Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR740388
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR740388/1
Regeling vervalt per 31-12-2029
Subsidieregeling Toekomstbestendige bedrijventerreinen Zuid-Holland
Geldend van 13-06-2025 t/m 30-12-2029
Intitulé
Subsidieregeling Toekomstbestendige bedrijventerreinen Zuid-HollandGedeputeerde staten van Zuid-Holland;
Gelet op artikel 1.3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland;
Gelet op Verordening (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU 2023, 2831);
Overwegende dat het wenselijk is de verduurzaming van bedrijventerreinen en campussen te stimuleren ten behoeve van de toekomstbestendigheid van bedrijventerreinen en campussen en daarmee de bevordering van de energietransitie, circulaire transitie, klimaatadaptatie, gezonde en aantrekkelijke werkomgevingen en natuurinclusiviteit in de provincie Zuid-Holland;
Besluiten vast te stellen de volgende regeling:
Subsidieregeling Toekomstbestendige bedrijventerreinen Zuid-Holland
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1.1 Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- -
Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland;
- -
bedrijventerrein: cluster aaneengesloten percelen met overwegend bedrijfsbestemmingen, binnen een in een omgevingsplan als bedrijventerrein aangewezen gebied in de provincie Zuid-Holland, met uitzondering van zo’n bedrijventerrein die binnen het cluster Rotterdam-Moerdijk van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie valt;
- -
campus: een geografische concentratie of bundeling van bedrijven, onderwijs- of kennisinstellingen en instituten in de provincie Zuid-Holland, waar gezamenlijke activiteiten ten aanzien van onderwijs, onderzoek en ontwikkeling centraal staan in de onderlinge relaties tussen de organisaties die in de campus deelnemen;
- -
campusorganisatie: de rechtspersoon die de gezamenlijke activiteiten op de campus uitvoert of coördineert;
- -
circulariteit: het hergebruiken van materialen en grondstoffen, of vervanging van materialen en grondstoffen door hernieuwbare grondstoffen, met als doel minder afval en schade voor het milieu en klimaat;
- -
De-minimisverordening: Verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;
- -
ondernemer: natuurlijk persoon of rechtspersoon op een bedrijventerrein die zelfstandig werkzaamheden uitvoert en daar inkomsten uit heeft en ingeschreven is in het handelsregister, of de eigenaar van het vastgoed van waaruit voornoemd persoon zijn onderneming drijft;
- -
ondernemersvereniging: vereniging als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones of vereniging, als bedoeld in artikel 27 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, van ondernemers die krachtens haar statuten de gemeenschappelijke belangen behartigt van de aangesloten ondernemers op een bedrijventerrein;
- -
onderneming: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm, die een economische activiteit uitoefent op een bedrijventerrein;
- -
stichting: stichting als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones of een stichting, als bedoeld in artikel 285 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, die krachtens haar statuten de gemeenschappelijke belangen behartigt van de aangesloten ondernemers op een bedrijventerrein.
Artikel 1.2 Doelgroep
-
1. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een ondernemer, ondernemersvereniging, stichting, gemeente, of campusorganisatie.
-
2. Bij een subsidie-aanvraag voor meer dan één ondernemer voor een activiteit als bedoeld in de artikelen 2.1, 3.1 en 4.1 op een bedrijventerrein wordt de aanvraag ingediend door een gemeente, stichting of ondernemersvereniging en treedt die gemeente, stichting of ondernemersvereniging op als penvoerder en draagt de penvoerder naast de verantwoordelijkheid om de subsidie aan te vragen, ook de verantwoordelijkheid om deze te ontvangen, te verantwoorden en alle overige correspondentie in het kader van de subsidie te verzorgen.
-
3. Bij een subsidie-aanvraag voor een activiteit als bedoeld in de artikelen 2.1, 3.1 en 4.1 op een campus wordt de aanvraag ingediend door een campusorganisatie.
Artikel 1.3 Subsidievereisten
Om voor subsidie in aanmerking te komen geldt dat:
- a.
de subsidie-aanvraag betrekking dient te hebben op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, 3.1 of 4.1, voor een bedrijventerrein of campus in de provincie Zuid-Holland;
- b.
als voor de realisatie van de activiteit een vergunning nodig is, de subsidie-aanvrager of deelnemer ten tijde van de aanvraag voor subsidieverlening over deze vergunning beschikt;
- c.
als voor de realisatie van de activiteit toestemming nodig is van de eigenaar van het bedrijventerrein of de campus of een perceel of gebouw op dat bedrijventerrein of die campus, de subsidie-aanvrager of deelnemer ten tijde van de aanvraag voor subsidieverlening over een toestemmingsverklaring van de eigenaar beschikt.
Artikel 1.4 Weigeringsgronden
In aanvulling op artikel 2.6 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als:
- a.
het aangevraagde subsidiebedrag minder dan € 10.000,00 bedraagt;
- b.
de subsidie-aanvrager of een van de deelnemers waarvoor de subsidie wordt aangevraagd voor dezelfde activiteiten al op grond van deze of een andere subsidieregeling subsidie hebben aangevraagd of ontvangen;
- c.
de subsidie-aanvrager een onderneming is, of een van de deelnemers waarvoor de subsidie wordt aangevraagd een onderneming is, en door die subsidie-aanvrager of deelnemer, bij de aanvraag geen ondertekende de-minimisverklaring is overgelegd;
- d.
het bedrijventerrein binnen het industriecluster Rotterdam-Moerdijk van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie valt.
Artikel 1.5 Verdelingswijze
-
1. Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidie-aanvragen.
-
2. Als een subsidie-aanvraag niet volledig is, geldt als datum van binnenkomst de dag waarop de subsidie-aanvraag aangevuld en gecompleteerd is als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht.
-
3. Wordt het subsidieplafond op enige dag overschreden, dan wordt de volgorde van binnenkomst van de op die dag binnengekomen volledige subsidie-aanvragen bepaald door middel van loting.
Artikel 1.6 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:
- a.
kosten van apparatuur en materialen, tot maximaal de marktwaarde, en die benodigd is voor de realisatie van de in artikelen 2.1, 3.1 en 4.1 genoemde activiteiten, uitgezonderd gereedschap en andere hulpmaterialen;
- b.
kosten van de inhuur van een professionele derde tegen een marktconform tarief en ten behoeve van de uitvoering van de in artikelen 2.1, 3.1 en 4.1 genoemde activiteiten.
Artikel 1.7 Verplichtingen van de subsidieontvanger
In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 3.1 tot en met 3.5 en 6.2 van de Asv heeft de subsidie-ontvanger in ieder geval de volgende verplichtingen:
- a.
er wordt binnen 6 maanden na bekendmaking van de beschikking tot subsidieverlening gestart met uitvoeren van de subsidiabele activiteit;
- b.
de subsidiabele activiteit is binnen 2 jaar na de bekendmaking van de beschikking tot subsidieverlening afgerond;
- c.
de subsidie-ontvanger maakt op verzoek de bevindingen en resultaten van de subsidiabele activiteiten met inachtneming van privacyregelgeving om niet toegankelijk voor derden;
- d.
de met de subsidie aangeschafte apparatuur of het materiaal is in ieder geval tot 5 jaar na bekendmaking van de beschikking tot subsidievaststelling werkend op het betreffende bedrijventerrein of campus en mag in die periode niet worden vervreemd.
Artikel 1.8 Bevoorschotting en betaling
-
1. Het voorschot voor subsidies vanaf € 25.000,00 bedraagt maximaal 80% van het verleende subsidiebedrag.
-
2. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdstippen in de subsidieverleningsbeschikking worden bepaald.
Artikel 1.9 Verantwoording
-
1. Bij een subsidie van minder dan € 25.000,00 toont de subsidie-ontvanger desgevraagd aan dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van de volgende bewijsstukken:
- a.
een activiteitenverslag inclusief foto- of videomateriaal van de situatie voor en na de activiteiten;
- b.
gespecificeerde facturen van de activiteiten.
- a.
-
2. Voor een subsidie vanaf € 25.000,00 tot € 125.000,00 is artikel 4.2, eerste lid, van de Asv van toepassing.
-
3. Voor een subsidie vanaf € 125.000,00 is artikel 4.3, eerste en tweede lid, van toepassing.
Artikel 1.10 Staatssteun
Subsidie krachtens deze regeling wordt, indien de subsidie-aanvrager een onderneming is, of een van de deelnemers waarvoor de subsidie wordt aangevraagd een onderneming is, verleend overeenkomstig de De-minimisverordening.
Paragraaf 2 Energie op bedrijventerreinen of campussen
Artikel 2.1 Subsidiabele activiteiten en prestatie
-
1. Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van fysieke maatregelen op een bedrijventerrein of campus als geheel of op een perceel of op of aan of in een gebouw op dat bedrijventerrein of die campus die bijdragen aan:
- a.
energiebesparing;
- b.
de opwek van duurzame energie;
- c.
energie-opslag; of
- d.
energie-uitwisseling.
- a.
-
2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.
-
3. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, leiden tot efficiënte benutting van het energiesysteem en bevorderen de energietransitie. Daarmee dragen de maatregelen bij aan bedrijventerreinen en campussen die bestand zijn tegen veranderingen of ontwikkelingen in de toekomst.
Artikel 2.2 Weigeringsgronden
In aanvulling op artikel 1.4, wordt de subsidie geweigerd als door de subsidie-aanvrager of deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, bij de aanvraag geen ondertekende verklaring is overgelegd waaruit blijkt dat de te verstrekken subsidie niet wordt gebruikt voor maatregelen in de Erkende maatregelenlijst energiebesparing (EML) in bijlage VII en bijlage XIV van de Omgevingsregeling.
Artikel 2.3 Subsidiehoogte
-
1. Als het gaat om een subsidie-aanvraag voor activiteiten als bedoeld in artikel 2.1 voor een bedrijventerrein, is de hoogte van de subsidie afhankelijk van het aantal ondernemers waarvoor de subsidie-aanvraag wordt gedaan:
- a.
bij een subsidie-aanvraag van 1 ondernemer, of een subsidie-aanvraag voor 2 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 10% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 60.000,00;
- b.
bij een subsidie-aanvraag voor 3 tot 10 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 200.000,00;
- c.
bij een subsidie-aanvraag voor 10 of meer ondernemers bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 30% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 285.000,00;
- d.
als door de subsidie-aanvrager, of iedere deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, blijkens de aanvraag, bij de keuze van de materialen en apparaten voor het realiseren van de fysieke maatregelen, bedoeld in artikel 2.1, circulariteit is betrokken, wordt het te verlenen subsidiebedrag met 5% verhoogd.
- a.
-
2. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van alleen een gemeente voor activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, op een bedrijventerrein op grond in eigendom van een gemeente, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 200.000,00.
-
3. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van een campusorganisatie voor activiteiten als bedoeld in artikel 2.1 voor een campus, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 200.000,00.
-
4. In aanvulling op het eerste tot en met het derde lid, wordt per subsidie-aanvrager of deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, maximaal slechts een zodanig bedrag aan subsidie verstrekt dat over een periode van drie jaar het plafond voor de-minimissteun niet wordt overschreden.
-
5. Als toepassing van het eerste tot en met het vierde lid tot gevolg heeft dat de subsidie minder dan €10.000,00 bedraagt, wordt de subsidie niet verstrekt.
Paragraaf 3 Klimaatadaptatie en biodiversiteit op bedrijventerreinen of campussen
Artikel 3.1 Subsidiabele activiteiten en prestatie
-
1. Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van:
- a.
fysieke maatregelen ten behoeve van klimaatadaptatie op een bedrijventerrein of campus als geheel of op een perceel of op of aan een gebouw op dat bedrijventerrein of die campus; of
- b.
fysieke maatregelen ten behoeve van de vergroting van de biodiversiteit op een bedrijventerrein of campus als geheel of op een perceel of op of aan een gebouw op dat bedrijventerrein of die campus.
- a.
-
2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.
-
3. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, leveren een bijdrage aan de aanpassing aan klimaatverandering of soortenrijkdom en dragen daarmee bij aan bedrijventerreinen en campussen die bestand zijn tegen veranderingen of ontwikkelingen in de toekomst.
Artikel 3.2 Subsidiehoogte
-
1. Als het gaat om een subsidie-aanvraag voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.1 voor een bedrijventerrein, is de hoogte van de subsidie afhankelijk van het aantal ondernemers waarvoor de subsidie-aanvraag wordt gedaan:
- a.
bij een subsidie-aanvraag van 1 ondernemer, of een subsidie-aanvraag voor 2 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 60.000,00;
- b.
bij een subsidie-aanvraag voor 3 tot 10 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00;
- c.
bij een subsidie-aanvraag voor 10 of meer ondernemers bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 45% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 200.000,00;
- d.
als door de subsidie-aanvrager, of iedere deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, blijkens de aanvraag, bij de inrichting of keuze van de materialen en apparaten voor het realiseren van de maatregelen, bedoeld in artikel 3.1, circulariteit of door de provincie Zuid-Holland aangewezen dier- en plantensoorten die kenmerkend zijn voor de landschappen van Zuid-Holland, zijn betrokken, wordt het te verlenen subsidiebedrag met 5% verhoogd.
- a.
-
2. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van alleen een gemeente voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.1, op een bedrijventerrein op grond in eigendom van een gemeente, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00.
-
3. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van een campusorganisatie voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.1 voor een campus bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00.
-
4. In aanvulling op het eerste tot en met het derde lid, wordt per subsidie-aanvrager of deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, maximaal slechts een zodanig bedrag aan subsidie verstrekt dat over een periode van drie jaar het plafond voor de-minimissteun niet wordt overschreden.
-
5. Als toepassing van het eerste tot en met het vierde lid tot gevolg heeft dat de subsidie minder dan € 10.000,00 bedraagt, wordt de subsidie niet verstrekt.
Paragraaf 4 Circulariteit op bedrijventerreinen of campussen
Artikel 4.1 Subsidiabele activiteiten en prestatie
-
1. Subsidie kan worden verstrekt voor het bevorderen van circulariteit op een bedrijventerrein of campus door middel van de realisatie van:
- a.
fysieke maatregelen op een perceel of op of aan een gebouw;
- b.
fysieke maatregelen voor collectieve uitwisseling of verwerking van afval- en grondstoffen; of
- c.
fysieke maatregelen voor het inrichten van de openbaar toegankelijke ruimte van een bedrijventerrein of campus.
- a.
-
2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.
-
3. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, leveren een bijdrage aan het hergebruiken van materialen en grondstoffen, met als doel minder afval en schade voor het milieu en klimaat, en dragen daarmee bij aan bedrijventerreinen en campussen die bestand zijn tegen veranderingen of ontwikkelingen in de toekomst.
Artikel 4.2 Subsidiehoogte
-
1. Als het gaat om een subsidie-aanvraag voor activiteiten als bedoeld in artikel 4.1 voor een bedrijventerrein, is de hoogte van de subsidie afhankelijk van het aantal ondernemers waarvoor de subsidie-aanvraag wordt gedaan:
- a.
bij een subsidie-aanvraag van 1 ondernemer, of een subsidie-aanvraag voor 2 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 60.000,00;
- b.
bij een subsidie-aanvraag voor 3 tot 10 ondernemers, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00;
- c.
bij een subsidie-aanvraag voor 10 of meer ondernemers bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 45% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 200.000,00;
- d.
als de door de subsidie-aanvrager, of iedere deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, te realiseren maatregelen of wijze van inrichting, bedoeld in artikel 4,1, blijkens de aanvraag, natuurinclusief zijn en daarmee leiden tot een toename van biodiversiteit, wordt het te verlenen subsidiebedrag met 5% verhoogd.
- a.
-
2. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van alleen een gemeente voor activiteiten als bedoeld in artikel 4.1, op een bedrijventerrein op grond in eigendom van een gemeente, bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00.
-
3. Als het gaat om een subsidie-aanvraag van een campusorganisatie voor activiteiten als bedoeld in artikel 4.1 voor een campus bedraagt de hoogte van de subsidie ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten, tot een maximum van € 100.000,00.
-
4. In aanvulling op het eerste tot en met het derde lid, wordt per subsidie-aanvrager of deelnemer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, maximaal slechts een zodanig bedrag aan subsidie verstrekt dat over een periode van drie jaar het plafond voor de-minimissteun niet wordt overschreden.
-
5. Als toepassing van het eerste tot en met het vierde lid tot gevolg heeft dat de subsidie minder dan € 10.000,00 bedraagt, wordt de subsidie niet verstrekt.
Paragraaf 5 Slotbepalingen
Artikel 5.1 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 5.2 Werkingsduur en overgangsrecht
Deze regeling vervalt op 31 december 2029, met dien verstande dat deze regeling van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.
Artikel 5.3 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: subsidieregeling Toekomstbestendige bedrijventerreinen Zuid-Holland.
Ondertekening
Den Haag, 15 april 2025
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland
drs. M.J.A. van Bijnen MBA, secretaris
mr. A.W. Kolff, voorzitter
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl