Verordening op de Sportraad Amsterdam

Geldend van 01-02-2010 t/m 19-02-2017 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2010

Inhoud

Artikel 1 Doel en functie

  • 1. De Sportraad Amsterdam – hierna te noemen de ­sportraad – heeft tot doel de sport in Amsterdam te bevorderen en in het alge­meen aan de stimule­ring van deelname aan sport mee te werken.

  • 2. De sportraad is een adviescommissie van burgemeester en wethouders ex artikel 84 van de Gemeentewet en dient het college zowel als de gemeenteraad gevraagd of uit eigen beweging van advies over het in lid 1 bedoelde be­leid.

  • 3. Burgemeester en wethouders vragen het advies van de sportraad over alle zaken betreffende de hoofdlijnen van het beleid voor het werkgebied van de sportraad, tenzij het open­baar belang zich daartegen verzet.

  • 4. Indien burgemeester en wethouders over een aange­legenheid zoals in het vorige lid bedoeld, geen advies vragen, of indien zij afwijken van een door de sportraad uitgebracht advies, geven zij daarvan kennis aan de sportraad met vermelding van hun beweegredenen.

  • 5. De sportraad adviseert gevraagd en uit eigen beweging de stads­deelbesturen over het in  lid 1 bedoelde werkgebied. De relatie tussen de stadsdeelbesturen en de sportraad dient in een afzon­derlijke over­een­komst nader te worden geregeld.

Artikel 2 Samenstelling en benoeming

  • 1. De sportraad bestaat uit achttien leden, te weten een voorzitter en vice-voorzitter en zestien andere leden, die door de ge­meenteraad worden benoemd op voordracht van bur­gemeester en wethouders.

  • 2. Burgemeester en wethouders streven ernaar voor elke vacante functie verscheidene kandidaten voor te stellen.

  • 3. Burgemeester en wethouders streven ernaar de samenstelling van de sportraad zo veel als mogelijk een afspiegeling te laten vormen van de Amsterdamse bevolking.

  • 4. De sportraad adviseert het gemeentebestuur over de nieuw te benoemen leden van de raad.

Artikel 3 Zittingsduur

  • 1. De leden worden benoemd voor drie jaar en zijn eenmaal onmiddel­lijk herbenoembaar.

  • 2. Een lid dat aftreedt kan eerst na twee jaar opnieuw als lid worden benoemd.

  • 3. Een lid dat ter vervulling van een anders dan ten gevolge van een periodieke aftreding opengevallen plaats, wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene, in wiens plaats hij is benoemd, moest aftreden.

  • 4. Een lid dat zonder aanvaardbare redenen veelvuldig de beraadslagin­gen van de sportraad of een of meer commissies waarin hij zitting heeft, niet bijwoont of om andere voor de sportraad gewichtige redenen voor ontslag in aanmerking komt, kan op advies van de sportraad door de gemeenteraad worden ontslagen. Het ontslag wordt niet verleend dan nadat de betrokkene in de gelegenheid is gesteld door burgemeester en wethouders te worden gehoord.

Artikel 4 Vergaderingen

  • 1. De sportraad vergadert volgens een vooraf vastge­legd schema en zo dikwijls als de voor­zitter of vijf leden dat nodig vinden.

  • 2. De sportraad besluit bij gewone meerderheid van stemmen. Rechtsgeldi­ge besluiten kunnen niet worden geno­men, als niet ten minste tien leden aanwezig zijn, on­der wie ten minste een lid, als be­doeld in artikel 5, lid 1, belast met het onder­werp waarop het te nemen besluit van toepassing is.

  • 3. De sportraad is bevoegd, personen uit te nodigen aan de beraadslagingen van de raad deel te ne­men; deze personen hebben een adviserende stem.

  • 4. De leden van de sportraad ontvangen voor het bijwonen van vergaderingen van de sportraad een presentiegeld, overeenkomstig de daarvoor door de gemeenteraad vastgestelde regels.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1. De sportraad onderscheidt meerdere aandachtsgebieden, waaronder in elk geval sportaanbieders, sportinfrastructuur, topsport/olympische ambitie en sportstimulering van diverse doelgroepen. De leden van de sportraad zijn betrokken bij een of meer van deze aandachtsgebieden;

  • 2. De sportraad stelt een huishoudelijk reglement vast, dat aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders is onderworpen.

Artikel 6 Secretaris

  • 1. Voor de uitvoering van de dagelijkse werkzaamheden wordt door burgemeester en wethou­ders, uit een voordracht van de sportraad, bestaande uit ten minste twee personen, een ambtelijk secretaris toe­ge­voegd, die geen lid is van de sportraad.

  • 2. De secretaris, die tevens hoofd van het bureau van de sportraad is, woont de vergaderingen van de sportraad bij en heeft daarin een advise­rende stem.

  • 3. De secretaris is belast met het opstellen en uit­voeren van besluiten en adviezen van de sportraad.

Artikel 7 Financieel beheer

  • Jaarlijks dient de sportraad uiterlijk 1 maart bij het colle­ge van burgemeester en wethouders de begro­ting voor de werkzaamheden van de sportraad in het komend jaar en de rekening over het verstreken ka­lenderjaar in.

Artikel 8 Verslag

  • De sportraad dient jaarlijks een ver­slag van zijn werk­zaamheden gedurende het afgelopen kalender­jaar bij burgemeester en wethouders in.

Artikel 9 Inwerkingtreding

  • Deze verordening treedt in werking op de dag na haar bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2010.