NADERE REGELS BEHEERVERORDENING GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN MIDDEN-GRONINGEN 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

NADERE REGELS BEHEERVERORDENING GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN MIDDEN-GRONINGEN 2025

Burgemeester en wethouders van Midden-Groningen;

gelet op artikel 3, 11, 12, 14 en 19 van de Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Midden-Groningen 2025;

besluiten vast te stellen:

De volgende Nadere regels Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Midden-Groningen 2025

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Openingstijden gemeentelijke begraafplaatsen

De gemeentelijke begraafplaatsen zijn dagelijks toegankelijk tussen zonsopgang en zonsondergang.

Artikel 2. Indeling begraafplaatsen

De bestaande onderverdeling van algemene en particuliere graven in categorieën en de bepaling van de daarbij behorende situering en oppervlakten, blijkend uit de in de gemeentelijke archieven berustende bestanden (foto’s en kaarten), worden voortgezet. Deze bestanden zijn:

  • 1.

    Froombosch, gemeentelijke begraafplaats: plattegrond (Excel-bestand);

  • 2.

    Hoogezand, De Stille Hof: tekening uit 1997, geactualiseerd 10-10-2009;

  • 3.

    Hoogezand, Oostzijde Knijpslaan: plattegronden, als Word- en Excel-bestand;

  • 4.

    Meeden, De algemene Noordooster: tekening tot en met 1991 en tekening nieuwe gedeelte (2006);

  • 5.

    Muntendam, Luppenhof: plattegrond en plattegrond urnengraven;

  • 6.

    Muntendam, De Venne: plattegrond;

  • 7.

    Noordbroek, Hoofdstraat: mini-plattegrond (in Paint) en een luchtfoto;

  • 8.

    Noordbroek, Pastorieweg: plattegronden van urnengraven, situering van graven, twee plattegronden;

  • 9.

    Zuidbroek, Kerkstraat: foto’s en pdf’s van oude tekeningen;

  • 10.

    Zuidbroek, Vredehof: tekening.

Hoofdstuk 2. Bepalingen over particuliere en algemene graven

Artikel 3. Maximaal aantal overledenen per graf

Per particulier en per algemeen graf mag één overledene worden bijgezet, met dien verstande dat op de begraafplaats De Stille Hof en de begraafplaats te Froombosch twee overledenen per graf mogen worden bijgezet.

Artikel 4. Maximaal aantal asbussen met en zonder urnen per particulier graf

In een particulier graf mogen maximaal vier asbussen met en zonder urnen worden bijgezet.

Artikel 5. Aantal verstrooiingen van as op een particulier graf

In of op een particulier graf is per jaar één verstrooiing van as toegestaan.

Artikel 6. Afmetingen particuliere graven

  • 1.

    De maximale afmetingen van de te onderscheiden graven op Begraafplaats De Stille Hof en Begraafplaats Oostzijde Knijpslaan bedragen:

    • a.

      Voor een particulier graf: lengte 2.00 m, breedte 1.20 m, er moet ruimte zijn voor het plaatsen van de bekistingen en eventuele grafkelders.

    • b.

      Voor een kindergraf: lengte 1.00 m, breedte 1.00 m.

    • c.

      Voor een urnengraf: lengte 0.50 m, breedte 0.50 m, hoogte 0.50 m, plaatsing is tot 0.10 m boven het maaiveld.

  • 2.

    De maximale afmetingen van de te onderscheiden graven op de gemeentelijke begraafplaats Froombosch bedragen:

    • a.

      Voor een particulier graf: lengte 2.00 m, breedte 1.20 m. Er moet ruimte zijn voor het plaatsen van de bekistingen en eventuele grafkelders.

    • b.

      Voor een kindergraf: lengte 1.00 m, breedte 1.00 m.

    • c.

      Voor een urnengraf in de rij die is bestemd tot het uitsluitend begraven van urnen: lengte 0.95 m, breedte 0.95 m.

  • 3.

    De maximale oppervlakten van de te onderscheiden graven op de gemeentelijke begraafplaatsen Noordbroek, de begraafplaatsen Zuidbroek, de begraafplaats Meeden en de begraafplaatsen Muntendam bedragen:

    • a.

      Voor een graf waarin gelegenheid wordt geboden voor het begraven van ten hoogste twee overledenen dan wel een overledene en een of meer asbussen: lengte 2.35 m, breedte 1.00 m.

    • b.

      Voor een urnengraf: lengte 0.40 m, breedte 0.40 m.

Hoofdstuk 3. Bepalingen over algemene graven

Artikel 7. Maximaal aantal overledenen per algemeen graf

Per algemeen graf kan al naar gelang de grondwaterstand op een betreffende begraafplaats een gelijk aantal overledenen worden bijgezet als in een particulier graf.

Artikel 8.

In een algemeen graf worden geen asbussen bijgezet.

Hoofdstuk 4. Bepalingen over grafbedekking

Artikel 9. Aanvragen vergunning grafbedekking

  • 1.

    De vergunning voor het plaatsen van een grafsteen of een sluitplaat moet bij de beheerder worden aangevraagd. Hiertoe dient een bij de beheerder verkrijgbaar formulier te worden gebruikt, waarop moet worden vermeld:

    • a.

      Naam van de begraafplaats, letter van de afdeling en graf- of nisnummer;

    • b.

      Naam en adres van degene die als rechthebbende op het betreffende graf in het daartoe bestemde register is ingeschreven;

  • 2.

    De aanvrager legt een tekening over waaruit dienen te blijken:

    • a.

      De lengte-, breedte- en diktematen van de steen of sierurn en een aanzicht;

    • b.

      De schaal van de tekening (minimaal 1:10);

    • c.

      Naam of omschrijving van het te gebruiken materiaal;

  • 3.

    Bij de aanvragen voor de begraafplaatsen in Noordbroek, Zuidbroek, Meeden en Muntendam wordt een foto gevoegd waaruit de kleur van de toe te passen grafbedekking blijkt.

Artikel 10. Aard en afmetingen grafbedekking op De Stille Hof en Oostzijde Knijpslaan te Hoogezand

  • 1.

    Grafstenen welke volledig bestaan uit kunststeen, hout, kunststof, metalen of glas, of steensoorten die onderhevig zijn aan weersinvloeden zoals vorst en verzuring, zijn niet toegestaan.

  • 2.

    Ten aanzien van staande stenen op de afdelingen B en BK van De Stille Hof geldt de volgende maximale maatvoering waarbinnen mag worden gevarieerd:

    • a.

      Breedte: 0.85 m

    • b.

      Hoogte: 0.90 m, gerekend vanaf maaiveld

    • c.

      Dikte: 0.06 tot 0.12 m.

  • Een staande steen dient te worden geplaatst op een fundering van gewapend beton met de volgende afmetingen;

    • a.

      Breedte: 0,30 m

    • b.

      Dikte: 0,10 m

    • c.

      Lengte moet gelijk zijn aan de breedte van de grafsteen

  • De fundering dient te zijn voorzien van een uitsparing met een diepte van 0,05 m waarin de steen kan worden geplaatst.

  • De betonplaat moet geplaatst worden op stiepen met een lengte van minimaal de begraafdiepte.

  • 3.

    Ten aanzien van de liggende stenen op de afdelingen I, II, III en IV van De Stille Hof is de maatvoering als volgt:

    • a.

      Breedte: 0.85 m

    • b.

      Lengte: 2.00 m

    • c.

      Hoogte: 0.20 m, gerekend vanaf maaiveld

  • Voor het eventueel te plaatsen kopstuk geldt de volgende afmetingen:

    • a.

      Breedte: 0.85 m

    • b.

      Hoogte: 0.90 m, gerekend vanaf maaiveld

    • c.

      Dikte: 0.06 tot 0.12 m.

  • De fundering dient gemaakt te worden van een gewapende betonplaat of betonraam met een dikte van 0.10 m, waarbij de overige afmetingen gelijk zijn aan de lengte- en breedtematen van de liggende delen van het monument.

  • De betonplaat moet geplaatst worden op stiepen met een lengte van minimaal de begraafdiepte.

  • 4.

    De maximaal toegestane afmetingen van een liggende steentombe op De Stille Hof zijn:

    • a.

      Breedte: 0.85 m

    • b.

      Lengte: 2.00 m

    • c.

      Hoogte: 0.50 m, gerekend vanaf maaiveld

  • De fundering dient gemaakt te worden van een gewapende betonplaat of betonraam met een dikte van 0.10 m, waarbij de overige afmetingen gelijk zijn aan de lengte- en breedtematen van de liggende delen van het monument.

  • De betonplaat moet geplaatst worden op stiepen met een lengte van minimaal de begraafdiepte.

  • 5.

    Voor een dubbelgraf op De Stille Hof gelden voor zowel staande als liggende stenen dezelfde maten als genoemd in lid 2 of 3, met dien verstande dat de breedte ten opzichte van bovengenoemde maten mag worden verdubbeld.

  • 6.

    Voor graven op de kinderafdelingen van De Stille Hof geldt de volgende maatvoering:

  • Staande stenen:

    • a.

      Breedte: 0.60 m

    • b.

      Hoogte: 0.60 m, gerekend vanaf maaiveld

    • c.

      Dikte: 0.06 tot 0.12 m

  • Een staande steen dient te worden geplaatst op een fundering van gewapend beton met de volgende afmetingen:

    • a.

      Breedte: 0,30 m

    • b.

      Lengte: 0,80 m

    • c.

      Dikte: 0,10 m

  • De fundering dient te zijn voorzien van een uitsparing met een diepte van 0.05 m waarin de steen kan worden geplaatst.

  • Liggende stenen met of zonder kopstuk:

    • a.

      Breedte: 0.60 m

    • b.

      Lengte:1.20 m

    • c.

      Hoogte: 0.20 m, gerekend vanaf maaiveld

  • Voor het eventueel te plaatsen kopstuk geldt de volgende afmetingen:

    • a.

      Breedte: 0.60 m

    • b.

      Hoogte: 0.60 m, gerekend vanaf maaiveld

    • c.

      Dikte: 0.06 tot 0.12 m.

  • De fundering dient gemaakt te worden van een gewapende betonplaat of betonraam met een dikte van 0.10 m, waarbij de overige afmetingen gelijk zijn aan de lengte- en breedtematen van de liggende delen van het monument.

  • 7.

    Ten aanzien van stenen voor urnengraven op De Stille Hof gelden de volgende afmetingen:

  • Steen voor liggende urnenzerk:

    • a.

      Breedte: 0.50 m

    • b.

      Lengte: 0.50 m

    • c.

      Dikte: 0.06 tot 0.12 m

  • Voor staande urnenzerken gelden de volgende maximale afmetingen;

    • a.

      Breedte: 0.50 m

    • b.

      Lengte: 0.50 m

    • c.

      Hoogte: 0.90 m

  • 8.

    Voor grafmonumenten op de afdelingen J, K, L, M, Mb, Mi en S van De Stille Hof gelden de volgende maximale afmetingen:

    • a.

      Breedte: 0.85 m

    • b.

      Lengte: 2.00 m

    • c.

      Hoogte: 1.40 m

  • Binnen deze maatvoering mag vrij gemodelleerd worden.

  • De fundering dient gemaakt te worden van een gewapende betonplaat of betonraam met een dikte van 0.10 m, waarbij de overige afmetingen gelijk zijn aan de lengte- en breedtematen van de liggende delen van het monument. De betonplaat moet geplaatst worden op stiepen met een lengte van minimaal de begraafdiepte.

  • 9.

    Op begraafplaats Oostzijde Knijpslaan is de vormgeving van grafmonumenten vrij te kiezen binnen het horizontale vlak van 0.85 m breed en 2.00 m lang en tot een hoogte van 2.00 m.

  • 10.

    In de linker zijkant van de grafsteen moet op 2/3 van de hoogte gerekend vanaf de onderzijde het nummer van het graf worden vermeld. Dit nummer dient te zijn uitgevoerd in bloklettertype 0.02 m

Artikel 11. Aard en afmetingen grafbedekking voor de algemene begraafplaats te Froombosch

  • 1.

    De vormgeving van grafmonumenten is vrij te kiezen binnen het horizontale vlak van 0.85 m breed en 2.00 m lang en tot een hoogte van 1.40 m.

  • 2.

    Bij een grafmonument op 2 of meer grafruimten is de maximale breedte 1.70 m.

  • 3.

    Bij kindergraven is de vormgeving van grafmonumenten vrij te kiezen binnen het horizontale vlak van 0.60 m breed en 1.20 m lang en tot een hoogte van 0.60 m.

  • 4.

    De urnenmonumenten in de urnenrij zijn maximaal 0.60 m breed en 0.60 m hoog.

  • 5.

    Bij urnenmonumenten in de rijen om te begraven is de vormgeving van grafmonumenten vrij te kiezen binnen het horizontale vlak van 0.85 m breed en 2.00 m lang en tot een hoogte van 1.40 m.

  • 6.

    Bij urnenmonumenten in de rijen om te begraven is de maximale breedte bij een monument op twee of meer grafruimten echter 1.70 m.

  • 7.

    In de linker zijkant van de grafsteen moet op 2/3 van de hoogte gerekend vanaf de onderzijde het nummer van het graf worden vermeld. Dit nummer dient te zijn uitgevoerd in bloklettertype 0.02 m

Artikel 12. Aard en afmetingen grafbedekking voor de gemeentelijke begraafplaatsen in Noordbroek, Zuidbroek, Meeden en Muntendam (Algemeen)

  • 1.

    Voor de grafbedekking mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

  • 2.

    De gedenktekens:

    • mogen alleen afwateren naar voren;

    • moeten gefundeerd zijn vanaf het vaste;

    • moeten met de voorkant op één lijn liggen.

  • 3.

    Het aanbrengen van een afrastering rond een gedeelte of de gehele grafruimte is niet toegestaan.

  • 4.

    De lengte en breedte van de gedenktekens mogen die van het graf niet overschrijden.

  • 5.

    De hoogte van een staand gedenkteken mag maximaal 1.50 m bedragen.

  • 6.

    De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

  • 7.

    De gedenktekens en grafstenen moeten vanaf het vaste op stiepen worden opgetrokken.

  • 8.

    In de linker zijkant van de grafsteen moet op 2/3 van de hoogte gerekend vanaf de onderzijde het nummer van het graf worden vermeld. Dit nummer dient te zijn uitgevoerd in bloklettertype 0.02 m

Artikel 13. Afmetingen gedenkteken (Specifiek)

  • 1.

    De afmetingen voor gedenktekens op eigen graven zijn:

  • Type A: liggend gedenkteken (zerk)

  • Lengte: 2.00 m

  • Breedte: 1.00 m

  • Dikte: 0.10 m, met een minimum van 0.03 m

  • Helling: 1:40

  • Type B: staand gedenkteken (kopsteen)

  • Hoogte: 1.50 m maximaal, met een minimum van 0.75 m Breedte: 0.80 m maximaal, met een minimum van 0.60 m

  • Dikte: 0,35 m maximaal, met een minimum van 0.05 m

  • Graftuin: Lengte: 2.00 m maximaal

  • Breedte: 1.00 m maximaal

  • Hoogte: 1.50 m maximaal

  • Overige grafbedekking:

  • Lengte: 2.00 m

  • Breedte: 1.00 m

  • Helling: 1:40

  • Kan bestaan uit plaat, dikte minimaal 0.03 m en maximaal 0.1 m, of een samenstel van banden met een opvulling in de vorm van een plaat, tegels, grind en marmerslag.

  • 2.

    De afmetingen voor een gedenkteken op urnengraven:

  • Lengte:0.50 m

  • Breedte: 0.50 m

  • Dikte: minimaal 0.06 m en maximaal 0.1 m

  • 3.

    Gedenktekens van het type A en B moeten aan één zijde over de totale lengte van het graf voorzien zijn van een losse tussenstrook van natuursteen. De breedte van deze strook kan per situatie verschillen en wordt door de beheerder vastgesteld.

  • 4.

    In afwijking van het bovenstaande mag op de begraafplaats ‘De algemene Noordooster’ te Meeden op de graven in vak E met de grafnummers 1 tot en met 18 en 90 tot en met 101 alleen een gedenkteken van type B worden geplaatst.

Artikel 14. Wijze van aanbrengen grafbedekking

De dichte nissen moeten afgedekt worden met een van gemeentewege beschikbaar gestelde stenen plaat.

Hoofdstuk 5. Slotbepaling

Artikel 15. Slotbepaling

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als Nadere regels Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Midden-Groningen 2025.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 3.

    Op die datum vervallen de Nadere regels Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Midden-Groningen 2019.

Ondertekening

Vastgesteld Hoogezand, 24 oktober 2024,

burgemeester en wethouders,

Toelichting:

Hoofstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Openingstijden gemeentelijke begraafplaatsen

Dit artikel werkt artikel 3 van de Beheerverordening uit.

De begraafplaatsen zijn open van zonsopgang tot zonsondergang.

Artikel 2. Indeling begraafplaatsen

Dit artikel werkt artikel 14 van de Beheerverordening uit.

Het betreft de onderverdeling van algemene en particuliere graven in categorieën en de bepaling van de daarbij behorende situering en oppervlakten op de gemeentelijke begraafplaatsen.

Volstaan kan worden met een korte verwijzing naar archiefmateriaal.

Hoofdstuk 2. Bepalingen over particuliere graven

De nadere regels voor particuliere graven worden in dit hoofdstuk uitgewerkt. Ze vloeien voort uit artikel 11 van de Beheerverordening.

Artikel 3. Maximaal aantal overledenen per graf

Dit maximum wordt bepaald door de plaatselijke omstandigheden, waaronder de grondwaterstand. De destijds door de voorgangergemeenten vastgestelde aantallen zijn overgenomen.

Voor de particuliere en algemene graven kunnen dezelfde aantallen overledenen worden gehanteerd, gelet op de grondwaterstand.

Artikel 4. Maximaal aantal asbussen met en zonder urnen per particulier graf

Er is een vast aantal asbussen vastgelegd, om voor families duidelijkheid te creëren.

Artikel 5. Aantal verstrooiingen van as op een particulier graf

Artikel 11 van de Beheerverordening verplicht tot het vaststellen van het aantal verstrooiingen van as dat op of in een particulier graf mag plaatsvinden.

Naar huidige inzichten vormen twee gelijktijdige verstrooiingen op een klein oppervlak een te hoge belasting voor het milieu, reden om voor de begraafplaatsen in Midden-Groningen één

asverstrooiing per particulier graf per jaar toe te staan. Overigens is ook de plaatselijke situatie bepalend voor de wijze van verstrooiing. Soms laat bijvoorbeeld de plaatsing van aan elkaar aansluitende grafbedekkingen geen opname van as in de bodem toe, tenzij de as in een klein holte schuin onder de grafbedekking wordt ingebracht.

Artikel 6. Afmetingen particuliere graven

Dit artikel is een uitwerking van artikel 11, tweede lid van de Beheerverordening.

In de verschillende delen van de gemeente Midden-Groningen gelden verschillende afmetingen van particuliere graven. Daar had iedere voorgangersgemeente destijds goede redenen voor.

Aangezien graven in een strak stramien liggen, is het noodzakelijk dat de historisch gegroeide afmetingen van toepassing blijven, voor zowel het behoud van het karakter van de begraafplaats als voor een efficiënt ruimtegebruik op de begraafplaats.

Daarom worden ook na de gemeentelijke herindeling de destijds in de voorgangergemeenten gehanteerde afmetingen toegepast op de bestaande gemeentelijke begraafplaatsen.

Hoofdstuk 3. Bepalingen over algemene graven

De nadere regels voor algemene graven worden in dit hoofdstuk uitgewerkt. Ze vloeien voort uit artikel 12 van de Beheerverordening.

Artikel 7. Maximaal aantal overledenen per algemeen graf

In de voorgangergemeenten is geen invulling gegeven aan deze verplichting. Dit maximum wordt bepaald door de plaatselijke omstandigheden, waaronder de grondwaterstand.

Artikel 8. Maximaal aantal asbussen in urnengraven

Er blijkt geen behoefte aan bijzetting van asbussen in algemene urnengraven. Dit is een landelijk gelijk beeld.

Hoofdstuk 4. Bepalingen over grafbedekking

Deze bepalingen vullen het gestelde in artikel 19 van de Beheerverordening nader in.

Ieder der voorgangergemeenten heeft regels voor grafbedekkingen opgesteld vanwege het gewenste beeld op de gemeentelijke begraafplaatsen.

Het individuele karakter van iedere begraafplaats is gebaat bij het voortbestaan van de bestaande regelgeving voor grafbedekkingen.

Artikel 9. Aanvragen vergunning grafbedekking

Ten opzichte van de situatie in de voorgangergemeenten is dit artikel aangepast.

Artikel 10 tot en met 13. Aard en afmetingen grafbedekking op de verschillendebegraafplaatsen

De voorschriften die in de voorgangergemeenten golden, blijven van kracht. Het in soms meer dan een eeuw gegroeide eigen karakter van de begraafplaatsen moet gehandhaafd blijven.

Artikel 14. Wijze van aanbrengen van grafbedekking

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Hoofdstuk 5. Slotbepaling

Artikel 15.

De slotbepaling regelt de datum van inwerkingtreding. Deze is gelijk aan de datum van inwerkingtreding van de Beheerverordening: 1 januari 2025