Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738503
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR738503/1
Nadere regels terrassen gemeente Maassluis 2025
Geldend van 25-04-2025 t/m heden
Intitulé
Nadere regels terrassen gemeente Maassluis 2025Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis;
overwegende dat het college de bevoegdheid heeft om nadere regels vast te stellen voor terrassen in de gemeente;
gelet op artikel 2:9 lid 1 en 2:28 en 2:29 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Maassluis.
besluit
vast te stellen het navolgende:
Nadere regels terrassen gemeente Maassluis 2025;
Artikel 1 Veiligheid
-
1. Een terras mag het verkeer niet hinderen of op een andere manier de verkeersveiligheid in gevaar brengen.
-
2. In verband met een veilige en onbelemmerde doorgang van de hulpdiensten moet te allen tijde een vrije doorgang van minimaal 4,5 meter breed op de openbare weg aanwezig zijn.
-
3. In het geval van een voetpad moet er voor voetgangers en mindervaliden op het voetpad een vrije ruimte van minimaal 1,80 meter aanwezig zijn.
-
4. Bij lantaarnpalen, containers en dergelijke mag de vrije ruimte voor voetgangers en minder-validen op 1 punt van het voetpad minimaal 1,2 meter bedragen, mits de veiligheid niet in het geding komt.
-
5. In het geval dat er geen vrije doorgang van 4,5 meter op de openbare weg mogelijk is, kan afgeweken worden van de voorschriften in artikel 2 lid 1 tot en met 4, waarbij advies van de veiligheidsregio ingewonnen moet worden voor de beoogde situatie.
-
6. De in- en uitgangen en nooduitgangen moeten te allen tijde vrij gehouden worden. Hiervan moet direct gebruik gemaakt kunnen worden door zowel de bezoekers als door de hulpdiensten. De inrichting van het terras moet dusdanig gebeuren dat personen altijd kunnen vluchten. Tevens moeten de brandkranen vrij toegankelijk blijven.
-
7. Bezoekers van het horecabedrijf moeten direct en onbelemmerd toegang tot het terras kunnen verkrijgen, dus niet indirect via bijvoorbeeld een privéruimte, voorraadruimte of keuken.
-
8. Vanuit het horecabedrijf moet direct zicht zijn op het terras, dus niet via een camera of anderszins. De maximale afstand van het terras tot het horecabedrijf waartoe dit behoort, gerekend vanaf het verste punt van het terras tot de entree van het pand waarin de horecagelegenheid zich bevindt, bedraagt niet meer dan 30 meter.
-
9. Het terrasmeubilair mag zich niet buiten de vergunde afmeting bevinden.
-
10. In het geval van een luifel over het terras bij de entree, dient deze overkapping minimaal 2,20 meter hoog te zijn bij een voetpad en 4,20 meter hoog te zijn bij een rijbaan en dient deze overkapping binnen de vergunde terrasafmeting te blijven. Een dergelijke overkapping mag niet uitsteken over de rijbaan.
-
11. In het geval van een terras aan een rijbaan voor gemotoriseerd verkeer, dient er te allen tijde minimaal 0,6 meter vrij gehouden te worden tussen de rand van de rijbaan en het vergunde terrasoppervlak.
-
12. Een terras mag het beheer en onderhoud van de openbare weg en de openbare ruimte niet belemmeren.
Artikel 2 Locatie en afmeting van gevelterrassen
De breedte van een gevelterras is maximaal gelijk aan de breedte van de gevel van het horecabedrijf, tenzij bijzondere redenen aanleiding geven tot het plaatsen van een terras bij direct naastgelegen panden of aan de overzijde van de straat, bijvoorbeeld indien geen terras mogelijk is tegen de gevel van het horecabedrijf.
Figuur 1 (links) en figuur 2 (rechts): Stap 1 en 2 bij het bepalen van de afmetingen van een gevelterras
Figuur 3 (links): Stap 3 bij het bepalen van de afmetingen van een gevelterras.
Artikel 3 Regels voor terrasboten
-
1. Terrassenboten hebben, inclusief op- en aanbouw, maximaal een lengte van 16,3 meter en maximaal een breedte van 4,2 meter.
-
2. In het geval dat het openbare water een breedte heeft van minder dan 8,4 meter dient een minimale breedte van 4 meter beschikbaar te blijven voor het vaarverkeer.
-
3. De onderlinge afstand tussen terrasboten dient te allen tijde ten minste 5 meter te zijn.
-
4. Het is niet toegestaan om terrasboten onderling te verbinden, bijvoorbeeld door middel van een loopbrug.
-
5. Een horeca inrichting mag maximaal één terrasboot exploiteren.
-
6. Terrasboten zijn alleen toegestaan in de Noord- en Zuidvliet.
-
7. Omwille van de bescherming van het beschermd stadsgezicht wordt het totaal aantal terrasboten gemaximeerd op het huidige aantal van drie.
-
8. Een terrasboot mag het vaarverkeer niet hinderen of op welke andere manier de vaarveiligheid in gevaar brengen.
-
9. Een terrasboot mag het beheer en onderhoud van de kade en waterweg niet belemmeren.
-
10. Voor terrasboten dient, aanvullend op de standaard vergunningsprocedure zoals vermeld in artikel 8, tevens een positief advies afgegeven te worden door het bevoegde waterschap.
-
11. Voor terrasboten dient een omgevingsvergunning op grond van de Omgevingswet te worden aangevraagd.
Artikel 4 Verdeling terrasvergunningen in geval van eilandterrassen
-
1. Voor eilandterrassen waarbij meerdere partijen in aanmerking kunnen komen voor het gebruik van dit terras wordt de terrasvergunning voor de duur van maximaal 10 jaar verleend.
-
2. Nieuwe partijen die menen dat zij in aanmerking kunnen komen voor het gebruik van een eilandterras (of een gedeelte daarvan) dat al in gebruik is door een andere vergunninghouder kunnen op ieder moment een aanvraag indienen. Op dat moment wordt de verdeling herverdeeld. Een nieuwe verdeling die hierdoor ontstaan, wordt van kracht op 1 januari van het volgende kalenderjaar.
-
3. Het is uitsluitend mogelijk aanspraak te maken op het gebruik van een eilandterras als desbetreffend horecabedrijf een gevel aan het te vergunnen eilandterrasoppervlak heeft.
-
4. Indien blijkt dat meerdere aanvragers een vergunning aanvragen voor een terras op de vrijgekomen grond en partijen niet zelf tot een verdeling komen, worden de belangen afgewogen en wordt de vrijgekomen grond verdeeld. Deze verdeling gebeurt op basis van een evenredige verdeling in vierkante meters van het beschikbare oppervlakte dat gebruikt kan worden voor eilandterrassen tussen de betreffende aanvragers, op basis van gevelbreedte van desbetreffende horecabedrijven aan het mogelijk te vergunnen eilandterrasoppervlak.
-
5. Indien uit de belangenafweging blijkt dat de in lid 4 bedoelde grond voor een terras niet kan worden verdeeld, wordt de terrasvergunning voor 10 jaar via loting aan een partij vergund. Na deze 10 jaar komt deze grond weer vrij en staat het een ieder vrij hiervoor een terrasvergunning aan te vragen. De procedure zoals beschreven in lid 1 tot en met 4 is dan weer van toepassing.
Figuur 1 en 2: Uitgangssituatie en stap 1 bij het verdelen van eilandterrassen
Figuur 3 en 4: Stap 2 en 3 bij het verdelen van eilandterrassen.
Figuur 5: Stap 4 bij het verdelen van eilandterrassen
Artikel 5 aanvraag
-
1. Een aanvraag van een terrasvergunning als bedoeld in artikel 2.28 van de APV wordt volgens de instructies van de gemeentelijke website ingediend op een digitaal aanvraagformulier dat via de gemeentelijke website verkrijgbaar is.
-
2. Bij de aanvraag van een terrasvergunning die (mede) plaatsing of uitbreiding van een terras betreft moeten de volgende gegevens en stukken worden overgelegd:
- -
Een gedetailleerde maatvaste terrasplattegrond, schaal 1:100 of 1:50, voorzien van terrasmarkering, waarop in ieder geval de ligging van het terras ten opzichte van het horecabedrijf en direct naastgelegen panden en objecten in de openbare ruimte is weergegeven, alsmede de plaatsing van tafels, stoelen, banken, terrasschermen en schotten, bloembakken, hagen, parasols en andere zonwering;
- -
De periode van exploitatie van het aan te vragen terras gedurende het jaar (jaarrond of alleen tijdens het zomerseizoen vanaf 1 april tot en met 1 november).
- -
-
3. Indien een exploitant een aanvraag indient voor een terras op een parkeerplaats, waarbij parkeerplaatsen zouden moeten worden onttrokken, geeft de exploitant expliciet aan voor welke periode van het jaar deze aanvraag geldt. Bij de vergunningverlening wordt deze periode opgenomen in de exploitatie- of terrasvergunning en is de exploitant verplicht om het terras gedurende deze periode in gebruik te hebben om niet onnodig parkeerplaatsen te onttrekken.
-
4. Wanneer een exploitant bij een bestaande exploitatievergunning een gevelterras wenst toe te voegen aan zijn horecagelegenheid, dient eerst een aanvraag wijziging exploitatievergunning te worden ingediend. De nieuwe terrasactiviteiten worden getoetst en bij toekenning wordt de bestaande exploitatievergunning daarop aangepast. Er worden alleen kosten in rekening gebracht voor de wijziging.
Artikel 6 Openingstijden en geluid
-
1. Voor alle terrassen geldt dat de sluitingstijd vastgesteld is conform artikel 2.35 van de APV, met uitzondering van een combinatie van een horecabedrijf met detailhandel. Hiervoor geldt een sluitingstijd op maandag t/m zaterdag van 22.00 uur (en op zondag 20:00 uur) conform de Winkeltijdenwet en de Winkeltijdenverordening Maassluis.
-
2. Op grond van art. 4:3 lid 8 APV kan een melding 0-evenement worden gedaan c.q. een vergunning worden verleend voor ten hoogste 5x per kalenderjaar voor de buitenruimte van de inrichting. In dat geval dient de exploitant zich te houden aan de geluidsnormen zoals opgenomen in de algemene regels 0- evenement of aan de gestelde voorwaarden zoals genoemd in de evenementenvergunning.
Artikel 7 Afval
-
1. De exploitant van een terras dient zich te houden aan de regels omtrent zwerfafval rondom inrichtingen zoals vastgelegd in de Afvalstoffenverordening van de gemeente Maassluis.
Artikel 8 Terrasmeubilair en terrasafscheidingen
-
1. Voor de opslag van meubilair op het terras geldt een verbod. De meubels blijven op hun plek staan of gaan naar binnen. Wanneer het terras niet wordt geëxploiteerd, moet al het meubilair in goed onderhouden staat uitgestald zijn of verwijderd zijn door de exploitant van het terras.
-
2. De plaatsing van terrasverwarming moet gebeuren volgens de bij de verwarmingsarmatuur behorende gebruiks- en installatievoorschriften. Vanuit het oogpunt van brandveiligheid is open vuur op terrassen niet toegestaan.
-
3. Na sluiting van het terras moeten parasols, zonneschermen en andere zonwering worden ingeklapt en alle uitklapborden, displays en overig reclamemateriaal inpandig worden opgeslagen.
-
4. Verankering van terrasmeubilair in de ondergrond is slechts toegestaan voor schermen en parasols na schriftelijke goedkeuring van het college. De verankering moet bestaan uit afdopbare kokers in de grond, niet uitstekend boven straatniveau. Schermen en parasols moeten uitneembaar zijn.
-
5. Terrasschermen en -schotten zijn maximaal 1,5 meter hoog en voor 90 procent van het oppervlakte van het terrasscherm of -schot transparant.
-
6. In het geval van gevelterrassen is het alleen toegestaan om terrasschermen en -schotten haaks op de gevel te plaatsen. Het is niet toegestaan om ook parallel aan de gevel terrasschermen en/of -schotten te plaatsen.
-
7. In afwijking van het bepaalde in lid 6 zijn losstaande plantenbakken toegestaan, maar mogen die niet gebruikt worden als terrasafscherming voor een deel van of het gehele vergunde terrasoppervlak.
-
8. In afwijking van het bepaalde in lid 6 is de maximale hoogte van terrasschermen en -schotten bij terrasboten maximaal 1 meter. Voor terrasschermen en -schotten op terrasboten gelden de voorschriften wat betreft transparantie niet.
-
9. Terrasschermen en -schotten dienen altijd te verplaatsen en te verwijderen te zijn. Bestaande terrasschermen en -schotten bij de gevelterrassen op de Markt zijn hiervan uitgezonderd.
-
10. Het is mogelijk om gemotiveerd af te wijken van de voorschriften uit artikel 8 lid 1 tot en met lid 8 wegens zwaarwegende redenen op het gebied van brandveiligheid, verkeersveiligheid of specifieke omgevingsfactoren waardoor de veiligheid niet gewaarborgd kan worden.
-
11. Terrastenten zijn verboden.
-
12. Parasols mogen in uitgeklapte toestand de grenzen van het terras niet overschrijden.
-
13. Voor bouwactiviteiten, zoals het plaatsen van vaste markiezen, (gevel)zonweringen, uitvalschermen en andere bouwwerken, is een omgevingsvergunning vereist op grond van de Omgevingswet.
-
14. Terrassen gesitueerd in een gebied dat aangewezen is als Rijksbeschermd stadsgezicht dienen zich te houden aan de in bijlage 1 opgenomen eisen die aan de uitstraling van het terrasmeubilair worden gesteld. In aanvulling hierop kan de gemeentelijke commissie ruimtelijke kwaliteit aanvullende eisen stellen aan de uitstraling van terrasmeubilair op het gebied van te hanteren kleuren, gewenst materiaalgebruik en omvang van reclame-uitingen.
-
15. Voor terrassen behorend bij een inrichting die door het Rijk, de provincie of de gemeente aangewezen is als beschermd monument kunnen voor wat betreft de uitstraling van het terrasmeubilair en terrasafscheidingen aanvullende voorwaarden worden gesteld door de gemeentelijke commissie ruimtelijke kwaliteit.
-
16. Wanneer op een terras een bouwwerk ( constructie die direct of indirect is verbonden met de grond) wordt aangebracht zoals schotten of overkappingen, dan dient naast een exploitatievergunning in sommige gevallen ook een omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
Artikel 10 Handhaving
Het handhavingsarrangementen APV en handhavingsarrangement horeca van de gemeente Maassluis zijn onverminderd van toepassing.
Artikel 11 Terrassenbelasting
Voor het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond bij het exploiteren van een terras, zoals bedoeld in artikel 2:26 lid 5 en lid 6 APV, gelden vigerende regels wat betreft precariobelasting.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. Deze nadere regels treden in werking op de dag na bekendmaking.
-
2. Deze worden aangehaald als: Nadere regels terrassen gemeente Maassluis 2025.
-
3. Reeds verleende terrasvergunningen ten tijde van de inwerkingtreding van de nadere regels blijven geldig en hebben na inwerkingtreding van de nadere regels recht op voortzetting op de wijze en met de duur zoals de vergunning destijds toegekend is. Specifiek voor regels Beeldkwaliteit geldt een overgangstermijn van 10 jaar. Indien de exploitant de exploitatie van het horecabedrijf beëindigd, gelden daarna de “Nadere regels terrassen gemeente Maassluis 2024” voor de opvolgende exploitant.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Maassluis op 15 april 2025
De secretaris,
P.D. Verstoep
De burgemeester,
J.G. de Vries
Bijlage 1: Beeldkwaliteit in Rijks beschermd Stadsgezicht
In gemeente Maassluis zijn een aantal terrassen gesitueerd in een gebied dat aangewezen is als Rijks beschermd stadsgezicht. Vanwege de historische uitstraling is er een aanvullende voorwaarde geformuleerd om te waarborgen dat de verschijningsvorm van terrassen passend blijft in deze gebieden.
Voorschrift: Het terrasmeubilair hanteert een rustig en neutraal kleurenpalet (zie op de volgende pagina een voorbeeld wat daar in ieder geval onder wordt verstaan). Felle kleuren zijn niet passend, en het terrasmeubilair is niet fluorescerend of reflecterend.
Aanwezige kleuren in het Rijks beschermd stadsgezicht van Maassluis
Voorbeeld van een gewenst kleurenpalet voor terrasmeubilair op basis van aanwezige kleuren: rustige, neutrale en warme kleuren
Toelichting
Artikel 1 Veiligheid
Doorgang: In verband met een veilige en onbelemmerde doorgang van de hulpdiensten dient er te allen tijde een vrije doorgang van minimaal 4,5 meter breed aanwezig te zijn. Indien deze vrije ruimte in het geding komt kan het bevoegd gezag besluiten de vergunning niet te verlenen of de aanvraag gedeeltelijk af te wijzen of in overleg met de aanvrager de aanvraag te wijzigen.
Vrije ruimte: Indien het terras wordt geplaatst op de openbare weg of de stoep moet er altijd voldoende ruimte overblijven voor een veilige passage van voetgangers, rolstoelgebruikers, fietsers en gemotoriseerd verkeer. Deze mogen niet in elkaars rijbaan komen om langs het terras te komen.
Direct zicht en toegang: Vanuit het horecabedrijf dient direct en onbelemmerd zicht (dus niet door middel van een camera e.d.) te zijn op het terras. Bezoekers van het terras dienen via horecalokaliteiten die deel uitmaken van het horecabedrijf en die direct voor het publiek toegankelijk zijn, hiertoe toegang te kunnen verkrijgen, dus niet indirect via een privéruimte, voorraadruimte, een besloten tuin of keuken.
Artikel 2 Locatie en afmeting van gevelterrassen
De afmetingen van terrassen in relatie tot doorgangen en afspraken zijn voor ieder terras anders. Uitgangspunt is dat de breedte van het terras maximaal gelijk is aan de breedte van de inrichting.
Artikel 3 Regels voor terrasboten
In Maassluis liggen een aantal terrasboten op de vlieten. Voor dergelijke situaties van terrasboten op het water zijn artikel 3 lid 1 tot en met 3 opgenomen om ruimtelijke kwaliteiten te bewaken en om tot een transparante verdeling te kunnen komen. Om de openheid en het zicht op de vliet te bewaken, is er een maximale lengte en breedte van een terrasboot gedefinieerd en dient de onderlinge afstand tussen terrasboten altijd minstens 5 meter te zijn. Deze regels zorgen ervoor dat een of meerdere verschillende terrasboten geen aaneengesloten front vormen en het zicht op het water ontnemen.
Omdat terrasboten op enige afstand van het horecabedrijf liggen, is het belangrijk dat er direct zicht op het terras blijft. Door maximaal één terrasboot per horecabedrijf toe te staan, blijft het verste punt van het terras eerder binnen het directe zicht vanaf het horecabedrijf. Daarnaast dient de exploitant tevens aan artikel 1 lid 8 te voldoen, waarin voorgeschreven wordt dat de maximale afstand tot het verste punt van het terras niet meer dan 30 meter mag bedragen. Met één terrasboot per exploitant blijft er ook voldoende ruimte over op de vliet voor eventuele toekomstige nieuwe horecabedrijven om een terrasboot te exploiteren.
Als laatste zijn artikel 3 lid 8 tot en met 10 toegevoegd om te zorgen dat bevaarbaarheid van het water, veiligheid op het water en overige voorschriften van het waterschap voldoende geborgd zijn.
Artikel 4 Verdeling terrasvergunningen in geval van eilandterrassen
De beleidsregels leggen de basis voor een zo eerlijk mogelijke verdeling. Dit gebeurt in principe op basis van een gelijke verdeling van het totale oppervlakte aan beschikbare eilandterrasruimte op basis van gevelbreedte aan het te vergunnen eilandterrasoppervlakte, omdat dit door desbetreffende ondernemers als het eerlijkst werd ervaren. Het is uitsluitend mogelijk om aanspraak te maken op het gebruiken van een eilandterras als desbetreffende horecabedrijf een gevel heeft aan het te vergunnen eilandterrasoppervlak. Voorbeeld: in het geval van een plein is het alleen mogelijk voor horecabedrijven direct aan het plein om een gedeelte van het eilandterras te claimen. Wanneer een horecabedrijf zich wel binnen de 30 meter afstand van het eilandterras bevindt, maar geen directe gevel heeft aan het plein is het uitgesloten dat desbetreffend horecabedrijf aanspraak kan maken op een deel van het beschikbare eilandterrasoppervlak.
Artikel 5 Aanvraag
In dit artikel worden de nadere regels voor de aanvraag van een terrasvergunning voor eilandterras en terrasboot via de website van de gemeente beschreven. Deze vergunning heeft uitsluitend betrekking op de afbakening van het terras, het meubilair en bijbehorende attributen, zoals stoelen, zonneschermen en plantenbakken en niet op vaste uitvalschermen/markiezen. Laatstgenoemde artikelen betreffen namelijk bouwactiviteiten, geen gebouw zijnde, in de zin van de Woningwet en de Omgevingswet en moeten separaat vergund worden.
Een eiland- of bootterrasvergunning wordt in beginsel voor 10 jaar verleend. Als een aanvraag voor een terrasvergunning voldoet aan alle daarvoor geldende eisen, kan de burgemeester deze afgeven. Het verlenen van een terrasvergunning staat los van het verstrekken van een Alcoholwet-vergunning. De periode van exploitatie van het aan te vragen terras gedurende het jaar is ook hierin opgenomen (jaarrond of alleen tijdens het zomerseizoen vanaf 1 april tot en met 1 oktober). Dit betekent niet dat terrassen die jaarrond geëxploiteerd worden ook recht hebben op een ‘winterterras’ dat volledig afgeschermd en/of verwarmd is. Ook voor terrassen die buiten het aangeduide terrassenseizoen geëxploiteerd worden gelden alle geformuleerde beleidsregels. De beleidsregels waarborgen dat het terras passend is in de openbare ruimte, zowel qua afmeting als qua uitstraling. Hierin is geen onderscheid tussen zomer- of winterterrassen. Het gaat hierbij puur om de periode van exploitatie.
Gezien het verschil in voorwaarden tussen eilandterrassen en terrasboten kan één terrasvergunning niet zowel een eilandterras als een terrasboot goedkeuren. Bij een eilandterras kan er, in het geval van een nieuwe toetreder, de noodzaak optreden om reeds vergunde ruimte te herverdelen. Wanneer desbetreffende bestaande ondernemer zowel een gevelterras als een eilandterras heeft, zal alleen de vergunning voor het eilandterras opnieuw beoordeeld hoeven worden. Gezien het feit dat de terrasvergunning voor het gevelterras opgenomen is in de exploitatievergunning, kan desbetreffend gevelterras blijven bestaan.
Artikel 6 Sluitingstijden en geluid
Het college besloot op 16 juli 2016 dat een combinatie van een horecabedrijf met detailhandel onder voorwaarden is toe gestaan. Op een dergelijk bedrijf is de Winkeltijdenwet en de Winkeltijdenverordening van Maassluis van toepassing.
Artikel 7 Afval
De exploitant van het terras is verantwoordelijk voor het aanzien van het openbaar gebied waarvan zijn terras deel uitmaakt. Op de terrassen moeten voldoende mogelijkheden zijn om afval weg te gooien. Het terras en de onmiddellijke omgeving hiervan moeten dagelijks van afval worden gereinigd. Na sluitingstijd dient het terras en de directe omgeving ervan schoon en netjes te zijn. De ondernemer heeft de zorgplicht voor het beperken en opruimen van zwerfafval binnen een straal van 25 meter, conform de Afvalstoffenverordening van de gemeente Maassluis.
Artikel 8 Terrasmeubilair en terrasafscheidingen
Voor een terras gelden nadere eisen met betrekking tot de opslag en verankering in de grond.
Artikel 8 lid 1 stelt dat al het meubilair in goed onderhouden staat uitgestald dient te zijn of verwijderd dient te worden door de exploitant van het terras tijdens de periode waarin het terras vergund is. Met goed onderhouden wordt in deze bedoeld dat het mogelijk is om binnen één dag het terras weer te kunnen exploiteren.
De exploitant van een terras die terrasschermen wil aanbrengen, is genoodzaakt hiervoor een verandering in het wegdek aan te brengen (verwijderen bestrating of iets in de grond/aan het wegdek verankeren).
Hiervoor is een privaatrechtelijke toestemming van de grondeigenaar vereist. Aan de vergunning(en) zullen voorschriften worden verbonden om de bruikbaarheid, de veiligheid, het beheer en het onderhoud van de weg te kunnen waarborgen. Voor het plaatsen van ‘permanente’ markiezen, (gevel)zonweringen, uitvalschermen en andere bouwwerken is een omgevingsvergunning vereist op grond van de Omgevingswet. Deze moet worden getoetst aan de (weigerings)criteria in de Omgevingswet. De aanvraag voor een dergelijke vergunning wordt dan niet alleen getoetst aan de (bebouwings)voorschriften van het geldende bestemmingsplan, maar ook aan de welstand, de gemeentelijke bouwverordening, het Bouwbesluit, de Erfgoedwet en wetgeving van provincie en rijksoverheid.
Artikel 8 lid 11 maakt het mogelijk om gemotiveerd af te wijken van de voorschriften wat betreft terrasafscheidingen. Er zijn een aantal locaties in Maassluis die te maken hebben met dermate harde wind dat het kan zijn dat terraselementen wegwaaien. Om veiligheid van de klanten op het terras te waarborgen is het mogelijk om extra maatregelen te treffen of een ander type terrasafscheiding te gebruiken. Deze afwijking wordt uitsluitend toegestaan als de veiligheid aantoonbaar in het geding komt. Het bieden van extra comfort (bijvoorbeeld uit de wind zitten) alleen is onvoldoende om van deze afwijking gebruik te maken, omdat er geen zwaarwegende redenen van veiligheid aan ten grondslag ligt.
Voor deze afwijking geldt, net als bij iedere terrasinrichting, dat voor het plaatsen van ‘permanente’ markiezen, (gevel)zonweringen, uitvalschermen en andere bouwwerken een omgevingsvergunning vereist is op grond van de Omgevingswet. Deze moet worden getoetst aan de (weigerings)criteria in de Omgevingswet. De aanvraag voor een dergelijke vergunning wordt dan niet alleen getoetst aan de (bebouwings)voorschriften van het geldende bestemmingsplan, maar ook aan de welstand, de gemeentelijke bouwverordening, het Bouwbesluit, de Erfgoedwet en wetgeving van provincie en rijksoverheid.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl