Subsidieregeling Het Dordts leerprogramma gemeente Dordrecht

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

• a.

  aantoonbare leerpotentie: Dit houdt in dat leerlingen een discrepantie laten zien tussen taal- en rekenprestaties en/of van wie de leerkracht een reële verwachting heeft dat de leerling een concrete leerpotentie heeft door gedurende één schooljaar intensieve taalondersteuning aan te bieden;

• b.

  achterstandsscore: de relatieve achterstandsscore, volgens de achterstandsindicatoren van het Centraal Bureau voor de Statistiek, die jaarlijks per school wordt vastgesteld (per BRIN-nummer) zonder drempel;

• c.

  BRIN-nummer: aan een schoolvestiging gekoppeld registratienummer, uitgegeven door het ministerie van Onderwijs;

• d.

  cognitieve ontwikkeling: groei van vaardigheden die te maken hebben met het denken, het geheugen, de waarneming en de fantasie;

• e.

  het Dordts leerprogramma (DLP): programma dat voortkomt uit de onderwijsvisie 2020-2030 waarbij voor de basisscholen met grote onderwijsachterstanden door middel van onderwijstijdverlenging en een sterke focus op taalontwikkeling deze achterstanden worden bestreden;

• f.

  eenmalige subsidie: aanspraak op financiële middelen voor activiteiten met een eenmalig of projectmatig karakter;

• g.

  executieve ontwikkeling: groei van hogere vaardigheden die een controlerende en aansturende functie van de hersenen hebben, die belangrijk zijn voor het regelen van het gedrag;

• h.

  fte-normbedrag: Het fte-normbedrag betreft in schooljaar 2024-2025 €87.741,-. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd volgens de, op 1 juni voorafgaand aan het schooljaar waar de aanvraag betrekking op heeft, meest recente indexatie die het rijk toepast op het bedrag dat het regulier basisonderwijs per leerling ontvangt. Deze indexatie betreft het personele deel (89,15% in 2023) van de loonindexatie (in totaal 5,72% in 2023) en wordt gepubliceerd in de Staatscourant als 'loon- en prijsontwikkeling';

• i.

  onderwijsachterstanden: Het onderpresteren van leerlingen op school door een ongunstige economische, sociale of culturele omgeving;

• j.

  onderwijsprofessional: een persoon die lesbevoegd is of minimaal twee jaar ervaring heeft voor de klas;

• k.

  onderwijstijdverlenging (OTV): extra onderwijstijd bovenop de landelijke urennorm voor het basisonderwijs, die over acht schooljaren minimaal 7.520 uur bedraagt, waarvan minimaal 3.520 in de onderbouw (gemiddeld 22 uur per week) en 3.760 uur in de bovenbouw (gemiddeld 23,5 uur per week);

• l.

  schooljaarsubsidie: aanspraak op financiële middelen die wordt verstrekt voor activiteiten die gedurende een of meer schooljaren worden uitgevoerd en die wordt bedoeld als boekjaarsubsidie zoals genoemd in de Algemene Subsidieverordening Dordrecht. Een schooljaar loopt van 1 augustus t/m 31 juli;

• m.

  Zuid-Holland Zuid: regio waaronder de volgende gemeenten vallen: Alblasserdam, Dordrecht, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Hoeksche Waard, Molenlanden, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht.

Artikel 2 Doelstelling subsidieregeling

Het doel van deze regeling is het doorbreken van kansenongelijkheid in het onderwijs bij 0-12 jarigen door onderwijsachterstanden te voorkomen of tegen te gaan. Hierbij ligt de focus op de speerpunten taal en rekenen, preventie en zorg, en brede talentontwikkeling, zoals in de Dordtse onderwijsvisie 2020-2030 staat vermeld.

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten

Het college kan op aanvraag een subsidie verstrekken voor activiteiten in de gemeente Dordrecht die een bijdrage leveren aan het in artikel 2 opgenomen doel en vallen onder een of meer van de onderstaande ambities:

• 1.

  Invulling geven aan de doelstellingen van het Dordts Leerprogramma, welke zijn:

  • a.

    het aanbieden van extra kansen op taalonderwijs in combinatie met talentontwikkeling en met een focus op bredere cognitieve en executieve ontwikkeling;

  • b.

    het aanbieden van extra kansen op rekenonderwijs in combinatie met talentontwikkeling en met een focus op een bredere cognitieve en executieve ontwikkeling;

  • c.

    voor de activiteiten zoals omschreven in artikel 3, lid 1 onder a en b geldt dat deze voor de leerjaren 3 t/m 8 via onderwijstijdverlenging bereikt moeten worden. Voor de leerjaren 1 en 2 geldt dat dit ook op een andere onderbouwde manier gerealiseerd kan worden;

  • d.

    het bevorderen van een doorlopende leer- en ontwikkelingslijn tussen kinderopvang, basisschool en/of voortgezet onderwijs in samenwerking met de onderwijspartners in de stad, zowel tussen leerjaren als door de dag heen.

• 2.

  Ouders extra betrekken bij de ontwikkelingen van hun kind op school of in de wijk via deelname aan het programma van het Jeugd Educatie Fonds. Het bedrag hiervoor kan worden meegenomen in de begroting van de subsidieaanvraag.

Artikel 4 Aanvrager

Op grond van deze regeling kunnen de schoolbesturen van de volgende scholen een subsidie aanvragen voor deze schoollocaties: Albatros, Don Bosco, Fontein, IKRA, Kennedyschool, Mondriaan, Parkwijck, PiusX, Prinses Julianaschool, Regenboog locatie Volkerakweg, Regenboog locatie Centrum, Wantijschool en Wereldwijzer. Wanneer een schoollocatie fuseert of splitst dient dit tijdig te worden gemeld bij de subsidieverstrekker, zodat in overleg kan worden bepaald welke gevolgen dit heeft voor de subsidie.

Artikel 5 Subsidievormen

Het college kan, afhankelijk van de genoemde mogelijkheden per hoofdstuk, op grond van deze regeling voor een of meerdere jaren subsidie verstrekken in de volgende vormen:

• a.

  schooljaarsubsidie;

• b.

  eenmalige subsidie.

Artikel 6 Berekening maximale hoogte schooljaarsubsidie

Het maximale bedrag dat per school als schooljaarsubsidie kan worden verstrekt bestaat uit:

• a.

  een vast bedrag ter hoogte van 0,2 fte per school op basis van het fte-normbedrag;

• b.

  een vast bedrag ter hoogte van 0,01 fte per leerling per school op basis van het fte-normbedrag, waarbij het aantal leerlingen wordt gebaseerd op de jaarlijkse 1 februarimeting.

Artikel 7 Subsidieplafond voor (eenmalige) subsidies

Het college kan jaarlijks voor 1 maart, voorafgaand aan de betreffende subsidieperiode, een subsidieplafond vaststellen voor subsidies die vallen onder deze regeling.

Artikel 8 Wijze van verdeling (eenmalige) subsidies

• 1.

  Volledige aanvragen worden in volgorde van ontvangst in behandeling genomen, totdat het eventueel vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

• 2.

  Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 9 Aanvraagtermijn

• 1.

  Een aanvraag voor een schooljaarsubsidie wordt ingediend uiterlijk 1 juni in het schooljaar voorafgaand aan de subsidieperiode.

• 2.

  Een aanvraag voor een eenmalige subsidie wordt ingediend uiterlijk acht weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 10 Aanvullende aanvraagvereisten

De aanvraag voor een subsidie bevat, naast de in artikel 7 van de Algemene subsidieverordening Dordrecht genoemde gegevens, ook de volgende ingevulde formats:

• 1.

  inhoudelijk format aanvraag Dordts Leerprogramma;

• 2.

  financieel format aanvraag Dordts Leerprogramma.

Artikel 11 Kosten die wel/niet voor subsidie in aanmerking komen

• 1.

  Voor subsidie met betrekking tot een aanvraag betreffende onderwijstijdverlenging en ouderbetrokkenheid komen de redelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3, lid 1, waarbij de volgende beperkingen gelden:

  • a.

    alleen vervoerskosten die gemaakt worden binnen de regio Zuid-Holland Zuid komen voor vergoeding in aanmerking;

  • b.

    programmacoördinatie op het Dordts Leerprogramma én de ontwikkellijnen van de Dordtse Onderwijsvisie 0-12, met een maximum van 0,2 fte per school per schooljaar op basis van het fte-normbedrag;

  • c.

    aanschaf leermiddelen tot een maximum van 2% van het maximum te subsidiëren bedrag per school per schooljaar;

  • d.

    huur van ruimten tot een maximum van 5% van het maximum te subsidiëren bedrag per school per schooljaar.

• 2.

  De kosten van afschrijvingen komen niet in aanmerking voor subsidie.

Artikel 12 Verplichte aanvullende gronden tot weigering of intrekking

Onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 1, van de Algemene subsidieverordening Dordrecht wordt de subsidieverlening geweigerd in het geval van een aanvraag voor onderwijstijdverlenging als:

• a.

  de activiteiten vallen onder de reguliere opdracht van het basisonderwijs;

• b.

  de activiteiten niet ten goede komen aan leerlingen die gedurende het schooljaar waarop de aanvraag betrekking heeft staan ingeschreven op de betreffende school;

• c.

  de activiteiten niet bijdragen aan de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 2.

Artikel 13 Optionele aanvullende gronden tot weigering of intrekking

Onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 2, van de Algemene subsidieverordening Dordrecht, kan de subsidieverlening geweigerd worden in het geval van een subsidieverlening voor onderwijstijdverlenging indien:

• a.

  er geen aanvullende rijksmiddelen als cofinanciering worden ingezet voor het Dordts Leerprogramma, terwijl deze optie wel bestaat via een rijkssubsidie;

• b.

  de aanvrager voor dezelfde activiteiten reeds door enig bestuursorgaan of andere organisatie een volledige subsidie of opdracht is verstrekt;

• c.

  activiteiten een politieke, godsdienstige of levensbeschouwelijke boodschap hebben;

• d.

  de kosten van de activiteit niet in verhouding staan tot de kosten van vergelijkbare activiteiten;

• e.

  de activiteit niet wordt uitgevoerd of begeleid door een onderwijsprofessional;

• f.

  bij realisatie van de activiteit niet wordt samengewerkt met Dordtse organisaties, instellingen en andere maatschappelijke partijen, zoals partijen die actief zijn op het gebied van techniek, lezen, kunst, cultuur, sport of welbevinden; of

• g.

  er geen coördinator voor het Dordts Leerprogramma en de onderwijsvisie beschikbaar is voor de betreffende locatie;

• h.

  het minimum aantal uren onderwijstijdverlenging voor alle leerlingen minder dan vier uur bedraagt vanaf leerjaar drie;

• i.

  de activiteit inhoudelijk onvoldoende onderbouwd is.

Artikel 14 - Verplichtingen van de subsidieontvanger

Onverminderd de verplichtingen uit de artikelen 13 en 14 van de Algemene subsidieverordening Dordrecht voldoet de aanvrager aan de volgende verplichtingen:

In het geval van een aanvraag betreffende onderwijstijdverlenging:

• a.

  de aanvrager levert alle gevraagde informatie voor monitoring, onderzoek en tussentijdse verantwoording;

• b.

  de aanvrager werkt samen met andere scholen, gemeente en kinderopvang en de relevante werkgroepen en stuurgroepen die uitvoering geven aan de Onderwijsvisie;

• c.

  de aanvrager betrekt ouders actief bij de ontwikkelingen van hun kind en de onderwijstijdverlenging en wijst ouders actief op hun rol en gezamenlijke verantwoordelijkheid;

• d.

  het leerprogramma wordt voor minimaal drie opeenvolgende jaren georganiseerd voor dezelfde groep kinderen;

• e.

  binnen het leerprogramma worden onderwijsprofessionals waar mogelijk structureel en voor meerdere jaren ingezet en zij worden behandeld als onderdeel van het schoolteam;

• f.

  de aanvrager draagt actief bij aan het behalen van de ambities zoals omschreven in de gezamenlijke Dordtse Onderwijsvisie 2020-2030;

• g.

  de aanvrager zet de subsidie voor de rol van coördinator voor het Dordts Leerprogramma en de Dordtse onderwijsvisie zo in dat elke deelnemende locatie en aanspreekpunt heeft voor de partners binnen de onderwijsvisie.

Artikel 15 Aanvraagtermijn subsidievaststelling

Een aanvraag tot vaststelling van een schooljaarsubsidie of een eenmalige subsidie wordt, in afwijking van de artikelen 17 en 18, eerste lid, aanhef en onder b, van de Algemene subsidieverordening Dordrecht ingediend uiterlijk op 1 mei van het jaar dat volgt op het schooljaar waarin de activiteiten zijn afgerond.

Artikel 16 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een of meerdere artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken, indien onverkorte toepassing ervan gelet op het belang van de aanvrager leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 5, 6, 7, 8 en 11. De reden voor het toepassen van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 17 Slotbepalingen

• 1.

  Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Het Dordts Leerprogramma gemeente Dordrecht.

• 2.

  De subsidieregeling Het Dordts Leerprogramma zoals vastgesteld op 24 mei 2022 wordt ingetrokken.

• 3.

  Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na de bekendmaking.