gladheid-bestrijding immers aanzienlijk lager dan bij preventieve gladheidbestrijding. Daarbij vraagt curatieve bestrijding om een hogere dosering strooizout waardoor de strooiwagens eerder en vaker terug moeten naar de zoutloods om bij te vullen.

Curatieve gladheidbestrijding vraagt daarom om het stellen van prioriteiten en het maken van keuzes:

  • Eerste prioriteit is het sneeuwvrij maken van de wegen vanuit de verschillende hulpdienstenposten naar de doorgaande wegen;

  • Gelijktijdig worden de doorgaande fietspaden sneeuwvrij gemaakt en/of gestrooid;

  • Vervolgens schuiven we de hoofdroutes en doorgaande wegen.

Sneeuwschuiven (curatieve gladheidbestrijding) kost tijd waardoor het niet altijd mogelijk is om de gladheid in één actie te bestrijden. Bovendien kan de mate van sneeuwval of ijzel per keer –en zelfs plaatselijk– verschillen. Afhankelijk van de situatie en het tijdstip van de neerslag, bepaalt de gladheidcoördinator tot het inzetten van curatieve gladheidbestrijding.

4.2.5 Waar strooien we niet?

Zoals eerder aangegeven bestrijden we de gladheid niet op alle gemeentelijke verharding. Zo strooien we niet op:

Trottoirs

Om de gladheid op trottoirs te bestrijden, doen we een beroep op onze inwoners. Om hen daarbij te ondersteunen, organiseren we begin december van ieder jaar een ‘strooizoutophaalzaterdag’ op de gemeentewerf aan de Londen (zie ook par. 3.2.4).

afbeelding binnen de regeling

4 kg. zak voor bewoners

Voor een optimaal strooi-effect geven we onze inwoners de volgende tips mee:

  • -

    veeg eerst zoveel mogelijk sneeuw weg;

  • -

    strooi daarna zout op de schone stoep en laat dit minimaal 30 minuten intrekken;

  • -

    veeg de natte drab vervolgens richting de straat om herbevriezing te voorkomen.

Samen houden we Barendrecht veilig en bereikbaar deze winter!

Schoolpleinen

Qua gladheidbestrijding op schoolpleinen vertrouwen we op de inzet van leerkrachten en betrokken ouders. Scholen kunnen daarvoor zelf een zoutkist aanschaffen/plaatsen. Als de school vervolgens bij de gemeente een verzoek indient, vult de gemeente deze zoutkist en kan de school naar eigen inzicht het strooien van het schoolplein oppakken.

Ook zorg-/maatschappelijke instellingen en wooncomplexen kunnen in overleg van de gemeente strooizout krijgen om de entrees of aangrenzende trottoirs te strooien.

5 Organisatie gladheidbestrijding gemeente Barendrecht

Dit hoofdstuk beschrijft hoe de gladheidbestrijding door de gemeente Barendrecht is georganiseerd waarbij ingezoomd wordt op personeel, materieel, afstemming en areaaluitbreiding.

5.1 Personeel

De gemeentelijke strooiploeg bestaat uit 24 medewerkers, verdeeld over twee ploegen van 12 (9 voor het rijden van de strooiroutes, 2 voor het uitvoeren van de handstrooiacties en de gladheid-coördinator). Zij zijn vanaf begin november t/m begin april om de week oproepbaar/inzetbaar (bij temperaturen onder de 4°C wordt eerder gestart/langer doorgegaan – in de maanden oktober en april hebben we een afwijkende piketregeling met kanspiket in plaats van continue beschikbaarheid).

Bij noodzakelijke langdurige strooiactie (bijv. bij zware sneeuwval of ijzel) kan het nodig zijn de ‘diensthebbende strooiploeg’ af te lossen. Daarnaast kunnen dan ook de collega’s uit de teams Wijkbeheer en Reiniging tijdens reguliere werktijden of –indien nodig– in het weekend hiervoor ingezet worden.

Dit kan op basis van de consignatieregeling uit de Arbeidstijdenwet (geldt ook voor nachtelijke arbeid).

We streven om het gladheidrooster in te vullen met eigen personeel. Daarom is bij het werven van nieuwe medewerkers ‘lid worden van de strooiploeg’ onderdeel van de functieomschrijving (vanzelfsprekend worden zij pas ingezet nadat een inwerkprogramma voor aanvang van het strooiseizoen succesvol is verlopen).

Maar de praktijk is dat door een toenemende vergrijzing binnen onze organisatie en de schaarste aan geschikt personeel voor dit specialistische werk, het niet altijd mogelijk is om deze taken met eigen medewerkers uit te voeren. Daarom huren we ook externe capaciteit in.

afbeelding binnen de regeling

Strooipersoneel voor de Barendrechtse zoutloods

Bij ziekte kan de dienst overgenomen worden door medewerkers die de andere week dienst zouden hebben. Als er veel uitval is (bijv. een coviduitbraak of griepepidemie) moeten er prioriteiten gesteld worden. Eerste aandacht gaat dan uit naar de wegen vanuit de hulpdienstenposten richting de doorgaande wegen en de doorgaande fietspaden.

Als dit onverhoopt aan de orde is, wordt het management ingelicht en gekeken hoe dit te communiceren richting bestuur en inwoners.

5.2 Materieel

Al het gladheidbestrijdingsmaterieel (strooiers en sneeuwschuiven) wordt geleased. Dit materieel kan op of aan de auto’s en tractoren van het gemeentelijk wagenpark worden gemonteerd. Het strooimaterieel staat overkapt opgeslagen op de gemeentewerf aan de Londen (naast de zout-loods).

Het strooimaterieel van de gemeente Barendrecht bestaat uit:

*1x grote afzetstrooier (vrachtwagen)

*1x grote sneeuwschuif (vrachtwagen)

*6x opbouwstrooier (pick-up bus)

*2x aanhangstrooier (tractor)

*8x sneeuwschuif (pick-up bus en tractor)

*4x handschuiven en -strooiers

afbeelding binnen de regeling

Impressie strooimaterieel gemeente Barendrecht

5.3 Afstemming met andere wegbeheerders

Waterschap Hollandse Delta beheert momenteel ook nog diverse wegen binnen de gemeentegrenzen van Barendrecht (buiten de bebouwde kom). Het waterschap krijgt zijn informatie over dreigende gladheid van de dienstkring Dordrecht van Rijkswaterstaat (de snelwegen A29 en A15 is de verantwoordelijkheid van RWS zelf). De strooiroutes van het waterschap staan op de website Gladheidsbestrijding WSHD. Het gaat dan met name om de wegen Korte Koedoodsedijk, Koedood, Zuider Carnisseweg, Achterzeedijk, Provinciaal fietspad, 3e Barendrechtseweg, Ziedewijdsekade, Noldijk en Ziedewijdsedijk.

De gemeente Barendrecht houdt de gemeenten Albrandswaard & Ridderkerk en het waterschap Hollandse Delta op de hoogte wanneer zij gaat strooien (en andersom).

De beslissing om te gaan strooien, ligt overigens bij iedere strooi-organisatie zelf. Maar in de meeste gevallen strooien zij gelijktijdig, zodat gestrooide routes aansluiten op het aangrenzende wegennet.

Met de gemeenten Zwijndrecht en Rotterdam is geen structureel ‘gladheidcontact’ (incidenteel vindt afstemming plaats over strooiroutes bij de gemeentegrens).

Om deze afstemming structureel te borgen en om kennis & best practices uit te wisselen, is de gemeente Barendrecht voornemens de lead te nemen in het organiseren van een jaarlijks ‘gladheidoverleg IJsselmonde’.

5.4 Uitbreiding gladheidbestrijdingsareaal

De tijd waarbinnen onze wegen worden gestrooid is een van de belangrijkste factoren voor de te leveren kwaliteit qua gladheidbestrijding. Vanuit de CROW (kennisinstituut voor infrastructuur, openbare ruimte, verkeer en vervoer en werk en veiligheid) wordt als uitgangspunt–met de huidige beschikbare ondersteuningsmiddelen– een richtlijn van twee uur aangehouden als actietijd voor preventieve strooiacties. Een wegbeheerder mag gemotiveerd afwijken van deze richtlijn.

En gezien het uitgangspunt “preventieve routes zijn binnen 3 uur gestrooid” doet de gemeente Barendrecht dat! De reden hiervoor is meerledig:

  • Onze strooiroutes zijn efficiënt ingericht (gunstige verhouding strooikilometers ten opzichte van rijkilometers)

  • We voorkomen zo veel mogelijk dat strooivoertuigen niet-strooiend over niet behandelde weggedeelten rijden

  • De hoeveelheid dooimiddel in een strooier is voldoende om de route in één rit te behandelen (geldt niet voor curatieve acties, zie 4.2.4)

  • Gunstige ligging van onze zoutloods (centraal in de gemeente)

Maar feit is wel dat de maximale capaciteit van de bestaande strooiroutes is bereikt! Dat betekent dat uitbreiding van het gladheidbestrijdingsareaal na het strooiseizoen 2024-2025 leidt tot het creëren van een extra strooiroute (met mogelijk aanpassing van bestaande strooiroutes). En dat betekent ook aanschaf van een extra strooier/sneeuwschuif/voertuig en de inzet van extra (ingehuurd) personeel.

Mocht dit t.z.t. aan de orde zijn, dan wordt dit via een separaat voorstel ter besluitvorming aan het college/de gemeenteraad voorgelegd.

Ook overdracht van het eigendom en/of beheer van wegen kan leiden tot uitbreiding van het gemeentelijk gladheidbestrijdingsareaal. Specifiek voorbeeld is de incidentele overdracht van wegen en het project ‘transitie wegen waterschap Hollandse Delta – gemeente Barendrecht’. Het item ‘gladheidbestrijding’ komt in dat project dan ook zeker aan bod.

6 Overige aandachtspunten gemeentelijke gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding draait niet alleen om het strooien van zout. Ook tal van andere factoren zijn cruciaal voor een effectieve aanpak. Denk hierbij aan het helder communiceren richting inwoners en weggebruikers (en hoe gaan we om met meldingen), het beperken van de impact op het milieu en de financiële verantwoording. In dit hoofdstuk duiken we in deze aanvullende aspecten.

6.1 Communicatie

Het is belangrijk met inwoners en ondernemers te communiceren over de verantwoordelijkheden van de gemeente én weggebruikers bij winterse gladheid. Op onze gemeentewebsite staat dan ook dit gladheidbestrijdingsplan (Gladheidsbestrijding - Gemeente Barendrecht) en zijn de strooi-routes te vinden. Overigens wordt het gladheidbestrijdingsplan 2026-2030 na vaststelling ook gepubliceerd op https://www.officielebekendmakingen.nl

Verder worden strooiacties kenbaar gemaakt via X (voorheen Twitter). Voor de start van een strooiactie stuurt de dienstdoende gladheidcoördinator vanuit het gemeenteaccount een X-bericht.

Voorafgaand en tijdens het gladheidseizoen plaatsen we artikelen in Blik op Barendrecht (onderdeel van De Schakel) en berichten/stories op onze sociale media (Facebook, Instagram).

In al onze gladheidcommunicatie gaat het niet alleen om wat de gemeente (waarom en hoe) doet, maar benadrukken we ook de eigen verantwoordelijkheid van de weggebruiker en de noodzaak om het weggedrag aan te passen aan de winterse omstandigheden.

Daarnaast kan eenieder via onze gladheid-webpagina (uitklapvenster “Kan ik een melding maken over gladheid?”) de gemeente Barendrecht app en/of telefoon (14 0180) een gladheidmelding maken en/of –vraag stellen. Afhankelijk van de situatie pakken we de melding gelijk op, koppelen we terug als het langer duurt of leggen we ons ‘niet-overal-strooibeleid’ uit.

6.2 Impact op het milieu

Het bestrijden van gladheid met zout belast het milieu. Daarom is onbeperkt zout strooien –nog los van het financiële aspect– niet aan de orde. Om de milieubelasting te beperken, wordt de hoeveelheid te strooien zout optimaal afgestemd op het type weer en de omstandigheden. Daarbij zorgt het gebruik van de gladheidmeldingssystemen voor minimalisatie van het aantal onnodige uitrukken.

Desondanks strooien we uit oogpunt van verkeersveiligheid nog de nodige kilo’s zout met onderstaande milieueffecten tot gevolg:

  • -

    verzilting van oppervlaktewater (afname van niet-zouttolerante soorten en problemen met (drink)waterzuivering)

  • -

    verzilting bodem (hogere zoutconcentraties in de bodem beperken de opname van water en voedingsstoffen)

  • -

    schade aan beplanting en bomen (bladverbranding bij direct contact en/of bladrandverkleuring bij hoge zoutconcentraties in de bodem)

  • -

    remming grasgroei (zouttolerante soorten krijgen de overhand en hoge zoutconcentraties verstoren de opname van essentiële voedingsstoffen als kalium calcium en magnesium)

afbeelding binnen de regeling

Bladrandverkleuring (foto J. Kopinga )

Doordat gladheidbestrijding gekenmerkt wordt door een tijdelijke en gerichte inzet, beperken de meeste milieueffecten zich ook tot een specifieke periode van het jaar. En de regenval in de overige seizoenen verdunt de zoutconcentraties in de bodem en het oppervlaktewater waardoor negatieve effecten verminderen. Bomen en planten krijgen zo de kans om te regenereren en grasvegetaties kunnen zich herstellen. Hoewel dit een mate van verlichting biedt, blijft het belangrijk om de negatieve (cumulatieve) effecten van strooizout op het milieu niet te bagatelliseren. Ook op dit punt volgen we de innovatie en ontwikkeling van duurzame alternatieven nauwgezet en kijken daarbij ook naar wat andere wegbeheerders doen, zodat we kunnen leren van hun ervaringen en slimme oplossingen.

Minimaliseren van het gebruik versus het borgen van de verkeersveiligheid blijft een voortdurende zoektocht naar evenwicht tussen ecologische en maatschappelijke verantwoordelijkheden!

6.3 Overzicht financiën

Gladheidbestrijding kost geld. Binnen de gemeentelijke begroting is daarvoor zo’n €152.000 per jaar beschikbaar. Kanttekening is dat de uiteindelijke kosten direct samenhangen met de aard van de winter. Bij een strenge winter met veel vorst, sneeuw en/of ijzel kunnen de uitgaven (fors) stijgen door een intensievere inzet van ingehuurd personeel en een hoger verbruik van strooizout. Dat soort niet-voorziene overschrijdingen verantwoorden we in de Jaarrekening.

Fcl 507501 Lease materieel

 
 
 
 

Lease strooiers/sneeuwschuiven

€ 99.800

 
 

Lease wagenpark¹

€ 18.700

 

Fcl 621010 Gladheidbestrijding

 
 

Turap 20253

ecl 343011

Aankoop strooizout

€ 15.400

+ € 14.000

ecl 343400

Uitbesteed werk (inhuur)

€ 13.500

+ € 20.000

ecl 343401

Advieskosten²

€ 2.700

 

ecl 343599

Overige kosten

€ 2.000

 

Totaal

 

€ 152.100

 

Figuur 2. Overzicht begroting gladheidbestrijding

  • 1

    gerekend is met 10% van het leasebedrag wagenpark (wordt immers niet jaarrond ingezet voor de gladheidbestrijding en het bedienen van strooiers/sneeuwschuiven vraagt specifieke aanpassingen – hydrauliek)

  • 2

    gladheidmeldsysteem en weerrapporten

  • 3

    de structurele financiële consequenties van sterk gestegen prijzen voor inkoop strooizout en inhuur extern personeel worden meegenomen in de Tussenrapportage 2025

7 Conclusies en aanbevelingen

Gladheidbestrijding is een kerntaak van de gemeente. Om deze taak goed uit te voeren, is het belangrijk dat de (wettelijke) kaders helder zijn en het beleid hieromtrent duidelijk is. Wat betekent dit voor de gemeente Barendrecht? In het laatste hoofdstuk van dit gladheidbestrijdingsplan trekken we conclusies en doen we aanbevelingen.

7.1 Conclusies

Gemeente én weggebruiker heeft een verantwoordelijkheid bij winterse gladheid

De gemeente Barendrecht heeft de wettelijke zorgplicht voor het in veilige staat houden van haar wegen. Gladheidbestrijding is daarvan een onderdeel. Garantie dat er geen schade kan ontstaan bij gladheid, kan de gemeente niet geven. Zij heeft een inspanningsverplichting om gladheid effectief te bestrijden, maar van de weggebruiker mag ook worden verwacht dat hij bij winterse omstandigheden met grote mate van oplettendheid en voorzichtigheid aan het verkeer deelneemt en zijn rijgedrag aanpast.

De gemeentelijke gladheidbestrijding is goed georganiseerd en efficiënt

Met twee gladheidcoördinatoren, goed opgeleid personeel en voldoende materieel is de gemeentelijke gladbestrijding op orde. Daarnaast zorgt het strooien met ‘natzout’ bij preventieve gladheidbestrijding en het gebruik van geavanceerde besturingssoftware voor een goed resultaat, de juiste zoutdosering en een gelijkmatige verdeling over de weg.

Gladheidbestrijding vraagt om prioritering en het maken van keuzes

Uit oogpunt van uitvoerbaarheid en kosten is het onmogelijk om alle gemeentelijke verharding bij gladheid te strooien. De uitgangspunten ‘zo mogelijk is binnen 250 vanaf elke woning een gestrooide route beschikbaar’ en ‘het streven dat bij preventieve gladheidbestrijding alle strooiroutes binnen 3 uur zijn gestrooid’ vragen prioriteiten te stellen en het strooien te beperken tot de Barend-rechtse hoofd- en doorgaande wegen en doorgaande fietspaden. Wegen naar scholen, verzorgingshuizen, sportaccommodaties, het stationsplein en de marktpleinen vallen ook hieronder (evenals het terrein bij de brandweerkazerne, het politiebureau, de ambulancepost en de vracht-wagenparkeerplaats).

Viaducten en specifiek locaties waarvan bekend is dat ze snel glad zijn, krijgen extra aandacht.

Voor het bestrijden van gladheid op de trottoirs en schoolpleinen doen we een beroep op onze inwoners en schoolbesturen/leerkrachten.

Uitbreiding gladheidbestrijdingsreaal betekent extra strooiroute en kosten

Aangezien de maximale capaciteit van onze huidige strooiroutes is bereikt, leidt toekomstige uitbreiding van ons gladheidbestrijdingsareaal tot een extra strooiroute. Dir brengt ook extra kosten met zich mee voor aanschaf materieel en inzet van aanvullend (ingehuurd) personeel.

7.2 Aanbevelingen

  • Blijf investeren in de communicatie over het gemeentelijk gladheidbestrijdingsbeleid én de eigen verantwoordelijkheid van inwoners/wegebruikers bij winterse gladheid

  • Let op bij areaaluitbreidingen en realiseer dat extra routes vragen om de aanschaf van meer strooiers/sneeuwschuiven en de inzet van meer personeel

  • Evalueer de gladheidbestrijding na afloop van het gladheidseizoen en voer gewenste verbeteringen door om de efficiëntie en effectiviteit te behouden en/of te vergroten (en houd een extra bijeenkomst met het strooipersoneel na een heftige bestrijdingsperiode met flinke sneeuwval of ijzel)

  • Continueer het organiseren van de “strooizoutophaalzaterdag” en het op verzoek vullen van zoutkisten bij scholen, zorg-/maatschappelijke instellingen & wooncomplexen

  • Houd aandacht voor de negatieve milieubelasting van gladheidbestrijding blijf alert op innovatieve ontwikkelingen qua strooimiddel en –materieel

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders Barendrecht van 1 juli 2025.

De secretaris

L. van Zanten MSc

De burgemeester

drs. R.E. Schneider

Bijlage 1: Strooiroutes preventieve gladheidbestrijding

Strooiroute doorgaande wegen ten oosten A29

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute doorgaande wegen ten westen A29

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Centrum-West/Dorpzicht/Noord/Binnenland/sportpark De Bongerd/bedrijventerrein De Punt

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Centrum-Oost/Buitenoord/Ter Leede

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Oranjewijk/Lagewei/Vrouwenpolder/Meerwede-Zuid

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Bijdorp/Paddewei/bedrijventerreinen Bij-dorp/Reijerwaard/Cornelisland/Dierenstein/Gebroken Meeldijk/Ziedewij

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Nieuweland/Molenvliet

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Meerwede-Noord/Vrijenburg/Riederpark

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute Water-kant/Havenkwartier/Gaatkensoog/Riederhoek/Smitshoek/Vrijheidsakker/sportparken Smits-hoek/De Doordraak/bedrijventerrein Vaanpark

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute bijzondere plekken (handmatig)

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute viaducten en specifieke locaties (ten oosten A29)

afbeelding binnen de regeling

Strooiroute viaducten en specifieke locaties (ten westen A29)

afbeelding binnen de regeling