Regeling vervalt per 31-12-2025

Tijdelijke subsidieregeling noodzakelijke investering lokale culturele organisaties Lelystad 2025

Geldend van 03-06-2025 t/m 30-12-2025

Intitulé

Tijdelijke subsidieregeling noodzakelijke investering lokale culturele organisaties Lelystad 2025

Het college van de gemeente Lelystad;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad

overwegende dat:

  • -

    lokale culturele organisaties belangrijk zijn voor de lokale culturele infrastructuur en hun stedelijke functie;

  • -

    dat deze organisaties noodzakelijke (vervanging)investeringen moeten doen om het gehele jaar een cultureel programma te kunnen bieden dat zich niet beperkt tot de gevestigde erkende cultuur;

  • -

    deze extra kosten niet binnen de reguliere exploitatie opgevangen kunnen worden, zonder dat dit direct ten koste gaat van de kwaliteit van de dienstverlening aan en de bereikbaarheid voor de inwoners van Lelystad;

  • -

    door een daartoe in de Programmabegroting 2025 opgenomen budget het mogelijk is om lokale culturele organisatie in 2025 financieel tegemoet te komen door middel van een bijdrage aan noodzakelijke (vervanging)investeringen op basis van een goede verhouding tussen subsidie en eigen verantwoordelijkheden;

  • -

    deze tegemoetkoming in de vorm van een subsidie kan worden verstrekt;

  • -

    het wenselijk is om voor het verstrekken van subsidie aan lokale culturele organisaties nadere regels vast te stellen;

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende: “Tijdelijke subsidieregeling noodzakelijke investering lokale culturele organisaties Lelystad 2025”

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASVL: Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad;

  • b.

    De-minimisverordening: de Europese de-minimisverordeningen zoals genoemd onder het begrip “de-minimisverordening” in de ASVL;

  • c.

    Lokale culturele organisatie: een onderneming die culturele activiteiten organiseert die in hoofdzaak ten goede komen aan de inwoners van Lelystad zoals: podia, festivals, organisatoren van culturele activiteiten en cultuureducatie, bibliotheek, culturele ondernemingen en amateurkunstorganisaties;

  • d.

    Ondernemingen: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, die een economische activiteit uitoefent;

  • e.

    Periode: de periode is het tijdvak 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025;

  • f.

    Subsidieplafond: een bedrag zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • g.

    Vervangingsinvestering: investeringen die worden gedaan om bestaande activa die economisch of technisch zijn afgeschreven te vervangen;

  • h.

    Voorliggende voorziening: een andere regeling of wijze waarop de subsidiabele kosten voor het oplossen van of ter voorkoming van liquiditeitsproblemen kunnen worden vergoed (onder meer regelingen van de rijksoverheid en de provincie);

De begripsomschrijvingen in artikel 1 van de ASVL zijn onverkort van toepassing op de begrippen die in deze subsidieregeling worden gebruikt.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college en voor zover passend binnen het gestelde in de ASVL. De subsidie is een aanvulling op de reguliere activiteitensubsidie die door de gemeente aan de organisatie wordt verleend.

Artikel 3. Subsidiedoeleinden

  • 1. Door middel van deze regeling wil het college een bijdrage doen aan noodzakelijke (vervanging)investeringen door lokale culturele organisaties zodat zij hun primaire functies voor de inwoners op een adequaat niveau kunnen blijven vervullen.

  • 2. Met deze subsidieregeling wordt beoogd het culturele leven binnen de gemeente Lelystad te continueren.

  • 3. Door middel van deze subsidieregeling worden de middelen ingezet die door de gemeenteraad met de Programmabegroting 2024 voor dit doel beschikbaar zijn gesteld.

Artikel 4. Doelgroep

  • 1. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan lokale culturele organisaties die gevestigd zijn in Lelystad en/of in hoofdzaak in Lelystad culturele activiteiten organiseren, welke een belangrijke bijdrage leveren aan de doelen en ambities zoals genoemd in de van toepassing zijnde Cultuurvisie 2024 – 2030.

  • 2. Een lokale culturele organisatie dient aan te tonen al meer dan twee jaar actief te zijn in Lelystad.

  • 3. De regeling is niet bedoeld voor kunsthandelaren of individuele cultuuraanbieders met een privépraktijk.

  • 4. De aanvraag heeft geen louter persoonlijk of individueel oogmerk.

Artikel 5. Subsidiabele kosten

  • 1. Subsidie kan worden verleend als eenmalige bijdrage aan noodzakelijke vervangingsinvesteringen in materiele goederen die betrekking hebben op de activiteiten van lokale culturele organisaties en die niet kunnen worden gedekt door de (jaarlijkse) reguliere activiteitensubsidie die door de gemeente aan de organisatie wordt verleend. Waaronder:

    • -

      kosten voor het opknappen en verduurzamen van accommodaties. Hierbij inbegrepen alle aard- en nagelvaste goederen;

    • -

      kosten voor de inrichting van accommodaties, waaronder stoelen en onderdelen voor licht- en geluidinstallatie;

    • -

      kosten ten behoeve van noodzakelijk attributen voor de uitvoering van cultuuractiviteiten, waaronder muziekinstrumenten, duurzame beeldende kunst benodigdheden, e.d.

Artikel 6. Subsidiecriteria

  • 1. Aanvragen voor een subsidie zoals bepaald in artikel 5 lid 1, worden beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • a.

      De bijdrage is effectief; de lokale culturele organisatie kan aantoonbaar structureel blijven functioneren dankzij de investeringen en draagt bij aan de doelen van de gemeentelijke beleidsvisie cultuur;

    • b.

      de gemaakte en verwachte kosten voor de investeringen waarvoor subsidie wordt aangevraagd zijn onvermijdelijk om de doelen te bereiken;

    • c.

      de investeringen hebben een meerjarig karakter met een minimale afschrijvingstermijn van 5 jaar;

Artikel 7. Hoogte subsidie

  • 1. De hoogte van subsidie zoals bepaald in artikel 5 lid 1, wordt per categorie bepaald op basis van de hoogte van de autonome kosten in de betreffende periode en bedraagt voor:

    • a.

      Voor lokale culturele organisaties zonder winstoogmerk minimaal € 2.500,-- en maximaal € 15.000,--;

    • b.

      Voor lokale culturele organisaties met winstoogmerk minimaal € 2.500,-- en maximaal € 10.000,--;

    • c.

      De subsidie bedraagt niet meer van 50% van de totale begrote kosten die voor deze regeling in aanmerking komen.

Artikel 8. Subsidieaanvraag en aanvraagtermijn

  • 1. De aanvrager maakt bij indiening van de aanvraag gebruik van het digitale portal voor het aanvragen van subsidies die beschikbaar is via de website van de gemeente Lelystad.

  • 2. De aanvrager kan maximaal één subsidieaanvraag indienen ter compensatie van de kostenstijging zoals bepaald in artikel 5 lid 1.

  • 3. De subsidieaanvraag wordt ingediend vóór 1 november 2025.

  • 4. De subsidieaanvraag wordt volledig en ondertekend digitaal ingediend. Een aanvraag is volledig indien tenminste is bijgevoegd:

    • a)

      de jaarrekening van 2024;

    • b)

      de oorspronkelijke begroting van geheel 2025, en

    • c)

      uitvoerige onderbouwing van de extra kosten in de gestelde periode en een toelichting op deze kosten, waaruit tevens ten minste blijkt welke maatregelen de aanvrager heeft ondernomen om de kosten zo mogelijk te beperken.

    • d)

      het bouwplan, inclusief planning (indien noodzakelijk);

    • e)

      offertes;

    • f)

      bouwvergunning (indien noodzakelijk).

Artikel 9. Europees steunkader

  • 1. Deze subsidieregeling wordt voor ondernemingen uitgevoerd in lijn met de regels van de-minimisverordening.

  • 2. Bij de aanvraag dient de onderneming te verklaren dat zij voldoen aan de eisen die worden gesteld aan een de-minimisverklaring, zie ook Algemene de-minimisverklaring

Artikel 10. Subsidieplafond en verdeelcriteria

  • 1. Het college stelt voor de betreffende periode het subsidieplafond vast op 47.000,-- euro.

  • 2. Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschieden in volgorde van indiening, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 3. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een hersteltermijn geboden van maximaal 2 weken om de aanvraag te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

  • 4. Indien de aanvrager met toepassing van het derde lid van dit artikel de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, is bepalend voor het tijdstip van ontvangst subsidieaanvraag, het moment waarop de aanvraag compleet is.

  • 5. Indien er op een dag meerdere aanvragen zijn ontvangen en de honorering van al die aanvragen zal leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, zal het college het op dat moment beschikbare budget evenredig verdelen over de aanvragen.

  • 6. Indien het moment van indiening niet objectief kan worden vastgesteld, kan het college het op dat moment beschikbare budget door middel van loting verdelen over de aanvragen van dat moment.

Artikel 11. Eerste keer subsidie aanvragen

  • 1. Indien een lokale culturele organisatie voor de eerste keer subsidie aanvraagt, voegt zij een exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, het jaarverslag, de jaarrekening en de balans over het voorafgaande jaar toe aan de aanvraag.

Artikel 12. Weigeringsgronden

  • 1. Naast de weigeringsgronden genoemd in de ASVL, wordt de subsidie niet verleend indien:

    • a.

      De activiteiten van de aanvrager:

      • dienen ter opluistering van een specifiek godsdienstige of politieke bijeenkomst;

      • het karakter hebben van een besloten feest of receptie;

      • niet bijdragen aan of niet passen binnen het vastgestelde cultuurbeleid van de gemeente Lelystad;

      • in hoofdzaak zijn gericht op de verkoop van of handel in kunst- en erfgoedobjecten.

    • b.

      De aanvrager in surseance van betaling verkeert;

    • c.

      Niet voldaan is aan de eisen en criteria genoemd in deze regeling;

    • d.

      De aanvraag te laat is ingediend;

    • e.

      De financiële onderbouwing van de noodzakelijke (vervanging)investering naar het oordeel van het college onduidelijk, ondeugdelijk, niet sluitend of onvoldoende is;

    • f.

      De extra kosten al volledig gecompenseerd zijn door een andere subsidieregeling van gemeente Lelystad;

    • g.

      De hoogte van de algemene reserve per 31 december 2024, bij een verlies vanaf € 10.000,-, minimaal tweemaal de hoogte van het verlies bedraagt, exclusief materiële vaste activa en door de gemeente akkoord bevonden egalisatiereserve.

  • 2. De subsidie kan niet worden aangevraagd voor als bijdrage in de kosten voor de uitvoering van een cultureel project.

Artikel 13. Eindverantwoording en vaststelling

  • 1. De subsidieontvanger dient binnen drie maanden na afloop van de gesubsidieerde investering een aanvraag tot subsidievaststelling in, tenzij in de beschikking tot subsidieverlening een andere termijn is vermeld.

  • 2. De werkelijke netto (vervanging)investeringskosten zijn bepalend voor de vaststelling van de subsidie zoals bepaald in artikel 7. De aanvrager kan worden verplicht een nadere onderbouwing te geven dat de investeringskosten waarvoor de subsidie is verstrekt, werkelijk in de betreffende periode zijn opgetreden en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen, zoals facturen en betaalbewijzen (bankafschriften), dan wel overige bewijzen ter onderbouwing van de kosten.

Artikel 14. Aanvullende verplichtingen

  • 1. De subsidieontvanger verleent alle medewerking aan evaluatie en monitoring.

  • 2. De subsidieontvanger meldt onmiddellijk iedere wijziging ten opzichte van de gegevens die bij de aanvraag zijn overgelegd.

Artikel 15. Bevoorschotting

  • 1. De subsidie wordt uiterlijk binnen 2 weken na de toekenning volledig uitbetaald.

  • 2. Wanneer de subsidie na de verantwoording lager wordt vastgesteld, wordt het verschil teruggevorderd.

Artikel 16. Hardheidsclausule

  • 1. Het college kan, in bijzondere gevallen, afwijken van het bepaalde in deze regeling, indien een strikte toepassing daarvan zal leiden tot een onevenredige benadeling van de aanvrager of subsidieontvanger.

  • 2. Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in de subsidiebeschikking.

Artikel 17. Onvoorziene gevallen

  • 1. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

  • 2. Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in de subsidiebeschikking.

Artikel 18. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag ná bekendmaking.

  • 2. De subsidieregeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling noodzakelijke investering lokale culturele organisaties Lelystad 2025;

  • 3. Deze subsidieregeling treedt uit werking per 31 december 2025.

  • 4. Aanvragen ingediend voor 1 november 2025, zullen worden afgehandeld conform bepalingen in deze regeling.

Ondertekening

Lelystad d.d. 6 mei 2025.

Het college van de gemeente Lelystad,

de interim secretaris,

A.N. van den Bergh

de burgemeester,

A.E.H. Baltus

Bijlage 1 Toelichting op de regeling

Algemeen

Met het oog op de financiële kwetsbaarheid van de lokale cultuurorganisaties is in de Programmabegroting 2024 incidenteel een bedrag van 150.000 euro beschikbaar gesteld om de culturele infrastructuur op onderdelen te kunnen ondersteunen. In 2024 is hiervan € 103.000 benut, het resterende bedrag van € 47.000 wordt voor het jaar 2025 als subsidieplafond opgenomen.

De subsidie moet gezien worden als een aanvulling op de reguliere subsidie die door de gemeente aan culturele organisaties wordt verstrekt.

Artikel 3 Subsidiedoeleinden

Door middel van deze regeling wil het college lokale culturele organisaties, die aantoonbare extra niet-beïnvloedbare kosten hebben tijdelijk financieel ondersteunen. Daardoor kunnen zij hun maatschappelijke functies voor de inwoners blijven vervullen. Met als doel het culturele leven binnen de gemeente Lelystad te stimuleren en continueren.

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan culturele organisaties die voor een significant deel activiteiten organiseren die aantoonbaar ten goede komen aan de inwoners van Lelystad.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Dit artikel geeft aan dat alleen noodzakelijke (vervanging)investering in aanmerking komt voor subsidie. Dit gebeurt op een basis van goede verhoudingen tussen subsidie en eigen verantwoordelijkheden.

Lid 2. Hiervoor dient subsidie te worden aangevraagd in het kader van de subsidieregeling Programmasubsidie Cultuur 2024.

Artikel 9. Europees steunkader

Deze de-minimisverklaring is nodig voor de gemeente Lelystad om na te gaan of de subsidie die uw organisatie krijgt past binnen de voorwaarden die de Europese staatssteunregels stellen.

Artikel 10. Subsidieplafond en verdeelcriteria

Het subsidieplafond wordt middels deze regeling door het college vastgesteld om de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen in te zetten voor gemeentelijke steun aan culturele organisaties.

Artikel 12. Weigeringsgronden

Uitgangspunt bij dit artikel is de beperkt beschikbare middelen binnen deze subsidieregeling effectief en doelmatig in te zetten. Daarom dienen de organisaties aan te tonen dat het gaat om een noodzakelijke (vervanging)investering en niet al gedekt is door een andere subsidieregeling van gemeente Lelystad.

Lid 2. Hiervoor dient subsidie te worden aangevraagd in het kader van de subsidieregeling Programmasubsidie Cultuur 2024.