Beleidsregels leefgeldregeling en eigen bijdrage ontheemden Oekraïne

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 20-05-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2025

Intitulé

Beleidsregels leefgeldregeling en eigen bijdrage ontheemden Oekraïne

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

gelet op

Artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 108 Gemeentewet.

Artikel 5 van de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne;

Artikel 6, eerste lid, aanhef en onder b van de Regeling opvang ontheemden Oekraïne,

besluit de volgende nadere regels vast te stellen:

Beleidsregels leefgeldregeling en eigen bijdrage ontheemden Oekraïne.

Inleiding

Deze ‘Beleidsregels leefgeldregeling en eigen bijdrage ontheemden Oekraïne’ beschrijven de leefgeldregeling voor ontheemden uit Oekraïne die tijdelijk in Amsterdam verblijven. Door de aanhoudende conflicten in Oekraïne zijn veel mensen genoodzaakt hun huis te verlaten en zoeken zij bescherming in andere landen, waaronder Nederland. Het is daarom van groot belang dat zij toegang hebben tot financiële ondersteuning om in hun basisbehoeften te voorzien en hun bestaanszekerheid te waarborgen. Daarnaast is de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne (TWOO) inwerking getreden op 1 juli 2024 en deze schrijft onder andere gemeenten voor om een eigen bijdrage te innen bij ontheemden voor hun verblijf in de gemeentelijke opvang, wanneer de ontheemde zelf over een eigen inkomen beschikt. De gevraagde eigen bijdrage bestaat uit twee componenten, één voor gas, water en energie (GWE) en voor de verstrekte maaltijden (cateringcomponent).

In deze beleidsregels worden de regels vermeld over onder andere de hoogte van het Leefgeld voor ontheemden in gemeentelijke en particuliere opvang, het innen van de eigen bijdrage voor het verblijf in de gemeentelijke opvang, de toetsing op onevenredig nadeel en de inkomensgrenzen voor ontheemden die in de gemeentelijke opvang verblijven. Deze beleidsregels zijn opgesteld om transparantie en rechtvaardigheid te bewerkstelligen, zodat de ontheemden passende ondersteuning krijgen in hun huidige situatie.

Artikel 1 - Begripsbepalingen

  • 1. In deze nadere regels wordt verstaan onder:

    • a.

      College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

    • b.

      Regeling: de Regeling opvang ontheemden Oekraïne;

    • c.

      Wet: de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne;

    • d.

      Leefgeld: de maandelijkse financiële toelage, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, aanhef en onder b van de regeling.

  • 2. Voor zover niet anders bepaald, worden begrippen in deze nadere regels gebruikt in dezelfde betekenis als in de Wet en de Regeling.

Artikel 2 - Hoogte leefgeld

  • 1. De ontheemde die in een gemeentelijke opvang verblijft en daar levensonderhoud in natura ontvangt, komt niet in aanmerking voor een financiële toelage voor voedsel.

  • 2. De hoogte van het Leefgeld voor ontheemden die verblijven in de gemeentelijke opvang, is vastgelegd in artikel 10 van de Regeling.

  • 3. De hoogte van het Leefgeld voor ontheemden die verblijven in de particuliere opvang, is vastgelegd in artikel 12 van de Regeling.

Artikel 3 - Buitengewone uitgaven

  • 1. Een ontheemde kan een vergoeding ontvangen voor buitengewone kosten, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel e en artikel 11 van de Regeling.

  • 2. In beginsel moet de aanspraak op buitengewone uitgaven worden gedaan, voordat de kosten daadwerkelijk worden gemaakt.

Artikel 4 - Werkaanvaarding

  • 1. Het College legt de ontheemde geen verplichtingen op die leiden tot het verkrijgen van werk.

  • 2. Het College faciliteert de ontheemde bij het verkrijgen van werk of een andere dagbesteding, zoals vrijwilligerswerk.

Artikel 5 - De Inlichtingenplicht

  • 1. Het College informeert de ontheemde, in een voor de ontheemde begrijpelijk taal, over diens verplichting het College direct te informeren over:

    • a.

      werkaanvaarding;

    • b.

      vertrek uit de opvang;

    • c.

      gezinssamenstelling.

  • 2. Voor de naleving van de inlichtingenplicht gaat de het College uit van vertrouwen in de ontheemde. De naleving van de inlichtingenplicht wordt niet afgedwongen of gecontroleerd.

Artikel 6 - Intrekken

Het recht op de financiële toelage vervalt op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin:

  • a.

    de ontheemde werk in loondienst heeft aanvaard;

  • b.

    de ontheemde een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt;

  • c.

    de ontheemde de opvanglocatie heeft verlaten;

  • d.

    de ontheemde als ongewenst persoon is verklaard;

  • e.

    de ontheemde door de rechter zijn vrijheid is ontzegd;

  • f.

    de ontheemde overleden is.

Artikel 7 - Herzien en Terugvorderen

Het College maakt geen gebruik van de mogelijkheid om het recht op Leefgeld (deels) te herzien of van de ontheemde (deels) terug te vorderen.

Artikel 8 - Inning eigen bijdrage

  • 1. Het College brengt een vergoeding in rekening voor de kosten van de gemeentelijke opvang van meerderjarige ontheemden en hun meerderjarige gezinsleden, indien de meerderjarige ontheemde of een meerderjarig gezinslid:

    • a.

      inkomsten uit arbeid in Nederland of in een ander land heeft;

    • b.

      een loondervingsuitkering of een toeslag op grond van de Toeslagenwet ontvangt;

    • c.

      gedurende twee weken niet heeft voldaan aan verzoeken van het College om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling, of

    • d.

      inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt.

  • 2. De hoogte van de vergoeding voor de kosten van de gemeentelijke opvang kan uit twee componenten bestaan, één voor gas, water en elektra (GWE) en een bijdrage voor de catering:

    • GWE (gas, water en elektra): Dit geldt voor iedereen die verblijft in de gemeentelijke opvang. De exacte hoogte van het bedrag is vastgelegd in artikel 8 van de Regeling.

    • Alleen voor locaties waar maaltijden standaard verzorgd worden, komt een bijdrage voor de catering boven op de bijdrage voor GWE. De exacte hoogte van het bedrag is vastgelegd in artikel 10, tweede lid van de Regeling.

Artikel 9 - Onevenredig financieel nadeel

Wanneer een ontheemde door de inning van de eigen bijdrage een besteedbaar inkomen heeft dat lager is dan het bedrag dat zij anders aan Leefgeld zou ontvangen, dan is er sprake van een onevenredig nadeel. In dat geval kan er afgezien worden van:

  • de inning van de eigen bijdrage.

Artikel 10 - Toetsing onevenredig financieel nadeel en Inkomensgrens ontheemden

  • 1. Om onevenredig financieel nadeel te beperken, na de inning van de eigen bijdrage, wordt er een inkomensgrens gehanteerd voor het netto (gezin)inkomen van de ontheemde. De inkomensgrens bedraagt 115% van de som van het leefgeld, waar gelet op de gezinssamenstelling aanspraak op gemaakt zou worden als er geen inkomen was, en de te betalen eigen bijdrage. De toetsing van het inkomen gebeurt voor de beoordeling of een eigen bijdrage wordt geïnd.

  • 2. Indien het inkomen van de ontheemde, die in de gemeentelijke opvang verblijft, hoger is dan 115% van het Leefgeld en de eigen bijdrage tezamen, dan wordt een eigen bijdrage voor het verblijf in de gemeentelijk opvang geïnd.

  • 3. Voor de toets op onevenredig nadeel, zoals beschreven in het eerste en tweede lid, geldt een bovengrens die gelijk is aan de bijstandsnorm (voor een alleenstaande of gehuwden), die van toepassing zou zijn op de ontheemde als deze een uitkering op grond van de Participatiewet zou ontvangen.

  • 4. Bij de berekening van de bovengrens, zoals genoemd in lid 3, wordt uitgegaan van het netto (gezin)inkomen inclusief vakantiegeld, verminderd met de bijzondere periodieke kosten. Hiermee wordt voorkomen dat ontheemden onevenredig nadeel ondervinden. Het is aan de ontheemde om deze bijzondere kosten zelf in kaart te brengen en te onderbouwen.

  • 5. Bij het innen van de eigen bijdrage voor de ontheemde, worden overeenkomstig artikel 3:4 Awb de belangen van alle betrokkenen zorgvuldig afgewogen. Het doel is om een evenwichtige en redelijke beslissing te nemen en daarmee onevenredig nadeel te voorkomen.

Artikel 11 - Hardheidsclausule

Het College kan in uitzonderlijke gevallen afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, wanneer de toepassing ervan zou leiden tot onredelijke of onbillijke situaties voor de belanghebbende.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 april 2025.

Artikel III Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels leefgeldregeling en eigen bijdrage ontheemden Oekraïne.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 8 april 2025.

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

TOELICHTING

De Europese Unie heeft op 4 maart 2022 de Richtlijn Tijdelijke bescherming geactiveerd. Hierdoor krijgen mensen die het conflict in Oekraïne ontvluchten bescherming in de lidstaten van de Europese Unie, zo ook in Nederland. Volgens deze richtlijn hebben ontheemden uit Oekraïne, die onder de Regeling Tijdelijke Bescherming (RTB) vallen, recht op onder andere onderdak, levensonderhoud, medische zorg en onderwijs. Aangezien het staatsnoodrecht van tijdelijke aard is en niet langer mag duren dan strikt noodzakelijk, is de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne in werking getreden met ingang van 1 juli 2024. Deze wet regelt zowel de opvang als de verstrekking van Leefgeld aan ontheemde Oekraïners. Daarnaast zijn enkele onderdelen van de Regeling aangepast. Zo zijn hierin de voorwaarden voor het verstrekken van Leefgeld aangescherpt en is er nu de mogelijkheid om een eigen bijdrage te vragen van ontheemden uit Oekraïne, die onder de RTB vallen en gebruik maken van de gemeentelijke opvang (GOO).

In de Regeling staat onder meer de verplichting die gemeenten jegens de ontheemden hebben om hen van een financiële toelage voor het Leefgeld te voorzien. De verantwoordelijkheid hiervoor is neergelegd bij het College. In de Regeling wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de ontheemden die zijn opgevangen in de Gemeentelijke opvang (GOO) en zij die opvang hebben weten de vinden in de Particuliere opvang (POO).

Ontheemden in de GOO.

Voor ontheemden uit Oekraïne in de GOO geldt dat met de hoogte van het verstrekking/bedrag dat zij ten behoeve van voedsel en Leefgeld ontvangen, aansluiting is gezocht bij wat geldt voor andere vluchtelingen die via de Centrale Opvang Asielzoekers hun toevlucht vinden. De hoogte van het Leefgeld voor ontheemden die verblijven in de gemeentelijke opvang, is vastgelegd in artikel 10 van de Regeling, en bestaat uit een component kleedgeld en een component voeding. De component voeding krijgen ontheemden uit Oekraïne in een GOO waar ze zelf kunnen koken. Op de GOO waar catering plaatsvindt, wordt geen voedselcomponent verstrekt.

Ontheemden in de POO.

Voor de ontheemden die gebruik maken van de Particuliere opvang geldt dat ze in aanmerking voor Leefgeld komen als de ontheemden niet werken. De hoogte van het Leefgeld voor ontheemden die verblijven in de particuliere opvang, is vastgelegd in artikel 12 van de Regeling. Het Leefgeld is opgebouwd uit een component kleedgeld en een component voedsel.

Artikel 3 - Buitengewone uitgaven

De Regeling garandeert de ontheemden financiële ondersteuning voor buitengewone uitgaven die zij moeten maken. Er is sprake van buitengewone uitgaven als het gaat om een individueel geval, waarin iets bijzonders en uitzonderlijks aan de hand is en waarin een individuele afweging plaatsvindt van alle relevante omstandigheden. Degene die zich beroept op het hebben van buitengewone uitgaven, zal het bestaan van de gestelde dringende redenen aannemelijk moeten maken.

Het uitgangspunt van de Regeling is dat het beroep op buitengewone kosten moet worden gedaan, voordat de kosten daadwerkelijk gemaakt zijn. In de praktijk vindt het College het belangrijk dat maatwerk waar nodig wordt toegepast, zodat ook in de gevallen waarin in het gevraagde reeds is voorzien, de buitengewone kosten kunnen worden vergoed.

Artikel 4 - Werkaanvaarding

Het College verplicht de ontheemden niet om werk te zoeken of te vinden. Mede om te voorkomen dat gemotiveerde ontheemden en ontheemden die van mening zijn dat de financiële toelage voor hen te laag is in een ongewenst circuit belanden, worden de ontheemden in de GOO actief geïnformeerd over de mogelijkheden om te werken en desgewenst verwezen naar bijvoorbeeld een uitzendbureau.

Artikelen 5 t/m 7 - Inlichtingenplicht, intrekking, herziening, terugvordering.

De Regeling geeft het College de taak de ontheemden in een voor hen begrijpelijke taal te informeren over de verplichting direct te melden dat zij werk hebben gevonden of gaan vertrekken van de opvanglocatie. De ontheemden worden hierover op de opvanglocatie in diverse talen geïnformeerd. Daarnaast is in de Regeling opgenomen dat er een actieve en passieve inlichtingenplicht geldt ten aanzien van inkomsten en gezinssamenstelling. Ontheemden moeten (a) ‘onverwijld’ of (b) ‘binnen twee weken na een verzoek van het College de gevraagde inlichtingen verstrekken’. Met de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne is ook een grondslag gecreëerd voor gemeenten om Suwinet te kunnen raadplegen en te zien welke inkomsten ontheemden uit arbeid ontvangen.

Met betrekking tot de naleving van deze inlichtingenplicht kiest het College ervoor om uit te gaan van vertrouwen in de ontheemden. Het College wil hiermee voorkomen dat de ontheemden geconfronteerd worden met controledwang, onnodig complexe regels en mogelijk negatieve financiële consequenties als zij door stress iets vergeten zijn te melden, dat van invloed had kunnen zijn op de hoogte van de financiële toelage.

Het College vult de ruimte in de Regeling zo in dat het recht op een maandelijkse financiële toelage bij werkaanvaarding, wordt ingetrokken vanaf de eerste dag van de maand, volgend op de maand waarin het recht op de financiële toelage ophield te bestaan. Heeft de ontheemde hierdoor een (deel van) een maand te veel toelage ontvangen, dan kiest de het College ervoor dit te veel betaalde niet terug te vorderen. Dit geldt ook voor van de locatie vertrekkende ontheemden. Hiermee voorkomt het College dat er ingewikkelde en dure procedures ingezet moeten worden om, bijvoorbeeld, de incasso van het te veel betaalde bedrag af te dwingen. Daarnaast is de overweging dat het College weinig ruimte in het inkomen van de ontheemde verwacht, waardoor het onwaarschijnlijk is dat het bedrag wordt terugbetaald. Wel is de mogelijkheid opengelaten dat, vanuit het oogpunt van een rechtmatige uitvoering van de Regeling, het College kan besluiten de te veel betaalde toelage terug te vorderen.

Artikelen 8 t/m 10 - Inning eigen bijdrage van ontheemden uit Oekraïne, wonende in een GOO, onevenredig financieel nadeel en toetsing onevenredig financieel nadeel en Inkomensgrens ontheemden

Ontheemden in de GOO moeten een eigen bijdrage betalen. Iedereen die een inkomen heeft, betaalt voor Gas, Water en Electra. De ontheemden die op een opvanglocatie met catering wonen, betalen ook een cateringcomponent. Om te voorkomen dat ontheemden onevenredig financieel benadeeld worden zijn beleidsregels opgesteld om inkomensgrenzen vast te stellen voor ontheemden die in een gemeentelijke opvang verblijven en geen vaste woonlasten (huur) en zorgkosten dragen. Het doel is een eerlijke en verantwoorde toekenning van financiële ondersteuning. Dit voorkomt onevenredig financieel nadeel en zorgt ervoor dat de inkomensgrens past bij de werkelijke kosten van ontheemden. De inkomensgrenzen zijn zo vormgeven dat de kans op het optreden van ernstig financieel nadeel voor de ontheemde wordt geminimaliseerd. Een inkomensgrens kan niet volledig voorkomen dat door uitzonderlijke omstandigheden van de ontheemde er toch een financieel nadeel ontstaat. Het aantal ontheemde Oekraïners dat een onevenredig financieel nadeel zal ervaren, wordt wel beperkt.

Artikel 11 - Hardheidsclausule

In gevallen waar sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals hoge studiekosten of andere noodzakelijke uitgaven, kan worden afgeweken van de standaard inkomensgrens om onevenredig financieel nadeel te voorkomen. De beoordeling hiervan vindt plaats op basis van individuele omstandigheden.