Subsidieregeling praktische ondersteuning en dienstverlening door vrijwilligers 2026 tot en met 2029

Artikel 3 Activiteiten die bijdragen aan de hoofddoelen/subdoelen

• 1. Aanvragers kunnen voor slechts één van de volgende drie activiteiten subsidie verleend krijgen (zie ook artikel 8 lid 4 van deze regeling).

  • 1.1

    Activiteit 1: Praktische hulpdiensten, mobiliteit en maatjescontact

• De organisatie, coördinatie en begeleiding van vrijwilligers bij het verlenen van praktische hulpdiensten en lichte ondersteuning aan inwoners in kwetsbare situaties.

• Activiteiten vinden minstens plaats op de volgende gebieden:

  • •

    maatjescontacten;

  • •

    kluswerkzaamheden in huis en tuin;

  • •

    rijden en begeleiden van inwoners;

  • •

    het Roosendaalse jeugdontbijt;

  • •

    ‘burenhulp-diensten’;

  • •

    digitale ondersteuning;

  • •

    ondersteuning grondstoffencentrum;

  • •

    verhuizingen;

  • •

    toekomstige relevante maatschappelijke ontwikkelingen.

• • 1.2

    Activiteit 2: Maatjescontact en ondersteuning bij complexe vragen

• De organisatie, coördinatie en begeleiding van vrijwilligers bij het verlenen van individuele langdurige ondersteuning aan inwoners met complexe problematiek. Activiteiten vinden minstens plaats op de volgende gebieden:

  • •

    maatjescontacten op het gebied van gezondheid, sport en bewegen, het sociaal netwerk vergroten;

  • •

    ondersteuning bij psychosociale- vraagstukken i.r.t. psychische en/of cognitieve kwetsbaarheid en mantelzorg;

  • •

    ondersteuning bij betaalachterstanden en beginnende schulden, digitale aanvragen en belastingzaken;

  • •

    toekomstige relevante maatschappelijke ontwikkelingen.

• • 1.3

    Activiteit 3: Maatjescontact bij taalvaardigheid, rouwverwerking, geldzaken en eenzaamheid

• De organisatie, coördinatie en begeleiding van vrijwilligers bij het verlenen van hulpdiensten en

• kortdurende lichte ondersteuning (tot 1 jaar) aan inwoners minstens op het gebied van:

  • •

    het vergroten van de Nederlandse taalvaardigheid van anderstaligen met bijvoorbeeld een taalcafé en taalmaatjes;

  • •

    (groeps- en individuele) maatjescontacten ter voorkoming van eenzaamheid bij inwoners van 65 jaar en ouder met bijvoorbeeld up-gesprekken;

  • •

    maatjescontact bij geheugenproblemen als gevolg van een vorm van dementie ter ontlasting van de mantelzorger;

  • •

    ontmoetingsbijeenkomsten en beweegactiviteiten in het kader van 'rouw en verlies’;

  • •

    ondersteuning bij betaalachterstanden en (beginnende) schulden;

  • •

    toekomstige relevante maatschappelijke ontwikkelingen.

• 2. Bij de uitvoering van ieder van voorgaande activiteiten moet de bijdrage aan de doelstelling van deze regeling als omschreven in artikel 2 als volgt aantoonbaar en meetbaar zijn:

  • •

    dat inwoners in de wijken en dorpen van Roosendaal gelijkwaardig en naar vermogen mee kunnen doen op alle onderdelen van het leven en daarbij de eigen regie op het alledaagse leven behouden of versterken;

  • •

    het bevorderen van een verbonden gemeenschap waarbij omzien naar elkaar onderdeel is;

  • •

    het versterken van het aanbod van vrij toegankelijke voorzieningen in het voorliggend veld, waardoor inwoners minder of geen professionele hulp nodig hebben of dat deze beëindigd wordt;

  • •

    dat inwoners in staat gesteld worden om ondersteuning te vragen, te ontvangen en te bieden;

  • •

    dat de (persoonlijke-) leefsituatie van inwoners wordt verbeterd met lichte ondersteuning(-svormen) en (praktische-) dienstverlening, waardoor professionele hulp wordt uitgesteld, voorkomen, verminderd of beëindigd;

  • •

    dat vrijwillige inzet voor inwoners in de wijken en dorpen van gemeente Roosendaal mogelijk wordt gemaakt;

  • •

    dat de weerbaarheid, gezondheid en veerkracht van inwoners wordt vergroot doordat zij hun kennis, ervaring, talenten en kwaliteiten ten dienste van elkaar en de samenleving inzetten.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

• 1. Het subsidiebedrag is gebaseerd op de noodzakelijke en werkelijke kosten. Subsidiabele kosten zijn:

  • a.

    kosten voor de organisatie en uitvoering van de activiteiten;

  • b.

    organisatiekosten, waaronder accountantskosten en kosten voor huisvesting/vaste lasten;

  • c.

    kosten voor werving, binding en waardering van vrijwilligers;

  • d.

    kosten van online en offline communicatiemiddelen;

  • e.

    kosten voor het uitvoeren van periodieke effectmetingen met betrekking tot de effectiviteit van de activiteiten in relatie tot de doelstelling van de regeling;

  • f.

    kosten die gemaakt worden in het kader van het Routeplan Inclusieve samenleving ten dienste van de uitvoering van de activiteiten als bedoeld in artikel 3.

• 2. Niet-subsidiabele kosten zijn in ieder geval:

  • a.

    kosten voor consumpties;

  • b.

    niet uitgevoerde activiteiten.

Artikel 7 Maximaal subsidiebedrag per aanvrager

• 1. Het subsidieplafond per jaar bedraagt:

  • a.

    voor activiteit 1.1. maximaal: € 298.000,- in 2026. Vanaf 2027: € 273.000,-

  • b.

    voor activiteit 1.2. maximaal: € 158.000,-

  • c.

    voor activiteit 1.3. maximaal: € 133.000,-

Artikel 8 Subsidieplafond

• 1. Het subsidieplafond bedraagt:

• 2. Het subsidieplafond kan worden verhoogd met een indexering.

• 3. Het subsidieplafond wordt vastgesteld onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting door de gemeenteraad. Dit kan de consequentie hebben dat, wanneer geen of onvoldoende financiële middelen beschikbaar worden gesteld, het subsidieplafond wordt verlaagd. Het verlaagde subsidieplafond geldt dan ook voor reeds ingediende aanvragen. Indien er door de verlaging van het subsidieplafond geen of onvoldoende financiële middelen zijn om de volledige uitvoering van de activiteit conform onderhavige regeling te subsidiëren, kan de consequentie zijn dat er geen subsidie voor de activiteit wordt verstrekt. Reeds ingediende aanvragen worden buiten behandeling gesteld en de subsidieregeling wordt ingetrokken.

• 4. Wanneer een subsidieaanvrager voor meer dan 1 activiteit een aanvraag indient, wordt alleen de eerste aanvraag of de eerstgenoemde activiteit in de aanvraag in behandeling genomen.

• 5. Indien de subsidieaanvrager, zoals beschreven in artikel 4 lid 1, in strijd met het bepaalde uit artikel 8 lid 4 handelt en meer dan één subsidieaanvraag indient, wordt alleen de aanvraag die als eerste binnengekomen en geregistreerd is, in behandeling genomen.

Artikel 9 Beoordeling subsidieaanvraag

• 1. Tijdige en volledige subsidieaanvragen die voldoen aan de voorwaarden van de artikelen 3, 4 en 5 worden inhoudelijk beoordeeld aan de hand van de volgende criteria.

  • a.

    Kwaliteit van de dienstverlening:

    • •

      de mate waarin de kwaliteit, kennis en vaardigheden van het personeel en/of de vrijwilligers zal worden geborgd -op het gebied van het organiseren en uitvoeren van de activiteiten- en waarbij kennis en vaardigheden op het gebied van Positieve Gezondheid, inclusie en het bestrijden van eenzaamheid worden toegepast;

    • •

      de wijze waarop de beoogde inwonersgroepen zullen worden bereikt en het personeel en/of de vrijwilligers bekend zijn met de lokale Roosendaalse samenleving, de wijken en dorpen, inclusief de vrij toegankelijke hulp -en ondersteuningsstructuur;

    • •

      de mate waarin de vrijwilligers, het personeel en de hulp vragende inwoners een afspiegeling zullen zijn van de (Roosendaalse-) samenleving en aanvrager zal stimuleren dat het hebben van diverse (culturele-) achtergronden, handicap, persoonlijke kenmerken, eigenschappen, (seksuele en/of gender-) identiteiten geen belemmering vormen voor deelname aan de activiteiten zoals beschreven in artikel 3;

    • •

      de wijze waarop aanvrager zorgdraagt voor uitstekende vindbaarheid van zowel ‘de vraag naar’ als ‘het aanbod van´ de activiteiten zoals beschreven in artikel 3 door in ieder geval informatie op B1 niveau aan te bieden, dat de activiteiten bekend worden gemaakt -met inzet van verschillende online en offline communicatiemethoden- maar in ieder geval via Roosendaalvoorjou.nl en de aanvrager zorgdraagt voor uitstekende (fysieke, telefonische en digitale-) bereikbaarheid.

  • b.

    Aansluiten bij de beoogde doelstelling, hoofd- en subdoelen:

    • •

      de wijze waarop er periodiek en met een concrete planmatige aanpak zal worden gemeten wat de effecten van de activiteiten op inwoners zijn, of deze aansluiten of afwijken van de doelstelling, hoofd- en subdoelen en hoe deze gerapporteerd zullen worden aan de gemeente;

    • •

      de wijze waarop de aanvrager, op basis van de periodieke effectmetingen, de aanpak, danwel de organisatie van de activiteiten zal bijstellen, zodat de beoogde doelstellingen uit artikel 2, van deze regeling zullen worden behaald en hoe hierover met de gemeente afstemming wordt gezocht indien er sprake is van bijsturing zoals genoemd onder punt 1 onder b.

  • c.

    Inzet van vrijwilligers:

    • •

      de mate waarin gebruik zal worden gemaakt van de inzet van vrijwilligers en hoe vrijwillige inzet voor inwoners in (al) de wijken en dorpen van gemeente Roosendaal mogelijk zal worden gemaakt.

  • d.

    Samenwerking met andere organisaties:

    • •

      de mate en variëteit van samenwerking met andere organisaties binnen de gemeente Roosendaal en hoe deze samenwerking bijdraagt aan de te behalen doelstelling, hoofd- en subdoelen waarbij bovendien inhoudelijke afstemming plaats zal vinden tussen de uitvoerders van de 3 activiteiten 1.1., 1.2., 1.3.

  • e.

    Effectiviteit en efficiëntie:

    • •

      de mate waarin inwoners in staat zullen worden gesteld om ondersteuning te vragen, te ontvangen en te bieden, de (persoonlijke-) leefsituatie wordt verbeterd met lichte ondersteuning(-svormen) en (praktische-) dienstverlening, waardoor professionele hulp zal worden uitgesteld, voorkomen, verminderd of beëindigd;

    • •

      de mate waarin de weerbaarheid, gezondheid en veerkracht van inwoners zal worden vergroot doordat zij hun kennis, ervaring, talenten en kwaliteiten ten dienste van elkaar en de samenleving inzetten en de mate waarin de beschikbare middelen effectief en efficiënt zullen worden ingezet en bijdragen aan de te behalen resultaten;

    • •

      de wijze waarop de activiteiten bekend gemaakt zullen worden met inzet van verschillende online en offline communicatiemethoden, maar in ieder geval via Roosendaalvoorjou.nl.

  • f.

    Vernieuwend aanbod:

    • •

      de mate waarin er aandacht zal zijn voor vernieuwende dienstverlening, innovatieve ideeën en initiatieven, en hoe deze door de organisatie worden ondersteund danwel geïmplementeerd in de bedrijfsvoering, bijvoorbeeld met bewezen effectieve sociale interventies;

    • •

      de wijze waarop de activiteit(en) (pro)actief worden herzien of aangepast binnen de doelstelling, hoofd en subdoelen van deze regeling, als de maatschappelijke ontwikkelingen of de behoefte van de doelgroep(en) hierom vragen;

    • •

      de wijze waarop en de mate waarin de reservering van 10% als bedoeld in artikel 12 lid 1e zal worden ingezet voor vernieuwing en/of bijsturing en/of aanpassing en/of ad hoc activiteiten vanwege onvoorziene maatschappelijke omstandigheden.

• 2. Aan de in het eerste lid vermelde criteria wordt een score toegekend met toepassing van een wegingsfactor zoals vermeld op het bijgevoegde vastgestelde beoordelingsformulier. Dit beoordelingsformulier maakt onderdeel uit van deze subsidieregeling.

• 3. De aanvragen die voldoen aan artikel 8 lid 4 worden na een onderlinge vergelijking gerangschikt, waarna subsidie wordt verstrekt aan de aanvrager die als eerste in de rangschikking is geplaatst, per activiteit.

• 4. Indien geen of onvoldoende financiële middelen in de begroting van de gemeente worden vastgesteld, geldt het bepaalde in artikel 8 lid 3 van deze subsidieregeling en kunnen reeds ingediende aanvragen buiten behandeling worden gesteld.

Artikel 11 Samenloop van subsidies

• 1. De aanvraag voor subsidie wordt afgewezen indien voor de activiteiten, als bedoeld in artikel 3, op grond van andere nadere regels subsidie is of wordt verstrekt.

• 2. Aanvragen van samenwerkingsverbanden bestaande uit organisaties die -in dezelfde samenstelling maar met een andere penvoerder- reeds een subsidieaanvraag hebben ingediend voor 1 van de activiteiten, worden niet in behandeling genomen.

Artikel 12 Verplichtingen

• 1. De subsidieontvanger is verplicht:

  • a.

    de activiteiten uit te voeren overeenkomstig de bij de subsidieaanvraag verstrekte gegevens;

  • b.

    zorg te dragen voor de lokale zichtbaarheid, bekendheid en bereikbaarheid van de organisatie of het samenwerkingsverband en het activiteitenaanbod;

  • c.

    flexibel in te spelen op maatschappelijke ontwikkelingen binnen de gemeente Roosendaal;

  • d.

    de activiteiten kosteloos aan te bieden aan de doelgroep, met uitzondering van kosten voor consumpties.

  • e.

    Jaarlijks 10% van het budget te reserveren met het doel om de middelen gericht en flexibel in te kunnen zetten voor vernieuwing, doorontwikkeling van het activiteitenaanbod en om aan te sluiten bij actuele maatschappelijke ontwikkelingen

• 2. Indien sprake is van een samenwerkingsverband is de penvoerder verantwoordelijk voor het afleggen van rekening en verantwoording.