Subsidieregeling gemeenschapshuizen Valkenburg aan de Geul 2025-2030

Artikel 1 Begripsbepalingen

1. Algemene groepsvrijstellingsverordening

Verordening (EU) nr. 2017/1084 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 156/1), dan wel later daar voor in de plaats tredende Europese regelgeving.

2. Gemeenschapshuis

Onder een gemeenschapshuis wordt verstaan een gebouw, waarin meerdere instellingen hun activiteiten verrichten ter bevordering van de leefbaarheid in de betreffende kern.

3. MJOP

Een meerjarenonderhoudsplan is een lange termijnplan voor het uitvoeren van noodzakelijk groot onderhoud aan gebouwen, terreinen en installaties.

4. Bestuur

Dit zijn de bestuursleden van de Stichting en/of de Protestantse Gemeente Maas Heuvelland die eigenaar is van een gemeenschapshuis.

5. College

Dit zijn de leden van het college van burgemeester en wethouders van Valkenburg aan de Geul.

6. Groot onderhoud

Dit is het geheel aan onderhoudsactiviteiten tezamen, op basis van een door het college vastgesteld MJOP waarbij het gemeenschapshuis planmatig en preventief wordt onderhouden en zodoende in stand wordt gehouden voor de komende 20 jaar.

Programmacoördinator

De gemeentelijke programmacoördinator heeft als taak de ontwikkeling en uitvoering van activiteiten en programma’s die zijn gericht op de sociale structuur van de kern waar het gemeenschapshuis is gevestigd.

7. Sociale Programmering

Dit is het opzetten van een activiteitenprogramma door de programmacoördinator in een gemeenschapshuis met een door het college vastgesteld MJOP waarbij, conform het sociaal profiel, de sociaal-maatschappelijke functie tot ontwikkeling komt en dat Inwoners enthousiast maakt en aanzet tot deelname aan dit activiteitenprogramma.

8. ASV

Algemene subsidieverordening van de gemeente Valkenburg aan de Geul 2023.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor:

1. Het uitvoeren van het groot onderhoud aan een gemeenschapshuis op basis van een door het college vastgesteld MJOP.

2. Een tegemoetkoming in de onroerende zaak belasting (OZB) en rioolheffing voor alle gemeenschapshuizen.

Artikel 4. Doelgroep

1. De bijdrage aan het groot onderhoud, als bedoeld in artikel 3 lid 1, geldt alleen voor gemeenschapshuizen met een door het college vastgesteld MJOP en die zeggenschap hebben over openstelling, programmering en de tarieven.

2.De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 3 lid 2 geldt voor alle gemeenschapshuizen.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

1. De subsidie, zoals genoemd in artikel 3 lid 1, heeft enkel betrekking op de kosten die worden gemaakt voor groot onderhoud zoals deze zijn opgenomen in het door het college vastgestelde MJOP van de in artikel 4 lid 1 bedoelde gemeenschapshuizen.

2. De tegemoetkoming, zoals genoemd in artikel 3 lid 2, heeft betrekking op het gebruikersgedeelte OZB en/of een aanslag voor de rioolheffing.

Artikel 6. Subsidieplafond en hoogte van de subsidie

1. Het totale subsidieplafond van de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1 bedraagt maximaal € 112.000,-- per jaar.

2. De hoogte van de subsidie, zoals genoemd in artikel 3 lid 1, bedraagt maximaal 75% van de te maken kosten voor groot onderhoud. De maximale subsidie per jaar per gemeenschapshuis is als volgt:

* € 20.361,-- voor de Blokhut;

* € 18.459,-- voor de Holle Eik;

* € 22.476,-- voor Cascade;

* € 30.387,-- voor ’t Geboew; en

* € 9.945,-- voor de Kloosterkerk.

3. De overige 25% van de kosten voor groot onderhoud dient te worden gedekt uit andere financieringsbronnen.

4. De hoogte van de subsidie, zoals genoemd in artikel 3 lid 2, bedraagt maximaal 90% van de kosten van de OZB (gebruikersgedeelte) en/of de kosten van de rioolheffing.

Artikel 7. Meer Jaren Onderhoudsplannen (MJOP’s)

1. De gemeente laat een MJOP opstellen voor de in artikel 4 lid 1 bedoelde gemeenschapshuizen.

2. De kosten van het opstellen van het MJOP zijn voor de gemeente.

3. Het MJOP wordt gebaseerd op een conditiemeting en een duurzaamheidsscan.

4. De conditiemeting zal worden uitgevoerd conform NEN 2767 (conditiescore 3).

5. De kosten voor groot onderhoud die uit het MJOP komen zijn bepalend voor de hoogte van de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1en de berekening middels artikel 6, lid 2.

6. Het MJOP wordt elke 5 jaar geactualiseerd.

Artikel 8. Aanvraag

1. Om voor een subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1 in aanmerking te komen, dient de aanvrager elk jaar digitaal een subsidieaanvraag in. Deze aanvraag bestaat uit:

a. een volledig en juist ingevuld aanvraagformulier ‘Subsidieregeling gemeenschapshuizen gemeente Valkenburg aan de Geul 2025-2030’. Dit formulier is te vinden op de website van de gemeente Valkenburg aan de Geul (www.valkenburg.nl).

b. Een begroting en dekkingsplan.

2. De aanvrager geeft daarnaast inzicht in de financiering van de overige 25% van het groot onderhoud door middel van:

a. Het overleggen van financiële documenten om aan te tonen in welke mate de kosten van groot onderhoud kunnen worden gedekt uit de reserve.

b. .Het overleggen van kopieën van overige subsidieaanvragen.

c. Het overleggen van financiële documenten die aantonen dat er een lening is aangegaan.

3. Om voor een subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 2 in aanmerking te komen, dient de aanvrager elk jaar een aanvraag in. Deze aanvraag bestaat uit:

a. Een schriftelijk verzoek voor een tegemoetkoming OZB en rioolheffing.

b. Kopieën van de aanslagen.

Artikel 9. Aanvraagtermijn

1. Een aanvraag om een subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1 wordt, in afwijking van artikel 7, eerste lid, van de ASV, ingediend uiterlijk 1 april in het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

2. Voor de eerste subsidieaanvraag in 2025 wordt afgeweken van de in lid 1 genoemde datum. Die aanvraag dient uiterlijk 1 oktober 2025 te zijn ingediend.

3. Een aanvraag voor een subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 2 dient uiterlijk 31 december ingediend te zijn, met ingang van kalenderjaar 2026.

Artikel 10. Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen, conform artikel 8, tweede lid, van de ASV, binnen 13 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1 en lid 2, is ingediend.

Artikel 11 Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9 van de ASV kan verlening van de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1, worden geweigerd in de volgende gevallen:

a. als de stichting zich niet committeert aan de sociale programmering.

b. als de onderhoudsactiviteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet in het MJOP staan opgenomen.

c. in geval van onvoldoende financiële onderbouwing van de aanvraag.

d. in geval van onvoldoende eigen bijdrage en/of middelen (cf: 25% regeling).

e. Als het gebouw niet wordt beheerd en geëxploiteerd door betreffende stichting.

f. in geval van onvoldoende financiële status van de aanvrager.

Artikel 12. Verplichtingen

1. Het college legt bij verlening van de subsidie genoemd in artikel 3 lid 1, aan aanvrager de volgende verplichtingen op:

a. De aanvrager committeert zich (conform de prioritering zoals beschreven in paragraaf 3.4 van het ‘Beleid gemeenschapshuizen Valkenburg aan de Geul’ om samen met de gemeentelijke programma coördinator en de overige sociale en maatschappelijke partners die actief zijn in de betreffende kern, de maatschappelijke functie en de bezettingsgraad van het gemeenschapshuis te versterken via een sociaal programma.

b. De opzet op hoofdlijnen van het sociaal programma wordt door de aanvrager ondertekend ingediend bij de aanvraag van de subsidie.

c. Overeenkomstig artikel 11, lid 1 ASV, meldt de subsidieontvanger als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan, dat onverwijld aan burgemeester en wethouders te melden.

Artikel 13. Verantwoording

De verantwoording voor de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1, bestaat ten minste uit:

1. Het verantwoordingsformulier dat gepubliceerd staat op www.valkenburg.nl.

2. Facturen van de uitgevoerde werkzaamheden conform de aanvraag.

3. Bewijsvoering van (financiële) documenten die betrekking hebben op de dekking van de verplichte cofinanciering van 25% uit andere (externe of interne) financiële middelen dan de gemeentelijke subsidie.

4. Een schriftelijke onderbouwing van de opzet en de voortgang van het sociaal programma.

Artikel 14. Bevoorschotting en uitbetaling

1.Voor de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1 wordt het volgende bevoorschottingsschema toegepast:

a. Voorschot van 90% uitbetaald binnen zes weken na verzenddatum subsidieverlening;

b. Het restantbedrag van 10% van de verleende subsidie wordt uitbetaald binnen zes weken na subsidievaststellingsbeschikking.

2. Het college kan in uitzonderlijke gevallen gemotiveerd afwijken van de bevoorschotting.

Artikel 15. Subsidievaststelling

1. Uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten conform artikel 3 lid 1 zijn verricht, dient de aanvrager een aanvraag tot subsidievaststelling in.

2. Overeenkomstig artikel 16 van de ASV wordt de subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 1, vastgesteld binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

3. De subsidie zoals genoemd in artikel 3 lid 2 wordt direct vastgesteld.

Artikel 16. Hardheidsclausule

1. In gevallen waarin de strikte toepassing van de bepalingen van deze Subsidieregeling tot onredelijke of onbillijke situaties zou leiden voor de gemeente of andere belanghebbenden, kan het college besluiten hiervan af te wijken. Dat mag alleen indien:

a. op basis van een gemotiveerd verzoek waarin duidelijk wordt aangetoond dat de toepassing van deze Subsidieregeling in het specifieke geval leidt tot een onredelijke of onbillijke situatie.

b. Het college na zorgvuldige afweging van de betrokken belangen tot de conclusie komt dat afwijking gerechtvaardigd is.

c. De afwijking niet in strijd is met de geldende wet- en regelgeving en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

2. Het besluit om af te wijken van de Subsidieregeling wordt schriftelijk vastgelegd en gemotiveerd. Hierbij wordt aangegeven op welke gronden de afwijking is gebaseerd en welke alternatieve maatregelen worden getroffen om de doelen van de subsidieregeling zoveel mogelijk te waarborgen.

Artikel 17. Slotbepalingen

1. Deze subsidieregeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 10 juni 2025.

2. Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2030.