Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Utrechtse Heuvelrug 2025 (AVOI 2025)

Geldend van 14-06-2025 t/m heden

Intitulé

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Utrechtse Heuvelrug 2025 (AVOI 2025)

De raad van de gemeente Utrechtse Heuvelrug:

  • -

    gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 februari 2025;

  • -

    overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor de realisatie van één uniform regime voor al het werk in of op de grond in de openbare ruimte, waaronder specifiek die met kabels en leidingen, en de gemeente in staat te stellen de gewenste regierol optimaal in te vullen;

Gelet op artikelen 5.2 en 5.4, vierde lid, van de Telecommunicatiewet, hoofdstuk 10 van de Omgevingswet en artikel 149 van de Gemeentewet;

BESLUIT

Vast te stellen de:

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Utrechtse Heuvelrug 2025 (AVOI 2025)

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: de rechtspersoon die aan het college instemming, vergunning of toestemming verzoekt voor het leggen, hebben, onderhouden of verwijderen van kabels en leidingen;

  • b.

    belanghebbende: de bewoners en (bedrijfsmatige of andere) gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels of leidingen;

  • c.

    breekverbod: (graafrust) een periode na reconstructie of groot onderhoud van het openbaar gebied waarbinnen geen geplande opbrekingen zijn toegestaan. Voor calamiteiten geldt een uitzondering.

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse Heuvelrug;

  • e.

    CROW-richtlijnen: CROW is het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte. Deze organisatie ontwikkelt, verspreidt en beheert praktisch toepasbare kennis voor beleidsvoorbereiding, planning, ontwerp, aanleg, beheer en onderhoud. Dit gebeurt in samenwerking met alle belanghebbende partijen, waaronder Rijk, provincies, gemeenten, adviesbureaus, uitvoerende bouwbedrijven in de grond-, water- en wegenbouw, toeleveranciers en vervoerorganisaties.

  • f.

    degeneratiekosten: vergoeding aan de gemeente door vermindering van de kwaliteit en/of levensduur van de verharding of andere gemeente-eigendommen, veroorzaakt door de (graaf of aanleg)werkzaamheden onder verhardingsconstructies of andere voorzieningen;

  • g.

    gedoog plichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, op grond van een (publiekrechtelijke vergunning) of een privaatrechtelijke overeenkomst;

  • h.

    handboek: het Handboek kabels en leidingen gemeente Utrechtse Heuvelrug Standaardbepalingen voor het opnemen van de sleufverharding, het graven, aanvullen en verdichten van sleuven en het leggen etc. van kabels en leidingen in gronden die in eigendom of beheer zijn bij de gemeente Utrechtse Heuvelrug, zijnde door het college vast te stellen nadere regels betreffende onder meer de voorbereiding en uitvoering van ontwerp, aanleg, exploitatie, onderhoud en verwijdering van kabels en leidingen inclusief de toepasselijke indieningsvereisten;

  • i.

    herstel: het op vakkundige wijze terugbrengen van de verhardingsmaterialen zoveel als mogelijk in het oorspronkelijke verband en toestand;

  • j.

    (huis)aansluiting: het gedeelte van de kabel of leiding in of op openbare gronden dat een net verbindt met een netwerkaansluitpunt ten behoeve van een onroerende zaak of met een ander net.

  • k.

    instemmingsbesluit: besluit van het college op een aanvraag tot instemming, als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, aanhef en onder a , van de Telecommunicatiewet van de voorgenomen werkzaamheden voor kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk;

  • l.

    kabel- en leidingentracé: de locatie waarvan de gemeente Utrechtse Heuvelrug heeft bepaald waar kabels en/of leidingen kunnen worden gelegd;

  • m.

    kabels en leidingen: één of meer kabels en leidingen, mantelbuizen daaronder begrepen, die dienen of kunnen dienen tot transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen dan wel van energie of informatie en waarmee het algemeen belang wordt gediend, inclusief de daarbij horende onder- en bovengrondse onderdelen van het net(werk) zoals kasten, afsluiters en transformatorhuisjes;

  • n.

    marktconforme kosten: kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

  • o.

    melding: een melding van niet ingrijpende aard of spoedeisende werkzaamheden, waarvoor geen instemmingsbesluit of vergunning noodzakelijk is

  • p.

    net of netwerk: samenstel van één of meer ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), daaronder mede begrepen lege buizen, kokerconstructies en voorzieningen, bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie, uitgezonderd het gemeentelijk leringsnetwerk;

  • q.

    net voor transport van informatie: de openbare elektronische communicatie-netwerken als bedoeld in artikel: 1.1 van de Telecommunicatiewet;

  • r.

    netbeheerder: de rechtspersoon, als bedoeld in artikel 2:3 van het Burgerlijk wetboek, die acteert als beheerder van een net of netwerk voor de levering van elektriciteit, gas, water, aardwarmte of WKO (Warmte Koude Opslag), dan wel aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk;

  • s.

    niet-openbare kabels en leidingen: een netwerk dat geen openbaar elektronisch communicatiewerk is, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet of geen openbaar netwerk is van een netwerkbeheerder die krachtens een wet is aangewezen om een openbaar netwerk aan te leggen of te onderhouden;

  • t.

    openbare gronden: openbare wegen en wateren, als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, die in beheer en/of eigendom van de  gemeente zijn en voor eenieder toegankelijk zijn, met inbegrip van

    • -

      Bij openbare wegen: de daartoe behorende stoepen, glooiingen, bermen, sloten, bruggen, viaducten, tunnels, duikers, beschoeiingen en andere werken;

    • -

      Bij openbare wateren: de daartoe behorende bruggen, plantsoenen, pleinen en andere plaatsen.

  • u.

    registratiesysteem: digitaal systeem dat het college hanteert om meldingen, vergunningen en instemmingsbesluiten van werkzaamheden en samenhangende werkzaamheden te verwerken;

  • v.

    spoedeisende werkzaamheden: werkzaamheden voor de instandhouding van kabels of leidingen of leidingen van een netwerk, waarvoor uitstel niet mogelijk is als een ernstige belemmering of storing in de dienstverlening is opgetreden;

  • w.

    vergunning: besluit van het college op een aanvraag voor toestemming van de voorgenomen werkzaamheden die niet ten behoeve zijn van kabels of leidingen ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet;

  • x.

    voorzieningen: onder- en bovengrondse ondersteunings- en beschermingswerken, waaronder buizen, ten behoeve van de kabels en leidingen;

  • y.

    werkzaamheden: handmatige en mechanische (graaf) werkzaamheden, waaronder ook begrepen het opbreken en herstellen van de sleufbedekking en sleufloze technieken, in, op- of boven openbare gronden in verband met aanleg, onderhoud, instandhouding, exploitatie, verplaatsing en verwijderen van kabels en/of leidingen;

  • z.

    werkzaamheden van niet ingrijpende aard: werkzaamheden die qua aard en omvang dusdanig beperkt zijn dat, ter beoordeling door het college, een afwijkend, lichter meldregime toegepast kan worden én voor zover het werkzaamheden betreft:

    • -

      die betrekking hebben op het onderhouden, wijzigen of uitbreiden van een al rechtsgeldig in de openbare ruimte van de gemeente aanwezig ondergronds netwerk of;

    • -

      die met geringe overlast c.q. belemmeringen voor de omgeving kunnen worden verricht of;

    • -

      waarbij geen asfalt rijbanen of andere verhardingen, wateren of groenvoorzieningen (in de zin van beplanting) worden gekruist of;

    • -

      waarbij geen boringen worden toegepast;

    • -

      het aanbrengen/ verwijderen van kabels en leidingen met aaneengesloten te ontgraven lengte van minder dan 10 m1 (gerekend vanaf de perceelgrens) in een reeds aanwezig netwerk of;

    • -

      het realiseren van incidentele (huis)aansluitingen waarbij clustering niet is toegestaan en waarbij de totale lengte minder is dan 5 m2 of;

    • -

      proefsleuven of;

    • -

      reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan het netwerk over een lengte van minder dan 10 meter dan wel van lasgaten, en niet zijnde het plaatsen van een nieuwe handhole of nieuwe en ondergrondse lasmoffen of;

    • -

      werkzaamheden met een grondoppervlakte van maximaal 5 m2.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze verordening regelt:

  • 1.

    Deze verordening heeft als doel de regie en coördinatie uniform te regelen en is van toepassing op het aanleggen, instandhouden, onderhouden, verplaatsen en verwijderen van kabels en leidingen in, op of boven de openbare gronden, voor zover de gemeente Utrechtse Heuvelrug deze gronden beheert, in eigendom heeft of daarover wettelijke coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet of een privaatrechtelijke overeenkomst.

  • 2.

    Deze verordening is niet van toepassing op de gemeente Utrechtse Heuvelrug bij het uitvoeren van haar publieke taak.

Artikel 3 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen met betrekking tot:

  • a.

    de wijze waarop het college werkzaamheden in of op openbare gronden coördineert;

  • b.

    de wijze waarop initiatiefnemer een aanvraag of melding indient bij de gemeente;

  • c.

    de eisen met betrekking tot de uitvoering van werkzaamheden in verband met aanleggen, in stand houden, onderhouden, verplaatsen en verwijderen van kabels en/of leidingen;

  • d.

    het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen;

  • e.

    het vergoeden van schade die een netbeheerder lijdt of zal lijden ten gevolge van een aanwijzingsbesluit van het college tot het verleggen van kabels en/of leidingen. (nadeelcompensatieregeling of publiekrechtelijke verlegregeling);

  • f.

    de openbare orde en veiligheid.

Hoofdstuk 2 (Inhoudelijke bepalingen)

Artikel 4 Vereiste van vergunning of instemming

  • 1. Het is verboden werkzaamheden te verrichten of in afwijking van een door het college genomen instemmingsbesluit, goedgekeurde melding of verstrekte vergunning.

  • 2. In afwijking van eerste lid is voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard geen instemmingsbesluit of vergunning vereist. Hiervoor wordt minstens veertien dagen voorafgaand de voorgenomen aanvang van werkzaamheden een melding ter goedkeuring voorgelegd bij het college.

  • 3. In afwijking van het eerste lid geldt voor het verrichten van spoedeisende werkzaamheden:

    • a.

      geen instemmingsbesluit of vergunning en volstaat een melding voorafgaand aan de uit te voeren werkzaamheden bij het college.;

    • b.

      Als een melding vooraf niet mogelijk is, dan wordt de melding uiterlijk binnen 24 uur na de aanvang van de uitvoering gemotiveerd gedaan;

    • c.

      Indien achteraf blijkt dat voor de werkzaamheden en instemming of vergunning was vereist, wordt deze alsnog bij het college aangevraagd.

Artikel 5 Melding of aanvraag

  • 1. Een aanvraag tot het nemen van een instemmingsbesluit of het verstrekken van een vergunning wordt tenminste acht weken voor de voorgenomen aanvang van de werkzaamheden bij het college een melding voor een instemmingsbesluit dan wel aanvraag voor een vergunning voor werkzaamheden als bedoeld in artikel 4, eerste lid, via het registratiesysteem van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • 2. In geval van voorgenomen werkzaamheden van niet ingrijpende aard, dienen de werkzaamheden minimaal veertien dagen voor de start van de uitvoering gemeld te worden werkzaamheden, via het registratiesysteem van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • 3. In geval van spoedeisende werkzaamheden dienen de werkzaamheden vooraf via het registratiesysteem van de gemeente Utrechtse Heuvelrug gemeld te worden en binnen 24 uur na de uitvoering dienen de uitgevoerde werkzaamheden gemotiveerd te worden eveneens via het registratiesysteem van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • 4. Het college is bevoegd een deel dan wel delen van het grondgebied van de gemeente Utrechtse Heuvelrug aan te wijzen waarop het twee en derde lid van dit artikel niet van toepassing zijn.

Artikel 6 Beslistermijn

  • 1. Het college beslist uiterlijk acht weken na de dag van ontvangst van een aanvraag.

  • 2. Indien een vergunning of een instemmingsbesluit niet binnen de in het eerste lid bepaalde termijn kan worden genomen of verstrekt, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemen daarbij een zo kort mogelijke termijn waarbinnen het instemmingsbesluit of de vergunning wel kan worden genomen of verstrekt.

  • 3. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht betreffende de van rechtswege verleende beschikking is niet van toepassing op het bepaalde in deze verordening.

Artikel 7 Wijzigingen of intrekken vergunning of instemmingsbesluit

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan een vergunning of instemmingsbesluit wijzigen of intrekken, indien:

    • a.

      de netbeheerder niet binnen zes maanden na dagtekening van de vergunning het instemmingsbesluit de werkzaamheden zoals omschreven in de vergunning of het instemmingsbesluit is begonnen;

    • b.

      de werkzaamheden zoals omschreven in de vergunning of het instemmingsbesluit langer dan een periode van zes aaneengesloten maanden stilliggen;

    • c.

      de netbeheerder de leiding/kabel definitief buiten gebruik heeft gesteld;

    • d.

      ter verkrijging van de vergunning of het instemmingsbesluit daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • e.

      de vergunning of het instemmingsbesluit in strijd met enig wettelijk voorschrift is afgegeven;

    • f.

      de aan de vergunning dan wel het instemmingsbesluit verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

    • g.

      na het verlenen van de vergunning dan wel het instemmingsbesluit naar het oordeel van het college aanleiding bestaat te veronderstellen dat het van kracht blijven van de vergunning of het instemmingsbesluit onaanvaardbare schadelijke gevolgen heeft voor de mens, natuur of milieu;

    • h.

      dit naar het oordeel van het college redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van gemeentelijke werkzaamheden van openbaar belang of algemeen nut dan wel de rechtmatige uitoefening van zijn publiekrechtelijke bevoegdheid of taak;

    • i.

      er sprake is van verkoop van de desbetreffende gronden van gemeente aan derden.

    • j.

      indien de netbeheerder dit verzoekt.

  • 2. Het college gaat niet over tot intrekking of wijziging van de vergunning dan wel het instemmingsbesluit voordat het college de houder van de vergunning of de geadresseerde van het instemmingsbesluit heeft gehoord;

  • 3. Aan het besluit tot wijziging of intrekking van de vergunning of het instemmingsbesluit kunnen verplichtingen worden opgenomen om leiding(en) te verleggen, verplaatsen of verwijderen.

Artikel 8 Voorschriften, beperkingen en weigeringsgronden

  • 1. Het college kan in het instemmingsbesluit, de goedkeuring van een melding of vergunningsvoorschriften en beperkingen opnemen, dan wel een instemmingsbesluit, een melding of een vergunning, dat niet ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet weigeren, in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • b.

      de openbare veiligheid, waaronder in elk geval moet worden verstaan de verkeersveiligheid en/of een goede doorstroming van het verkeer;

    • c.

      het voorkomen of beperken van overlast;

    • d.

      het voorkomen of beperken van schade;

    • e.

      de bescherming van archeologische vondsten en groenvoorzieningen, bomen en beplantingen;

    • f.

      de bereikbaarheid van gronden of gebouwen, waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van gronden en gebouwen, het doelmatig beheer en onderhoud en het belang van (lokale) evenementen;

    • g.

      de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede begrepen werken ten behoeve van de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit;

    • h.

      de bescherming van het milieu.

    • i.

      het uiterlijk aanzien van de omgeving.

  • 2. De werkzaamheden moeten zijn voltooid binnen zes maanden na aanvang, tenzij in het instemmingsbesluit of de vergunning anders is bepaald.

  • 3. De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en verwijdering van kabels en leidingen en medegebruik van voorzieningen dient te gebeuren conform de geldende wet- en regelgeving en de toepasselijke CROW-richtlijnen (o.a. CROW 500, Richtlijn zorgvuldig graafproces).

  • 4. Het college stelt nadere regels vast in de vorm van een Handboek kabels en leidingen voor de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, instandhouding, exploitatie, verplaatsing en verwijdering van kabels en leidingen en medegebruik van voorzieningen. Bij tegenstrijdigheden hebben de bepalingen van deze verordening voorrang.

  • 5. De gemeente Utrechtse Heuvelrug beslist omtrent het herstraten. De gemeente herstelt de openbare ruimte. Voor de hoogte van de schadevergoeding aan bestrating (en asfalt) hanteert de gemeente Utrechtse Heuvelrug de VNG Richtlijn (graaf)werkzaamheden, tarief A.

  • 6. Voor het herstel van groenvoorzieningen hanteert gemeente Utrechtse Heuvelrug project specifieke tarieven. Voorafgaand aan het verlenen van de graaftoestemming dient de netbeheerder hiertoe een offerte aan te vragen bij gemeente Utrechtse Heuvelrug.

  • 7. Indien de kabel(s) en/of leiding(en) zijn geprojecteerd onder een asfaltverharding, moeten deze door middel van een persing of boring worden aangebracht, behoudens gevallen waar dit niet is toegestaan vanuit enig wettelijke bepaling of technische onmogelijkheid. In dergelijke gevallen treden gemeente en de netbeheerder in overleg.

  • 8. Indien het leidingentracé geen ruimte biedt voor de aanleg van nieuwe kabels en/of leidingen, legt de netbeheerder de gemeente Utrechtse Heuvelrug een alternatief tracé voor en wordt daarbij bezien of andere netbeheerders eventuele voorgenomen werkzaamheden op dat tracé willen combineren, of (in geval van elektronische communicatienetwerken) doet hij aan andere netbeheerders een verzoek tot medegebruik van kabels en/of leidingen.

  • 9. Indien binnen vijf jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de netbeheerder werkzaamheden moet uitvoeren, kan het college nadere voorwaarden stellen aan het herstel (graafrust). De kosten van het herstel zijn voor rekening van de netbeheerder.

  • 10. De netbeheerder dient belanghebbenden (waaronder bewoners en bedrijven) ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden minimaal vijf werkdagen voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden. Deze termijn geldt niet voor spoedeisende werkzaamheden.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 9 Eigendom

Indien het eigendom, de exploitatie of het beheer van een net, kabel of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, gaan de rechten en plichten over op de nieuwe netbeheerder. De nieuwe netbeheerder stelt het college onverwijld van deze overdracht in kennis en de voormalige netbeheerder is verplicht zorg te dragen voor overdracht van de rechten en plichten krachtens deze verordening op de nieuwe netbeheerder.

Artikel 10 Niet-openbare kabels en leidingen

  • 1. Bij voorgenomen werkzaamheden voor of aan niet-openbare kabels en/of leidingen in, op of boven openbare gronden is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing. Het betreft kabel en/of leidingen, dan wel het netwerk waartoe deze behoren, die niet gebruikt worden om openbare diensten aan te bieden.

  • 2. Het eerste lid van dit artikel houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente Utrechtse Heuvelrug met betrekking tot niet- openbare kabels en leidingen.

  • 3. Het verleggen van niet-openbare kabels en/of leidingen op verzoek van de gemeente Utrechtse Heuvelrug worden op kosten van de eigenaar van de kabels en/of leidingen uitgevoerd.

Artikel 11 Informatieplicht

  • 1. De netbeheerder stelt het college onverwijld en schriftelijk in kennis van het in of uit gebruik nemen van een kabel en/of leiding, dan wel een kabel en/of leiding niet langer ten dienste staat van een netwerk in op of boven openbare gronden.

  • 2. De netbeheerder levert op verzoek van het college een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels en/of leidingen. De bewijslast met betrekking tot het gebruik ligt bij de netbeheerder.

Artikel 12 Verleggen van kabels en leidingen

  • 1. Op het nemen van maatregelen, waaronder het verleggen, ten aanzien van kabels en/of leidingen die ten dienste staan van een openbaar elektronisch communicatienetwerk op verzoek van de gemeente, is de Telecommunicatiewet van toepassing.

  • 2. Op het nemen van maatregelen, waaronder het verleggen, ten aanzien van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden ingevolge een aanwijzingsbesluit van het college, gelden de volgende bepalingen:

    • a.

      de netbeheerder is verplicht op aanwijzing van het college over te gaan tot het nemen van maatregelen, waaronder het verleggen, ten aanzien van kabels en/of leidingen ten dienste van zijn netwerk;

    • b.

      eventuele nadeelcompensatie in verband met het bepaalde in het tweede lid wordt verleend op basis van de Verlegregeling Utrechtse Heuvelrug;

    • c.

      het college en de netbeheerder zullen bij het nemen van maatregelen, waaronder het verleggen, ten aanzien van kabels en/of leidingen elkaars schade zo veel mogelijk beperken;

    • d.

      na een aanwijzing, zoals bedoeld onder a, tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en/of leidingen gaat de netbeheerder zo snel mogelijk over tot de uitvoering, doch niet later dan zestien (16) weken na de datum van ontvangst van de aanwijzing.

  • 3. Het college kent een netbeheerder, niet zijnde aanbieder, die schade lijdt of zal lijden als gevolg van een besluit van het college als bedoeld in artikel 7, eerste lid, aanhef en onder g, of onder h, dan wel als gevolg van de rechtmatige uitoefening door het college van zijn publiekrechtelijke bevoegdheid of taak, op verzoek een vergoeding toe, wanneer de schade uitstijgt boven het normale maatschappelijke risico en hem in vergelijking met anderen onevenredig zwaar treft.

Artikel 13 (Mede)gebruik van voorzieningen

  • 1. Op verzoek van het college wordt bij de werkzaamheden zoveel mogelijk (mede)gebruik gemaakt van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde, voorzieningen voor zover dit technisch en economisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

  • 2. In het vooroverleg wordt medebepaald of en, zo ja, langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Indien de netbeheerder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, is deze verplicht daarvan gebruik te maken. Bepalend voor de redelijkheid is of de voorzieningen tegen marktconforme kosten ter beschikking worden gesteld.

Artikel 14 Overleg

  • 1. Het college organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente bekende netbeheerders en andere belanghebbende of betrokken partijen worden uitgenodigd.

  • 2. Dit overleg is mede gericht op de beoordeling van mogelijk (mede-)gebruik van voorzieningen en afstemming van gezamenlijk of gelijktijdig uit te voeren werkzaamheden.

  • 3. Het college nodigt de netbeheerders uit voor een overleg over gebiedsontwikkeling en eventueel daaruit voortvloeiende gevolgen voor de kabels en leidingen met als doel planvorming tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten.

Hoofdstuk 4 Straf, toezicht en handhaving (algemeen)

Artikel 15 Strafbepaling

Overtreding van bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften en/of beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie zoals vastgelegd in het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 16 Toezicht en handhaving

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen personen (mandaatregeling Utrechtse Heuvelrug).

  • 2. Indien het college vaststelt dat de verplichtingen van deze verordening niet zijn nagekomen kan het college besluiten handhavend op te treden dan wel legalisatie achteraf van de ontstane situatie verlangen met inachtneming van de bepalingen zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht. Indien blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden zijn gemeld maar dat hiervoor een goedgekeurde melding, een instemmingsbesluit of een vergunning is vereist, is dit artikel van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Onverminderd het bepaalde in het tweede lid en haar overige wettelijke bevoegdheden is het college bevoegd, met kennisgeving vooraf aan de netbeheerder, de goedgekeurde melding, het instemmingsbesluit of de vergunning in te trekken, dan wel de werkzaamheden stil te leggen indien:

    • a.

      er wordt gewerkt zonder het instemmingsbesluit, een vergunning of zonder goedgekeurde melding;

    • b.

      het instemmingsbesluit of een vergunning of de goedgekeurde melding is verleend ten gevolge van onjuiste of onvolledige gegevens;

    • c.

      het instemmingsbesluit of een vergunning of de goedgekeurde melding in strijd met enig wettelijk voorschrift is verleend;

    • d.

      er wordt gewerkt in afwijking van de voorschriften van het instemmingsbesluit of de vergunning of een goedgekeurde melding;

    • e.

      er wordt gewerkt in afwijking van de nadere regels;

    • f.

      er wordt gewerkt in strijd met het geldende breekverbod;

    • g.

      er is sprake van een (acute) gevaarlijke situatie in het kader van de geldende Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 17 Intrekking oude regeling

De Algemene verordening ondergrondse infrastructuren 2014 wordt ingetrokken na het inwerking treden van deze verordening.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de datum na die van bekendmaking.

Artikel 19 Overgangsbepalingen

  • 1. De aanwezigheid van kabels en/of leidingen in, op of boven openbare gronden, voor zover deze zijn gemeld of aangevraagd en aangelegd met toepassing van verleende vergunningen, instemmingsbesluiten of andere schriftelijke afspraken met de gemeente, wordt vanaf de inwerkingtreding van deze verordening, beheerst door de regels van deze verordening.

  • 2. Vergunningen en ontheffingen op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening en instemmingsbesluiten op grond van de Telecommunicatiewet met betrekking tot kabels en leidingen als bedoeld in deze verordening, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening en blijven ook na de inwerkingtreding van deze verordening gelden.

  • 3. Op meldingen en aanvragen, als bedoeld in het eerste lid, waarop bij de inwerkingtreding van deze verordening nog niet is beslist, wordt met toepassing van het op het moment van aanvraag geldende recht een beslissing genomen.

Artikel 20 Hardheidsclausule

Het college heeft de bevoegdheid op grond van afweging van de te behartigen belangen en met inachtneming van de redelijkheid en billijkheid in incidentele en uitzonderlijke gevallen af te wijken van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Utrechtse Heuvelrug of AVOI Utrechtse Heuvelrug.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 10 april 2025.

De raad voornoemd,

de griffier,

W. Hooghiemstra

de voorzitter,

G.F. Naafs