Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR739914
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR739914/1
Regeling vervalt per 01-01-2026
Beleidsregels bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek De Fryske Marren
Geldend van 03-06-2025 t/m 31-12-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2022
Intitulé
Beleidsregels bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek De Fryske MarrenHet college van burgemeester en wethouders van gemeente De Fryske Marren,
gelet op het bepaalde in art. 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht; titel 4.3 van de Algemene wet Bestuursrecht; artikel 35 van de Participatiewet;
Overwegende dat het gewenst is om een beleidsregel vast te stellen voor: de verstrekking van de individuele bijzondere bijstand aan huishoudens die huur -en zorgtoeslag missen door de samenloop van fiscaliteit, sociale zekerheid en toeslagen.
Besluit vast te stellen:
de ‘Beleidsregels bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek De Fryske Marren’
Artikel 1 Begripsbepalingen
- 1.
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet (Pw) het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
- 2.
In deze beleidsregels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a)
de wet: Participatiewet
- b)
college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Fryske Marren;
- c)
huishouden: gehuwden en samenwonenden die volgens de Wet op de inkomstenbelasting en de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) als fiscaal partner worden aangemerkt en waarvan:
- I.
één van de partners een inkomen heeft en de andere partner geen of slechts een heel laag inkomen heeft.
- II.
de minstverdienende partner (meestal) geboren is na 1962 die vanwege de afbouw van de algemene heffingskorting minstverdienende partner, niet in aanmerking komt voor de algemene heffingskorting minstverdienende partner;
- I.
- d)
Dienst Toeslagen: uitvoeringsorgaan van de wetten en regelingen rondom de huurtoeslag, zorgtoeslag, kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget die samen het toeslagenstelsel vormen. Voorheen de Belastingdienst/Toeslagen;
- e)
toeslagenjaar: het kalenderjaar waarin de aanvrager recht heeft, of heeft gehad, op huur -en/of zorgtoeslag van de Dienst Toeslagen;
- f)
toetsingsinkomen:
- I.
bij een aangifte Inkomstenbelasting met definitieve vaststelling door de Belastingdienst, is het toetsingsinkomen gelijk aan het verzamelinkomen uit de definitieve aanslag Inkomstenbelasting,
- II.
als er nog geen definitieve vaststelling Inkomstenbelasting door de Belastingdienst is, of er is geen aangifte Inkomstenbelasting gedaan, is het toetsingsinkomen gelijk aan het belastbare loon blijkend uit de jaaropgaven en/of inkomstenspecificaties.
- I.
- g)
Belastbaar loon: hieronder wordt verstaan: ‘bedrag of loon voor de loonheffingen (LH of LB)’, of ‘fiscaalloon’.
- a)
Artikel 2 Doelgroep bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek
- 1.
De bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek kan worden verstrekt aan een huishouden dat:
- a)
een inkomen heeft uit een uitkering (niet zijnde een volledige algemene bijstandsuitkering) eventueel aangevuld vanuit de toeslagenwet en/of aangevuld met algemene bijstand en,
- b)
vergeleken met een vergelijkbaar huishouden voor wie algemene bijstand op grond van artikel 19 van de wet de enige bron van inkomsten is, minder toeslag ontvangt op grond van de Wet op de zorgtoeslag en de Wet op de huurtoeslag, vanwege de asynchroniteit van de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting zoals bedoeld in artikel 37, tweede lid, van de wet ten opzichte van de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting als bedoeld in artikel 8.9 van de Wet inkomstenbelasting 2001, en
- c)
hierdoor in een toeslagenjaar een besteedbaar inkomen geniet dat lager ligt dan het inkomen van een vergelijkbaar huishouden met een volledige bijstandsuitkering.
- a)
- 2.
Tot het huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de datum van aanvraag:
- a)
niet woonachtig is in De Fryske Marren;
- b)
is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres;
- a)
- 3.
Bij de vaststelling van het vermogen hanteert het college de vermogensgrens van de zorgtoeslag zoals die geldt voor het kalenderjaar waarover de bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek wordt aangevraagd.
Het peilmoment van het vermogen is 1 januari 00:00 van het kalenderjaar waarover de bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek wordt aangevraagd.
- 4.
De beleidsregels bijzondere bijstand De Fryske Marren zijn niet van toepassing op aanvragen voor bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek.
Artikel 3 Hoogte van de individuele bijzondere alleenverdienersproblematiek en wijze van uitbetaling
- 1.
De hoogte van de individuele bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek wordt bepaald op:
- a)
voor het toeslagenjaar 2022: het bedrag aan zorg- en/of huurtoeslag dat de Dienst Toeslagen van het huishouden terugvordert of verrekent ten gevolge van deze problematiek.
- b)
voor de toeslagenjaren 2023 en 2024: het verschil tussen het bedrag aan huur -en zorgtoeslag waarop een huishouden met uitsluitend algemene periodieke bijstand in een toeslagenjaar recht heeft uitgaande van de huurlasten op 1 juli 2023, respectievelijk 1 juli 2024, en het bedrag aan huur -en zorgtoeslag waarop het huishouden volgens de beschikking van de Dienst Toeslagen recht heeft. Het recht op bijzondere bijstand wordt beoordeeld op basis van:
- I.
Toeslagenjaar 2023: definitieve beschikking Dienst Toeslagen over het jaar 2023,
- II.
Toeslagenjaar 2024: voorlopige of definitieve beschikking Dienst Toeslagen over het jaar 2024.
- I.
- a)
- 2.
Voor de berekening van het recht op bijzondere bijstand als bedoeld in lid 1 onder b wordt gebruik gemaakt van de Proefberekening Dienst Toeslagen. Bij de te maken vergelijking tussen de aan de aanvrager feitelijk toegekende huur -en zorgtoeslag met die van een huishouden dat in een toeslagenjaar uitsluitend algemene periodieke bijstand (heeft) ontvang(t)en, wordt bij de uitvraag van het toetsingsinkomen in de Proefberekening uitgegaan van het toetsingsinkomen voor een vergelijkbaar bijstandshuishouden. Als er in een toetsingsjaar sprake is van thuiswonende kinderen en/of medebewoners wordt uitgegaan van het belastbaar Pw-inkomen rekening houdend met de kostendelersnorm zoals bedoeld in artikel 22a Pw.
- 3.
De bijzondere bijstand waarop recht bestaat wordt per toeslagenjaar als één bedrag toegekend en uitgekeerd.
- 4.
Bij toepassing van artikel 4 vijfde lid, wordt de bijzondere bijstand waarop beide ex-fiscaal partners in dat betreffende toeslagenjaar gezamenlijk recht hebben voor 50% uitbetaald aan ieder van hen.
- 5.
Indien het huishouden reeds individuele bijzondere bijstand heeft ontvangen voor het toeslagenjaar 2022, 2023 of 2024, zoals bedoeld in artikel 1, lid a en b, dan vervalt het recht op individuele bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek voor dat jaar.
Artikel 4 Aanvraag
- 1.
De aanvraag voor bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek wordt ingediend bij het college. Het team Werk en inkomen ondersteunt hierbij en behandelt de aanvragen.
- 2.
Voor de toepassing van het woonplaatsbeginsel als bedoeld in artikel 40 eerste lid van de Participatiewet is de aanvraagdatum bepalend en niet de datum waarop de kosten waarvoor bijzondere bijstand wordt aangevraagd zich voordoen, of hebben voorgedaan.
- 3.
Een aanvraag voor de bijzondere bijstand compensatie alleenverdienersproblematiek betrekking hebbend op de Toeslagenjaren: 2022, 2023, en/of 2024 moet zijn ingediend vóór 1 januari 2026.
- 4.
Bij de aanvraag moeten de volgende gegevens meegestuurd worden:
- a)
Algemeen
- 1.
een kopie van een identiteitsbewijs van de aanvrager en eventuele partner;
- 2.
een kopie van een recent bankafschrift met daarop het rekeningnummer en de tenaamstelling.
- 1.
- b)
Aanvraag over het Toeslagjaar 2022:
- 1.
de definitieve beschikking van Dienst Toeslagen met berekeningsspecificatie waaruit het terug te vorderen, of te verrekenen, bedrag aan huur -en zorgtoeslag over het “Toeslagenjaar 2022” blijkt; of
- 2.
als uit de definitieve beschikking van Dienst Toeslagen bedoeld onder 1 niet de hoogte blijkt van het z.g. toetsingsinkomen van de:
- I.
aanvrager en partner, en
- II.
eventuele thuiswonende kinderen en medebewoners voor wat betreft het onderdeel huurtoeslag,
- I.
- 1.
- a)
-
dienen de jaaropgaven of inkomensverklaringen (voorheen IB60) van I en II te worden meegestuurd.
- c)
Aanvraag over het Toeslagenjaar 2023:
- 1.
de definitieve beschikking van Dienst Toeslagen met berekeningsspecificatie over het “Toeslagenjaar 2023”;
- 2.
voor de bepaling van het recht op huurtoeslag: informatie of er buiten de aanvragers nog andere mensen inwonen zoals kinderen en medebewoners met hun naam en geboortedata;
- 3.
als uit de definitieve beschikking van Dienst Toeslagen bedoeld onder 1 niet de hoogte blijkt van het z.g. toetsingsinkomen van de:
- I.
aanvrager en partner, en
- II.
eventuele thuiswonende kinderen en medebewoners voor wat betreft het onderdeel huurtoeslag,
dienen de jaaropgaven of inkomensverklaringen (voorheen IB60) van I en II te worden meegestuurd.
- I.
- 4.
de huurspecificatie per 1 juli 2023 waarop de kale huur en de servicekosten vermeld staan.
- 1.
- d)
Aanvraag over het Toeslagenjaar 2024:
- 1.
de voorlopige of de definitieve beschikking van de Dienst Toeslagen met berekeningsspecificatie over het “Toeslagenjaar 2024”;
- 2.
voor de bepaling van het recht op huurtoeslag: informatie of er buiten de aanvragers nog andere mensen inwonen zoals kinderen en medebewoners met hun naam en geboortedata;
- 3.
als uit de voorlopige of definitieve beschikking van Dienst Toeslagen bedoeld onder a niet de hoogte blijkt van het z.g. toetsingsinkomen van de:
- I.
aanvrager en partner, en
- II.
eventuele thuiswonende kinderen en medebewoners voor wat betreft het onderdeel huurtoeslag,
dienen de jaaropgaven of inkomensverklaringen (voorheen IB60) van I en II te worden meegestuurd.
- I.
- 4.
de huurspecificatie per 1 juli 2024 waarop de kale huur en de servicekosten vermeld staan.
- 1.
- c)
- 5.
Als in het toeslagenjaar waarop de aanvraag bijzondere bijstand betrekking heeft sprake was van fiscaalpartnerschap maar door verbreking van die relatie bestaat dat fiscaal partnerschap ten tijde van het indienen van de aanvraag niet meer, dan moeten beide partners ieder voor zich de aanvraag bijzondere bijstand voor dat betreffende toeslagenjaar indienen.
Artikel 5 Hardheidsclausule
Door of namens het college kan met toepassing van artikel 4:84 van de Awb in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende worden afgeweken van deze beleidsregels, indien toepassing hiervan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 6 Citeertitel Deze beleidsregels worden aangehaald als: ‘Beleidsregels bijzondere bijstand alleenverdienersproblematiek De Fryske Marren’
Artikel 7 Inwerkingtreding
- 1.
Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking en werken terug vanaf 1 januari 2022;
- 2.
Deze beleidsregels vervallen met ingang van 1 januari 2026 met dien verstande dat deze van toepassing blijven voor tijdig ingediende aanvragen waarop nog geen besluit is genomen en voor bezwaar -en beroepsschriften tegen besluiten op deze aanvragen
Ondertekening
Aldus vastgesteld op 13 mei 2025
Het college van burgemeester en wethouders,
gemeentesecretaris, burgemeester
D. Cazemier N.L. Agricola
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl