Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Ede 2025

Geldend van 17-06-2025 t/m heden

Intitulé

Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Ede 2025

De raad van de gemeente Ede;

gelezen het voorstel van het Presidium van d.d. 14 april 2025, zaaknummer 483753;

gelet op de artikelen 95, eerste en tweede lid, 96 eerste en tweede lid, en 97,98,99 van de Gemeentewet en artikelen 3.1.3, eerste lid, 3.1.4, eerste lid, 3.1.9. eerste lid, 3.3.2, 3.3.3, tweede lid, 3.4.1, eerste lid, en 3.4.2 en 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers;

besluit:

Artikel 1. Definitiebepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

Commissielid: lid van een commissie als bedoeld in de artikelen 82, 83 en 84 van de Gemeentewet, dat niet tevens raadslid is of ambtenaar die als zodanig tot lid van een commissie is benoemd.

Griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet.

Raadslid: lid van de gemeenteraad.

Rechtspositiebesluit: het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Regeling: Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers

Artikel 2. Toelage raadslid onderzoekscommissie en bijzondere commissie

  • 1. Een raadslid dat lid is van een onderzoekscommissie als bedoeld in artikel 155a, derde lid van de Gemeentewet wordt voor de duur van de activiteiten van die commissie ten laste van de gemeente een toelage toegekend van €275 per maand. De toelage is per jaar maximaal driemaal de maandelijkse vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit.

  • 2. Er is een commissie die opereert op basis van de methode Duisenberg. Deze commissie wordt aangewezen als bijzondere commissie als bedoeld in artikel 3.1.4, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. De hoogte van de vergoeding is het in artikel 3.1.4, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit vastgestelde maximumbedrag dat voor de duur van de activiteiten van de commissie maandelijks wordt uitbetaald.

  • 3. De raad kan andere onderzoekscommissies instellen op grond van artikel 84 van de Gemeentewet. Het doel van deze commissies is het verrichten van onderzoek op basis van een door de raad geformuleerde onderzoeksopdracht. Deze onderzoekscommissies worden aangewezen als bijzondere commissie als bedoeld in artikel 3.1.4, eerste lid van het Rechtspositiebesluit. De hoogte van de vergoeding is het in artikel 3.1.4, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit vastgestelde maximumbedrag dat voor de duur van de activiteiten van de commissie maandelijks wordt uitbetaald.

  • 4. De vaste voorzitter van een raadscommissie als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet ontvangt een toelage. De hoogte van de toelage is het in artikel 3.1.4, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit vastgestelde maximumbedrag dat voor de duur van de activiteiten van de commissie maandelijks wordt uitbetaald.

Artikel 3. Reis- en verblijfkosten buitenland raads- en commissieleden

  • 1. De gemeenteraad kan een delegatie uit de gemeenteraad of de Raadscommissie Ede toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. Wanneer toestemming is verleend voor de excursie of reis komen de in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten voor rekening van de gemeente. Artikel 3.1.7 Rechtspositiebesluit en artikel 3.1 van de Regeling zijn van toepassing.

  • 2. De gemeenteraad kan voorwaarden verbinden aan de toestemming.

Artikel 4. Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden

  • 1. Een raads- of commissielid dat wil deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing in verband met de vervulling van zijn functie als bedoeld in artikel 3.3.3. Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers, dient daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 2. Deze aanvraag gaat vergezeld van stukken met inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3. De raad beslist op de aanvraag op basis van de overlegde stukken. De aanvraag wordt toegewezen indien het gaat om redelijkerwijs noodzakelijke scholing voor de vervulling van het ambt van een raads- of commissielid en de kosten naar aard en omvang redelijk zijn.

  • 4. Scholing georganiseerd door de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden of door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten komt voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de voorwaarden genoemd in het eerste en tweede lid.

Artikel 5. Vergoeding voor het bijwonen van commissievergaderingen

  • 1. Aan een commissielid wordt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie toegekend die gelijk is aan het bedrag dat is opgenomen in artikel 3.4.1 van het Rechtspositiebesluit.

  • 2. Als één vergadering worden beschouwd bijeenkomsten van de Raadscommissie Ede tijdens de Politieke Dag Ede op donderdag:

    • a.

      tussen 14.00 en 18.00; en

    • b.

      tussen 19.00 en het moment van sluiten van de vergadering.

  • 3. In afwijking van het eerste lid ontvangen de leden resp. de voorzitter van de commissie voor de bezwaarschriften een vergoeding van €195 c.q. €225 per vergadering.

  • 4. In afwijking van het eerste lid ontvangt een fractievolger, die lid is van de onderzoekscommissie Duisenberg, een aanvullende vergoeding voor het bijwonen van de vergadering van de Raadscommissie Ede waarin de onderzoekscommissie rapporteert. Deze aanvullende vergoeding bedraagt maximaal €150,- per maand dat de onderzoekscommissie activiteiten heeft verricht.

Artikel 6. Informatie- en communicatievoorzieningen raads- en commissieleden

  • 1. Een raads- of commissielid tekent een bruikleenovereenkomst wanneer hem ten laste van de gemeente voor de duur van de uitoefening van zijn functie informatie- en communicatievoorzieningen ter beschikking worden gesteld bedoeld in artikel 3.3.2 Rechtspositiebesluit.

  • 2. Een raads- of commissielid levert na beëindiging van zijn functie de ter beschikking gestelde informatie- en communicatievoorzieningen in bij de gemeente. Overname van de informatie- en communicatievoorzieningen na schoning is mogelijk aan het eind van de raadsperiode tegen vergoeding van de resterende waarde van de voorzieningen in het economisch verkeer.

Artikel 7. Betaling vergoeding commissieleden

  • 1. De vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen en de reiskostenvergoeding voor commissieleden wordt betaald binnen één maand na invulling van een daartoe vastgesteld declaratieformulier.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt de reiskostenvergoeding voor het bijwonen van vergaderingen voor leden van de Raadscommissie Ede, niet zijnde raadsleden, één keer per jaar betaald in december.

Artikel 8. Betaling en declaratie van onkosten

  • 1. Tenzij het Rechtspositiebesluit of de Regeling anders bepalen, vindt de betaling van kosten die op grond van deze verordening voor vergoeding of tegemoetkoming in aanmerking komen plaats door:

    • a.

      betaling uit gemeentelijke middelen, op basis van een rechtstreeks aan de gemeente toegezonden factuur, of

    • b.

      betaling vooruit uit eigen middelen.

  • 2. Een aanvraag om een vergoeding van de onkosten als bedoeld in dit artikel gaat vergezeld van een declaratieformulier en bewijsstukken. Burgemeester en wethouders stellen het declaratieformulier vast.

  • 3. Het declaratieformulier en de bewijsstukken worden binnen twee maanden na factuurdatum of betaling door raads- of commissieleden ingediend bij de griffier, de gemeentesecretaris of een daartoe aangewezen ambtenaar.

  • 4. Kosten worden alleen vergoed als zij binnen de gestelde termijn van lid 3 en overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend.

Artikel 9. Wijziging bedragen

De in deze verordening opgenomen bedragen kunnen bij nadere regel van het college worden gewijzigd voor zover de consumentenprijsindex of andere prijsontwikkelingen daartoe aanleiding geven.

Artikel 10. Intrekking oude verordening

De Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Ede wordt ingetrokken.

Artikel 11. Slotbepaling

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na datum van publicatie in het Gemeenteblad.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Ede 2025.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 5 juni 2025, zaaknummer 483753.

De raad voornoemd,

dr. G. H. Hagelstein

de griffier,

mr. L.J. Verhulst

de voorzitter.