Subsidieregeling Amateurkunst- en Cultuurbeoefening

Geldend van 01-05-2025 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling Amateurkunst- en Cultuurbeoefening

Deze nadere subsidieregeling is een nadere uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Vrijwilligersorganisaties gemeente Kerkrade 2025 en is hiermee onlosmakelijk verbonden. De verordening bevat de algemene regels voor subsidieverlening, terwijl deze subsidieregeling specifieke details en aanvullingen geeft. Wat al in de verordening is geregeld, wordt hier niet herhaald.

Collegebesluit

Het college van burgemeester en wethouders van Kerkrade;

overwegende dat het wenselijk is om ter nadere uitwerking van de Algemene subsidieverordening gemeente Kerkrade 2025 nieuwe regels voor subsidieverlening van activiteiten gericht op amateurkunst en cultuurbeoefening vast te stellen;

gelet op artikel 7.2 van de ‘Algemene subsidieverordening vrijwilligersorganisaties gemeente Kerkrade 2025’;

besluit:

per 01-05-2025 vast te stellen: de ‘Subsidieregeling Amateurkunst- en Cultuurbeoefening.

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Gebruikte begrippen.

  • 1. Adviesorgaan: een door de gemeente erkend adviesorgaan.

  • 2. Amateurkunst- en cultuurbeoefening: het uitvoeren van creatieve activiteiten, zoals muziek, theater, dans of beeldende kunst, die mensen in een vrijwilligersorganisatie in hun vrije tijd doen en niet als beroep.

  • 3. Leden: leden van een vrijwilligersorganisatie die op 1 januari van het vorige kalenderjaar zijn ingeschreven bij de organisatie:

    a. Actieve leden: leden die contributie betalen aan de vrijwilligersorganisatie en actief de kernactiviteiten van de organisatie uitvoeren

    b. Kerkraadse leden: Actieve leden die zijn ingeschreven bij de vrijwilligersorganisatie en contributie betalen. Zij woonden op 1 januari van het vorige kalenderjaar in de gemeente Kerkrade en stonden ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

    c. Jeugdleden: actieve leden jonger dan 18 jaar.

    d. Volwassen leden: actieve leden van 18 jaar of ouder.

    e. Buitengewone leden: leden die geen activiteiten van de vrijwilligersorganisatie uitvoeren en geen contributie betalen maar wel als lid zijn benoemd. Bijvoorbeeld ereleden, kaderleden en bestuursleden.

  • 4. Openbare voorstelling: een optreden, concert of voorstelling in het openbaar dat voor iedereen toegankelijk is. Bijvoorbeeld:

    a. deelname aan een carnavals-, oranjeoptocht of processie;

    b. een openbare generale repetitie in het kader van de voorbereiding op een bondsconcours of zangersdag;

    c. een concert of voorstelling in het verenigingslokaal, gemeenschapshuis, Theater Kerkrade, Rodahal, of elke andere openbare lokaliteit in Kerkrade (binnen of buiten);

    d. het opluisteren van een kerkelijke plechtigheid in een parochiekerk;

    e. de deelname aan een in Kerkrade of Eurode georganiseerd evenement.

  • 4. Toekomstbestendigheid: Het vermogen van een organisatie om zich aan te passen en succesvol te blijven in de toekomst, ondanks veranderingen en uitdagingen.

  • 5. Vitaliteit: De energie en veerkracht van mensen om actief en gezond te leven, zowel lichamelijk als mentaal.

Artikel 2 Reikwijdte

Deze subsidieregeling is van toepassing op alle besluiten over structurele subsidies en extra activiteitensubsidies zoals uitgewerkt in artikel 10.3, aan Kerkraadse vrijwilligersorganisaties binnen de categorie amateurkunst- en cultuurbeoefening zijnde:

1. Instrumentale muziek, hieronder vallen:

a. drumbands;

b. signaal instrumentenkorpsen;

c. drumfanfares;

d. pijper- en piccolokorpsen;

e. harmonieën, fanfares en brassbands;

f. mandoline- en accordeonverenigingen;

g. het Kerkraads Symfonie Orkest (KSO).

2. Vocale muziek, hieronder vallen:

a. wereldlijke koren;

b. jeugdkoren;

c. kerkelijke koren.

3. Toneel.

4. Schutterijen, hieronder vallen:

a. Flobertschutterijen;

b. Kruisboogschutterijen;

c. Geweerschutterijen.

Schuttersbroederschappen, sociëteiten en gilden komen niet in aanmerking voor structurele subsidies.

5. Dialectverenigingen.

6. Carnavalsverenigingen.

7. Historische en heemkunde verenigingen.

8. Kerkgenootschappen- en verenigingen.

9. Erkende koepelorganisaties en federaties binnen de categorie amateurkunst en cultuurbeoefening.

10. Overige vrijwilligersorganisaties.

Artikel 3 Doelstelling

Gemeente Kerkrade hecht veel waarde aan een breed en aantrekkelijk kunst- en cultuurklimaat. Deelname aan culturele activiteiten geeft inwoners de mogelijkheid om talenten te ontwikkelen, zinvolle ontmoetingen te hebben en draagt bij aan een vitaal leven. Het vergroot de betrokkenheid bij de samenleving. Daarnaast geeft het uitdrukking aan de levendige en diverse identiteit van de gemeente en haar inwoners.

Tevens vindt gemeente Kerkrade het belangrijk dat maatschappelijke accommodaties – zoals buurthuizen, sportlocaties en andere gemeenschappelijke ruimten – beschikbaar zijn voor een brede groep gebruikers, zoals welzijnsorganisaties, onderwijsinstellingen, vrijwilligersorganisaties en bewonersinitiatieven. Het gezamenlijk gebruik van deze accommodaties draagt bij aan ontmoeting, samenwerking, een hechte gemeenschap en het verwezenlijken van gemeentelijke beleidsdoelen.

Daarom stimuleert de gemeente het gedeeld gebruik van deze ruimtes en hecht zij waarde aan goede afspraken en wederzijds respect tussen alle betrokken partijen. Gebruikers hebben recht op een veilige, toegankelijke en prettige omgeving, en dragen ook de verantwoordelijkheid om deze netjes te gebruiken en rekening te houden met anderen.

Op deze wijze kunnen we samen werken aan een sterke en verbonden gemeenschap, waarin iedereen zich gehoord en gewaardeerd voelt.

Met deze subsidieregeling stimuleert de gemeente deelname aan culturele activiteiten voor jong en oud, de samenwerking tussen culturele vrijwilligersorganisaties en een divers aanbod aan activiteiten. Zo is en blijft Kerkrade een stad waarin kunst en cultuur voor iedereen toegankelijk en zichtbaar is.

Artikel 4 Gezondheid

Gemeente Kerkrade vindt gezondheid en vitaliteit belangrijk en geeft actief uitvoering aan een vitaliteitsbeleid. Vrijwilligersorganisaties hebben een belangrijke rol in het bevorderen van een gezonde samenleving. Dit kunnen zij doen door in hun organisatie en activiteiten aandacht te hebben voor een gezonde leefstijl. Dit kan bijvoorbeeld door geen alcohol te (laten) schenken – in ieder geval tijdens activiteiten/evenementen voor kinderen of waarbij veel kinderen aanwezig zijn-, het aanbieden van gezonde voeding tijdens activiteiten/in kantines en het ontmoedigen van roken.

Door samen te werken aan een vitale gemeenschap draagt iedere organisatie bij aan het welzijn van de inwoners van Kerkrade. De gemeente waardeert deze inzet en rekent erop dat vrijwilligersorganisaties hun maatschappelijke rol op dit gebied serieus nemen.

Artikel 5 Toekomstbestendigheid

Vrijwilligersorganisaties staan voor nieuwe uitdagingen. De samenleving verandert en de manier waarop mensen zich binden aan een vrijwilligersorganisatie verandert mee. Om toekomstbestendig te blijven, is het belangrijk dat organisaties zich blijven ontwikkelen.

1. Vernieuwing

Organisaties wordt geadviseerd om regelmatig te bekijken of hun aanbod nog voldoende aansluit op de behoefte van inwoners, leden en de doelen van de gemeente. Waar nodig en mogelijk kan aanbod vernieuwd worden. Het college kan besluiten nieuwe innovatieve projecten ter stimulering te ondersteunen met een eenmalige subsidie.

2. Samenwerking

De activiteiten die vrijwilligersorganisaties uitvoeren, staan meestal niet op zichzelf. Ze maken deel uit van een groter geheel, zoals de buurt, cultuur, sport of welzijnswerk. Van organisaties wordt verwacht dat hun activiteiten bijdragen aan de betrokkenheid van inwoners bij de samenleving. Daarom vragen we organisaties om open te staan voor samenwerking met anderen die dezelfde doelen hebben of actief zijn in de buurt. Dit helpt om nieuwe initiatieven te ontwikkelen en maakt het makkelijker voor mensen om mee te doen en draagt bij aan de toekomstbestendigheid van de vrijwilligersorganisatie.

3. Fusie

In sommige gevallen kan een fusie een goede keuze zijn om een vrijwilligersorganisatie sterk en levensvatbaar te houden. De gemeente moedigt vrijwilligersorganisaties aan om samen te werken en te fuseren als dit bijdraagt aan een toekomstbestendige voortzetting en/of een vernieuwend aanbod. Als vrijwilligersorganisaties besluiten te fuseren, dan kan de gemeente hen ondersteunen met een eenmalige subsidie. Deze subsidie is bedoeld voor organisaties die al een structurele subsidie ontvangen en samengaan tot één nieuwe vrijwilligersorganisatie. De bijdrage helpt bij het dekken van eenmalige kosten die direct verband houden met de kernactiviteiten van de gefuseerde organisatie.

a. Als een vrijwilligersorganisatie uit Kerkrade fuseert met een of meerdere organisaties van buiten Kerkrade en (deels) in Kerkrade actief blijft, kan het college besluiten dat zij in aanmerking komen voor een structurele subsidie.

b. Bij subsidies die gebaseerd zijn op een basisbedrag en een ledensubsidie, tellen alleen het aantal Kerkraadse leden mee. Dit zijn leden die in Kerkrade woonachtig zijn, op 1 januari van het jaar vóór de subsidieperiode contributie betalen en daadwerkelijk meedoen aan de kernactiviteiten van de vrijwilligersorganisatie.

Artikel 6 Bevoegdheden van het college

  • 1. Het college is belast met de uitvoering van deze subsidieregeling en is bevoegd de subsidiebesluiten te nemen.

  • 2. Het college beslist over verplichtingen die aan de verlening, vaststelling en betaling van subsidie verbonden worden.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond en subsidieberekening

Artikel 7 Financiële verantwoordelijkheid

Vrijwilligersorganisaties hebben een eigen verantwoordelijkheid voor de financiële gezondheid en draagkracht van hun organisatie. Van organisaties wordt verwacht dat zij zich inspannen om voldoende inkomsten te genereren, bijvoorbeeld via contributies, sponsoring en activiteiten met een vrijwilligersbijdrage. De gemeente erkent en waardeert de maatschappelijke bijdrage van vrijwilligersorganisaties en stelt subsidies beschikbaar als ondersteuning van hun activiteiten. Met haar subsidiebeleid wil de gemeente de vitaliteit en continuïteit van vrijwilligersorganisaties bevorderen en bijdragen aan een sterk en betrokken maatschappelijk veld.

Artikel 8 Subsidieplafond

  • 1. Structurele subsidies worden toegekend met een looptijd van vier jaar, gekoppeld aan de meest recente bekostigingsperiode.

  • 2. Het college kan de hoogte van de structurele subsidiebedragen en/of afkoopsommen per subsidieperiode aanpassen conform artikel 8 van de Algemene Subsidieverordening Vrijwilligersorganisaties 2025.

  • 3. Er is een maximum aantal vrijwilligersorganisaties per categorie, zoals beschreven in artikel 2, die subsidie kunnen krijgen. Deze organisaties zijn vastgelegd in het meest recente bekostigingsoverzicht.

  • 4. Het college bepaalt of het wenselijk en noodzakelijk is dat het aantal structureel te subsidiëren vrijwilligersorganisaties per categorie uitgebreid dient te worden. Het college kan hiervoor advies inwinnen bij het betreffende Kerkraads adviesorgaan, koepelorganisatie of federatie, zoals vermeld in artikel 14.

Artikel 9 Wijze van subsidieberekening – Algemeen

  • 1. De te verlenen structurele subsidie kan bestaan uit:

    a. een basisbedrag, een ledensubsidie en/of een bijdrage voor overige kosten, zoals bijvoorbeeld uniformen; of

    b. een door het college vastgestelde afkoopsom.

  • 2. De hoogte van de subsidiebedragen genoemd in artikel 9.1, wordt vooraf aan de start van een subsidieperiode door het college vastgesteld.

  • 3. De ledensubsidie wordt bepaald op basis van het aantal actieve leden en het aantal buitengewone leden op 1 januari voorafgaand aan de vierjarige subsidieperiode.

    a. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen jeugdleden (tot 18 jaar) en volwassen leden (vanaf 18 jaar).

    b. Het bedrag van de ledensubsidie is voor jeugdleden tweemaal zo hoog dan voor volwassen leden.

  • 4. De ledensubsidie voor buitengewone leden is afhankelijk van het aantal actieve leden. In onderstaande tabel staat hoeveel buitengewone leden hiervoor in aanmerking komen. Zijn er meer buitengewone leden dan het aantal dat recht heeft op subsidie? Dan is het aantal subsidiabele buitengewone leden gelijk aan het aantal subsidiabele leden.

    Aantal actieve leden Subsidiabel aantal buitengewone leden:

    1 t/m 49 actieve leden 10

    50 t/m 100 actieve leden 15

    100 t/m 149 actieve leden 20

    150 t/m 199 actieve leden 25

    200 t/m 249 actieve leden 30

    50 leden of meer 35

    De hoogte van het toe te kennen subsidiebedrag voor een buitengewoon lid is gelijk aan de hoogte van het subsidiebedrag voor een jeugdlid.

  • 5. Vrijwilligersorganisaties die een afkoopsom ontvangen, ontvangen geen subsidie voor buitengewone leden.

  • 6. De verleende ledensubsidie kan binnen de subsidieperiode alleen aangepast worden bij een stijging of daling van het aantal subsidiabele leden met minimaal 20%. Een aanpassing kan op vraag van de subsidieontvanger of in opdracht van de gemeente verwerkt worden.

Artikel 10 Wijze van subsidieberekening – Instrumentale muziek

  • 1. Verenigingen voor instrumentale muziek ontvangen naast de basis- en ledensubsidie, per lid een bijdrage voor uniformen, instrumenten en concertreizen. Dit geldt ook voor het aantal buitengewone leden, vastgesteld volgens artikel 9.4.

  • 2. De ledensubsidie wordt berekend op basis van het aantal actieve leden en het aantal buitengewone leden. Ook de tamboer-maitre en maximaal twee dragers van een vaandel, verenigingstandaard of schellenboom, worden geteld als actief lid.

  • 3. Drumbands, signaal instrumentenkorpsen, drumfanfares, pijper- en piccolokorpsen, harmonieën, fanfares en brassbands kunnen een extra activiteitensubsidie ontvangen voor een bijdrage aan de muzikale opluistering van activiteiten die door het college zijn aangewezen. In dat geval dient de gehele vrijwilligersorganisatie deel te nemen aan de activiteit - en dus niet onderdelen van de vereniging zoals o.a. de drumband van de harmonie/fanfare.

    a. De volgende activiteiten komen niet in aanmerking voor een extra activiteitensubsidie:

    i. uitvoeringen die reeds door andere instanties gefinancierd worden;

    ii. het opluisteren van activiteiten, georganiseerd door derden;

    b. Het college heeft onderstaande activiteiten aangewezen die in aanmerking komen voor een extra activiteitensubsidie:

    i. Carnavalsoptocht van Kerkrade centrum, Kerkrade-West en/of Eygelshoven en de kinderoptocht Kerkrade

    ii. Processies

    iii. Oranjefeesten

    iv. Intocht van Sinterklaas

    v. Een muzikaal optreden op de Markt in Kerkrade, het winkelcentrum in het centrum van Kerkrade inclusief de winkelpassages, het Theaterplein en/of het Stadspark. Aan deze optredens zijn de volgende voorwaarden verbonden:

    • Het optreden dient minimaal één uur te duren

    • De organisatie zorgt zelf voor de benodigde materialen/faciliteiten.

    c. De bedragen voor de extra activiteitensubsidie worden vooraf een nieuwe subsidieperiode door het college vastgesteld. Voor de subsidieperiode 2025-2028 worden de volgende bedragen gehanteerd:

    Carnavalsoptocht Kerkrade Centrum € 750,- Processie € 250,-

    Carnavalsoptocht Kerkrade West € 750,- Oranjefeest € 250,-

    Carnavalsoptocht Eygelshoven € 750,- Intocht Sinterklaas € 250,-

    Kinderoptocht Kerkrade € 500,- Muzikaal optreden € 400,-

    De hoogte van de subsidiebedragen kan jaarlijks worden aangepast bij de vaststelling van de gemeentebegroting.

    d. De extra activiteitensubsidie wordt berekend bij de vaststelling van de subsidieverlening van het voorgaande kalenderjaar. Organisaties ontvangen hiervoor een uitvraagformulier.

    e. Als het totale bedrag aan toegekende extra activiteitensubsidies hoger is dan het beschikbare budget, krijgen alle organisaties een evenredige verlaging van hun subsidie.

  • 4. De subsidie aan stichting Orgelkring Kerkrade wordt verstrekt in de vorm van een afkoopsom.

Artikel 11 Wijze van subsidieberekening – Vocale muziek

  • 1. Verenigingen voor vocale muziek ontvangen naast de basis- en ledensubsidie een bijdrage voor uniformen en concertreizen per lid. Dit geldt ook voor het aantal buitengewone leden, vastgesteld volgens artikel 9.4.

    Met uitzondering van jeugdkoren en kerkelijke zanggezelschappen.

  • 2. De ledensubsidie wordt berekend op basis van het aantal actieve leden en het aantal buitengewone leden.

  • 3. De ledensubsidie van een jeugdkoor wordt verstrekt op basis van het aantal actieve jeugdleden en het aantal buitengewone leden.

  • 4. De subsidie aan een kerkelijk koor wordt verstrekt in de vorm van een afkoopsom.

  • 5. De subsidie aan stichting Canta Young wordt berekend aan de hand van een basisbedrag en een bedrag per deelnemende school.

Artikel 12 Wijze van subsidieberekening – Schutterijen

  • 1. Schutterijen ontvangen naast de basis- en ledensubsidie een bijdrage voor uniformen per lid. Dit geldt ook voor het aantal buitengewone leden, vastgesteld volgens artikel 9.4.

  • 2. De ledensubsidie wordt berekend op basis van het aantal actieve leden en het aantal buitengewone leden.

Artikel 13 Wijze van subsidieberekening – Afkoopsommen

Aan de volgende vrijwilligersorganisaties/categorieën wordt subsidie verstrekt in de vorm van een afkoopsom:

a. het Kerkraads Symfonie Orkest, waarbij in de afkoopsom rekening is gehouden met een bijdrage aan de kosten van uniformen, instrumenten en concertreizen.

b. Toneelverenigingen, zijnde: Toneelvereniging Excelsior, Toneelvereniging Frohsinn en Stichting Volkstoneel Kerkrade

c. Carnavalsverenigingen, zijnde: de Kirchröatsjer Vasteloavends Verain Alaaf Kirchroa 1936, Vasteloavends Verain Kirchroa-West en Karnevalsvereniging Burgerlust

d. Historische en heemkunde verenigingen, zijnde: Stichting Fontes Rodenses, Stichting Eygelshoven door de eeuwen heen, Stichting Historische Kring Kerkrade en Stichting Koempels van de Domaniale

e. Overige vrijwilligersorganisaties, zijnde Stichting Euriade en Stichting Popmuziek Kerkrade.

Artikel 14 Subsidieverstrekking erkende koepelorganisaties en federaties

Erkende koepelorganisaties en federaties ontvangen jaarlijks een afkoopsom als bijdrage in de kosten die zij maken als aanspreekpunt van de gemeente. Dit omvat kosten voor het behartigen van de belangen van aangesloten organisaties en voor intern overleg en communicatie. De volgende organisaties ontvangen een structurele subsidie:

a. de Klankstadfederatie Kerkrade;

b. Dekenale koorkring

Hoofdstuk 3 De subsidieprocedure

Artikel 15 Criteria

  • 1. Instrumentale muziek

    Om in aanmerking te komen voor een subsidie dient de vrijwilligersorganisatie:

    a. aangesloten te zijn bij de Klankstadfederatie Kerkrade, met uitzondering voor mandolineverenigingen, accordeonverenigingen en het Kerkraads Symfonie orkest;

    b. aangesloten te zijn bij een landelijk of provinciaal erkende bond of overkoepelend orgaan;

    c. in het vorige kalenderjaar meegewerkt te hebben aan minimaal vier openbare voorstellingen in Kerkrade of in Eurodeverband, zie artikel 1.4.

  • 2. Vocale muziek

    Om in aanmerking te komen voor een subsidie:

    a. dient een wereldlijk zangkoor aangesloten te zijn bij de Klankstadfederatie Kerkrade;

    b. dienen wereldlijke koren en jeugdkoren aangesloten te zijn bij een provinciaal of landelijk erkende bond of koepelorganisatie voor koren;

    c. dienen kerkelijke koren lid te zijn van de Dekenale Koorkring Kerkrade en regelmatig deel te nemen aan kerkelijke vieringen in de parochie.

    Per parochie wordt slechts één kerkelijk koor gesubsidieerd;

    d. Dienen wereldlijke koren en jeugdkoren in het vorige kalenderjaar meegewerkt te hebben aan minimaal vier openbare voorstellingen in Kerkrade of in Eurodeverband.

  • 3. Toneelverenigingen

    Om in aanmerking te komen voor een subsidie dient de vrijwilligersorganisatie:

    a. aangesloten te zijn bij een provinciaal of landelijk erkende bond of koepelorganisatie van amateurtoneelverenigingen; en

    b. in het vorige kalenderjaar meegewerkt te hebben aan minimaal drie openbare voorstellingen in Kerkrade of Eurodeverband.

  • 4. Schutterijen

    Om voor subsidie in aanmerking te komen dient een schutterij:

    a. aangesloten te zijn bij een provinciaal, landelijk of internationaal erkende bond of koepelorganisatie van schutterijen of, indien van toepassing, aangesloten te zijn bij de Koninklijke Nederlandse Schutters Associatie (KNSA);

    b. in het vorige kalenderjaar meegewerkt te hebben aan minimaal vier openbare activiteiten in Kerkrade of Eurodeverband.

    c. Een openbare activiteit wordt hier gedefinieerd als: "een activiteit waarbij je in het openbaar optreedt of deelneemt aan een evenement dat voor iedereen toegankelijk is". Dit omvat bijvoorbeeld deelname aan de oranjeoptocht, een processie, bondschuttersfeesten, Kerkraadse kampioenschappen, het koningsschieten en andere openbare culturele en schuttersactiviteiten.

  • 5. Dialectverenigingen

    Om voor subsidie in aanmerking te komen, dienen de dialectverenigingen actief deel te nemen aan de gemeentelijke ‘Kommissiejoeën Hats vuur Kirchröadsj Plat’.

Artikel 16 De aanvraagtermijn

  • 1. De aanvraag voor een structurele subsidie wordt ingediend voor 1 april van het kalenderjaar voorafgaand aan de nieuwe subsidieperiode.

  • 2. Vrijwilligersorganisaties die reeds structureel gesubsidieerd worden, ontvangen in januari een herinnering met (een link naar) de aanvraagformulieren.

Artikel 17 De verantwoording

Vrijwilligersorganisaties die structureel gesubsidieerd worden, ontvangen in januari (een link naar) het subsidiecontroleformulier, door het college beschikbaar gesteld. Ten behoeve van de vaststelling van de structurele subsidie van het lopende jaar.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 18 Hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet of onduidelijk is, beslist het college.

  • 2. Het college kan in bijzondere omstandigheden afwijken van een of meerdere bepalingen uit deze subsidieregeling om te voorkomen dat de subsidieontvanger onevenredig benadeeld wordt:

    a. afwijken van een of meerdere artikelen: als het strikt volgen van de bepalingen in deze subsidieregeling onredelijke nadelige gevolgen heeft, kan het college besluiten af te wijken van een of meerdere artikelen of artikelleden;

    b. het college onderbouwt haar besluit tot afwijking schriftelijk.

Artikel 19 Ingangsdatum

Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 mei 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Kerkrade in zijn vergadering van 29 april 2025.

Het college, De secretaris,

Dr. T.P. Dassen-Housen R.M.J.S. Stijns