Regeling vervalt per 31-12-2028

Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie gemeente Wageningen 2025

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-07-2025 t/m 30-12-2028

Intitulé

Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie gemeente Wageningen 2025

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wageningen tot vaststelling van de Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie gemeente Wageningen 2025

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Wageningen;

gelet op de Algemene subsidieverordening (ASV) Wageningen 2012;a

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie gemeente Wageningen 2025:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    appartementsrecht: appartementsrecht als bedoeld in artikel 106, vierde lid, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek;

  • -

    bouwbedrijf: bedrijf dat in een handelsregister van een lidstaat van de Europese Unie of een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, is ingeschreven in de sectie bouwnijverheid of een vergelijkbare sectie;

  • -

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wageningen;

  • -

    doe-het-zelver: eigenaar-bewoner die één of meer energiebesparende isolatiemaatregelen eventueel in combinatie met een energiezuinige ventilatiemaatregel uitvoert of laat uitvoeren zonder tussenkomst van een bouwbedrijf;

  • -

    eigenaar-bewoner: natuurlijk persoon die:

    • a.

      een woning in eigendom heeft waarin hij zijn hoofdverblijf heeft of direct na renovatie van deze woning zal hebben;

    • b.

      gerechtigde is van een bestaand appartementsrecht en in het desbetreffende appartement zijn hoofdverblijf heeft of direct na renovatie van dat appartement zal hebben;

    • c.

      zijn hoofdverblijf heeft of direct na renovatie van deze woning zal hebben in een woning van een wooncoöperatie en in verband daarmee lid is van die wooncoöperatie; of

    • d.

      op basis van zijn lidmaatschap van een woonvereniging het recht heeft om in een woning te wonen en daarin zijn hoofdverblijf heeft of direct na renovatie van deze woning zal hebben;

  • -

    energielabel: energielabel als bedoeld in bijlage I bij artikel 1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • -

    energiebesparende isolatiemaatregel: energiebesparende isolatiemaatregel als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a;

  • -

    energiezuinige ventilatiemaatregel: energiezuinige ventilatiemaatregel als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b;

  • -

    GVvE: gemengde vereniging van eigenaars, zijnde een vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 112, eerste lid, onderdeel e, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, ten behoeve van één of meerdere gebouwen waarin zich naast één of meer verhurende eigenaars ten minste één woning van een eigenaar-bewoner bevindt.

  • -

    ISDE: investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing als bedoeld in titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies;

  • -

    SVVE: Subsidieregeling Verduurzaming voor Verenigingen van Eigenaars;

  • -

    slecht geïsoleerde woning: woning met een energielabelklasse D, E, F, G of een met die labelklassen vergelijkbare energetische staat, waaronder wordt verstaan een woning waarin ten minste twee van de volgende bestaande bouwdelen, gelet op de criteria uit bijlage 1, niet of slecht geïsoleerd zijn:

    • 1.

      de vloer en de bodem;

    • 2.

      de gevel, waaronder de spouwmuur;

    • 3.

      het dak en de zoldervloer en vlieringvloer;

    • 4.

      de ramen, panelen in kozijnen en deuren,

      daaronder begrepen een woning die deel uitmaakt van een slecht geïsoleerd gebouw waarvoor een vereniging van de eigenaars als bedoeld in artikel 112, eerste lid, onderdeel e, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek bestaat en die grenst aan een slecht geïsoleerd bouwdeel waarvoor een maatregel als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a, wordt getroffen;

  • -

    Minimuminkomen: een inkomen tot en met 130% van het sociaal minimum;

  • -

    VvE: vereniging van de eigenaars als bedoeld in artikel 112, eerste lid, onderdeel e, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, ten behoeve van één of meerdere gebouwen waarin zich uitsluitend woningen van eigenaar-bewoners bevinden;

  • -

    wooncoöperatie: wooncoöperatie als bedoeld in artikel 18a, van de Woningwet;

  • -

    woonvereniging: vereniging die eigenaar is van één of meer gebouwen en waarvan de leden het recht hebben om in een bepaalde woning die onderdeel uitmaakt van dat gebouw of die gebouwen te wonen.

Artikel 2. Doelgroep van de subsidie

  • 1. Een subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan eigenaar-bewoners met een slecht geïsoleerde woning op het grondgebied van de gemeente Wageningen met een WOZ-waarde van maximaal € 550.000 op 1 januari 2024. Voor VvE’s en GVvE’s geldt een WOZ-waarde van maximaal € 519.000 op 1 januari 2024. Voor inwoners met een minimuminkomen geldt een WOZ-waarde van maximaal € 600.000 op 1 januari 2024;

  • 2. De in het eerste lid genoemde maximale WOZ-waarde is niet van toepassing op maximaal 20% van de van een VvE of GVvE deel uitmakende woningen.

  • 3. Voor een subsidie zoals bedoeld in artikel 6, tweede lid, komen in aanmerking eigenaar-bewoners die voldoen aan het eerste lid van dit artikel en tevens voldoen aan één van de volgende voorwaarden:

    • a)

      één van de eigenaar-bewoners in aanmerking komt voor een energietoeslag op grond van de Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Wageningen; of

    • b)

      aan één van de eigenaar-bewoners van de woning gebruik maakt van schuldhulpverlening als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening; of

    • c)

      jegens één van de eigenaar-bewoners een schuldsaneringsregeling is uitgesproken als bedoeld in artikel 284, eerste lid, van de Faillissementswet; of

    • d)

      één van de eigenaar-bewoners van de woning bijzondere bijstand ontvangt als bedoeld in artikel 35, eerste of vierde lid, van de Participatiewet.

    • e)

      één van de eigenaar-bewoners inkomenssteun ontvangt in het kader van de Maatschappelijk Meedoen Regeling gemeente Wageningen 2025.

Artikel 3. Staatssteun

Bij verstrekking van een subsidie aan een GVvE wordt toepassing gegeven aan de de- minimisverordening (Verordening (EU) nr. 2023/2831).

Artikel 4. Maatregelen die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Een subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor één of twee maatregelen die zijn uitgevoerd op of na 01-04-2023 in het geval van eigenaar-bewoners van grondgebonden woningen en 01-01-2025 in het geval van (G)VvE’s:

    • a.

      energiebesparende isolatiemaatregel die voldoet aan de minimale isolatiewaarden en minimale m2 eisen zoals omschreven in de ISDE. Voor VvE’s en GVvE’s gelden de minimale isolatiewaarden en minimale m2 eisen zoals omschreven in de SVVE.

    • b.

      Als de energiebesparende isolatiemaatregel bedrijfsmatig wordt uitgevoerd en onder de wetgeving op natuurbescherming valt, moet het bedrijf dat de werkzaamheden uitvoert de Training Natuurvrij Maken hebben gevolgd en beschikken over het daarbij behorende certificaat of moet de aanvrager een vergunning bij de Provincie kunnen overleggen;

    • c.

      energiezuinige ventilatiemaatregel. Het gaat om een systeem voor een CO2 gestuurde ventilatie, het vervangen van een verouderde ventilatie box met een CO2 gestuurde ventilatie box, of een systeem voor balansventilatie met warmteterugwinning met een rendement van ten minste 90%.

    • d.

      er kan voor maximaal één isolatie- of ventilatiemaatregel subsidie met terugwerkende kracht aangevraagd worden;

    • e.

      Het college kan van de in het eerste lid, onder a, bedoelde minimale m2 eisen afwijken als hier niet aan kan worden voldaan omdat het een zeer kleine woning betreft.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Voor subsidie komen de in redelijkheid gemaakte kosten inclusief btw in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een maatregel als bedoeld in artikel 4. Als de maatregel door een doe-het-zelver wordt uitgevoerd, dan tellen de gemaakte uren niet mee als kosten.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidie bedraagt 100% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen en ten hoogste €750 per maatregel tot een maximum van €1.500. Dit bedrag geldt in het geval van een VvE of GVvE per appartementsrecht. Het aan de VvE te verstrekken subsidiebedrag wordt bepaald door het aantal appartementen binnen de VvE dat grenst aan minimaal één van de slecht geïsoleerde bouwdelen waarvoor maatregelen getroffen worden, vermenigvuldigd met het subsidiebedrag per appartement, met inachtneming van de maximum subsidiebedragen. Een individueel appartement ontvangt subsidie enkel voor de maatregelen aan de slecht geïsoleerde bouwdelen waaraan dit appartement grenst en alleen als de splitsingsakte toestaat dat de eigenaar individueel maatregelen kan treffen.

  • 2. Aanvragers met een minimuminkomen komen in aanmerking voor een subsidie van maximaal € 4.000.

  • 3. Aan een (G)VvE kan een maximum subsidiebedrag van €50.000 worden toegekend.

  • 4. Subsidies mogen worden gestapeld met ISDE en SVVE zolang niet meer dan 100% van de kosten worden vergoed.

Artikel 7. Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidieverstrekking op grond van artikel 4 geldt een subsidieplafond van € 1.100.000. Daarbij geldt aanvullend dat maximaal 70% van het subsidieplafond aan grondgebonden woningen en 30% van het subsidieplafond aan (G)VvE’s mag worden besteed.

  • 2. Voor subsidieverstrekking voor zeer kleine woningen als bedoeld in artikel 4, tweede lid, geldt aanvullend dat maximaal 10% van het subsidieplafond voor maatregelen aan deze woningen wordt verstrekt.

  • 3. Het College kan beslissen om de subsidieplafonds tussentijds aan te passen, indien hier aanleiding voor is.

Artikel 8. Wijze van verdeling

  • 1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op de volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Als de aanvrager een incomplete aanvraag aanvult, dan geldt als ontvangstdatum de datum waarop de aanvullende informatie is ontvangen.

  • 3. Als het subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van een aantal aanvragen met dezelfde ontvangstdatum, dan worden deze aanvragen door middel van een loting gerangschikt.

Artikel 9. Aanvraag

  • 1. Een aanvraag wordt schriftelijk ingediend vanaf 01-06-2025 tot en met 31-12-2028. Een subsidieaanvraag voor maatregelen die al zijn uitgevoerd wordt, in afwijking van artikel 2.1, eerste lid van de ‘Algemene subsidieverordening Wageningen 2012’, uiterlijk 31-12-2028 ingediend.

  • 2. De aanvraag wordt, in afwijking van artikel 2.2, tweede lid van de ‘Algemene subsidieverordening Wageningen 2012’, voorzien van:

    • a.

      het adres van de woning, of in geval van een VvE of GVvE de adressen van de woningen, waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • b.

      bewijsstukken in de vorm van een getekend subsidiecheck formulier of een energieadvies waaruit blijkt dat sprake is van een slecht geïsoleerde woning of slecht geïsoleerd gebouw;

    • c.

      een omschrijving van de te treffen maatregel(en), bedoeld in artikel 3, met een specificatie van de isolatiewaarde, het aantal m2 en of deze maatregelen door een bedrijf of op doe-het-zelf-basis zullen worden of zijn uitgevoerd;

    • d.

      een offerte, factuur of betaalbewijs van de te nemen of genomen maatregelen of;

    • e.

      in het geval dat de aanvrager de maatregel als doe-het-zelver uitvoert:

      • i.

        de mededeling dat de maatregel op doe-het-zelf basis is uitgevoerd;

      • ii.

        bon(nen) van aangeschafte materialen in het geval dat de maatregelen zijn uitgevoerd als doe-het-zelver;

      • iii.

        Fotobewijs van vóór, tijdens en na het uitvoeren van de maatregel;

    • f.

      In het geval dat de aanvrager een (G)VvE is:

      • iv.

        Een ALV besluit, waarin staat dat de ALV beslist deze maatregelen te nemen;

      • v.

        Een Flora- en fauna QuickScan en ecologisch vervolgonderzoek of een vergunning van de provincie (indien van toepassing);

      • vi.

        en verklaring dat de (G)VvE energieadvies heeft gehad;

      • vii.

        een of meerdere de-minimisverklaringen dat de leden van een GVvE die geen eigenaar bewoner zijn niet meer subsidie ontvangen dan is toegestaan op grond van de de-minimisverordening;

  • 3. De aanvraag wordt ingediend op een door het college beschikbaar gesteld (digitaal) aanvraagformulier.

Artikel 10. Weigering, lagere vaststelling of intrekking

  • 1. De subsidie wordt, onverminderd artikel 2.5, van de ‘Algemene subsidieverordening Wageningen 2012’, geweigerd lager of op nihil vastgesteld of ingetrokken als:

    • a.

      er niet wordt voldaan aan de in de verleningsbeschikking vermelde voorwaarden;

    • b.

      het maximale subsidiebedrag voor een woning is bereikt;

    • c.

      het subsidieplafond is bereikt;

    • d.

      voor dezelfde maatregel al eerder een subsidie is verstrekt op grond van deze subsidieregeling;

    • e.

      de maatregel niet is uitgevoerd vóór dag na 31-12-2028 of vóór 01-04-2023 is uitgevoerd;

    • f.

      de maatregel verband houdt met het plaatsen van een aan- of uitbouw.

  • 2. De subsidie aan een GVvE wordt, in aanvulling op het eerste lid, geweigerd, lager of op nihil vastgesteld of ingetrokken als niet voldaan is aan de de-minimisverordening(en) (Verordening (EU) nr. 2023/2831).

Artikel 11. Uitbetaling

  • 1. Het college betaalt de subsidie binnen 8 weken na de vaststelling aan de aanvrager of op verzoek van de aanvrager aan het bouwbedrijf uit.

  • 2. Het college kan de subsidie op voorschotbasis uitbetalen aan de aanvrager wanneer de aanvrager een minimuminkomen heeft of de aanvrager een (G)VvE betreft.

  • 3. Een subsidie blijft vanaf de datum van de goedkeuring van de aanvraag voor de duur van 12 maanden beschikbaar.

Artikel 12. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op 01-07-2025.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt op 31-12-2028.

  • 3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling lokale aanpak isolatie gemeente Wageningen 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2025.

de secretaris,

de burgemeester,

Bijlage 1: Niet of slecht geïsoleerd bouwdeel als bedoeld in artikel 1 in de definitie van slecht geïsoleerde woning

Bouwdeel

Wanneer aanpakken?

Indicatie dikteof Rc of Ug-waarde

Dak

Hellend of platdak

Geen, slechte en matige isolatie

Minder dan 9 cm aanwezig of een Rc ≤ 2,0

Zolder- of vlieringvloerisolatie

Geen zolder- of vlieringvloerisolatie aanwezig

Rc ≤ 0,5

Gevel

Geen spouwmuurisolatie, voorzetwand of buitengevelisolatie aanwezig

Rc≤ 1,1

Vloer- of bodemisolatie

Geenof slechte vloer- en bodemisolatie aanwezig

Minder dan 5 cm aanwezig, Rc ≤ 1,3

Glas

Enkel glas, oud dubbelglas en HR glas

Ugwaarde ≥ 1,6

Toelichting Subsidieregeling lokale aanpak isolatie gemeente Wageningen 2025

Algemeen

Deze regeling strekt ertoe een lokale subsidie mogelijk te maken om slecht geïsoleerde koopwoningen te verduurzamen in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma. Het betreft daarbij grondgebonden woningen van eigenaar-bewoners en woningen in (gemengde) verenigingen van eigenaars. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor een subsidie sluiten aan bij de voorwaarden uit de “Regeling houdende regels verstrekking specifieke uitkering aan gemeenten verduurzaming slecht geïsoleerde woningen van eigenaar-bewoners en woningen van verenigingen van eigenaars, woonverenigingen en wooncoöperaties” (hierna: SPUK-regeling), op grond waarvan de gemeente een specifieke uitkering heeft ontvangen. Dit houdt verband met de single information, single audit (SiSa) verantwoordingsplicht van de gemeente voor de op grond van die SPUK-regeling ontvangen specifieke uitkering.

Bij deze regeling zijn de staatssteunregels in acht genomen. Dit is van belang nu deze regeling voorziet in de mogelijkheid van subsidieverlening aan gemengde verenigingen van eigenaars (hierna: GVvE’s). Hier maken naast eigenaar-bewoners, ook verhuurders deel van uit. Die verhuurders zijn ondernemingen in Europeesrechtelijke zin (als bedoeld in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)). Dit betekent dat de Europese staatsteunregels van toepassing zijn. De regeling past daarmee binnen de voorwaarden van het Europees steunkader van de de-minimisverordening (Verordening (EU) nr. 2023/2831).

Artikelsgewijs

In deze artikelsgewijze toelichting worden enkel die (onderdelen) van bepalingen behandeld die nadere toelichting behoeven.

Artikel 1. Definities

Doe-het-zelver

De regeling spreekt van een doe-het-zelver als het de aanvrager zelf is die de maatregel uitvoert of laat uitvoeren door een ander die deze activiteit niet blijkens een inschrijving bij de Kamer van Koophandel bedrijfsmatig uitvoert (zie bouwbedrijf).

Eigenaar-bewoner

Iemand die eigenaar is van een woning of appartementsrecht en daar ook zelf zijn hoofdverblijf heeft, of na de renovatie zijn hoofdverblijf zal hebben; wordt aangemerkt als eigenaar-bewoner. Dit geldt ook voor een lid van een wooncoöperatie of een woonvereniging, die op grond van zijn lidmaatschap het recht heeft om in een bepaalde woning te wonen en daar ook zelf zijn hoofdverblijf heeft, of na de renovatie zijn hoofdverblijf zal hebben (artikel 1, eerste lid, van de SPUK-regeling). Dit betekent dat iemand geen eigenaar-bewoner kan zijn van een tweede woning, omdat het slechts mogelijk is om op één plek hoofdverblijf te hebben (artikel 10, eerste lid, en artikel 11 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek). Voor een tweede woning wordt dan ook geen subsidie verleend.

ISDE

De Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing is een landelijke subsidie voor het verduurzamen van woningen. Eigenaar-bewoners kunnen de subsidie aanvragen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RVO). Meer informatie is te vinden op de website van de RVO (https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/isde/woningeigenaren).

Slecht geïsoleerde woning

Deze definitie is overgenomen uit de SPUK-regeling. Het zal veelal gaan om oudere woningen. Het is niet waarschijnlijk dat woningen die na 1992 zijn gebouwd aan deze definitie zullen voldoen. Die woningen zouden dan namelijk niet voldoen aan het destijds geldende bouwbesluit.

SVVE

De Subsidieregeling verduurzaming voor verenigingen van eigenaars (hierna: SVVE) is een landelijke subsidie voor het verduurzamen van woningen in een (G)VvE. Een GVvE, vereniging van eigenaars (hierna: VvE), woonvereniging of wooncoöperatie kan de subsidie aanvragen bij de RVO. Meer informatie is te vinden op de website van de RVO (https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/svve).

Artikel 2. Doelgroep van de subsidie

Deze bepaling regelt welke doelgroepen voor subsidieverlening op grond van deze regeling in aanmerking komen. Deze doelgroep afbakening sluit aan op de SPUK-regeling.

Artikel 3. Staatssteun

Via een GVvE wordt mede subsidie verleend aan verhuurders van woningen binnen de GVvE. Deze selectieve overdracht van staatsmiddelen aan verhuurders voldoet aan de criteria die gelden voor staatssteun, als bedoeld in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Dit is toegestaan omdat deze subsidieregeling toepassing geeft aan het staatssteunkader van de de-minimisverordening (Verordening (EU) nr. 2023/2831).

Artikel 4. Maatregelen die voor subsidie in aanmerking komen

De subsidieregeling is bedoeld als stimulans voor het realiseren van energiebesparende isolatiemaatregelen en energiezuinige ventilatiemaatregelen. Voor maatregelen die al eerder zijn uitgevoerd is die stimulans niet nodig. Deze komen dan ook niet (achteraf) voor subsidieverlening in aanmerking. Dit is anders voor maatregelen die zijn uitgevoerd in afwachting van de totstandkoming van deze subsidieregeling.

Om te kunnen spreken van een daadwerkelijke effectieve bijdrage aan de verduurzaming zijn, in overeenstemming met de SPUK- regeling, een aantal minimale eisen geformuleerd waaraan de maatregelen moeten voldoen. De opgenomen eisen zorgen er ook voor dat de gemeente de besteding van de specifieke uitkering op een juiste wijze kan verantwoorden. Doordat deze eisen overeenstemmen met de eisen uit titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies en de SVVE, kunnen aanvragers ook een beroep doen op deze subsidieregelingen. Om te bepalen of voldaan zal worden aan de gestelde eisen is het aan te bevelen om vooraf het isolatiemateriaal voor het betreffende bouwdeel of de glaskwaliteit te toetsen aan de hand van de meldcode lijsten van de ISDE (www.rvo.nl/isde).

Een aantal specifieke isolatiemaatregelen kunnen in conflict komen met de faunabescherming. Denk hierbij aan de gevolgen van het isoleren van de spouwmuur of het dak voor huismussen, gierzwaluwen of vleermuizen. Daarom geldt bij uitvoering van deze maatregelen de aanvullende eis om voor subsidie in aanmerking te komen dat het bedrijf dat de maatregelen uitvoert is getraind en gecertificeerd door Natuurvriendelijk isoleren of dat de aanvrager een vergunning bij de Provincie heeft (https://www.natuurvriendelijkisoleren.nl).

In het tweede lid is een uitzondering opgenomen op de minimum m2 oppervlakte eis voor zeer kleine woningen. Het gaat hierbij om woningen waarbij vanuit technisch oogpunt niet aan de minimum oppervlakte eis kan worden voldaan.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Niet alle kosten die verbonden kunnen worden aan het treffen van energiebesparende isolatiemaatregelen en energiezuinige ventilatiemaatregelen komen voor subsidieverlening in aanmerking. Alleen de kosten die direct verbonden zijn aan de uitvoering van de maatregel kunnen voor subsidieverlening in aanmerking komen. Dan gaat het om materiaalkosten en het door een bouwbedrijf in rekening gebrachte uurloon. Het moet bovendien gaan om redelijke kosten. Dat betekent dat de kosten marktconform moeten zijn. Kosten die niet direct verband houden met het treffen van de maatregelen, zoals kosten voor tijdelijke vervangende woonruimte, komen niet voor subsidieverlening in aanmerking. Dit geldt ook voor het uurloon van een doe-het-zelver.

Artikel 6. Uitbetaling

De subsidie wordt in beginsel uitbetaald aan de aanvrager, maar kan op verzoek van de aanvrager ook worden uitbetaald aan het bouwbedrijf dat de maatregel heeft uitgevoerd of zal uitvoeren. De aanvrager blijft altijd, ook bij uitbetaling aan het bouwbedrijf, zelf verantwoordelijk voor het correct uitvoeren van de maatregel.

Het tweede lid regelt de mogelijkheid om op verzoek een voorschot te verstrekken. De aanvrager hoeft hiermee niet zelf voor voorfinanciering te zorgen van de te treffen maatregel. Vooral bij grotere subsidiebedragen, waar via een VvE of GVvE meerdere woningen betrokken zijn, kan dit belangrijk zijn om de maatregel gerealiseerd te krijgen. Uit het feit dat een voorschot op verzoek kan worden verstrekt volgt dat er een individuele afweging gemaakt wordt tussen de noodzaak van voorschotverlening om de maatregel gerealiseerd te krijgen en het belang dat is gelegen in het voorkomen dat de subsidie wordt uitbetaald zonder dat de maatregel gerealiseerd worden en deze daarom achteraf teruggevorderd moet worden.

Bijlage 1: Niet of slecht geïsoleerd bouwdeel als bedoeld in artikel 1 in de definitie van slecht geïsoleerde woning

De in deze bijlage opgenomen waarden zijn overgenomen uit de toelichting bij de SPUK-regeling en bepalen wanneer sprake is van een slecht geïsoleerd bouwdeel (Stcrt. 2023, 3877, p. 29-30).