Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR741842
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR741842/1
Regeling vervalt per 01-01-2027
Subsidieregeling verbeteren deelname doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie Rotterdam 2025-2026 - samenspeelgroepen
Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 10-07-2025 t/m 31-12-2026 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2025
Intitulé
Subsidieregeling verbeteren deelname doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie Rotterdam 2025-2026 - samenspeelgroepenHet college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van de directeur Sport, Onderwijs en Cultuur van het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling van 1 juli 2025, kenmerk M2504-953;
gelet op de artikelen 3, derde lid, 4, tweede lid, 5, tweede lid, 6, derde lid en 12a van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;
overwegende, dat het wenselijk is een subsidieregeling vast te stellen voor het organiseren van samenspeelgroepen om de deelname van doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie in Rotterdam te verbeteren;
besluit:
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
- -
houder: degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007 toebehoort en die met die onderneming een kindercentrum als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet kinderopvang exploiteert in de gemeente Rotterdam;
- -
ouder: ouder of verzorger van de peuter;
- -
voorschoolse educatie: voorschoolse educatie, als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang.
Artikel 2 Toepassingsbereik
Deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van eenmalige subsidies voor het kalenderjaar 2025 en 2026 door het college voor de in artikel 4 bedoelde activiteiten.
Artikel 3 Doel
Deze subsidieregeling heeft als doel het stimuleren en vergroten van de deelname van doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie in de gemeente Rotterdam.
Artikel 4 Activiteiten
-
1. Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor het organiseren en uitvoeren van een samenspeelgroep bestaande uit een laagdrempelige wekelijkse ochtend- of middagactiviteit met een duur van 1,5 tot 2 uur, gericht op samenspelen en ontmoeten voor Rotterdamse kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 2 jaar en hun ouders.
-
2. De activiteit voldoet aan de volgende eisen:
- a.
tijdens de activiteit zijn een of meer professionals aanwezig, waaronder in ieder geval een pedagogisch medewerker, die de ouders kunnen ondersteunen met opvoedvraagstukken of de ouders kunnen begeleiden in het samenspelen met hun kind;
- b.
de activiteit draagt bij aan:
- 1°.
toeleiding van doelgroeppeuters naar voorschoolse educatie;
- 2°.
het bieden van opvoedingsvaardigheden aan ouders;
- 3°.
het versterken van sociale steun en het sociale netwerk voor ouders;
- 4°.
het verstrekken van informatie aan ouders over voorschoolse educatie of organisaties waar ouders terecht kunnen voor meer informatie ten aanzien van toeleiding doelgroeppeuters naar voorschoolse educatie, opvoedingsvaardigheden of het versterken van sociale steun en het sociale netwerk.
- 1°.
- c.
voor deelname wordt van de ouder geen inschrijving of financiële bijdrage verlangd;
- d.
de activiteit vindt plaats in de gemeente Rotterdam;
- e.
de samenspeelgroepen zijn in ieder geval toegankelijk tijdens de schoolweken.
- a.
-
3. De pedagogisch medewerker bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, beschikt minimaal over een afgeronde mbo-opleiding pedagogisch medewerker niveau 3.
-
4. Indien de subsidie niet wordt aangevraagd door een houder, werkt de aanvrager samen met een houder die actief is in het gebied als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Verordening op de Wijkraden 2022, waar de activiteit plaatsvindt.
Artikel 5 Doelgroep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:
- a.
een houder; of
- b.
een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid, die geen gastouderbureau of voorziening voor gastouderopvang exploiteert.
Artikel 6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Voor subsidie komen in aanmerking de redelijk gemaakte kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 4.
Artikel 7 Hoogte van de subsidie
De subsidie per samenspeelgroep bedraagt ten hoogste € 1.250 per maand, met een maximum van € 30.000.
Artikel 8 Subsidieplafond
Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond van € 1.000.000.
Artikel 9 Wijze van verdeling
-
1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen totdat het subsidieplafond is bereikt.
-
2. Indien de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de volledig aangevulde aanvraag is ontvangen.
-
3. Indien door het verlenen van de volledig aangevraagde subsidie het subsidieplafond wordt overschreden, kan het college besluiten om de subsidie gedeeltelijk te verlenen.
Artikel 10 Aanvraag
-
1. Een aanvraag om subsidie wordt digitaal ingediend via www.rotterdam.nl/subsidies onder gebruikmaking van het daar beschikbare aanvraagformulier.
-
2. De aanvrager legt bij de aanvraag de volgende gegevens over:
- a.
een activiteitenplan dat de volgende gegevens bevat:
- 1°.
het programma;
- 2°.
een wervingsstrategie om de ouders en de peuters te bereiken;
- 3°.
dag, tijd, duur en locatie van de activiteiten;
- 4°.
startdatum en looptijd van de activiteiten;
- 1°.
- b.
de opleiding van de professional die de samenspeelgroep begeleidt;
- c.
een begroting;
- d.
een omschrijving van de samenwerking tussen de aanvrager en het Centrum voor Jeugd en Gezin;
- e.
indien de subsidie niet wordt aangevraagd door een houder: een bewijs van samenwerking tussen de aanvrager en een houder die een kindercentrum exploiteert in het gebied als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Verordening op de Wijkraden 2022, waar de activiteit plaatsvindt.
- a.
Artikel 11 Aanvraagtermijn
Een aanvraag om subsidie wordt uiterlijk 1 november 2025 ingediend.
Artikel 12 Verplichtingen
Aan de subsidieontvanger worden de volgende verplichtingen opgelegd:
- a.
voor communicatie-uitingen gerelateerd aan de activiteit wordt gebruik gemaakt van het beeldmerk dat door het college beschikbaar wordt gesteld;
- b.
de subsidieontvanger ziet erop toe dat de ouder te allen tijde aanwezig is tijdens de uitvoering van de activiteit;
- c.
de activiteiten worden uiterlijk 31 december 2026 afgerond.
Artikel 13 Verantwoording en vaststelling subsidie
-
1. De subsidie wordt vastgesteld nadat een aanvraag tot vaststelling is ingediend bij het college.
-
2. De aanvraag tot vaststelling wordt uiterlijk ingediend op 31 maart 2027 onder gebruikmaking van een vastgesteld formulier.
Artikel 14 Inwerkingtreding
-
1. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2025.
-
2. Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2027, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze subsidieregeling zijn verstrekt.
Artikel 15 Citeertitel
Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling verbeteren deelname doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie Rotterdam 2025-2026 - samenspeelgroepen.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van 1 juli 2025.
De secretaris,
G.J.D. Wigmans
De burgemeester,
C.J. Schouten
Toelichting bij de Subsidieregeling verbeteren deelname doelgroeppeuters aan voorschoolse educatie Rotterdam 2025-2026 – samenspeelgroepen
Algemeen
Het college heeft in het kader van het onderwijsachterstandenbeleid een wettelijke taak met betrekking tot voorschoolse educatie. In grote lijnen behelst deze wettelijke taak dat het college zorgt voor voldoende plaatsen voor voorschoolse educatie in aantal en spreiding over de stad voor alle peuters met een risico op een achterstand in de Nederlandse taal. De voorschoolse educatie moet voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen.
Voorschoolse educatie is een speerpunt van het Nieuw Rotterdamse Onderwijsbeleid 2024-2027. Een belangrijk onderdeel van het beleid is het vergroten van het bereik onder doelgroeppeuters. Peuters met een risico op een ontwikkelachterstand die hebben deelgenomen aan de voorschool, starten met minder achterstanden in het primair onderwijs. In 2024 was het bereik van doelgroeppeuters in de voorschool 69%. Dit houdt in dat 69% van de peuters die een indicatie Extra spelen en leren van het CJG hebben gekregen deelneemt aan de voorschool. Dit betekent dat een grote groep van de doelgroeppeuters niet naar de voorschool is geweest als zij starten in groep 1 op de basisschool. Het college heeft de ambitie om het aantal doelgroeppeuters dat naar de voorschool gaat met 5% punt te verhogen in 2027. Dit doet het college door middel van verschillende interventies. Met deze subsidieregeling wil het college hieraan een impuls geven.
Artikelsgewijs
Artikel 4 Activiteiten
De subsidie is om ontmoetingsactiviteiten voor ouder en kind te realiseren, aangeduid als ‘samenspeelgroepen’. De aanvrager organiseert een ontmoetingsactiviteit die wekelijks plaatsvindt tijdens schoolweken, en een duur van 1,5 tot 2 uur heeft. Het is aan de organisatie zelf om te bepalen of de samenspeelgroep in de vakantieweken open is, het subsidiebedrag blijft hetzelfde. In de groep is er gelegenheid om andere ouders te ontmoeten, samen met je kind te spelen of juist kinderen samen te laten spelen, om vragen te stellen over ouderschap en om koffie te drinken. De pedagogisch medewerker biedt lichte opvoedingsondersteuning of nodigt gasten uit die dat willen en kunnen (bijvoorbeeld het CJG over zindelijkheid of grenzen stellen). Ook wordt er doorverwezen naar andere interventies als ouders hier behoefte aan hebben. Vanwege het laagdrempelige en vrijblijvende karakter zal het de vorm van een inloopactiviteit hebben, waarbij ouders niet alle weken aanwezig hoeven te zijn. De samenstelling van de groep kan dus variëren. De samenspeelgroep is niet bedoeld als interventieprogramma die ouders moeten doorlopen van begin tot einde.
Er wordt in de samenspeelgroep informatie gegeven over de voorschool, ouders kunnen worden toegeleid naar de voorschool, het sociale netwerk van de ouders wordt versterkt, en de groep fungeert als vindplaats voor ouders ten behoeve van signalering, toeleiding en het onder de aandacht brengen van een preventief aanbod. Tijdens de activiteiten is in ieder geval een pedagogisch medewerker aanwezig. Preventie wordt in het (jeugd)beleid gezien als het voorkomen van problemen, het in goede banen leiden van beginnende problemen, en het voorkomen dat problemen terugkomen of uitgroeien tot complexe problematiek.
Artikel 7 Hoogte van de subsidie
De subsidie per samenspeelgroep is gemaximeerd tot een bedrag van € 1.250 per maand. De subsidie wordt verstrekt voor de aangevraagde periode. Het maximale subsidiebedrag wordt derhalve bepaald door het aantal groepen en de looptijd van de activiteiten. Voor houders die reeds vanaf januari 2025 samenspeelgroepen uitvoeren is het mogelijk om die uitvoeringsperiode mee te nemen in de subsidieaanvraag.
Voorbeelden:
- -
indien de subsidie wordt aangevraagd voor één samenspeelgroep voor de periode november 2025 tot en met december 2026, bedraagt het te verlenen maximale subsidiebedrag € 17.500 (14 X € 1.250);
- -
indien de subsidie wordt aangevraagd voor drie samenspeelgroepen voor de periode januari 2026 tot en met december 2026 bedraagt het te verlenen maximale subsidiebedrag € 45.000 (12 X € 1.250 = € 15.000 X 3 = € 45.000).
Artikel 10 Aanvraag
In de aanvraag wordt beschreven hoe de aanvrager de doelgroep gaat bereiken. Een beschrijving van de wervingsstrategie, de uit te voeren activiteiten/opzet van het programma en de locatie worden opgenomen in de aanvraag. Ook staat in de aanvraag met welke partijen er wordt samengewerkt. De aanvrager dient in ieder geval samen te werken met het CJG, en, indien de subsidie niet wordt aangevraagd door een houder, wordt ook samengewerkt met een of meer lokale (voorschool-)houders. Als de samenspeelgroep wordt georganiseerd door een houder, dan is een samenwerking met andere lokale houders niet nodig. Daarnaast wordt er in de aanvraag vermeld wat de opleiding is van de professional of professionals die de groepen begeleiden. Een opleiding pedagogisch medewerker niveau 3 volstaat.
Artikel 13 Verantwoording en vaststelling subsidie
Uiterlijk op 31 maart 2027 dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling in bij het college, met behulp van een vastgesteld formulier. Voor de verantwoording van een subsidie onder de € 25.000 gelden de normen uit artikel 13 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 (SVR 2014). Voor de verantwoording van een subsidie boven de € 25.000 gelden de normen uit artikel 14 van de SVR 2014.
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl