Woonwagentoewijzingsverordening gemeente Coevorden

Geldend van 05-06-2025 t/m heden

Intitulé

Woonwagentoewijzingsverordening gemeente Coevorden

De raad van de gemeente Coevorden;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 april 2025, bijlagenr. 2015;

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Woonwagentoewijzingsverordening gemeente Coevorden

Artikel 1 – Begripsbepalingen

Dit artikel bevat de definities van termen die in deze verordening worden gebruikt. Door heldere begripsbepalingen vast te stellen, wordt de toepassing en interpretatie van de verordening eenduidig en consistent gehouden. De definities zijn afgestemd op relevante wet- en regelgeving en sluiten aan bij gangbare terminologie binnen het beleidsdomein. Indien een begrip niet in dit artikel wordt gedefinieerd, wordt de betekenis gehanteerd die voortvloeit uit de wet.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    Afstammingsbeginsel: het beginsel dat inhoudt dat de standplaatszoekende, diens ouders of grootouders in een woonwagen wonen of hebben gewoond, waarbij sprake moet zijn van een generatie op generatie doorlopende en intensieve beleving van de woonwagencultuur. Dat kan worden vastgesteld doordat de inschrijver de adresgegevens van hemzelf, diens ouders of grootouders op het inschrijfformulier vermeldt, waarna burgemeester en wethouders met behulp van de BRP toetsen of het genoemde adres van standplaatszoekende, ouders of grootouders een woonwagenlocatie betrof.

  • -

    Binding standplaatszoekenden: de standplaatszoekende heeft inkomen (economische binding) uit de gemeente, woont (maatschappelijke binding) in de gemeente, of valt onder de categorie Spijtoptanten.

  • -

    Economische binding standplaatszoekenden: standplaatszoekende die minstens twee jaar binnen de gemeente werkzaam is en daarmee in het levensonderhoud voorziet;

  • -

    Familieleden eerste graad: partner, ouders, schoonouders, kinderen, schoonzoons, schoondochters, mits hij of zij aantoonbaar woonwagenbewoner is conform het afstammingsbeginsel.

  • -

    Familieleden tweede graad: broers, zussen, kleinkinderen, achterkleinkinderen, grootouders, overgrootouders, schoonzussen, zwagers, stiefzussen, stiefbroers, mits hij of zij aantoonbaar woonwagenbewoner is conform het afstammingsbeginsel.

  • -

    Hoofdbewoner: het hoofd van de standplaatszoekenden dan wel standplaatsinnemende huishouding.

  • -

    Inwonende kinderen: inwonende kinderen van 18 jaar of ouder, niet zijnde de hoofdbewoner of partner daarvan.

  • -

    Maatschappelijke binding standplaatszoekenden: standplaatszoekende die ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is of gedurende de afgelopen tien jaar ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is geweest van de gemeente Coevorden.

  • -

    Register van standplaatszoekenden: een register met geregistreerde standplaatszoekenden (ook wel ‘wachtlijst’). De toewijzing van een vrijgekomen woonwagenstandplaats (en woonwagen) geschiedt aan de hand van het register van standplaatszoekenden.

  • -

    Spijtoptanten: een standplaatszoekende die in het verleden vanuit een woonwagenstandstandplaats in de gemeente Coevorden is verhuisd naar een reguliere woning, maar opnieuw een woonwagen wenst te betrekken. Kinderen die zijn meeverhuisd vallen ook onder deze categorie.

  • -

    Standplaats: een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

  • -

    Standplaatszoekende: degene die in het register van standplaatszoekenden is ingeschreven.

  • -

    Woonwagen: een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst (artikel 1 lid 1 van de Woningwet).

  • -

    Woonwagenbewoners: personen die zich van generatie op generatie als woonwagenbewoners manifesteren en die zich beschouwen als een bevolkingsgroep met een van andere bevolkingsgroepen te onderscheiden cultuur, overeenkomstig het afstammingsbeginsel. De onderscheidende cultuur verwijst naar mensen die in een woonwagen wonen (specifieke woonwijze) en deel uitmaken van een familie die van generatie op generatie bij elkaar op een locatie en in een woonwagen woont of heeft gewoond (in familieverband samenwonen op een woonwagenlocatie).

Artikel 2 Gemeentelijk register van standplaatszoekenden

  • 1. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het aanleggen en bijhouden van een gemeentelijke wachtlijst van standplaatszoekenden (hierna: de wachtlijst).

  • 2. De in deze verordening opgenomen taken en bevoegdheden kunnen worden overgedragen aan – en uitgevoerd worden door een door burgemeester en wethouders aangewezen lichaam met daartoe strekkende publiekrechtelijke taken. In deze verordening wordt voor dat geval onder “burgemeester en wethouders” telkens bedoeld lichaam begrepen.

  • 3. Op de wachtlijst worden op hun verzoek als standplaatszoekenden ingeschreven de personen die voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      de aanvrager is 18 jaar of ouder; en

    • b.

      de leden van het huishouden van de aanvrager bezitten de Nederlandse nationaliteit of beschikken over een geldige verblijfstitel in Nederland.

  • 4. De wachtlijst vermeldt de standplaatszoekenden met de datum van inschrijving (de inschrijfduur) en een beschrijving van de categorie waarbinnen zij vallen.

Artikel 3 Toewijzing

  • 1. Op het moment dat een standplaats vrijkomt, geldt voor de toewijzing door burgemeester en wethouders van een standplaats aan een standplaatszoekende de volgorde die dan uit de wachtlijst op te maken valt. Daarbij wordt de volgende volgorde toegepast:

    • a.

      inwonende kinderen vanaf 18 jaar, van een hoofdbewoner op de woonwagenlocatie waarop de vrijkomende standplaats is gelegen;

    • b.

      eerstegraads familie van een hoofdbewoner op de woonwagenlocatie waarop de vrijkomende standplaats is gelegen met binding;

    • c.

      tweedegraads familie van een hoofdbewoner op de woonwagenlocatie waarop de vrijkomende standplaats is gelegen met binding;

    • d.

      inwonende kinderen vanaf 18 jaar, van een hoofdbewoner op een woonwagenlocatie binnen de gemeente;

    • e.

      familie (eerste- of tweedegraads) van een hoofdbewoner op een woonwagenlocatie binnen de gemeente met binding;

    • f.

      standplaatszoekenden met binding met de gemeente;

    • g.

      overige standplaatszoekenden woonachtig binnen de regio Drenthe;

    • h.

      overige standplaatszoekenden woonachtig buiten de regio;

    • i.

      overige standplaatszoekenden die niet voldoen aan het afstammingsbeginsel.

  • 2. Binnen de verschillende categorieën benoemd in lid 1 onder a tot en met i wordt op volgorde van registratie op de wachtlijst toegewezen

  • 3. Bij gelijke registratieduur gaat de standplaatszoekende met de langste woonduur binnen de gemeente voor.

  • 4. Bij gelijke registratieduur en woonduur binnen de gemeente wordt op basis van (notariële) loting toegewezen.

Artikel 4 Inschrijving

  • 1. De aanvraag voor een standplaats wordt schriftelijk ingediend bij burgemeester en wethouders met behulp van een door burgemeester en wethouders vastgesteld inschrijvingsformulier.

  • 2. Bij een aanvraag voor een standplaats legt de aanvrager de volgende gegevens over:

    • a.

      het voldoen aan het afstammingsbeginsel;

    • b.

      een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie, als de inschrijving plaatsvindt in een andere gemeente dan de huidige woonplaats;

    • c.

      informatie over een mogelijke binding met de gemeente Coevorden;

    • d.

      zo nodig andere bescheiden die door burgemeester en wethouders of het in artikel 2 vermelde lichaam voor beoordeling van de aanvraag nodig geoordeeld worden;

  • 3. Het inschrijvingsformulier wordt volledig ingevuld inclusief de daarbij gevraagde bijlage(n).

  • 4. Burgemeester en wethouders bepalen of de standplaatszoekende voldoet aan de voorwaarden in artikel 2, derde lid, en gaat over tot inschrijving in het register als aan deze voorwaarden is voldaan.

  • 5. Inschrijving als standplaatszoekende kan ambtshalve plaatsvinden, indien het naar het oordeel van het college van burgemeesters en wethouders noodzakelijk is dat standplaatszoekenden worden ingeschreven.

  • 6. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor registreren van de standplaatszoekenden waaraan ambtshalve in verband met de herstructurering van een woonwagenlocatie voorrang is toegekend. Bij gewijzigde omstandigheden kan een dergelijke ambtshalve inschrijving komen te vervallen.

  • 7. Als de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van inschrijving in het register de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 5 Bewijs van inschrijving

  • 1. Burgemeester en wethouders verstrekken aan standplaatszoekenden die zijn ingeschreven een bewijs van inschrijving waarop de volgende gegevens worden vermeld:

    • a.

      naam van de aanvrager en het aantal meeverhuizende personen;

    • b.

      adresgegevens;

    • c.

      inschrijvingsdatum;

    • d.

      voorranggegevens indien van toepassing.

  • 2. Als datum van inschrijving geldt de datum waarop aan de voorwaarden in artikel 2, derde lid, is voldaan.

  • 4. Als datum van een ambtshalve inschrijving geldt de datum waarop de standplaatszoekende aan de voorwaarden in artikel 2, tweede lid, onder a en b, voldoet en burgemeester en wethouders de standplaatszoekende hebben ingeschreven.

Artikel 6 Geldigheidsduur van inschrijving in het register van standplaatszoekenden

  • 1. De inschrijving in het register van standplaatszoekenden blijft met uitzondering van het gestelde in artikel 7 twee jaar geldig.

  • 2. De inschrijving eindigt na de in het eerste lid vermelde termijn automatisch tenzij de standplaatszoekende binnen 4 weken na voorafgaande aanschrijving aan burgemeester en wethouders kenbaar heeft gemaakt dat deze de inschrijving in het register van standplaatszoekenden wil behouden. In dat geval loopt de inschrijving wederom voor twee jaar door. Hierna geldt (telkens) het in de eerste twee volzinnen bepaalde.

Artikel 7 Wijziging van inschrijving in het register van standplaatszoekenden

  • 1. De inschrijving kan op verzoek van de hoofdinschrijver op naam van de beide partners worden gesteld, als er sprake is van een huwelijk, geregistreerd partnerschap of een samenlevingsovereenkomst.

  • 2. Eindigt de relatie als bedoeld in het vorige lid, anders dan door overlijden, en voldoen beide voormalige partners aan de inschrijvingsvoorwaarden dan kunnen beiden zich afzonderlijk laten inschrijven.

  • 3. De hoofdinschrijver behoudt de registratieduur van de oorspronkelijke inschrijving.

  • 4. Voor de voormalige partner geldt het moment van bijschrijven bij de hoofdinschrijver of, indien de voormalige partner al voorafgaand aan de bijschrijving inschrijftijd had opgebouwd, het moment van de oorspronkelijke inschrijving van de voormalige partner als registratieduur.

  • 5. Eindigt de relatie door overlijden van een van de partners dan blijft de oorspronkelijke inschrijving van de nog levende overgebleven partner zijn geldigheid behouden.

  • 6. Eindigt de relatie en is er sprake van een ambtshalve inschrijving, dan beslissen burgemeester en wethouders of beide partners apart worden ingeschreven.

  • 7. Een ingeschrevene geeft een wijziging van gegevens, zoals van woonadres en gezinssamenstelling, telkens onverwijld schriftelijk door aan burgemeester en wethouders.

  • 8. Burgemeester en wethouders stellen ingeschrevenen als bedoeld in het eerste lid van de wijziging van inschrijving schriftelijk in kennis.

Artikel 8 Doorhaling van inschrijving

  • 1. Burgemeester en wethouders halen een inschrijving door in het register van standplaatszoekenden als:

    • a.

      de standplaatszoekende naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet meer aan de vereisten voor inschrijving voldoet;

    • b.

      de standplaatszoekende daarom verzoekt;

    • c.

      de standplaatszoekende overleden is;

    • d.

      de standplaatszoekende een standplaats elders dan binnen de gemeente krijgt toegewezen en deze accepteert;

    • e.

      de standplaatszoekende - al dan niet opzettelijk - verwijtbaar foutieve gegevens verstrekt heeft bij de inschrijving of verzuimd heeft belangrijke wijzigingen tijdig door te geven;

    • f.

      de standplaatszoekende niet reageert op een aanschrijving van burgemeester en wethouders over de inschrijving of bedoeld als een controle op de inschrijving in het register, binnen vier weken na de datum van de aanschrijving.

  • 2. Burgemeester en wethouders stellen standplaatszoekenden als bedoeld in het eerste lid van de doorhaling van inschrijving schriftelijk in kennis.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als:

Woonwagentoewijzingsverordening gemeente Coevorden.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 20 mei 2025.

De raad voornoemd,

De voorzitter,

R. Bergsma

De griffier,

M. Lucassen