BESLUIT MANDAAT, MACHTIGING EN VOLMACHT GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BEDRIJFSVOERINGSORGANISATIE KEMPENPLUS

Artikel 1 Definities

• a.

  Bestuur: Het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Participatiebedrijf KempenPlus

• b.

  Directeur: De directeur van de gemeenschappelijke regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Participatiebedrijf KempenPlus

• c.

  Regeling: De gemeenschappelijke regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Participatiebedrijf KempenPlus

Artikel 2 Mandaat

Het bestuur verleent aan de directeur mandaat tot het nemen van besluiten en het uitvoeren van feitelijke en ondersteunende werkzaamheden met betrekking tot de bevoegdheden zoals die in artikel 5, eerste lid, tweede lid onder a en vierde lid van de regeling aan het bestuur zijn gedelegeerd op grond van

• a.

  de sociale werkvoorziening ingevolge de WSW,

• b.

  werk en inkomen ingevolge de Pw met uitzondering van de bijzondere bijstand;

• c.

  de IOAW;

• d.

  de IOAZ;

• e.

  de Bbz.

Artikel 3 Schakelbepaling

• 1.

  Onder de verlening van het mandaat als bedoeld in artikel 2 wordt mede verstaan:

  • a.

    Het ondertekenen van de desbetreffende besluiten;

  • b.

    De mandatering van de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat aan de in de bij dit mandaatbesluit behorende register genoemde functionarissen, met inbegrip van de bevoegdheid voor voornoemde functionarissen om onder-ondermandaat te verlenen tenzij dat ten aanzien van een concreet mandaat uitdrukkelijk is uitgesloten. Van de (onder)gemandateerde bevoegdheden en handelingen is een bij dit besluit behorend register opgesteld. Dit register wordt vastgesteld door de directeur en kan door de directeur worden aangepast;

  • c.

    Het voorbereiden van de besluiten als bedoeld in artikel 2;

  • d.

    Het doen uitvoeren van de besluiten als bedoeld in artikel 2, met in begrip van het verrichten van alle feitelijke handelingen en privaatrechtelijke rechtshandelingen die daartoe strekken.

• 2.

  Het bestuur en de voorzitter van het bestuur verlenen volmacht om namens de regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Participatiebedrijf KempenPlus de privaatrechtelijke rechtshandelingen als bedoeld in het eerste lid sub d te verrichten.

Artikel 4 Uitgezonderde besluiten en beslissingen

• 1.

  Van de mandaatverlening als bedoeld in artikel 2 zijn uitgesloten de bevoegdheden tot het nemen van de navolgende besluiten en beslissingen:

  • a.

    Het nemen van een besluit op bezwaar gericht tegen een primair besluit als bedoeld in artikel 2 door de directeur tenzij de directeur het primaire besluit niet zelf heeft genomen;

  • b.

    Het nemen van een besluit op bezwaar gericht tegen een primair besluit als bedoeld in artikel 2 tenzij dat expliciet is toegestaan aan een functionaris die niet het primaire besluit in mandaat heeft genomen;

• 2.

  Onder de uitsluitingsgronden als bedoeld in het eerste lid valt niet de voorbereiding van het nemen van een besluit op bezwaar.

Artikel 5 Instructies

• 1.

  Ten aanzien van de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden verleent het bestuur uitsluitend schriftelijke instructies, tenzij sprake is van een spoedeisend geval.

• 2.

  Het bestuur stemt zijn schriftelijke instructies als bedoeld in het eerste lid vooraf af met de directeur.

Artikel 6 Uitvoering van het mandaat

De directeur stemt schriftelijk in met de verlening van dit mandaat door kennisgeving aan het bestuur voordat hij het mandaat uitvoert, dan wel doet uitvoeren.

Artikel 7 Wijze van ondertekening

Een op grond van dit mandaat genomen besluit als bedoeld in artikel 2 wordt door de (onder)gemandateerde ondertekend met de vermelding “Het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Participatiebedrijf KempenPlus, namens het bestuur, de directeur.”

Artikel 8 Aanduiding

Dit besluit kan aangehaald worden als Mandaatbesluit KempenPlus.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking nadat het op de voorgeschreven wijze bekend is gemaakt.

D.S.C. Jansen,

De voorzitter.

F.J.L.M. Baudoin,

De secretaris.

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen bezwaar maken. Bezwaar indienen gebeurt door middel van het sturen van een ondertekend en schriftelijk gemotiveerd bezwaar naar het volgende adres:

In spoedeisende gevallen kan een verzoek om een voorlopige voorziening bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant worden ingediend.