Vaststellen Subsidieregeling restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum

B en W besluit

Burgemeester en wethouders van Hilversum;

Gelet op het voorstel “Vaststellen Subsidieregeling restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum” met kenmerk 1634431;

Overwegende dat:

• Het college het belang inziet van het behoud van de gemeentelijke monumenten in de gemeente Hilversum;

• Het behoud van gemeentelijke monumenten wordt beschermd door de Monumentenverordening 2016;

• In de Monumentenverordening 2016 een onderhouds- en instandhoudingsplicht is opgenomen van gemeentelijke monumenten;

• Het college het gewenst vindt om activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het onderhoud en behoud van gemeentelijke monumenten;

Gelet op:

• Artikel 160 van de Gemeentewet;

• Artikel 4:81 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht;

• Titel 4.2 en 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht;

• Artikel 3 lid 3 van de Algemene Subsidieverordening Hilversum 2021;

• Beleidsregel toepassing Wet Bibob 2022, gemeente Hilversum;

• Monumentenverordening gemeente Hilversum 2016;

Besluiten

1. De “Subsidieregeling restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum” vast te stellen;

2. De raad voor te stellen de “Subsidieverordening restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum 2017” in te trekken.

Subsidieregeling Restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a) ASV: Algemene Subsidieverordening Hilversum 2021;

b) Awb: Algemene wet bestuursrecht;

c) College: Burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum;

d) Eigenaar:

a de natuurlijke of rechtspersoon die krachtens enig zakelijk recht het genot heeft van het monument waaraan de voorzieningen worden getroffen.

b een toekomstig eigenaar die in het bezit is van een voorlopig koopcontract;

c de voorzitter van de vereniging van eigenaren van het betreffende pand.

e) Gemeente: de gemeente Hilversum;

f) Gemeentelijk monument: monument of archeologisch monument als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet dat is ingeschreven in het gemeentelijk erfgoedregister.

g) Restaureren: het treffen van voorzieningen tot opheffing van bouwtechnische gebreken noodzakelijk voor de instandhouding van de cultuurhistorische waarde van het monument.

h) Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaalde periode maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies op grond van deze regeling;

Artikel 2 Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de kosten van restauratie en onderhoud van gemeentelijke monumenten.

Artikel 3 Doelgroep

1 Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan de eigenaar van een gemeentelijk monument.

2 Indien er sprake is van een gemeentelijk monument waarbinnen appartementsrechten zijn gevestigd, dan wordt de subsidie uitsluitend verstrekt aan de vereniging van eigenaren van dat gemeentelijk monument.

3 Indien er sprake is van een gemeentelijk monument waarbinnen meerdere zelfstandige woningen, niet zijnde appartementen, zijn gerealiseerd, dan wordt de subsidie beschouwd van toepassing te zijn voor alle zelfstandige woningen binnen het betrokken monument.

Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

1 De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen waarvoor op grond van enige andere gemeentelijke regeling subsidie kan worden verkregen.

2 Kosten van voorzieningen zijnde door burgemeester en wethouders goedgekeurde bedragen van:

a de aanneemsom, met een gespecificeerde bouwkostenbegroting;

b de kosten van de architect overeenkomstig de DNR 2011 (herziening 2013) en van de constructeur, voor zover inschakeling hiervan noodzakelijk is;

c de leges voor de omgevingsvergunning en voor enige andere vergunning die nodig is voor het treffen van de voorzieningen;

d de verschuldigde BTW, voor zover deze niet kan worden verrekend;

e de bouwhistorische opname, waaronder kleuronderzoek, gericht op de restauratie;

f de kosten van opstelling van een onderhoudsplan;

g een reservering voor eventueel noodzakelijk meerwerk, dat ten tijde van het vaststellen van de hierboven genoemde begroting redelijkerwijs niet voorzienbaar was, tot maximaal 5% van de aanneemsom.

3 De subsidie wordt uitsluitend berekend over de subsidiabele kosten.

4 Subsidiabele kosten zijn de kosten, die - conform de actueel geldende landelijke richtlijn stcrt 2012-20420 van de rijksoverheid voor restauratie van monumenten – door burgemeester en wethouders worden aanvaard als kosten van instandhouding van de monumentale waarden van het monument, met dien verstande, dat onderhoudsschilderwerk niet subsidiabel is.

5 In geval van brandschade worden de uit te keren verzekeringspenningen in mindering gebracht op de subsidiabele kosten.

6 Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen de subsidiabele restauratiekosten minimaal € 3.000,- te bedragen. Dit minimum geldt niet voor:

a bouwhistorisch onderzoek, waaronder kleuronderzoek en constructief onderzoek;

b schilderwerk, waarbij op basis van het kleurenonderzoek, de eerste historische afwerking weer wordt bewerkstelligd (het daarop volgende onderhoud uitsluitend);

c constructieve ingrepen, die direct de instandhouding van het object bewerkstelligen (urgentie moet aantoonbaar zijn, bv instortingsgevaar, ernstige lekkage, ernstig brandgevaar);

d het instandhouden van decoratieve elementen;

e een abonnement van de Monumentenwacht voor de duur van 4 jaar.

5 Subsidie kan worden toegekend in de volgende restauratiekosten:

a. herstel van het casco, dat wil zeggen de hoofdstructuur van het monument bestaande uit de dragende onderdelen en het omhulsel, te weten dak-, kap- en gebintconstructie, vloeren, balklagen, dragende muren, fundering, kelder en gewelven;

b. herstel van afzonderlijke monumentale onderdelen (in- en exterieur), al dan niet in combinatie met herstel van het casco, waaronder schouwen, vloeren, trappartijen, plafonds, schilderingen, pleister- en schilderwerk, bijzonder behang, raam- en deurpartijen met omlijsting en gevelonderdelen;

c. reconstructie van verdwenen of gewijzigde onderdelen indien en voor zover deze verdwijning en wijziging afbreuk doen aan de monumentale waarde van het object;

d. restauratie van overige bouwelementen van grote zeldzaamheid of met grote historische waarde.

6 Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen:

a. Zelfwerkzaamheid;

b. Kosten die betrekking hebben op onderhoudsschilderwerk, comfortverbetering of verduurzaming van het monument.

Artikel 5 Hoogte van de subsidie

1 Het subsidiepercentage bedraagt maximaal 30 % van de subsidiabele kosten.

2 De subsidie bedraagt maximaal: € 10.000,- per monument.

3 De subsidie kan een keer per 5 jaar worden aangevraagd. Artikel 9 lid 1 sub d is van overeenkomstige toepassing.

4 In het geval van een monument waarbinnen appartementsrechten zijn gevestigd of anderszins meerdere zelfstandige woningen zijn gerealiseerd waarbij de eigenaar niet zelf de bewoner is, bedraagt de subsidie vanaf 3 woningen/wooneenheden maximaal € 30.000,-.

Artikel 6Aanvraag- en beslistermijn

1 Een aanvraag dient door het College te zijn ontvangen uiterlijk 13 weken voor aanvang van de activiteiten;

2 Aanvragen kunnen worden ingediend wanneer het ‘Overzicht subsidieplafonds Hilversum' voor het betreffende jaar is gepubliceerd;

3 Het College beslist binnen 13 weken na ontvangst van de volledige aanvraag;

4 Het College kan de in het derde lid genoemde termijn voor ten hoogste 13 weken verdagen, mits zij de aanvrager daarvan kennisgeven binnen de termijn van 13 weken.

Artikel 7 Eisen aan subsidieaanvraag

1 Een aanvraag om een subsidie wordt schriftelijke ingediend bij het college en dient door de eigenaar ondertekend te worden;

2 Een aanvraag dient in ieder geval vergezeld te gaan van:

a. een gespecificeerde begroting van de kosten met een werkomschrijving; de specificatie moet inzicht geven in arbeidsuren, materiaalkosten, materieelkosten, kosten van onderaanneming en stelposten;

b. een recente onafhankelijke bouwtechnische keuring, waaruit blijkt dat de te verrichten activiteiten noodzakelijk zijn;

c. fotodocumentatie die de huidige staat van het monument weergeeft.

3 Indien de aanvraag niet volledig is, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld de aanvraag aan te vullen. De dag waarop de aanvraag is aangevuld en volledig is, geldt als de datum van ontvangst van de aanvraag.

Artikel 8 Beoordeling

1. Het beoordelen van aanvragen vindt plaats op volgorde van ontvangst van de volledige aanvragen.

2. De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten:

a. Of de aanvraag tijdig en compleet is;

b. Of de aanvraag voldoet aan de eisen en voorwaarden uit deze regeling;

c. De mate waarin de kosten voldoen aan de eisen zoals gesteld in artikel 4;

3. Wanneer uit de beoordeling blijkt dat de aanvraag niet in aanmerking komt voor subsidie, wordt de aanvraag afgewezen;

4. Wanneer uit de beoordeling blijkt dat de aanvraag in aanmerking komt voor subsidie, blijven onverminderd de weigeringsgronden uit de Awb en de ASV van toepassing.

Artikel 9 Weigeringsgronden

1 Burgemeester en wethouders verlenen geen subsidie indien:

a met het treffen van de voorzieningen het belang van het monument niet of in onvoldoende mate wordt gediend;

b de kosten van de voorzieningen niet in een redelijke verhouding staan tot het te bereiken resultaat;

c met het treffen van de voorzieningen is begonnen voordat de aanvrager een beschikking tot subsidieverlening heeft ontvangen;

d voor het betreffende monument binnen een termijn van 5 jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag wordt ingediend subsidie is verleend, tenzij het maximale bedrag niet is bereikt en met de huidige aanvraag erbij het totaal van € 10.000,- niet overschreden wordt;

e voor de te treffen voorzieningen een omgevingsvergunning is vereist en deze niet is verleend;

f door het toekennen van de subsidie het jaarlijkse subsidieplafond zoals bedoeld in artikel 6, lid 1, wordt overschreden;

g aanspraak wordt gemaakt op overige gemeentelijke subsidies voor dezelfde voorzieningen;

2 In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in het eerste lid onder c. en d.

Artikel 10 Subsidieplafond en wijze van verdeling

1. Deze regeling kent een subsidieplafond. Het plafond wordt bekendgemaakt via publicatie van het ‘Overzicht subsidieplafonds Hilversum’. Bij vaststelling en publicatie van dit overzicht treedt het plafond in werking. Het ‘Overzicht subsidieplafonds Hilversum’ wordt gepubliceerd in het gemeenteblad en op de gemeentelijke website (https://hilversum.nl/subsidie/overzicht-subsidieplafonds-hilversum);

2. Het behandelen van aanvragen vindt plaats via een eerst-komst-eerst-maalt-systeem. Dit betekent dat aanvragen worden behandeld op volgorde van ontvangst van de volledige aanvragen, totdat het subsidieplafond bereikt is. Vanaf dat moment worden de aanvragen afgewezen.

3. Onder artikel 4:28 van de Awb bestaat de mogelijkheid dat het subsidieplafond wordt verlaagd. Een verlaging kan gevolgen hebben voor reeds verleende subsidies.

Artikel 11Verplichtingen

1 De subsidie wordt verleend onder de voorwaarden dat:

a het werk wordt aanbesteed overeenkomstig door burgemeester en wethouders eventueel nader te stellen eisen;

b de aanvang van het werk ten minste twee weken van tevoren wordt gemeld bij burgemeester en wethouders;

c met de uitvoering van de werkzaamheden is begonnen binnen 26 weken na de datum van het besluit tot verlening van de subsidie;

d binnen 30 maanden na de verlening van subsidie de werkzaamheden zijn voltooid en de gereed melding als bedoeld in artikel 11 is ingediend bij burgemeester en wethouders;

e aan de door burgemeester en wethouders met controle belaste personen

- toegang wordt verleend tot het monument

- inzage wordt verleend in de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens.

2 Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen in het belang van het monument aanvullende voorschriften verbinden aan het verlenen van subsidie.

Artikel 12Verantwoording en vaststelling

1 De subsidieontvanger dient uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn uitgevoerd een aanvraag tot vaststelling in.

2 Indien de aanvraag tot vaststelling niet volledig is, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld de aanvraag aan te vullen. De dag waarop de aanvraag is aangevuld en volledig is, geldt als de datum van ontvangst van de aanvraag.

3 Vaststelling van de subsidie vindt plaats binnen 13 weken nadat:

a de in de aanvraag opgenomen werkzaamheden bij burgemeester en wethouders zijn gereed gemeld, gecontroleerd en akkoord bevonden;

b een overzicht is overgelegd van de getroffen subsidiabele en niet-subsidiabele voorzieningen en de daarop betrekking hebbende kosten, ondersteund door beeldmateriaal;

c een overzicht is overgelegd van het uitgevoerde minderwerk alsmede van de invulling van de reservering als bedoeld in artikel l, lid 3, onder g.

d alle facturen en betalingsbewijzen met betrekking tot de werkzaamheden zijn overlegd.

2 Het College kan de in het eerste lid genoemde termijn voor ten hoogste 6 weken verdagen.

3 De hoogte van de uit te keren subsidie wordt berekend op basis van de werkelijke kosten met als maximum het in de verleningsbeschikking opgenomen bedrag.

Artikel 13Uitbetaling van de subsidie

De subsidie wordt uitbetaald binnen zes weken na de definitieve subsidievaststelling.

Artikel 14 Intrekking van subsidie

1 Als blijkt dat de subsidie ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend dan wel een voorwaarde als bedoeld in deze regeling niet is nageleefd kunnen burgemeester en wethouders:

a een besluit tot verlening of vaststelling van subsidie geheel of gedeeltelijk intrekken en deze slechts ten dele uitbetalen;

b reeds betaalde subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen.

2 In het geval de overtreding van de voorwaarden als bedoeld in deze regeling de eigenaar niet verwijtbaar is, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de in het eerste lid genoemde sancties niet of slechts ten dele op te leggen.

Artikel 15 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen, in het belang van het monument, gemotiveerd afwijken van de bepalingen van deze regeling.

Artikel 16 Bijzondere gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het College.

Artikel 17 Overgangsbepaling

Op aanvragen, waarop vóór de inwerkingtreding van deze regeling subsidie is verleend, blijven de bepalingen van de verordening op grond waarvan de subsidie is verleend van toepassing.

Artikel 18 Inwerkingtreding

1 Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking;

2 Bekendmaking vindt plaats op de dag na intrekking van de “Subsidieverordening restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum 2017” door de raad van gemeente Hilversum.

Artikel 19Citeertitel

De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling restauratie gemeentelijke monumenten Hilversum

Hilversum, 11 maart 2025

de gemeentesecretaris, de burgemeester,

mr. C.P. Torres Barrera dr. ir. G.M. van den Top