Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738791
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738791/1
VTH-beleidsplan 2025 – 2030 gemeente Weert
Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-05-2025
Intitulé
VTH-beleidsplan 2025 – 2030 gemeente WeertInleiding
Voor u ligt het vergunningen-, toezicht- en handhavingsbeleid 2025-2030 van de gemeente Weert (hierna: VTH-beleidsplan). Dit VTH-beleidsplan schetst het kader waarbinnen uitvoering wordt gegeven aan de vergunning-, toezicht- en handhavingstaken (VTH-taken) op het gebied van het Omgevingsrecht, APV en Bijzondere Wetten in de fysieke leefomgeving.
Het Beleidsplan is tot stand gekomen door afstemming tussen verschillende interne en externe partijen. Het beleid is vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en ter kennisname naar de gemeenteraad gestuurd. Het Beleidsplan geeft weer hoe wij een eenduidige werkwijze en integrale afweging van de inzet van beschikbare middelen willen bereiken in de komende jaren. Het Beleidsplan is de belangrijkste basis voor het jaarlijks op te stellen Uitvoeringsprogramma VTH en Afdelingsplan.
Vanwege de ontwikkelingen op het gebied van het Omgevingsrecht, zoals de inwerkingtreding van de Omgevingswet (Ow) en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb), verandert er de komende jaren veel in de werkwijze van de VTH-taken. Ook de vorming van een robuuste omgevingsdienst zal leiden tot wijzigingen. Daarom is dit Beleidsplan een dynamisch document dat tussentijds kan worden aangepast indien de veranderende wet- en regelgeving hierom vraagt.
Het Beleidsplan en de bijbehorende Uitvoeringsbundel vindt zijn wettelijke grondslag in de Omgevingswet, die per 1 januari 2024 in werking is getreden.
Waarom VTH-beleid?
Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) zijn voor de overheid in relatie tot inwoners en bedrijven belangrijke instrumenten. Initiatiefnemers willen hun initiatieven en ideeën kunnen realiseren, terwijl omwonenden en andere belanghebbenden willen dat hun belangen worden beschermd. Met dit Beleidsplan willen wij transparant zijn over wat we doen, waarom we het doen, welke keuzes we maken bij het uitvoeren van onze VTH-taken en hoe we dit hebben georganiseerd.
Wettelijk is bepaald, dat het college van burgemeester en wethouders beleid vaststelt voor de uitvoerings- en handhavingstaken binnen de (fysieke) leefomgeving.
De beleidscyclus
In dit beleid volgen we de systematiek van de beleidscyclus uit de Omgevingswet. De verschillende stappen in de cyclus vormen samen het beleid en de uitvoeringsprogramma’s. Ook geven de stappen richting aan de systematiek van doorwerking en evaluatie.
De beleidscyclus wordt weergegeven aan de hand van stappen. Bijgevoegde afbeelding geeft de stappen van dit beleid weer. Op de volgende pagina worden de stappen schematisch weergegeven in een leeswijzer. Hierbij wordt per stap uitgelegd waar in welk hoofdstuk inhoudelijk op wordt ingaan.
Leeswijzer
Deze leeswijzer heeft als doel het duidelijk maken welk onderdeel van de beleidscyclus in welk hoofdstuk van dit VTH-beleid wordt beschreven.
Strategisch beleidskader |
Hoofdstuk 1 |
Omgevingsanalyse en Ontwikkelingen Ten behoeve van de prioriteiten en doelen voor de komende beleidsperiode beschrijven we in dit hoofdstuk:
|
Operationeel beleidskader |
Hoofdstuk 2 |
Missie, Visie & doelstellingen In dit hoofdstuk beschrijven we de missie en visie die richting gevend zijn voor de strategie op het gebied van VTH voor deze beleidsperiode. |
Planning & Control |
Hoofdstuk 2 |
Met de hoofddoelstellingen geven we richting aan het programma. Dit programma krijgt vorm in de jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s (UP). Daar wijzen we specifieke acties toe voor dat jaar om de doelstellingen te behalen. |
Voorbereiden |
Hoofdstuk 3 |
Risicoanalyse en prioritering Hier wordt beschreven hoe de risicoanalyse is opgesteld en de prioritering is aangebracht. De risicoanalyse en prioritering geven vorm aan de werkwijze voor de VTH-taken. |
Uitvoeren |
Hoofdstuk 4 |
Strategieën en werkwijzen In dit hoofdstuk zijn de uitvoering strategieën beschreven die de basis zijn voor de uitvoering. De invoering van de Omgevingswet en Wkb zorgt op een aantal onderdelen voor veranderingen in de vergunningen en toezichtfase. |
Monitoren |
Hoofdstuk 5 |
Borging Uitvoering In het uitvoeringsprogramma wordt de koppeling gelegd tussen de financiële en personele middelen en de uitvoering. Geplande activiteiten en de daaraan gekoppelde doelen uit het uitvoeringsprogramma worden gemonitord. |
Rapportage & evaluatie |
Hoofdstuk 6 |
Evaluatie Hier wordt beschreven op welke manier de evaluatie van het uitvoeringsprogramma en -beleid wordt uitgevoerd. Dit krijgt vorm in het jaarlijkse Jaarverslag VTH. |
1. Omgevingsanalyse en ontwikkelingen
1.1 Omgevingsanalyse
De Omgevingsanalyse richt de blik naar buiten, op de omgeving waarbinnen VTH werkzaam is en beschrijft relevante trends, gebeurtenissen en transities die een invloed hebben/hadden op de VTH-werkzaamheden in de huidige bestuursperiode 2023-2026 en volgende beleidsperiode 2026 – 2030.
Allereerst beginnen we in deze paragraaf 1.1 Omgevingsanalyse met een toelichting op de strategie en ambities voor het fysieke domein. Dit doen we mede aan de hand van de medio 2024 vastgestelde Omgevingsvisie Weert.
In paragraaf 1.2 Ontwikkelingen blikken we terug, kijken we vooruit naar de ontwikkelingen op de VTH-organisatie en de consequenties/impact op de VTH-werkzaamheden.
1.1.1 De gemeente Weert
Weert is een compacte stad met een menselijke maat, met veel voorzieningen en vijf kernen in een prachtig buitengebied. Voorzieningen zijn goed bereikbaar en de afstanden zijn relatief kort. Ook heeft Weert op onderdelen een centrumfunctie voor inwoners van omliggende gemeenten in Limburg, Brabant en België. De afgelopen decennia heeft Weert een enorme ontwikkeling doorgemaakt en de grens van 50.000 inwoners gepasseerd. De stad Weert herbergt circa 83% van haar inwoners. 17% van de inwoners woont in één van de vijf kernen (Altweerterheide, Laar, Stramproy, Swartboek, Tungelroy) of in het buitengebied.
Weert ligt in Midden-Limburg op een knooppunt van transportassen (A2, Zuid-Willemsvaart, spoorlijn) en binnen de invloedssfeer van een aantal sterke economische regio’s met elk hun eigen profiel: Brainport Eindhoven, Greenport Venlo, de campussen in Zuid-Limburg en de Vlaamse Ruit. De bereikbaarheid is uitstekend door de ligging aan de A2, het intercity-station en de nabijheid van internationale luchthavens.
Als gevolg hiervan kent Weert een aantal grote bedrijventerreinen, waarin vooral (maak) industrie, groothandel en logistiek sterk vertegenwoordigd zijn. Weert kent een goede detailhandelstructuur met een concentratie aan winkels in de binnenstad van Weert en de kern Stramproy, met wijkwinkelcentra in Leuken, Moesel, Boshoven en Molenakker en een clustering van grote winkels op de ‘Weerter Boulevard’ aan de Roermondseweg-Moesdijk.
Het buitengebied wordt gedragen door agrarische ondernemers in de primaire sector van land- en tuinbouw. Een belangrijk kenmerk van de landbouw in Weert is de verspreide ligging, de verbinding met het landschap en diversiteit van de agrarische bedrijven.
Weert beschikt daarbij over een breed scala aan toeristisch-recreatieve voorzieningen en verblijfplaatsen. Het IJzeren Man gebied is binnen Weert hét concentratiegebied voor uiteenlopend recreatieve voorzieningen. Het IJzeren Man gebied vormt de hoofdtoegangspoort tot het GrensPark Kempen~Broek.
Weert profileert zich als ‘stad in het groen’, omringd door een lommerrijk buitengebied met daarbinnen enkele vitale dorpskernen. De mate van afwisseling en variatie in het buitengebied maakt de diversiteit van het landschap groot.
Het GrensPark Kempen~Broek, een 25.000 hectare groot gebied, wisselt, nat af met droog, open met gesloten en natuur met cultuur. Het strekt zich uit over de gemeenten Cranendonck, Weert, Nederweert, Bocholt, Bree, Kinrooi en Maaseik. Tussen Swartbroek en Weert vindt men een parelsnoer van natte laagtes waar de Moeselpeel, de Kootspeel, Roeventerpeel en de Krang met elkaar verbonden zijn. In het westen van Weert liggen de drogere gebieden van de Weerter- en Budelerbergen met naaldbossen, heide en stuifzandgebieden.
In het zuiden ligt de grensoverschrijdende natuur met België, liggen de Laurabossen, de Kettingdijk, het Wijffelterbroek en Stramprooierbroek met haar moerassen en broekbossen. Het gebied Kettingdijk-Wijffelterbroek-Smeetshof vormt een grote grensoverschrijdende klimaatbuffer.
Het is goed leven en werken in Weert en dat willen we ook in de toekomst graag zo houden. Maar dat gaat niet vanzelf. Weert is volop in beweging en er komt veel op ons af. De wereld om ons heen verandert en we willen en moeten inspelen op die veranderingen. Opgaven op het gebied van onder meer woningmarkt, energietransitie, klimaatverandering, werken, gezondheid, mobiliteit, transitie van het landelijk gebied, biodiversiteit en omgevingskwaliteit vragen regie en sturing.
1.1.2 Omgevingsvisie Weert
In 2021 is de Strategische visie 2030 “Werken aan Weert: verwonder je in de groene thuishaven Weert” vastgesteld. De op 12 juni 2024 vastgestelde Omgevingsvisie is een verdere uitwerking van deze visie voor de fysieke leefomgeving en helpt ons naar die toekomst toe te werken met een doorkijk naar 2035-2040. De Omgevingsvisie Weert biedt een inhoudelijk, procesmatig en samenhangend kader voor de ontwikkeling van onze gemeente.
De Omgevingsvisie is het ruimtelijk kader voor de gemeente Weert in brede zin. De visie vloeit, zoals hierboven beschreven, voort uit de strategische visie. Maar niet voor alle thema’s, onderwerpen en ambities uit de strategische visie. De Omgevingsvisie moet dienen als “onderlegger” voor nog te ontwikkelen omgevingsplan en -programma’s.
De Omgevingsvisie Weert gaat over de fysieke ontwikkeling van Weert richting 2035-2040 en de wijze waarop we samen werken aan de doelen.
De vijf ontwikkelrichtingen van Weert voor de komende jaren zijn:
- 1.
Beheerste groei vanuit eigenheid – Goed wonen voor elke doelgroep.
- 2.
Weert: stad in het groen – Natuurlijke en landschappelijke kwaliteit.
- 3.
Positief gezond Weert – Iedereen doet mee.
- 4.
Ruimte voor creatief ondernemen en leven – Duurzaam en innovatief leven en ondernemen.
- 5.
Sterk verbonden met de regio – Goed ontsloten en verweven met de regio.
In de visie is Weert ingedeeld in 5 gebieden, te weten de binnenstad, de woonwijken, de dorpskernen, de bedrijventerreinen en het buitengebied. Per thema en deelgebied wordt beschreven, welk toekomstperspectief we voor het betreffende gebied voor ogen hebben. We geven aan welke beleidskeuzes we hebben gemaakt en wat we hiervoor gaan doen.
De combinatie van doelen, thema’s en waarden per deelgebied vormt de kapstok (afwegingskader) voor nieuwe initiatieven. Hiermee geven we invulling aan het principe van de Omgevingswet ‘ruimte voor ontwikkeling, waarborgen van kwaliteit’.
1.2 Ontwikkelingen
1.2.1 Terugblik
Beleidsnota Vergunningen, Toezicht en Handhaving Gemeente Weert 2018-2022
De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, beter bekend als de Wabo, die op 1 oktober 2010 in werking trad, vroeg van de overheid een integrale benadering van vergunningverlening en Toezicht en handhaving van de fysieke leefomgeving. Sinds de inwerkingtreding van de Wabo is het transparant formuleren en uitvoeren van vergunningen-, toezicht- en handhavingsbeleid een belangrijke opgave. Landelijk zijn kwaliteitscriteria ontwikkeld voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. Met de kwaliteitscriteria wordt getracht de kwaliteit van de processen, de gemeentelijke organisatie en haar medewerkers te borgen. De status van de kwaliteitscriteria is die van een referentiekader. De kwaliteitscriteria voor het proces van uitvoering en handhaving zijn opgenomen in het Besluit Omgevingsrecht (BOR) en hadden daarmee een wettelijke status. Via vaststelling van een lokale verordening VTH hebben gemeenten zich gecommitteerd aan de kwaliteitscriteria voor kritieke massa (kwaliteit en kwantiteit menskracht).
De gemeente Weert werkt al jaren hard aan de verbetering en professionalisering van een veilige en leefbare fysieke leefomgeving, waarbij ook begrippen als excellente dienstverlening, gelijke behandeling van bedrijven en vermindering van administratieve lasten voor burgers en bedrijven een prominente plaats in beleid en uitvoering van het handelen van gemeenten innemen. Een professionele kwaliteit van beleid en uitvoering van taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-taken) is namelijk wat de samenleving van de overheid verwacht en mag verwachten.
Om de kwaliteit van vergunningverlening, toezicht en handhaving te kunnen borgen, uniformiteit aan te brengen met betrekking tot de wijze van vergunningverlening, toezicht en handhaving en een goede afstemming te borgen binnen de afdeling VTH van de gemeente Weert, werd de beleidsnota vergunningen, toezicht en handhaving Gemeente Weert 2018 – 2022 vastgesteld.
Met deze VTH-nota werd een kader geschapen voor vergunningverlening, toezicht en handhaving binnen de afdeling VTH en werd voor de gemeente Weert een samenhangend en integraal vergunningen en toezicht- en handhavingsbeleid geformuleerd voor alle beleidsvelden van de fysieke leefomgeving (milieu, bouwen, ruimtelijke ordening, brandveiligheid, APV en Bijzondere Wetten). Deze nota kende zowel een strategisch als operationeel deel, gezien de verwevenheid van deze onderdelen en het feit dat VTH-taken zeer sterk uitvoeringsgericht zijn.
Deze VTH-nota gold voor de bestuursperiode 2018-2022.
Uitvoerings- en Handhavingsstrategie gemeente Weert (U&H 2023 – 2026)
De Uitvoerings- en handhavingsstrategie gemeente Weert 2023-2026 (hierna: U&H) werd de opvolger van de Beleidsnota VTH 2018 – 2022. De U&H maakte onderdeel uit van de beleidscyclus op het gebied van Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) en is van toepassing op alle taken die voortvloeien uit de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen en bijzondere wet- en regelgeving. De milieutaken zijn door de gemeente Weert ingebracht bij de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg-Noord (RUD LN). De probleem- en risicoanalyse en de prioritering voor de milieutaken werd opgesteld door de RUD LN en is niet opgenomen in de U&H.
De U&H werd opgesteld met de komst van de Omgevingswet in het achterhoofd en werd aansluiting gezocht bij de Strategische Visie 'Werken aan Weert 2030' en het Coalitieprogramma Weert 2022-2026.
De U&H werd, gelet op de ontwikkelingen met betrekking tot de Omgevingswet, als een groeidocument gezien. Het opstellen van concretere doelstellingen, indicatoren, resultaten en activiteiten diende nog te worden opgepakt en verder te worden uitgewerkt.
Op basis van de in het U&H opgenomen risicoanalyse wordt vanaf 2023 risico-gestuurd gewerkt. In 2023 is er een participatietraject afgerond waarin inwoners hun input konden leveren met betrekking tot de prioritering van de VTH-taken met name op het gebied van toezicht- en handhaving. Omdat de risicoanalyse en bijbehorend participatietraject van recente datum is en nog actueel, vormt deze ook de basis voor het VTH-beleid 2025 – 2030.
De U&H geeft onder meer inzicht in de prioriteiten en de wijze waarop uitvoerings- en handhavingsstrategieën worden uitgevoerd. Met de U&H werd gedeeltelijk voldaan aan de wettelijke verplichting om een uitvoerings- en handhavingsstrategie op te leveren met hierin een duidelijke prioritering van de VTH-taken (verwachtingsmanagement).
De U&H maakte onderdeel uit van een meerjarige, beleidsvormende (strategische) cyclus en vormde de kaders voor het jaarlijkse uitvoeringsprogramma VTH. De U&H diende intern als toetsings- en sturingsinstrument voor de afdeling VTH en droeg bij aan de uniformiteit en het transparanter maken van de uitvoering van de VTH-taken.
In 2023/2024 is in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2024, de U&H de basis geweest voor het uit te voeren VTH-beleid. Het nu voorliggende VTH-beleidsplan 2025 – 2030 is breder van opzet en vervangt bij vaststelling deze beleidsnota U&H 2023 – 2026.
Samenwerking binnen RUD Limburg Noord (RUD LN)
In het omgevingsrecht heeft in het afgelopen decennium een aantal ontwikkelingen plaatsgevonden. Een van de ontwikkelingen is het vormen van omgevingsdiensten in Nederland. Mede als gevolg van de landelijke kwaliteitseisen zijn gemeenten en provincies gaan samenwerken in omgevingsdiensten. Uit onderzoek bleek namelijk, dat de meeste VTH-organisaties voor diverse deskundigheden niet kunnen voldoen aan de kwaliteitscriteria voor kritieke massa. Logisch scenario is dan het creëren van massa voor deze deskundigheden door bundeling van capaciteit en het verschuiven van taken naar een beperkter aantal personen en een beperkter aantal organisaties. In onze regio vindt deze samenwerking plaats binnen de RUD Limburg Noord.
De RUD Limburg-Noord is in 2013 opgericht om de kwaliteit van de dienstverlening en het toezicht en handhaving bij de uitvoering van het milieudeel van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) te verbeteren, dit minimaal voor zover het de taken uít het landelijk basistakenpakket betreft.
De RUD Limburg Noord is een zogenaamde netwerk RUD waarbij de medewerkers in de eigen gemeentelijke organisatie werkzaam blijven. Volgens de wet VTH mocht een netwerk-omgevingsdienst maar tot l januari 2018 functioneren als een netwerk- RUD. Met ingang van l januari 2018 moesten alle omgevingsdiensten een openbaar lichaam in de zin van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen (Wgr) zijn. De deelnemende gemeenten hebben zich uiteindelijk uitgesproken voor een Gemeenschappelijke Regeling als bedoeld in de Wet Gemeenschappelijke Regelingen, doch waarbij samenwerken in een netwerkorganisatie plaatsvindt.
Deze Gemeenschappelijke Regeling is per 1 december 2017 opgericht en op 1 januari 2018 feitelijk van start gegaan. Per 1 juli 2022 heeft er een wetswijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen plaatsgevonden met als hoofddoel het verbeteren van de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen. Deze wetswijziging heeft ertoe geleid, dat per 1 juli 2024 de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord (GR RUD LN) is gewijzigd (B&W-besluit van 7 mei 2024).
De RUD Limburg Noord stelt jaarlijks voor alle gemeenten in Limburg Noord een uitvoeringsprogramma op. In dit programma zijn de (verplichte)taken opgenomen die de gemeente door de RUD Limburg Noord laat uitvoeren. Alle partners brengen minimaal het verplichte wettelijke basistakenpakket in. Andere taken kunnen facultatief worden ingebracht.
Daarnaast is voor de periode 2023 – 2026 door de RUD LN voor de uitvoering van de ingebrachte taken een beleidskader vastgesteld.
In 2021 adviseerde de zogenoemde Commissie Van Aartsen om het stelsel van omgevingsdiensten met urgentie verder te professionaliseren. De diensten moeten effectiever worden in de aanpak van de steeds complexer wordende milieuproblemen en de groeiende milieucriminaliteit.
Het rapport Van Aartsen resulteert in de oprichting van het ‘interbestuurlijk programma versterking VTH-stelsel’ (IBP VTH) door Omgevingsdienst NL, de VNG, het IPO, de Unie van Waterschappen en het Rijk. Een breed ontwikkeld en gedragen programma met zes pijlers, waarvan de eerste gaat over de versterking van de omgevingsdiensten zelf. Het gaat daarbij met name over de zogenoemde robuustheidseisen en randvoorwaarden waaraan een omgevingsdienst moet voldoen om de VTH-taken op een kwalitatief goede wijze uit te kunnen voeren.
Eind december 2023 heeft het dagelijks bestuur (DB) – met mandaat van het algemeen bestuur (AB) van de RUD – besloten om Berenschot opdracht te verlenen om te komen tot een onafhankelijk advies voor een plan van aanpak. Doel van dit plan van aanpak is om binnen twee jaar uit te groeien tot een robuuste omgevingsdienst die voldoet aan de wettelijke criteria.
Berenschot is in januari 2024 gestart met deze opdracht, met als doel een expert/advies/plan van aanpak voor te leggen aan het algemeen bestuur. Met behulp van dit plan van aanpak kunnen in de twee komende jaren de benodigde stappen worden gezet om te komen tot een robuuste omgevingsdienst, die alle kwaliteiten in huis heeft om de opdracht van de gemeentelijke opdrachtgevers uit Noord- en Midden-Limburg te kunnen uitvoeren.
Het AB van de RUD Limburg Noord heeft op 28 maart 2024 het 'Plan van aanpak voor een robuuste Omgevingsdienst Limburg Noord' vastgesteld en toegezonden aan de minister. De minister is te spreken over de opzet en structuur van het plan van RUD Limburg Noord, maar voorziet vanwege het ontbreken van voldoende bestuurlijke commitment, nog een stevige hobbel bij de uitvoering daarvan. Het DB en AB van de RUD vertrouwen erop de zorgen van het ministerie weg te kunnen nemen door de concreet geformuleerde projectopdracht voor de vorming van een robuuste omgevingsdienst Limburg Noord. Het Algemeen Bestuur heeft op 17 oktober 2024 namelijk (nagenoeg unaniem) een besluit genomen met betrekking tot het vervolgtraject. Een projectteam is aan de slag met het opstellen van een Bedrijfsplan op hoofdlijnen voor een nieuwe, robuuste omgevingsdienst Limburg Noord. Aan dit vervolgtraject wordt de komende jaren uitvoering gegeven.
1.2.2 Vooruitblik
Strategische Visie ‘Werken aan Weert 2030’
‘Werken aan Weert’ is de titel van de strategische visie die door de gemeenteraad in maart 2021 is vastgesteld. Deze visie geeft de richting aan waar de gemeente Weert in 2030 wil zijn. De visie bevat een vijftal Weerter kernwaarden:
|
Met het VTH-beleid zoeken we aansluiting bij deze vijf Weerter waarden. Niet elke waarde heeft evenveel betrekking op de beleidsterreinen van de afdeling VTH. Toch is het van belang om de Weerter waarden te benoemen.
Coalitieprogramma Weert 2022-2026
‘Samen doen: Eerlijk, Sociaal en Ambitieus’ is de titel van het coalitieprogramma waarin plannen staan beschreven die in deze bestuursperiode verwezenlijkt moeten worden. Dit programma brengt ons dichter bij de doelen die zijn vastgesteld in de Strategische Visie. In het coalitieprogramma zijn de plannen ingedeeld op basis van de vijf Weerter waarden uit die strategische visie. Vanzelfsprekend raken een aantal van deze plannen ons als afdeling VTH.
Een greep uit een aantal van deze plannen:
- •
Er worden 1000 woningen gerealiseerd en daarnaast wordt ingezet op het experimenteren met nieuwe, alternatieve woonvormen als (flex)woningen op grootschalige locaties.
- •
Om veiligheid en leefbaarheid te stimuleren wordt er in de wijken Keent en Moesel extra geïnvesteerd in zowel fysieke als sociale aspecten.
- •
Om betrokkenheid van inwoners te vergroten bij het thema veiligheid zoeken boa’s nog meer de verbinding in de wijk.
- •
De binnenstad van Weert moet daarnaast aantrekkelijk zijn voor het organiseren van evenementen.
- •
Bij het organiseren van die evenementen maken we binnen de organisatie gebruik van één aanspreekpunt.
- •
We verbeteren de informatievoorziening naar onze inwoners, maatschappelijke organisaties en ondernemers.
Omgevingsvisie gemeente Weert (- 2040)
De Omgevingsvisie is één van de kerninstrumenten binnen de Omgevingswet. De Omgevingsvisie is een verdere uitwerking van de Strategische Visie in het fysieke domein en helpt ons om naar die toekomst toe te werken. Buiten de gangbare beleidsvelden in het ruimtelijk domein zijn ook gezondheid, participatie en veiligheid belangrijke pijlers. De Omgevingsvisie is op 12 juni 2024 vastgesteld voor de gemeente Weert.
De Omgevingsvisie Weert is een strategisch document en vraagt op bepaalde onderdelen nadere uitwerking in bijvoorbeeld uitvoeringsprogramma’s en aanpassing en/of aanvulling van gemeentelijk beleid. Deze uitvoeringsprogramma’s en aanpassing kunnen een uitwerking zijn van hoe de Omgevingsvisie doorwerkt in de praktijk.
In de Omgevingsvisie Weert is verder uitgewerkt hoe we onze rol zien en hoe we samen willen werken aan de uitvoering van de visie. Aan de Omgevingsvisie Weert zijn 20 bijlagen toegevoegd, waaronder het Omgevingseffectrapport (OER) en een aanvullende notitie OER Weert, de Compensatieregeling Kwaliteitsverbetering en de Nota Kwaliteit Leefomgeving. Met het vaststellen van de Omgevingsvisie Weert is de Structuurvisie Weert 2025 met bijlagen ingetrokken.
Doelen omgevingsvisie per ontwikkelrichting |
||
1 |
Beheerste groei vanuit eigenheid |
|
2 |
Weert: stad in het groen |
|
3 |
Positief gezond Weert |
|
4 |
Ruimte voor creatief en innovatief ondernemerschap |
|
5 |
Sterk verbonden met de regio |
|
Doelen omgevingsvisie per gebied |
|
Binnenstad |
|
Woonwijken Weert |
|
Bedrijventerreinen |
|
Dorpskernen |
|
Buitengebied |
|
Als concretisering op de Omgevingsvisie is per 31 oktober 2024 de Ruimtelijke Ontwikkelstrategie Weert “Werken aan de groene thuishaven van de Toekomst” vastgesteld door de gemeenteraad. Hierin worden een aantal ambitie uitgesproken. Allereerst zullen er tot 2040 4.650 woningen bijgebouwd moeten worden. Daarnaast is uitgesproken dat er tot 2030 21 tot 44 ha. Nieuw bedrijventerrein moet worden uitgebouwd. Dit alles wordt concreet geformuleerd in de daarmee samenhangende versnellingsagenda. Deze ambitie hebben gevolgen voor de VTH-werkzaamheden, maar hoe zich dit concreet uit, is op dit moment nog onduidelijk.
De komende periode richt VTH zich op het afstemmen van de Omgevingsvisie en bijbehorende uitvoeringsprogramma’s op de VTH-werkzaamheden en het werken volgens de beleidscyclus van de Omgevingswet.
Resultaten Omgevingsvisie
Een gedragen Omgevingsvisie Weert die dient als inspiratiekader voor het ontplooien van nieuwe initiatieven en ontwikkelingen. Het geeft ons focus en richting voor komende jaren. Het is daarnaast een integraal afwegingskader voor inwoners, bedrijven, (maatschappelijke) organisaties en gemeente om zelf initiatieven te toetsen.
Activiteiten omgevingsvisie
Aan de Omgevingsvisie Weert wordt uitvoering gegeven op basis van een uitvoeringsagenda en programma’s. In hoofdstuk 6 van de Omgevingsvisie Weert staat beschreven hoe dit wordt uitgevoerd. Via de jaarlijkse P&C cyclus vindt de verantwoording plaats. Naast de uitvoeringsagenda en de programma’s wordt gestart met het opstellen van het Omgevingsplan als vervolg uitwerking op de Omgevingsvisie en vertaling naar (toetsbare) regels, waar mogelijk.
1.2.3 Uitvoeringskaders
Organisatievisie gemeente Weert “Met hoofd en hart voor Weert” (2022)
De strategische visie ‘Werken aan Weert 2030: Verwonder je in de groene thuishaven Weert’ (maart 2021) is het startpunt geweest voor het opstellen van een organisatievisie.
Met de strategische visie en de maatschappelijke opgaven voor Weert die hieruit voortvloeien, werd namelijk ook de richting voor de organisatie helder.
In de notitie organisatievisie “Met hoofd en hart voor Weert” (2022) zijn de visie en missie van de organisatie als volgt omschreven:
Organisatie visie
We bouwen samen met anderen aan een prettige en groene woonstad voor elke doelgroep. We gaan uit van onze natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. We stimuleren duurzaam en innovatief ondernemen en leven. We trekken samen op in de regio. Iedereen in Weert doet mee en als het even niet alleen lukt dan ondersteunen wij. We zijn een professionele organisatie waarop onze inwoners graag een beroep doen, die partnerschap aangaat en bouwt aan een toekomstbestendig en duurzaam Weert. We spelen adequaat in op ontwikkelingen in de samenleving en verbeteren voortdurend. Weert heeft bevlogen medewerkers die er met plezier werken. |
Organisatie missie
De gemeente Weert is een organisatie die deel uitmaakt van de samenleving en zich medeverantwoordelijk voelt voor de kwaliteit van leven en de leefomgeving van inwoners, bedrijven en organisaties in de gemeente. |
Bij ieder vraagstuk, groot of klein, kunnen medewerkers de missie, visie en het motto “Met hoofd en hart voor Weert” als hulpmiddel inzetten om de inhoudelijke antwoorden te vinden. Het kan ook worden ingezet om te toetsen of de juiste keuzes gemaakt worden om de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken.
Het geeft tegelijkertijd ruimte aan de manier waarop die doelen kunnen worden bereiken. Daarbij wordt intern de gemeenschappelijke basiswaarden gehanteerd. Deze zijn verwoord in de kernwaarden (“In verbinding”; “Van betekenis”; “Moed”). Dit omdat het belangrijk is om als organisatie een eenduidige en transparante manier van denken en handelen te creëren in het werk wat voor de Weerter samenleving wordt gedaan.
In de notitie wordt op hoofdlijnen aangegeven hoe de organisatie (wil) werken.
Met de beperkte middelen kunnen niet alle doelen tegelijkertijd gerealiseerd worden.
Dat geldt zowel voor het realiseren van de maatschappelijke effecten in Weert, als voor het werken aan onze interne bedrijfsvoering. Dit betekent dat er geleidelijk en met focus wordt gebouwd.
De organisatievisie is als een paraplu waar het dienstverleningsconcept onder valt. De waarden in de nieuwe organisatievisie gelden als een kader voor het concept, het beleidsplan en het uitvoeringsplan. In dit document is expliciet de koppeling gelegd tussen de waarden voor de organisatie en de waarden voor dienstverlening, om de relatie te verduidelijken.
Dienstverleningsconcept “Samen om tafel” – Visie op dienstverlening (2022)
Het dienstverleningsconcept beschrijft het gedachtegoed van dienstverlening in Weert. Het vervult de functie van een ‘merk’, dat structureel en op consistente wijze zal worden gebruikt om te communiceren over wat de gemeente in de dienstverlening belangrijk vinden. Het concept hangt boven alle concretere plannen en activiteiten op het gebied van dienstverlening.
Het concept zal vooral als een kompas fungeren: “met het concept in de hand kunnen we vaststellen of we ons nog op de goede weg bevinden in het realiseren van een goede dienstverlening, of dat we de koers bij moeten stellen”.
Het beleidsplan dienstverlening en het Uitvoeringsprogramma Dienstverlening is een concretere doorvertaling van het concept, en zijn tevens gebaseerd op het gedachtegoed van het concept. In het beleidsplan wordt de relatie met het dienstverleningsconcept verder toegelicht.
De essentie van de dienstverlening van de gemeente Weert wordt verwoord door “Samen” en "om tafel”.
Samen
Dienstverlening in Weert gaat over samenwerking: gemeente en klant staan aan de lat voor een gezamenlijk proces. Er ligt een gedeelde verantwoordelijkheid.
Om tafel
Dienstverlening in Weert houdt niet in dat wij als gemeente aan de slag gaan voor de klant. Wij gaan sámen met de klant om tafel, en samen aan de slag met zijn of haar klantvraag. Zowel de medewerker als de klant zijn dus onmisbaar om tot een resultaat te komen.
Binnen het concept wordt door middel van de volgende vier waarden invulling gegeven aan wat de gemeente en de ‘klanten’ belangrijk vinden:
- 1.
Duidelijkheid (is een doorvertaling van de organisatievisie kernwaarde ‘moed’);
- 2.
Gelijkwaardig (is een doorvertaling van ‘in verbinding’);
- 3.
Oplossingsgerichtheid (is een doorvertaling van ‘van betekenis’)
- 4.
Laagdrempeligheid (is een doorvertaling van ‘in verbinding’)
Deze waarden sluiten aan bij de kernwaarden van de organisatievisie: “van betekenis”, “in verbinding” en “moed”.
In deze beleidsperiode zal de vertaling van deze visie, missie en beleid op het gebied van dienstverlening binnen de organisatie meer vorm krijgen, dus ook geborgd worden in de uitvoering van de VTH-taken met in achtneming van de kwaliteitscriteria. Via vaststelling van een lokale verordening VTH (19 april 2023) heeft de gemeente Weert zich gecommitteerd aan de kwaliteitscriteria voor kritieke massa (kwaliteit en kwantiteit menskracht).
Integraal veiligheidsbeleidsplan 2023 – 2026
Veiligheid is een basisvoorwaarde voor een aantrekkelijke en leefbare stad. Die moet niet alleen veilig zijn, mensen moeten zich er ook veilig, welkom en vrij voelen. Hoe de gemeente Weert dit wil bereiken, staat in het Integraal Veiligheidsbeleidsplan (IVP) “Samen voor een veilige gemeente en samenleving 2023 – 2026".
Het IVP is een strategisch beleidsdocument dat de gemeente gebruikt om te sturen op het lokale veiligheidsbeleid. Het IVP markeert prioriteiten, benoemt ambities en uitgangspunten, legt een basis voor lokale en bovenlokale samenwerking en biedt aanknopingspunten voor monitoring, bijsturing en verantwoording. Tevens wordt op hoofdlijnen beschreven welke inspanningen en acties reeds worden ondernomen en nog nodig zijn om onze ambities te realiseren.
In deze beleidsperiode zal de vertaling van het IVP binnen de organisatie meer vorm moeten krijgen, dus ook geborgd worden in de uitvoering van de VTH-taken.
Beleidskader Regionale Uitvoeringsdienst Limburg - Noord (RUD LN)
Het in 2022 vastgestelde beleidskader (2023 – 2026) vormt het raamwerk voor het jaarlijkse uitvoeringsprogramma van de Omgevingsdienst Limburg-Noord (RUD LN) voor de basistaken en de ingebrachte verzoektaken op milieugebied.
Dit gemeenschappelijke uitvoeringskader beschrijft de algemene uitgangspunten en de strategieën die door de RUD LN worden gehanteerd bij de uitvoering van de VTH-taak (vergunningverlening, toezicht en handhaving op (milieu)gebied).
Verordening Uitvoering en Handhaving omgevingsrecht gemeente Weert (2023)
Op 19 april 2023 is de Verordening uitvoering en handhaving omgevingsrecht gemeente Weert vastgesteld. Deze verordening is op 1 januari 2024 (inwerkingtreding Omgevingswet) in werking getreden.
De verordening vormt het kader voor de kwaliteit van de uitvoerings- en handhavingstaken op het terrein van de Omgevingswet door de gemeente en in opdracht daarvan handelende (omgevings-) diensten. De verordening drukt commitment uit van de raad aan kwaliteit.
1.2.4 Impact juridische-, maatschappelijke- en organisatorische ontwikkelingen
Een aantal ontwikkelingen zijn van invloed op de VTH-organisatie. In deze paragraaf richten we ons specifiek op de te verwachten ontwikkelen die direct invloed hebben op de VTH-werkzaamheden.
Juridische ontwikkelingen
De inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) vragen de meeste aandacht. Deze twee wetten stellen de afdeling VTH voor uitdagingen op het gebied van de werkprocessen, een andere manier van werken en financiën. Op de impact hiervan komen we hieronder terug.
Daarnaast bevat de nieuwe Alcoholwet ten opzichte van de Drank- en horecawet een aantal nieuwe onderdelen die de gemeente bij verordening kan regelen. Verder zijn de eisen rond verwerking van persoonsgegevens aangescherpt en zien we een toename in het aantal eisen dat wordt gesteld om een evenement veilig te kunnen organiseren.
De impact van de Omgevingswet voor de VTH-werkzaamheden is onder andere:
- •
Alle vergunningprocedures in 8 weken;
- •
Het omgevingsplan vraagt participatie en afweging bij de planvorming;
- •
Meer maatwerk, daarbij vergen besluiten een goede afweging en onderbouwing;
- •
Bredere integrale afweging en integrale afhandeling van proces;
- •
Gedrag en cultuurverandering;
- •
Transparantie van informatievoorziening, omdat alle digitale informatie op één plek te vinden is;
- •
Het juridisch instrumentarium voor toezicht en handhaving blijft nagenoeg hetzelfde;
- •
De Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO) is de opvolger van de Landelijke Handhavingsstrategie (LHS).
Deze veranderingen vragen zowel aanpassingen in proces, beleid en competenties. Daarnaast introduceert de Omgevingswet een aantal kerninstrumenten. De exacte invulling en consequenties van deze instrumenten worden de komende jaren duidelijk en dan krijgt VTH een nadrukkelijke rol in de monitoring en evaluatie hiervan, zodat uitvoering, visie- en planvorming met elkaar in verbinding staan om de kerninstrumenten op een passende manier in te zetten.
Impact Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb).
Het doel van de Wkb is het verbeteren van de kwaliteitsborging voor het bouwen en het versterken van de positie van de bouwconsument. In de praktijk zal dit betekenen dat het toetsen van bouwplannen en het toezicht houden tijdens bouwprojecten in veel gevallen door een marktpartij wordt uitgevoerd. Hierdoor vallen er op termijn werkzaamheden weg bij de gemeente. De Wkb wordt gefaseerd ingevoerd en alle vergunningen die voor inwerkingtreding van de Omgevingswet (1 januari 2024) zijn aangevraagd en verleend blijven onder het regime van de gemeente vallen.
Uiteraard betekent de Wkb niet alleen het verdwijnen van taken, maar komen er ook nieuwe (administratieve)taken bij. Daarnaast zitten we nog in een overgangsfase, waarbij er nog zaken lopen die getoetst moeten worden aan oude wetgeving.
Ook kan de Omgevingswet zorgen voor nieuwe vergunningplichten en de toename van zorgplichten waar VTH op moet toezien. Daarnaast zal VTH, in het kader van de beleidscyclus, een nadrukkelijkere rol krijgen bij het opstellen van regels.
Maatschappelijke ontwikkelingen
Door een reeks ingrijpende maatschappelijke ontwikkelingen waar wij als gemeente mee te maken krijgen, zoals de polarisering en de zelfredzaamheid van burgers, klimaatverandering en klimaatadaptatie, de stikstofproblematiek, incidenten bij evenementen en de woningbouwopgave worden de VTH-werkzaamheden complexer en wellicht daarmee ook belangrijker. Bijzondere aandacht verdienen hierbij de huisvesting van (arbeids-)migranten en de aanpak van ondermijnende criminaliteit.
Over deze maatschappelijke ontwikkelingen maakt de gemeente Weert binnen andere afdelingen/teams beleid. Een van de doelstellingen uit het VTH-beleid is bijdragen aan de kwaliteit van de leefomgeving en is gerelateerd aan bestaand gemeentelijk beleid, dat zich hierop richt. Voor een goede doorwerking van gemeentelijk beleid naar de VTH-uitvoering zal VTH een rol moeten innemen bij de vorming van nieuw beleid en bij de monitoring en evaluatie van bestaand beleid. Dit vraagt ook capaciteit van de Afdeling VTH.
Organisatorische ontwikkelingen
Door bovengenoemde ontwikkelingen staat de gemeente voor allerlei organisatorische en financiële vraagstukken. De gemeente staat voor een integrale aanpak, de ontwikkeling van een klant-gedreven dienstverlening en een data-gedreven werkwijze. Dit heeft invloed op de manier van (samen)werken op het gebied van VTH. Ook voor inwonersparticipatie, iets wat een nadrukkelijke rol heeft gekregen in de Omgevingswet, is een doelstelling opgenomen. De overgang naar de Omgevingswet en een nieuw zaaksysteem heeft, in de aanloop (inrichting) evenals na implementatie, consequenties voor de werkwijze.
De komende jaren dient uitvoering te worden gegeven aan het op 28 maart 2024 door het Algemeen Bestuur van de RUD vastgestelde Plan van aanpak voor een robuuste Omgevingsdienst Limburg-Noord en het op 17 oktober 2024 vastgestelde vervolgtraject. Dit plan van aanpak en het vervolgtraject moet in 2026 leiden tot het eindbeeld van een Omgevingsdienst Limburg Noord die als zelfstandig opererende organisatie samen met de gemeenten en de provincie de leefomgeving verbetert.
Deze ontwikkelingen van de Omgevingsdienst om te komen tot een robuuste omgevingsdienst zal de komende jaren, mede ter ondersteuning van ons DB- en AB-lid, ook de nodige extra tijd vergen. Om deze organisatorische ontwikkelingen in goede banen te leiden, dient hiervoor capaciteit te worden vrijgemaakt.
Ook zullen deze ontwikkelingen hoogstwaarschijnlijk leiden tot een organisatiewijziging van de Afdeling VTH.
Tot slot wordt er in 2025 een strategisch evenementenbeleid opgesteld. Dit strategisch evenementenbeleid heeft mogelijke consequenties voor het in 2023 vastgestelde uitvoeringsbeleid evenementen en het proces rondom vergunningverlening dat daarop is gebaseerd. Beide beleidsstukken zullen op elkaar afgestemd moeten worden, alsmede de processen om de evenementen binnen de gemeente Weert mogelijk te maken.
2. Visie, missie & doelstellingen
In dit hoofdstuk beschrijven wij de visie, missie en doelstellingen van Afdeling VTH voor de huidige en toekomstige bestuursperiode tot 2030.
2.1 Visie en missie
Voor wat betreft de visie en missie sluit VTH aan bij de Strategische visie "Werken aan Weert 2030” en bij het coalitieakkoord “Samen doen: Eerlijk, Sociaal en Ambitieus” gemeente Weert 2022-2026.
Aan de hand hiervan en de eerder benoemde ontwikkelingen wordt in de afdelingsvisie een vertaalslag naar VTH gemaakt.
De afdelingsvisie &-missie VTH luidt als volgt:
Weert is een aantrekkelijke gemeente om te wonen, werken en recreëren. Weert nodigt en daagt uit om initiatieven waar te laten worden: ‘VTH maakt het mogelijk!’ De afdeling VTH is een klant georiënteerde en dienstverlenende afdeling. VTH voert de wettelijke taken uit op het gebied van vergunningverlening en handhaving. VTH werkt samen met andere afdelingen om een wens of initiatief van een burger/ondernemer te faciliteren. VTH doet dit met oog voor het individueel belang, het omgevingsbelang en het algemeen belang en gericht op de kwaliteit van de leefomgeving. Vervolgens ziet VTH erop toe dat hetgeen vergund is en toegestaan op grond van wetten en verordeningen, ook op een juiste manier gebeurt. Op die wijze levert VTH een bijdrage aan het creëren van een aantrekkelijk klimaat voor burgers en ondernemers: gastvrij, welkom, veilig, vol kansen en mogelijkheden i.p.v. onmogelijkheden. |
De visie wordt in de volgende paragraaf 2.2 verder uitgewerkt in doelstellingen.
Deze visie, missie en doelstellingen geven richting aan deze bestuurs- en beleidsperiode. Vanaf 2026 is het aannemelijk dat er een vernieuwde missie wordt opgesteld aan de hand van een nieuw coalitieakkoord voor de periode 2026-2030. Dit zal dan worden vertaald in de (aangepaste) Uitvoeringsbundel.
2.2 Doelstellingen
|
Doelstelling |
Hoofdactiviteit |
Gewenst resultaat |
|
Wat willen we bereiken? |
Wat gaan we daarvoor doen? |
Wanneer zijn we tevreden? |
1. |
Deze beleidsperiode dragen we bij aan de ambities uit de strategische visie met betrekking tot de kwaliteit van de leefomgeving. |
Jaarlijks een uitvoeringsprogramma opstellen waarbij we op operationeel niveau doelstellingen en activiteiten formuleren die bijdragen aan de kwaliteit van de leefomgeving. |
Als we kunnen concluderen dat we in alle jaarverslagen hebben aangetoond dat we gewerkt hebben conform het vastgestelde uitvoeringsprogramma en de gestelde doelen behaald hebben, dan wel gemotiveerd hebben afgeweken. |
2. |
Wij implementeren nieuw VTH-beleid en borgen de nieuwe werkwijzen en processen in de systemen, zodat onze processen en werkwijzen volledig up-to-date zijn. |
(Beleids-)veranderingen vertalen naar de praktijk van de VTH-taken. Implementeren en borgen van werkprocessen en -afspraken en houden dit actueel. Aanpassen standaardbrieven voor VTH en implementeren in het zaaksysteem Rx.Mission, |
De processen behorend bij nieuw beleid en de nieuwe wet- en regelgeving zijn beschreven en ingericht. |
3. |
Deze beleidsperiode verbeteren we onze dienstverlening met betrekking tot vergunningverlening. |
We monitoren jaarlijks onze dienstverlening, analyseren deze cijfers en passen werkwijze/processen aan indien nodig. Daarnaast richten we onze processen in, zodat we aangevraagde vergunningen binnen de wettelijke termijn kunnen verlenen. |
Het doel is een 8+ voor onze dienstverlening en het verlenen van alle vergunningen binnen de wettelijke termijn. |
4. |
Deze beleidsperiode realiseren we de inrichting van een monitoring- en evaluatiecyclus in onze werkwijze. Hiermee zorgen we voor deugdelijke managementinformatie. Dit doen we zodat we hiermee beter inzicht krijgen in onze werkzaamheden en inzet van middelen. Daardoor hebben we continue aandacht voor het functioneren van onze dienstverlening. Zo zetten we verdere stappen om te voldoen aan de landelijke wetgeving (procescriteria). |
We beschrijven het proces rondom de monitoring en evaluatie binnen de VTH-beleidscyclus en implementeren deze in de werkwijze en systemen Rx.Mission en rapportagetool. |
Het proces rondom de monitorings- en evaluatiecyclus is beschreven en ingeregeld in de systemen Rx.Mission en rapportagetool. |
5. |
Deze beleidsperiode verstevigen we onze werkafspraken intern en met ketenpartners (provincie Limburg, RUD LN, Veiligheidsregio Limburg Noord, politie en OM, GGD) om integraal werken te borgen. Hiermee borgen we onze integrale afstemming en zorgen we voor goede afspraken rondom o.a. doorlooptijden. |
We leggen contact met andere afdelingen/teams en ketenpartners en leggen werkafspraken vast over in welke vorm en in welke termijnen we intern adviezen uitvragen en terugverwachten. |
Wanneer alle interne en externe afspraken zijn gemaakt en consistent worden nageleefd |
2.3 Planning & Control
Jaarlijks stellen we een Uitvoeringsprogramma VTH op waarbij we op operationeel niveau de doelstellingen en activiteiten formuleren die bijdragen aan de kwaliteit van de leefomgeving.
Deze beleidsperiode realiseren we de inrichting van een monitoringssysteem/VTH-dashboard in onze werkwijze. Hiermee zorgen we voor deugdelijke managementinformatie. Dit doen we zodat we hiermee beter inzicht krijgen in onze werkzaamheden en inzet van middelen. Daardoor hebben we continue aandacht voor het functioneren van onze dienstverlening. Zo zetten we verdere stappen om te voldoen aan de landelijke wetgeving (procescriteria).
Met dit dashboard kunnen we tussentijds, maar ook jaarlijks onze dienstverlening monitoren, cijfers analyseren en indien nodig werkwijzen/processen aanpassen.
3. Risicoanalyse en prioritering
Er zal nooit voldoende capaciteit zijn om alle VTH-taken uitputtend uit te voeren. Een Beleidsplan opstellen, betekent dan ook keuzes maken en prioriteiten stellen. Dit gebeurt aan de hand van een prioriteitstelling waar een risicoanalyse aan ten grondslag ligt. Hiermee maakt de afdeling VTH keuzes ten aanzien van de inzet van capaciteit en middelen.
Om de medewerkers zo effectief mogelijk in te zetten, is bepaald welke activiteiten binnen de gemeenteprioriteit hebben en welke minder. Deze afweging vond plaats door toepassing van een risicomodel. Het model biedt de mogelijkheid om op basis van een risico-inschatting en prioritering de inzet te bepalen. Deze inschatting is gezamenlijk gemaakt.
De inzet op activiteiten met een lage prioriteit is minder dan op activiteiten met een hoge prioriteit. Hierbij kan gedacht worden aan de diepgang van toetsing van een vergunningaanvraag of een toezichtmoment, de bezoekfrequentie van toezicht en de wijze waarop handhavingsverzoeken in behandeling worden genomen (nu doen of later inplannen).
In hoofdstuk 9 van de Uitvoeringsbundel wordt nader uitleg over de risicoanalyse en prioritering gegeven.
4. Strategieën en werkwijzen
De werkwijze waarop wij de doelen en prioritair werken willen bereiken, is vastgelegd in de uitvoeringsstrategieën. De onderstaande strategieën zijn gebaseerd op landelijke strategieën (gedogen en sanctioneren) en zijn aangevuld met gemeentelijke strategieën. In de Uitvoeringsbundel worden de uitvoeringsstrategieën nader uitgewerkt.
4.1 Vergunningenstrategie
Met de Omgevingswet krijgen initiatiefnemers niet alleen meer ruimte voor initiatieven, maar ook zelf meer verantwoordelijkheid voor deze initiatieven. Risicogericht vergunnen past hierbij door de beschikbare capaciteit in te zetten daar waar de risico’s het grootst zijn en de deskundigheid van onze vergunningverleners nodig is. Bij het risicogericht toetsen komt de prioritering van de activiteiten in de risicoanalyse samen met het diepteniveau waarop een aanvraag om een omgevingsvergunning getoetst wordt aan het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).
De uitkomsten van de in 2023 uitgevoerde risicoanalyse moeten onder andere leiden tot een bepaald toetsingsniveau van de te verlenen vergunning. Dit moet bijdragen aan de uniformiteit in het toetsen van vergunningen en het transparanter maken van het proces. Verder schept dit duidelijkheid richting de medewerkers.
4.2 Nalevingsstrategie
De gemeente is verplicht om een toezicht- en sanctiestrategie te hebben. Daarnaast verplicht de wet ook om te beschrijven wat de gedoogstrategie van de gemeente is en hoe zij omgaat met overtredingen door de eigen organisatie of door andere overheden. Het geheel van deze strategieën tezamen vormt de nalevingsstrategie.
Naast het toepassen van de bestuurlijke en/of strafrechtelijke maatregelen is er blijvende aandacht voor preventie. Preventie is erop gericht het naleven van wetten en regels door burgers en bedrijven te bevorderen, op die terreinen waar de risico's het grootst zijn of waar de burger de meeste hinder ondervindt. Door een betere naleving van regels zal ook de toezichtdruk afnemen. Waar mogelijk zetten we in op preventieve acties om een overtreding te voorkomen.
4.3 Toezichtstrategie
De toezichtstrategie beschrijft de wijze waarop toezicht in een bepaalde situatie plaatsvindt. De risicoanalyse vormt de basis voor de inrichting van het toezicht. De frequentie van het toezicht wordt bepaald op basis van de vastgestelde prioriteiten uit die risicoanalyse. De specifieke uitwerking van bijvoorbeeld de inzet van personele capaciteit op een bepaalde activiteit wordt uitgewerkt in het Uitvoeringsprogramma VTH.
4.4 Sanctie-handhavingsstrategie
Er is een landelijke handhavingsstrategie om te zorgen dat handhavende instanties zo uniform mogelijk handhaven. Zo ontstaat een gelijk speelveld, wordt het rechtsgevoel gerespecteerd en blijft de leefomgeving veilig, schoon en gezond.
Onder de Omgevingswet heet deze handhavingsstrategie de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO). De LHSO is de opvolger van de Landelijke handhavingsstrategie (LHS) uit 2014. In de kern is de strategie nagenoeg onveranderd. Wat anders is, is dat de aansluiting op de Omgevingswet goed wordt gelegd, terminologie is geactualiseerd en de bestuurlijke boete is toegevoegd. Verder is de relatie tussen bestuursrecht en strafrecht (nog) beter beschreven en geborgd. Overeenkomstig de eisen uit de kwaliteitscriteria werkt de gemeente Weert bij de uitvoering van toezicht en handhaving conform de LHSO.
Voor onderwerpen waarin de LHSO niet voorziet hanteren we de handhavingsuitgangspunten, zoals vastgelegd in ons beleid, waaronder het Alcohol Handhavingsstappen Plan 2015-2018, Beleidsregel Damocles, Handhavingsbeleid coffeeshops en de Beleidsregels handhaving prostitutie- beleid 2009.
4.5 Gedoogstrategie
Gedogen houdt in dat niet wordt opgetreden tegen een situatie die strijdig is met de geldende regels. Gelet op de beginselplicht tot handhaving kan gedogen zich slechts in hoogst uitzonderlijke situaties voordoen. Uitgangspunt is dat wat betreft gedogen wordt aangesloten bij landelijke indicaties voor gedogen en de jurisprudentie aangaande gedogen en handhaven.
Uitsluitend indien sprake is van bijzondere omstandigheden en het zorgvuldig afwegen van de betrokken belangen. Bijvoorbeeld het door de overtreden rechtsregel beschermde belang, de belangen van derden en de belangen van de overtreder daartoe aanleiding geven, kan het gerechtvaardigd of zelfs noodzakelijk zijn dat van bestuursrechtelijk handhavend optreden wordt afgezien. Dat betekent dat gedogen feitelijk alleen aan de orde is in:
- •
Situaties waarin handhavend optreden onevenredig is;
- •
Situaties waarin sprake is van concreet zicht op legalisatie.
5. Borging en uitvoering
5.1 Organisatiestructuur
De afdeling VTH bestaat momenteel binnen de gemeente Weert uit drie teams:
- •
team ‘Vergunningen’,
- •
team ‘Toezicht en handhaving’
- •
team ‘Juristen en beleid’ ook wel Jubel.
Onder de teams vallen de verschillende clusters. Zo bestaat team Vergunningen uit de clusters Bouwen/RO, Milieu en APV/Bijzondere Wetten. Team Toezicht en handhaving bestaat uit de clusters Bouwen, Milieu en de boa’s. Binnen de afdeling VTH is momenteel bij een volledige bezetting in totaal 54 fte beschikbaar.
Een deel van de huidige bezetting wordt ingezet voor de uitvoering van de (basis)taken door de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord (RUD LN).
5.1.1 Ontwikkelingen organisatiestructuur
Momenteel worden organisatorische ontwikkelingen uitgewerkt binnen de Afdeling VTH. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat de organisatiestructuur van paragraaf 5.1 binnen afzienbare tijd gewijzigd wordt.
De ontwikkeling zorgt ervoor dat er geen afgebakende afdeling VTH meer is. De teams en cluster zoals hierboven beschreven worden dan ingedeeld op thema’s: Milieu, Bouwen en Openbare Orde en Veiligheid (OOV). Bij OOV komen ook alle taken rondom de APV/BW te liggen.
5.1.2 Financiële en personele middelen
Om de VTH-taken uit te kunnen voeren en de beleidsdoelen te realiseren, zijn financiële en personele middelen nodig. Dit benodigde budget is geborgd in de Programmabegroting.
In de begroting zijn verschillende kostenposten gelabeld voor de uitvoering van de VTH-taken.
De uitvoeringskosten voor de VTH-taken betreffen:
- •
Personele kosten afdeling VTH-gemeente Weert;
- •
Gemeentelijke bijdrage RUD Limburg-Noord;
- •
Gemeentelijke bijdrage Veiligheidsregio Limburg-Noord.
De gemeentelijke bijdrage aan de RUD Limburg-Noord bestaat uit een vaste bijdrage en uit een variabele bijdrage gebaseerd op het inwoneraantal van de gemeente.
De gemeentelijke bijdrage aan de Veiligheidsregio Limburg-Noord betreft de totale kosten en is niet toegespitst op de uitvoering van de VTH-taken door de Veiligheidsregio Limburg-Noord.
Leges
In de Legesverordening staat in welke gevallen en door wie legeskosten moeten worden betaald.
Voor activiteiten, waaronder het aanvragen van vergunningen of documenten, worden voor de daartoe te verrichten werkzaamheden leges in rekening gebracht. De leges mogen kostendekkend worden doorberekend. Daarnaast wordt er een knip gemaakt tussen een bouwtechnisch en een ruimtelijk deel. Zo geldt er met de komst van de Wkb een meldingsplicht voor bouwaanvragen in gevolgklasse 1 voor het bouwtechnische gedeelte en vallen voor dit gedeelte de legesinkomsten weg. Daarentegen is nieuw dat we leges kunnen gaan heffen voor milieubelastende activiteiten nu er geen sprake meer is van een milieu-inrichting, maar van regulering per milieubelastende activiteit. In 2023 is de Legesverordening Omgevingswet-proof vastgesteld.
Jaarlijks Uitvoeringsprogramma VTH
Het VTH-beleidsplan wordt jaarlijks uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma voor zowel vergunningverlening, als toezicht en handhaving. In het uitvoeringsprogramma beschrijven we de doelen en de activiteiten op operationeel niveau. Daarbij wordt ook aangegeven hoe de (financiële en personele) middelen in het betreffende jaar worden ingezet. Gedurende het jaar monitoren we de voortgang van de activiteiten en de daaraan gekoppelde doelen en indien nodig sturen we bij. Het uitvoeringsprogramma wordt ter kennisname naar de raad en de provincie (het Interbestuurlijk Toezicht) gestuurd.
Uitvoeringsprocessen
De werkwijzen van vergunningverlening, toezicht en handhaving en afhandeling van meldingen zijn/worden vertaald naar processen. Een groot aantal van deze processen zijn inmiddels ingericht. Deze processen zijn/worden bekend gemaakt bij alle betrokken medewerkers en zijn/worden geborgd binnen de VTH-afdeling in Rx.Mission. Nieuwe medewerkers worden ingewerkt aan de hand van deze processen.
Afstemming ketenpartners
Een goede samenwerking tussen de gemeente en haar partners is van belang. De onderdelen van het VTH-beleid die betrekking hebben op de strafrechtelijke handhaving stemmen we op operationeel niveau af met de politie en het Openbaar Ministerie. Daarnaast hebben we met verschillende ketenpartners, zoals de Omgevingsdienst Limburg-Noord (RUD LN), de Veiligheidsregio Limburg Noord, de GGD en woningcorporaties afspraken gemaakt over de afstemming en samenwerking op het gebied van VTH-taken.
In hoofdstuk 7 van de Uitvoeringsbundel is de samenwerking met ketenpartners uitgewerkt.
Kwaliteitsverordening Omgevingsrecht
Op 19 april 2023 is de “Verordening kwaliteit Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht Weert” vastgesteld. Hierin is opgenomen welke eisen gesteld worden aan de betrokken uitvoeringsorganisaties. In het jaarverslag VTH dient aangegeven te worden of voldaan wordt aan de kwaliteitscriteria en zo niet, een motivatie waarom daarvan wordt afgeweken.
6. Evaluatie
De laatste stap van de beleidscyclus is de evaluatie.
Vanuit het Omgevingsbesluit (afdeling 13.2) is het verplicht om het Uitvoeringsbeleid en het jaarlijkse uitvoeringprogramma te evalueren en te monitoren.
Gedurende het jaar wordt middels een tussentijdse rapportage gemonitord of het mogelijk is om de gestelde doelen te halen of dat er bijgestuurd moet worden. Ook wordt jaarlijks via het jaarverslag gemonitord of de gestelde doelen zijn behaald. Door beide instrumenten wordt ervoor gezorgd dat de taakuitvoering transparant is.
Punten uit de evaluatie van het uitvoeringsprogramma en uit het jaarverslag worden meegenomen om het VTH-Uitvoeringsbeleid actueel te houden.
6.1 Jaarverslag VTH (Rapportage & evaluatie)
Jaarlijks rapporteren wij over de uitvoering van het vastgestelde uitvoeringsprogramma in een jaarverslag. We evalueren of:
- •
De voorgenomen activiteiten uit het uitvoeringsprogramma zijn uitgevoerd en de gestelde jaardoelen zijn behaald;
- •
De uitvoering van deze activiteiten hebben bijgedragen aan de voortgang van de beleidsdoelen uit dit Beleidsplan;
- •
De resultaten van de evaluatie aanleiding geven om de werkwijze en/of het uitvoeringsprogramma (UP VTH) van het volgende jaar aan te passen;
- •
De resultaten van de evaluatie aanleiding geven om het VTH-beleid aan te passen.
Uitvoeringsbundel
De Uitvoeringsbundel VTH-beleidsplan 2025-2030 is onderdeel van dit beleidsdocument. Het beschrijft het operationeel deel VTH-strategieën en bestaat uit de volgende hoofdstukken:
- 1.
Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging in de bouw (Wkb)
- 2.
Vergunningenstrategie
- 3.
Nalevingsstrategie
- 4.
Toezichtstrategie
- 5.
Sanctiestrategie
- 6.
Gedoogstrategie
- 7.
Samenwerking
- 8.
Uitvoeringsorganisatie
- 9.
Risicoanalyse en prioritering
In de Uitvoeringsbundel zijn de verschillende uitvoeringsstrategieën uitgewerkt, op basis van de momenteel geldende wetten, regels, beleidsdocumenten, analyses en nota’s. Het kan voorkomen dat er in de Uitvoeringsbundel het een en ander aangepast moet worden. Bijvoorbeeld wanneer er een nieuw college van B&W aantreedt of als er nieuwe beleidsregels worden vastgesteld. Wanneer dit het geval is, dan kan de Uitvoeringsbundel worden gewijzigd en blijft het VTH-beleidsplan ongewijzigd.
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl