Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân 2025

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-07-2025

Intitulé

Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân 2025

De raad van gemeente Súdwest-Fryslân;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 februari 2025;

gelet op de artikelen 10.23, eerste lid, 10.24, tweede lid, 10.25 en 10.26, eerste lid, van de Wet milieubeheer, artikel 3.5, eerste lid, van de Wet dieren en artikel 2, eerste lid, van het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen;

overwegende dat:

  • de gemeenteraad op 13 december 2012 de Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân heeft vastgesteld;

  • de gemeenteraad op 21 december 2023 de eerste wijziging van de Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân heeft vastgesteld in verband met het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen en de Omgevingswet;

  • het wenselijk is een complete inhoudelijk revisie uit te voeren conform de modelverordening van de Vereniging Nederlandse Gemeenten;

  • de revisie ook gewenst is om de invoering van de Ja-sticker juridisch te borgen en de Verordening dode gezelschapsdieren in de Afvalstoffenverordening te integreren;

b e s l u i t:

vast te stellen de

Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân 2025

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Definities

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    gezelschapsdier: een dier dat de mens in of rond het huis houdt en verzorgt, niet zijnde een hobby- of landbouwhuisdier;

  • b.

    het college: college van burgemeester en wethouders;

  • c.

    huis-aan-huisblad: ongeadresseerd blad dat met een vaste frequentie gratis huis aan huis wordt verspreid in een geografisch beperkt gebied, waarvan tenminste 10% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame;

  • d.

    inzamelmiddel: voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, ten behoeve van een huishouden;

  • e.

    inzamelplaats: daartoe op grond van artikel 5 aangewezen plaats;

  • f.

    inzamelvoorziening: voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats ten behoeve van meerdere huishoudens;

  • g.

    ongeadresseerd reclamedrukwerk: reclamedrukwerk of proefmonsters van producten die gratis huis aan huis worden verspreid zonder vermelding van naam, adres of postbus en woonplaats van de ontvanger, niet zijnde:

    • i.

      een huis-aan-huisblad of andere informatie over werkzaamheden of activiteiten in de buurt die voor de bewoners of gebruikers van een woning, bedrijf of woonschip in die buurt van belang zijn om te weten;

    • ii.

      drukwerk van vrijwilligers of niet-commerciële organisaties;

  • h.

    perceel: perceel waar geregeld huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan.

Artikel 2 Doelstelling

De toepassing van deze verordening is gericht op de bescherming van het milieu, met inbegrip van een doelmatig beheer van afvalstoffen.

Hoofdstuk 2 Huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 3 Aanwijzing van de inzameldienst

  • 1.

    De gemeentelijke inzameldienst is als inzameldienst belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2.

    Het college kan nadere regels stellen over de wijze waarop de inzameldienst huishoudelijke afvalstoffen inzamelt.

Artikel 4 Regulering van andere inzamelaars

  • 1.

    Het is voor anderen dan de inzameldienst verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij de inzamelaar:

    • a.

      daartoe is aangewezen door het college;

    • b.

      bij nadere regels van het college van het verbod is vrijgesteld; of

    • c.

      verplicht is tot inname, bedoeld in artikel 9.5.2., derde lid, aanhef en onderdeel b, of vierde lid, van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    Het college kan aan een aanwijzing, bedoeld in het eerste lid, onder a, voorschriften verbinden en beperkingen stellen. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 5 Aanwijzing van inzamelplaats

Het college draagt zorg voor ten minste één daartoe ter beschikking gestelde plaats binnen de gemeente Súdwest-Fryslân, waar in voldoende mate gelegenheid wordt geboden om huishoudelijke afvalstoffen, met inbegrip van grof huishoudelijk afval, achter te laten.

Artikel 6 Algemene verboden

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen:

  • a.

    ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst of een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid;

  • b.

    over te dragen aan een ander dan een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid; of

  • c.

    achter te laten op een andere plaats dan de inzamelplaats, bedoeld in artikel 5.

Artikel 7 Gescheiden afvalinzameling

  • 1.

    Het college stelt nadere regels vast over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de inzameldienst worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen, en over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel.

  • 2.

    In ieder geval wordt huishoudelijk restafval ten minste eenmaal per twee weken bij elk perceel ingezameld.

  • 3.

    In ieder geval wordt bioafval tenminste eenmaal per twee weken bij elk perceel ingezameld met uitzondering van januari waarin de eerste inzamelroute voor bioafval vervalt.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in de leden 2 en 3 wordt huishoudelijk restafval en bioafval nabij elk perceel ingezameld in de delen van de gemeente waar door het college een ondergrondse container, een verzamelcontainer, een aanbiedplaats dan wel een andere vergelijkbare inzamelvoorziening is aangewezen voor de gebruikers van een aantal percelen.

  • 5.

    In ieder geval de volgende bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen worden afzonderlijk ingezameld:

    • bioafval (Groente-, fruit- en tuinafval);

    • papier;

    • metaal;

    • kunststof;

    • glas;

    • textiel;

    • gevaarlijke afvalstoffen;

    • afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.

  • 6.

    Plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons worden gezamenlijk ingezameld met het huishoudelijk restafval.

Artikel 8 Gescheiden aanbieding

  • 1.

    Het is verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in artikel 7, lid 1 en 5, anders dan afzonderlijk:

    • a.

      ter inzameling aan te bieden;

    • b.

      achter te laten op een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5.

  • 2.

    Het is verboden de bestanddelen van plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons anders aan te bieden dan met het huishoudelijk restafval.

  • 3.

    Het college kan nadere regels stellen. Deze regels kunnen voor categorieën van gevallen of personen een vrijstelling inhouden van het verbod, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9 Tijdstip van aanbieding

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan op de door het college daartoe bepaalde dag en tijden. Deze kunnen voor verschillende bestanddelen verschillend worden vastgesteld.

Artikel 10 Wijze en plaats van aanbieding

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door het college te stellen regels over het gebruik van:

    • a.

      inzamelmiddelen voor het aanbieden ter inzameling bij een perceel;

    • b.

      inzamelvoorzieningen voor het aanbieden ter inzameling nabij een perceel.

  • 2.

    Het is verboden om een inzamelmiddel na afloop van de in artikel 9 bedoelde dag en tijden, buiten een perceel te laten staan.

  • 3.

    Het college kan nadere regels stellen voor categorieën van percelen. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.

Hoofdstuk 3 Bedrijfsafvalstoffen

Artikel 11 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door inzameldienst

Het college kan bestanddelen van bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die worden ingezameld door de inzameldienst die is aangewezen op grond van artikel 3, in gevallen waarin de voor deze inzameling krachtens de Verordening Reinigingsheffingen verschuldigde heffing is voldaan.

Artikel 12 Aanbieding ter inzameling van bedrijfsafvalstoffen

Het is verboden anders dan in overeenstemming met artikel 11 bedrijfsafvalstoffen ter inzameling door de inzameldienst aan te bieden of over te dragen, of bij een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5, achter te laten.

Artikel 13 Regeling van inzameling van bedrijfsafvalstoffen

  • 1.

    Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door het college te stellen regels over de dagen, tijden, wijzen en plaatsen van inzameling van de op grond van artikel 11 aangewezen bedrijfsafvalstoffen.

  • 2.

    Het college kan nadere regels stellen voor het aanbieden, overdragen of achterlaten van bedrijfsafvalstoffen. Deze regels kunnen mede worden vastgesteld voor anderen dan de inzameldienst. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.

Hoofdstuk 4 Zwerfafval en overige

Artikel 14 Dumpingsverbod

  • 1.

    Het is verboden zonder ontheffing van het college, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of een voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.

  • 2.

    Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a.

      het aanbieden, overdragen of achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen in overeenstemming met deze verordening;

    • b.

      het composteren van huishoudelijke bioafval op het perceel waar dit is ontstaan;

    • c.

      het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen, met inbegrip van daarbij niet te vermijden plaatsing van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen op de weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994;

    • d.

      handelingen die zijn verboden bij of krachtens de Wet bodembescherming, de Omgevingswet of het Besluit bodemkwaliteit.

  • 3.

    Indien de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.

Artikel 15 Zwerfafval in de openbare ruimte

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen van beperkte omvang en gewicht die zijn ontstaan buiten een perceel, achter te laten in de openbare ruimte, anders dan in daartoe bestemde afvalbakken of andere middelen ter inzameling van deze afvalstoffen.

  • 2.

    Reclamedrukwerk, ander promotiemateriaal en de verpakking daarvan, die in weerwil van het eerste lid in de openbare ruimte wordt weggeworpen of achtergelaten, wordt terstond opgeruimd door degene die het in de betreffende omgeving onder het publiek verspreidde.

  • 3.

    Het is verboden ter inzameling gereedstaande afvalstoffen of inzamelmiddelen te doorzoeken of te verspreiden, te stoten, te schoppen, omver te werpen of door deze anderszins te behandelen.

Artikel 16 Ongeadresseerd drukwerk

  • 1.

    Een huis-aan-huisblad mag worden bezorgd bij een perceel, tenzij de bewoner of gebruiker met een brievenbussticker kenbaar heeft gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen ervan.

  • 2.

    Het is verboden om ongeadresseerd reclamedrukwerk te bezorgen bij een perceel, tenzij de bewoner met een brievenbussticker kenbaar heeft gemaakt prijs te stellen op het ontvangen ervan.

Artikel 17 Zwerfafval rondom inrichtingen

Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, draagt zorg voor de aanwezigheid in of nabij de inrichting van een steeds voor gebruik door het publiek beschikbare en tijdig geleegde afvalbak of soortgelijk middel voor het houden van afval.

Artikel 18 Afval en verontreiniging op de weg

  • 1.

    Het is verboden een weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994, te verontreinigen of het milieu nadelig te beïnvloeden door afvalstoffen, stoffen of voorwerpen te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten.

  • 2.

    Degene die in strijd met het eerste lid de weg verontreinigt of het milieu nadelig beïnvloedt, of dienst opdrachtgever, zorgt terstond na de beëindiging van de werkzaamheden van die dag voor het reinigen van de weg, of zoveel eerder als nodig is om de veiligheid van het verkeer of de bescherming van het wegdek te verzekeren.

Artikel 19 Geen opslag van afval in de open lucht

Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek waarneembare plaats in de open lucht op te slaan of opgeslagen te hebben, anders dan door het in overeenstemming met hoofdstuk 2 van deze verordening aanbieden, achterlaten of overdragen van huishoudelijke afvalstoffen. Het verbod geldt niet als voor de opslag van afvalstoffen een omgevingsvergunning is afgegeven.

Artikel 20 Ontdoen van autowrakken

Het is verboden zich te ontdoen van een autowrak dat afkomstig is van een perceel, anders dan door afgifte aan de houder van een omgevingsvergunning voor het demonteren van autowrakken of wrakken van tweewielige motorvoertuigen.

Hoofdstuk 5 Kadavers van gezelschapsdieren

Artikel 21 Kadavers van gezelschapsdieren

  • 1.

    Het college wijst een of meer verzamelplaatsen aan waar kadavers van gezelschapsdieren worden ingezameld.

  • 2.

    Van ingezamelde kadavers wordt aangifte gedaan bij Rendac Son B.V. De kadavers worden bewaard en overgedragen aan Rendac Son B.V. in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens artikel 3.1 van de Wet dieren.

  • 3.

    Uiterlijk op de eerste werkdag die volgt op de dag waarop het gezelschapsdier dood is aangetroffen, geeft de houder van het kadaver dit af op een aangewezen verzamelplaats, bedoeld in het eerste lid.

  • 4.

    Tot het tijdstip van afgifte bewaart de houder het kadaver zodanig dat geen vermenging plaatsvindt met ander materiaal.

  • 5.

    Het derde lid is niet van toepassing op het kadaver dat wordt begraven op een terrein dat ter beschikking staat van de houder van het kadaver of dat uiterlijk de eerste werkdag na overlijden wordt afgegeven aan een ondernemer die is erkend op grond van artikel 24, eerste lid, onder b, c, of d, van de Verordening 1069/2009/EG.

Hoofdstuk 6 Handhaving en toezicht

Artikel 22 Strafbare feiten

Overtreding van het bij of krachtens de artikelen 4, 6, 8 tot en met 10 en 12 tot en met 21 bepaalde en de daarbij gegeven voorschriften en beperkingen, is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a, onderdeel 3, van de Wet op de economische delicten.

Artikel 23 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10, derde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of artikel 18.6 van de Omgevingswet door het college aangewezen ambtenaren.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 24 Intrekking oude verordening

De volgende verordeningen worden per 1 juli 2025 ingetrokken:

  • a.

    de Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân, vastgesteld op 13 december 2012.

  • b.

    de Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Súdwest-Fryslân, vastgesteld op 19 december 2013.

Artikel 25 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2025.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening gemeente Súdwest-Fryslân 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 april 2025,

mr. drs. J.A. de Vries, voorzitter

G.W. Stegenga, griffier